Ingezonden Stukken. BURGERLIJKE STAND. in vier aangelegenheden verbetering aangebrachtdoch over slechts één wilde hij even spreken, n.l. die van 't kiesrecht. De le Kamer werd saamgesteld nit 50 leden en de Tweede Kamer nit 100 leden, die om de 4 jaar aftraden. Hiervoor waren niet alleen verkiesbaar de hoogstaangeslagenen, maar ook zij, die eene hooge be trekking bekleedden en de Kamer kreeg het recht van enquête. Na Heemskerk herdacht spr. het min. Mackay en her innerde hij, hoe langzamerhand het ontstane bewustzijn van het nijpend vers bil tnsschen de onderste en hoogere lagen der maatschappij de noodzakelijkheid van hervor mingen in 't leven had geroepen en stond hij toen eenigen tijd stil bij het feit, dat in '91 door de liberale paitij getracht werd een ministerie te krijgen, dat daar aan zon werken. Was 't wonder, vraagt spr., dat men onder min. Tienhoven en Tak van Poortvliettwee stroomingen had, waarvan de eene was voor nit b r e i- d i n g en de andere voor beperking van 't stemrecht. Toen werd door de Koningin-Regentes de Kamer ont bonden en nu zou 't gaan vóór of tegen Tak. De grootste opposantde heer van Houtenwordt geroepen om een ministerie samen te stellen, wijl hij stond aan de spits der conservatief liberalen. Hij werd geroepen om voort te zetten wat hij begonnen was. Hij was, zegt spr., een krachtig man; zijne kieswet hebben wij gevolgd en.... die is gekomen. Zij is, spr. moet dit getuigen, niet gemakkelijk. Tak stelde als minste vereischte lezen en schrijven maar van Houten is vrijgeviger en laat ook dit vereischte weg, wat spreker uit overtuiging niet kan goedkeuren. Men vindt hierbij vele en allerlei categoriën van kiezers zoovelen dat er gerust z.i. nog deze bijge voegd kon al degenen die mijn kieswet goed begrijpen, zijn ook kiezers. Het aantal kiezers bedraagt volgens sommigen 6 7 maal honderdduizend doch zegt spr., laten wij stellen 6V2, dat is *l7 der bevolking of 60 °/0 der mannelijke bewoners en vroeger was dit sleehts een zeventiende. Om kiezer te zijn moet men wezen Nederl. ingezetene en 25 jaar oud. Van vrouwelijke stemgerechtigden is natuurlijk weer geen sprakewantdit verbiedt de Grondwet. De heer van Houten was eerst vóór en nu tegen alge meen kiesrecht. Spr. meent, dat deze minister, die nu vóór vrouwelijk kiesrecht is er later wellicht tegen zou zijn dat ziet men meermalen gebeuren. Van al de vereischten om stemgerechtigd te zijn en die men in de laatste dagen in alle groote bladen kan vinden wil spr. er slechts enkelen behandelen Stemgerechtigd zijn o.a.: die 1 gld. grondbelasting betalen, de tot elk bedrag aangeslagenen in de vermogensbelasting, bedrijfs personeels de bewoner gedurende een half jaar van een huis of af zonderlijk deel van een buis tnsschen f 0,80 of f 2,50 huurwaarde per week de bewoner van een vaartuig, d it 24 Ms ton-iuhoud heeft; ieder, die een inkomen heeft van 275550, waaronder begrepen kan worden het genot van vrije woning vrije kostof het trekken van een jaarlijksch pensioen elk die f 100 nominaal heeft op het grootboek elk die 50 bezit op de rijkspostspaar bank elk die een diploma bezit van eenig examen, altijd staatsexamen enz. Onder verschillende inlichtingen verklaart spr. o.m., dat b. v. gemeentelijke inkomstenbelasting geen recht geeft op kiesrecht en dus op de niet-betaling daarvan geene weigering bij do stembus kan volgen terwijl bij het niet voldoen der rijksbelasting of het niet bezitten van een of meer der vereischte voorwaarden hier ge noemd de kiesbevoegdheid vervaltzelfs die voor ge meenteraden. Spreker stelt zich steeds voor dat