De heer Boelmans ter S p i 11 verklaart zich
hier tegen en is voor behandelinghij kan zich met
het voorstel zeer goed vereenigen.
Nadat de Voorzitter nog verklaardedat alles
wat B. en W. voorstellen meteen ten goede komt aan
den Kennemerstraatweg ter plaatse, wordt het voorstel
zonder hooldelijke stemming aangenomen.
Rekening
Hamer van Koophandel en Fabrieken.
6 Het onderzoek van de rekening der Kamer van
Koophandel over liet jaar 1896, in ontvang bedragende
de toelage nit de gemeentekas a f 125 en in uitgaa
tot gelijk bedrag nitgetrokken en door kwitantiën ge
rechtvaardigd, heeft tot geeue opmerkingen of bedenkingen
aanleiding gegeven, weshalve de commissie tot do belas
tingzaken enz. voorstelt die rekening goed te kenren.
Zonder hoofdelijke stemming aangenomen.
Tram-Omnibusdlenst
Oroote Kerk—Kennemerstraatweg.
7. In afwachting van het tot stand komen dei
stoomtram Alkmaar—Beverwijk, was nog steeds onafge
daan gebleven een verzoek van do Naamlooze vennoot
schap Alkmaarscbe Tramvereeniging" om, op gelijke
voorwaarden als ge3teld zijn voor het hebben van een
paardentram van de Steenenbrng naa,r het spoorweg
station, concessie te bekomen tot bet uitbreiden van den
genoemden dienst door het aanleggen en exploiteeren
van een paardentram van de Groote Kerk tot den Km-
nemerstraatweg. Thans achten B. en W. bet oogenblik
gekomen in overweging te geven op dit adres eene be
schikking te nemen. Onder mededeeling dat de com
missie van bijstand in betrekking tot het beheer en on
derhoud der publieke werken en eigendommen is gehoord,
stellen zij thans voor te besluiten
aan de genoemde vennootschap vergunning te ver-
leenen
1°. tot den aanleg en de exploitatie van een tramomm-
bnsdienst van de Groote Kerk door de Koorstraat en
het Ritsevoort naar den Kennemerstraatweg, tegenover
het huis, bewoond door den heer W. van Haaften
waar het eindpunt der baan wordt gevonden
2°. rails te leggen van de Koorstraat naar den Heul ter
bereiking van den stal van het bötel »de Toelast
een en ander behoudens de rechten van derden, voor
een tijdvak ingaande onmiddellijk nadat van de ver
zoekster de schriftelijke verklaring is ingekomen, dat zij
de vergunning onder do gestelde bepalingen heelt aan
genomen en eindigende 1 October 1920 den datum
waarop ook de aan dezelfde Vennootschap verleende
concessie eindigt voor de tram Steenenbrng Spoorweg
station, en behoudens gedeeltelijke intrekking vervallen
verklaring of schorsing, vervat in de aan de voorgestelde
vergunning verbonden voorwaardenten aanzien van
welke wordt voorgesteld ze gedurende veertien dagen ter
secretarie ter visie te leggen voor belanghebbenden ten
einde eventueele bezwaren daartegen in te kunnen bren
gen bij Burgemeester en Wethouders.
De heer Stoel verklaart tegen het ontwerp geene
bedenking te hebben doch hij zal het in stemming
wenschen gebracht te zien, daar hij er voor de gemeente
geen enkel voordeel in ziet. Hij begrijpt niethoe de
concessionarissen eene dergelijke onderneming op tonw
kunnen zetten.
De heer Bosman zegt dat wordt voorgesteld de
baan te leggen langs de oostzijde van het Ritsevoort en
verder langs de westzijde van den Kennemerstraatweg.
Hij vraagt of het geen bezwaar oplevert eene kruising
op de Heilooërbrug te krijgen.
De Voorzitter is aanvankelijk van dezelfde ge
dachte geweest. Maar, omdat alle herbergen aan de
westzijde gelegen zijn oordeelden B. en W. de oostzijde
meer geschikt. Wat de kruising betreft, vóór de brug
is daartoe genoeg gelegenheid.
De heer de Groot meentdatnu de tram met in
aansluiting komt met de lijn Alkmaar Haarlem het
▼olgen van de westzijde met het oog op de kruising
beter zal zijn.
De heer Kraakman heeft twee hoofdbezwaren tegen
de aangegeven richting. In de èerste plaats strekt zich
de lijn naar zijn oordeel te ver nit in den Hout en in
de 2e plaats wil ook hem de westzijde beter toeschijnen
dan de oostzijde.
Ter ondersteuning van zijn eerste bezwaar voert bij
aan dat deze aanleg enkel beoogt het overnemen van
passagiers, vervoerd met de tram Lubeké en dan is het
uitstrekken der lijn tot het pnnt van aankomst dier
tram ver genoeg. Hij wil het eindpunt dus hebben
waar bij de brug de boomeu hebben gestaan. Verdere
uitstrekking is geheel noodeloos en men zal, berust men
in het voorstel van B. en W., rails krijgen op het
kruispunt van Wilhelminalaan en Varnebroek, wat hem
niet wenschelijk voorkomt. Wat het 2e bezwaar betreft,
hij acht met het oog op de wagenskomende nit de
verschillende op Koorstraat en Ritsevoort aansluitende
straten, de westzijde beter geschikt dan de oostzijde.
Hij doet het voorstel de vergunning in den door hem
bedoelden zin te wijzigen.
De heer Stoel deelt het eerste bezwaar van vorigen
spreker niet. De ruimte bij de brug is voor aanwijzing
van het eindpunt der baan te nauw. Vooral met het
oog op het verspannen der paarden moet men meer
ruimte hebben welke ruimschoots gevonden wordt op
de plaats, die B. en W. voor eindpunt aanwijzen.
De heer de Groot geeft in overweging, nu de tram
niet aan de lijn Lnbcké aansluithaar te doen blijven
voor de brng bij de urinoir.
De heer de Wit verklaart, dat de aanleg niet enkel
strekt tot overname dir passagiers, maar dat hij ook ge
schiedt in het belang van de gemeentenaren, die verder
wonen.
De heer Bosman wenscht in verband met het voor-
stel-Kraakinan te willen vragen of er misschien ook uitzicht
bestaat, dat de concessionaris van destoomtram Haarlem-
Alkmaar zal doorgaan naar het station en of er in de
voorwaarden op die mogelijkheid is gerekend met het oog
op het toestaan van kruisingen.
De Voorzitter antwoordt toestemmend.
Het eerste amendement van den heer Kraakman,
om het eindpunt der baan aan te wijzen voorbij de Hei-
loërbrug, waar vroeger de boomen stonden, wordt vol
doende ondersteund. In stemming gebracht wordt het
verworpen met 14 tegen 3 stemmen, die van den voor
steller en der heeron de Groot en Witte.
Thans zal de Voorzitter in stemming brengen zijn 2e
amendement, n.l. het volgen van de westzijde van het
RlAlvorens daartoe over te gaan, geeft de heer Canters
in overweging de rails in het midden der straat te doen
legcen. Hij meent, dat daarvoor zeer veel is te zeggen,
nu°men heeft gezien, welke fout men heelt begaan in do
Langstraat. In Amsterdam geschiedt in vele straten de
aanleg als hij voorstelt en daar gaat het uitstekend. lip
doet daarom eeD voorstel in dezen geest. Ook dit voor
stel wordt genoegzaam ondersteund.
De heer Witte is tegen dit voorstel. Waar de Lan-
gestraat nog slechts ten halve is bedorven, daar zou, bp
aanneming, het Ritsevoort dit geheel worden.
De heeren Stoel en Goede zijn eveneens tegen dit
voorstel.
In stemming gebracht wordt dit amendement verworpen
met 12 tegen 5 stemmen. Vóór stemden de heeren de
Groot, de Wit, Kraakman, Canters en de Sonnaville.
Het' amendement-Kraakman, om alsnn de westzpde te
nemen, wordt evenzeer verworpen met 13 tegen 4 stemmen.
Vóór stemden de heeren de Groot, Witte, Kraakman en
Bosman.
Het voorstel van B. en W. wordt daarna m zpn ge
heel onveranderd en zonder hoofdelijke stemming aan-
genomen.
Benoeming Stads-geneeskundigen.
8 Ter vervulling der vacature van stads-genees-
kundige, ontstaan door het overlijden van den heer
A. R. Mulder, hebben zich drie sollicitanten aangemeld.
Het zijn, in alphabetische volgorde, de heeren
A. M. ConijD, arts; E. P. Lugt, arts; J. Overduin, arts.
B en W. geven in overweging uit dit drietal eene
keuze te doen en tot de benoeming van een stads-
geneeskundige op eene jaarwedde van f 450 over te
gaan en welovereenkomstig art. 2 der instructie voor
de stads-geneeskundigen voor den tijd van vijf jaren
ingaande met den datum van het te nemen besluit
"Bij de eerste vrije stemming worden uitgebracht op
de heeren Conijn en Lugt ieder 7 en op den heer Over-
duin 3 stemmen.