alle aanwezigen die tot nu toe van het stemrecht verstoken warenmet hart en ziel haken naar het oogenblik waarop zij ook als zoodanig erkend zullen wordenom dan van dit recht jjverig gebruik te maken, en wil dus eens met hen nagaan hoe zijdie het nog niet zijn dit zouden kunnen worden. Om het in Alkmaar te worden zou men eene woning moeten huren van 1,50 per week iets minder is niet voldoende en iets meer geeft kans op aanslag in de perso- neele belastingmaar deze wordt minder nu men de ramen en deuren niet belast en zelfs 1 schoorsteen vrijlaat. O a. wijst hij er nog op, hoe velen gemakkelijk den aan slag van een tweede zouden kuuueu voorkomen. Men moet 8 gld. per week of f 400 per jaar verdie nen. Dit te bekennen om stemgerechtigd te worden zou volgens spr. wel eens een scheven toestand kunnen geven tnsschen moeder de vrouw en den man die niet al te eerlijk wel een3 een suoepduitje achterhoudt. Bij deze verdienste kan ook geheele of gedeeltelijke vrije woning en vrije kost worden berekend en om 't niet te vergeten herinnert spreker er aan dat men zich vóór 15 Febr. a.s. naar het Stadhuis moet begeven om de bevoegdheid aan te vragen. Die er prijs op stelt, moet dit, al mocht hij zelfs in eenig opzicht aan zjjn goed recht twjjielen, toch maar doen mocht hij niet bevoegd zijn, dan zal men hem dit later wel vertellen, do aan vrage kan in geen geval kwaad. De heer van Houten, zegt spr., is een spaarzaam man en wil dit ook zijne medeburgers maken daarom die eene som van f 100 op het grootboek of 50 gld. op de rijkspostspaarbank heeft is ook bevoegd, niet als men die heeft bij eene andere niet bij den staat bekende bank, zells niet al had men die som, als een van sprekers vroegere hoorders in lombardbriefjes. Men moet 1 jaar bij den patroon geweest zijn, die ge tuigenis moet afleggen omtrent het loon en dan moet poen vooral niet vergeten balasting aan te zuiveren of ie er jaar opnieuw aangifte te doen, anders wordt men weer geschrapt. De heer van Houten, zegt spr., schijnt nog al zeer vrijgevig geweest te zijn, maar na ontleding blijft er me veel van over. Dit is z.i. een reden te meer om te trachten, wat men na zooveel tijd en zooveel strijd ver regen eeft te behouden en nuttig te gebruiken, anders zou t nog wel eens kannen gebeuren, dat men het Arn- s er gemeenteraadslid Rntgers van Rozenburg geljjk zeS ^et vraagt het niet, enkel een troepje, en dit doet het nit eigenbelang. u e,jinn.erde spreker hoe er vroeger werd gekozen, g ver e e hoe dit thans zal geschieden. Voorheen was e pa roon o geestelijke wel eens bereidwilig genoeg den kiezer door het invullen van zijn billet een vrienden dienst te bewijzen maar langzamerhand zou men tegen over deze beiden meer moed en zelfstandigheid hebben gekregen. De geheime stemming maakte deze vrien dendiensten geheel overbodig, ook al kon men niet lezen en schrijven. Wanneer 40 kiesgerechtigden op een onderteekend biljet iemand noemen en 23 of meer zich met dit biljet naar 't stadhuis begeven, wordt genoemde persoon can- didaat gesteld en kan dus verkozen worden. Het schrij ven van den naam op 't biljet is ook niet eens noodig daar voor eiken candidaat een vakje is, wat slechts be hoeft zwart gemaakt te worden. Bij deze geheime stem ming behoeft dus, noch baas, noch vrouw, noch iemand anders behulpzaam of van invlood te zijn. Men is geheel vrij, als men wil, en niemand behoeft den kiezer een vriendendienst te bewijzen. Nog had men gaarne gezien, dat de stembus tot 's avonds laat geopend zou blijven, maar zoover had men het niet kunnen brengen. Wan neer men echter bedenkt, dat op elke fabriek den stem dag zichtbaar vermeld moet zijn, en de patroon verplicht is, ieder ter stembus te laten gaan, mag men met den tijd van 's morgens 8 tot 's middags 5 uur tevreden zijn. Na deze duidelijke uiteenzetting spoorde spreker de kiezers krachtig aan van 't voorrecht gebruik te maken. Velen waren van de politiek afkeerig en huiverig als van de zwarte kunst. Spr. kan niet anders doen, dan dezulken gerust stellen en ze waarschuwen, dat het niet gebruiken van 't recht ze zeker kan achteruitbrengen 't Kiesrecht, zoo verzekert hij, zal u 't brood niet bren gen, zooals de raven het Elia deden, maar maak er een ijverig gebruik van of, 't zou kannen zijn, dut n de ra ven 't brood kwamen weghalen. Hij raadde de Alk- maarsche werklieden aan goed uit de oogen te zien en te zorgen vóór 15 Febr. a.s. op de kiezerslijst te komen. Aaneensluiting kon hij niet sterk genoeg aanbevelen, verbrokkeling door het zelf oprichten van eeno eigen vereeniging of het uitbrengen van willekeurige stemmen bleek bij ervaring verloren werk. Er moet, zegt spreker, een lichaam zijn dat u voorlicht en waarvan gij kunt zeggen lid te zijn. Gij moet op de_ hoogte gebracht worden van alles wat goed en noodig is te weten op het gebied van politiek en welke candidaten verbetering zullen trachten te bren gen in de sociale toestanden. Er moet zijn eene kies- vereeniging met een bepaald programma en zoo u dat kan bevredigenmoet gij u daarbij aansluiten. Gedenk zegt spr., de oude spreuk »Eendracht maakt macht" en bedenk dat er machten zijn die u tegengaan. Er zijn hier mannen van erkende beginselen, ik zag hun pro gramma en kan daar gerust in medegaan. De werklieden, zij bewezen dit reeds meermalen bezitten nog gezonde hersenen en weten die als 't noodig is te gebruiken. Daarom te meer moet ik aansluiting aanbevelen. Gaan zelfs in de vereeniging de zaken niet goeddan heeft het groote aantal nog 't voordeel dat zij de sterkste zijn, daarom nogmaals: wordt lid van de Politieke Vereeni ging Vooruitgang 1" Nu volgdeomdat spr. dit niet kon nalaten nog eenige gedeelten uit het programma der Liberale Unie waarin o. a. de pensioen vraag. Als spreker de leden of aanstaande leden der politieke vereeniging een goeden raad mocht gevenzou hij ze zeggenvraag aan het bestuur in eene volgende vergadering eens iemand uit te noodigen die- op de hoogte is om de Deensche pen sioenwet te behandelen. Deze is z. i. waarlijk interessant; meer nog dan de Duitsche en zeker tot leering voor Nede- land. 't Program behelsde: verbetering van woningtoe standen leerplichtdienstplicht enz. 't Komt er op aan zoo eindigde spr., de meerderheid te krijgen en dit geschiedt niet met stil zitten door berusten of zich te verdeelen maar alleen door zich als één man aan te sluiten en stel u nu eens vóór dat gij bij de eerstvolgende verkiezing de nederlaag leedt. Dan nog geen moed verloren dan zou ik u een spre kend voorbeeld kunnen aanwijzen in Amerika. Daar streden getuige de laatste berichten de zilver- en de goudpartij. De eerste verloor en de andere overwon. De eerste is echter daardoor niet ontmoedigdzij nam dit kranig besluitde slag werd verloren, maar di t besef moet ons juist dubbele kracht geven. Nu reeds begonnen, om bij een nieuwen strijd in 1900 de overwinning te behalen 1 Na de pauze was 't woord gevraagd door mej. Kleef- stra. Zij meende dat men 't wel vreemd zou vinden juist nadat spr. gezegd had de vrouw heeft in de poli tiek niets te zeggen, er nu juist eene vrouw in het debat optrad. Zij had echter omtrent sprekers rede een en ander op te merken. Spreker vond het noodig dat iemand die stemmen mocht lezen en schrijven kon en had hij er bij gevoegd weinigen kunnen 't niet. Zij echter wist dat er nog duizenden waren vooral in Friesland die t niet konden en 't vooreerst niet zouden leeren door gebrek aan scholen. De woningen verder mochten dezen naam niet dragen het waren krotten of holen door den arbeider zelf gegraven in den grond. Van 50 gulden bezittenzou bij zulken en vele anderen wel geen sprake zijn. Spr. had gezegdbelasting moet er zijn en die het maar eenigszins betalen kan, raadde hij aan dit te doen Zij daarentegen zou allen, al konden zij het doen, willen toeroepen betaal geheel geen belasting de toestand is zoo dat het laod het niet verdient. Haars inziens hebben de meeste proletariërs ook geen 400 gulden verdienste per jaar. In Friesland moeten velen het met vrouw en kinderen doen met 150. Van de 1000 inwoners van ons land wordenzegt zij105 bedeeld en daaronder vindt men van alles, zelfs gezonde en krachtige jongelingen. Spr. had verondersteld dat door den werkman van de 8 galden verdienste wel eens een werd verjokt, maar zoo slecht veronderstelde zij den werkman niet. Zij betwijfelde of de vrouw zich voor de politiek zou interesseeren zij wordt immers naar de Grondwet geheel door den man aan banden gelegd. Sluit de herbergen waar velensoms om verontschul digbare redenen, een groot deel van 't weekloon ver drinken 1 Dit had zij liever van den spreker gehoord. De patroon zal h. i. nog altijd pressie blijven uitoefenen omdat zijn belang het meebrengt en de arbeiders znllen zich nog vaak den geest laten binden. Leerplicht zou zij goed vinden altijd wanneer die werd voorafgegaan door eetrecht en dan toegang voor de goedgevoeden, niet alleen op de lagere, maar ook op alle scholen enz. Toen inleider weer aan 't woord kwam, gaf hij zijn genoegen te kennen met eene dame in debat te komen maar tevens zijne verwondering dat deze dame hem trachtte tegen te spreken terwijl hij het in bijna alles met haar eens was, en dus z ij met he m. Dit laatste had zij evengoed bunnen zeggen, want daar kwam toch bijna haar geheele rede op neer. Spr. schat de vrouw hoog en z.i. verdient zij dit in menig opzicht. De geschiedenis leert het nog dagelijks en heeft reeds vroeg geleerd, wat de vrouw vermag en hoeveel moed zij kan bezitten. Hij dacht hier bv. aan Kenau Hasselaar maar hij zag dan ook in haar een voor beeld van liefde voor het vaderlandiets wat hij bij Mej. Kleefstra niet had opgemerkt. Hij betoogde hierbij opnieuw het noodzakelijke van belasting betalen. Mej. Kleefstra veronderstelde dat de vrouw zich niet met de politiek zou bemoeien en zij zelf trad als spreekster op. Dit was zoo goed als te zeggen ik sta zooveel boven jehier schuildezegt hij, een addertje in 't gras. De arbeiders zouden z. i. niet allen gediend zijn met de verzekeringde kinderen worden op school ook g e- v o e d. Velen zonden, zoolang zij konden ze liever zelf voeden. Een menscb, zegt spr., is geen dier en heeft nog altijd plichten tegenover zijne kinderen. Veel wordt in dit opzicht reeds op particulier initiatief gedaan en alleen waar dit tekort schoot, vond spr., moest de staat raad schaffen. Als 't kon zou spr. wel met haar in één slag Schiedam willen sluiten, maar toch moest hij haar op merken dat een misbruikend werkman dan toch niet zoo eerlijk was, als zij ze veronderstelde, anders wist spr. niet van waar hij 't drinkgeld bekwam. Dat de scholen voor alle leerlingen toe ankelijk waren en desnoods vrij van boeken enz., was ook spr. wensch. Meermalen zeide hij is gebleken dat juist uit 't volk do grootste mannen geboren werden. Hij noemde b.v. de Ruijter en vooral den bekenden professor v. Oosterzee. Spr. kwam dus tot de conclusie dat hij in weinig op zichten met haar verschilde, alleen in do liefde tot het vaderland en enkele haar eigene begrippen, waarover zij 't natuurlijk nooit eens zouden worden. Om 't gevorderde uur kon er geen verdere gelegenheid tot debat gegeven worden en sloot de voorzitter, de heer H. J. Vonk, de bijeenkomst onder dankzegging aan den heer D. de Klerk voor zijne duidelijke en voor ieder be vattelijke bespreking van de kieswet. Geachte Heer Redacteur! Beleefd verzoek ik u aan onderstaand gastvrijheid te willen verleenen De „Alkmnarsclie IJsclub." Onder de vereenigingen, die met zéér beperkte middelen woekeren, om het doel te bereiken dat bij de oprichting er van beoogd werd mag de vereenigingwaaraan dit stukje zijn naam ontleent, met eere genoemd worden. Als wij nagaan hoe het Bestuur der Alkmaarsche IJsclubbij het krieken van den dagmogen wij wel zeggen, er op nit gaat om aan het hoofd van een troepje wakkere mannen haar baan in casu het Paardenwed onder handen te nemen en zoo te bewerken dat een enkele dag vorst haar berijdbaar maakt niet alleen, maar haar omtoovert in een prachtige gladde ijsvlakte als bezaaid met zwierende pai'en. Als wij dit nagaan dan mogen wij een woord van hulde niet onthouden aan eene ver eeniging die niettegenstaande de geringe medewerking die zij ondervindtdoor daden toont zich de reden van haar bestaan bewast te zijn en ondanks storm, regen en onweersbuienmet kracht en energie datgene aanpakt en doorzet wat haar moet brengen tot het begeerde doel. Dag aan dag kan men eenige bestuursleden zientot over de enkels in de sneeuw staande, werkende met lust en volharding, en aan hun manschappen een goed voor beeld gevende. Hun toewijding moge ons en alle niet- loden van de IJsclub een aansporing zijn, deze vereenigii g zooveel in ons vermogen is te steunen. Is zij aldoor overmacht en dalenden barometer, niet in staat ons het ijsvermaak te verschaffen, zij bereikt dan toch een ander en grootscher doeiwant zij verschaft werk aan huis vaders en brood aan gezinnen, een daad die in dit barre jaargetijdezonder overschatting een weldaad genoemd mag worden. PROPELLOR. (Een toeschouwer van Dinsdagmorgen). Vervolg binnenlandsche berichten. Bergen. In de den 1 gehouden vergadering van commissarissen der spaarbank alhier werd tot commis saris herkozen de heer G. van der Lippe, die wederom de taak van president-penningmeester op zich nam. Uit de rekening, overgelegd door den secretaris-boekhouder, den heer J. Francken, bleek, dat op het einde vau 1896 het credit dor spaarbank bedroeg f 12060,03s, het debit f 9914,12, zoodat het reservefonds steeg tot f 2145,91s. GETROUWD 4 Febr. Jan Mulder en Grietje Heerding. Simon Weel en Jantje Habbé. Jan Leegwater en Jana Maria Muelink. GEBOREN: 1 Febr. Jan, z. van Jasper do Vries en Anna Brouwer. 2 Jacoba Gijsberta, d. van Mr. Adrianus Petrus Hendrik de Lange en Jacoba Elisabeth Wentholt. 3 Anna Margaretha, d. van Antonins Johannes Blom en Neeltje Kager. Jacobus, z. van Jo hannes Schoonhoven en Alida Wilhelmina Jan- neke Vetter. Elizabeth, d. van Ednard Karei Grootes en Elizabeth Malefeijt. Wilhelmina Adriana, d. van Dirk Albortus Luiting en Pe- tronella Johanna Jansen. Trijntje, d. van Johannes Burgoring en Hendrika Lucia Lebbing. Petrus Hendrikus, z. van Cornelis Kaandorp en Cornelia Alida Maria Raaves. OVERLEDEN 2 Febr. Abraham Knaap, 26 j. en 10 m.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1897 | | pagina 3