Bij de tweede vrije stemming op den heer Conijn 8
np den heer Lugt 7 en op den heer Overduin 2 stemmen.
Bij de herstemming tusschen de heeren Conijn en Lugt,
wordt eerstgenoemde benoemd met 9 stemmen, tegen 8
stemmen uitgebracht op den heer Lugt.
1 Voor geneeskundige aan het gasthuis, waarvoor Re
genten de volgende aanbeveling deden t. w. de heeren:
1» dr J Broers en 2». A. M. Conijn, werd bij eerste
stemming benoemd de heer dr. J. Broers met 9 stem
men. Op den heer Lugt waren 7 en op den heer Conpn
was 1 stem uitgebracht.
3e Suppletoir kokier pl. (llr. belasting.
9. Gaat de vergadering over tot behandeling van het
2e suppletoire kohier der plaatselijke directe belasting
naar het inkomen dienst 1896.
Zonder hoofdelijke stemming wordt dit kohier vastge
steld tot een belastbaar inkomen van f 25540 en een
invorderbaar bedrag van f 166.04.
Wijziging instructie gemeente-ontvanger.
10.Door den gemeente-ontvanger is medegedeeld, dat
voor en na zijne benoeming als zoodanig, de marktgelden
der groote kaasmarkten voor hem werden geïnd door
P. Pronk Jr., die daarvoor van hem eene belooniDg
genoot.
Deze persoon, die onlangs eene vaste betrokking heelt
gekregen is thans van het innen der kaasmarktgelden
ontheven en het ligt nu in de bedoeling des ontvangers
om daarmede te belasten den klerk-gedelegeerde ten
ontvangkantore N. van de Poll. In verband daarmede
heeft hij in overweging gegeven het ontvangkantoor op
Vrijdagen geheel te sluiten, waartegen naar zijn oordeel
geen bezwaar bestaat, wjjl des V rijdags het kantooi dooi
gemiddeld vijf personen bezocht wordt.
B. en W. 'kunnen zich daarmede vereenigen. Bij ziekte
of ontstentenis van den ontvanger of den klerk zouden
ontvangkantoor en waag gezamenljjk niet kunnen worden
waargenomen. Wel is waar zou, in zulk een geval, het
ontvangkantoor voor één enkelen dag kunnen gesloten
worden maar daartegenover staatdatindien de ont
vanger verplicht is zich des Vrijdags geregeld te zijnen
kantore te bevinden, hij de gelegenheid mist controle te
oefenen op de inning der kaas- en graanmarktgelden.
De ontvanger moet h. i. in de mogelijkheid zijn zich nu
en dan naar de waag en naar de graanmarkt te begeven,
ten einde zich te overtuigen van den goeden gang
van zaken.
Op dien grond stellen zij voor te besluitende
instructie van den gemeente-ontvanger zoodanig te wij
zigen dat hij niet meer verplicht is op Vrijdagen van
12 tot 2 uur zitting te honden.
De heer de Lange vraagt, of er ten aanzien der cre
diteuren de gemeente geen bezwaar in gelegen is tegen
geheele sluiting op Vrijdag. Het kan voorkomen dat een
der vervaldagen voor rente en aflossing van obligatiën
op dien dag valt.
De Voorzitter acht dit bezwaar niet overwegend,
waarna het voorstel zonder hoofdelijke stemming wordt
aangenomen.
Gratificatiën directeur der gemeente-reiniging
en opzichter reinigingsdienst.
11. Gelijk bekend is wordt sinds 1883 telkens om
de twee jaren aan den directeur der gemeente-reiniging
en aan den opzichter op de terreinen van den reinigings
dienst elk eene gratificatie verleend respectievelijk van
f 100 en f 50als blijk van tevredenheid over hnn
dienstijver en over de wijze waarop de belangen van
dien tak van dienst door hen worden behartigd.
De toekenning dier gratificatiën geschiedde het laatst
bij Raadsbesluit van 27 Pebrnari 1895zoodat thans
opnieuw een tweejarig tijdvak is verstreken.
B. en W. vinden alleszins vrijheid de beide bedoelde
ambtenaren dit jaar wederom voor dezelfde gratificatie
voor te dragen, waarom Zij voorstellen te besluiten
a. aan den directeur der gemeente-reiDiging eu aan den
opzichter op de terreinen van den reinigingsdienst elk
eene gratificatie te verleenen respectievelijk van f 100
on van f 50;
b. B. en W. uit te noodigen te zijner tijd de noodige
finantieele voorstellen te willen doen tot vinding dei
snb a bedoelde gelden.
Bij acclamatie aangenomen.
Subsidie tentoonstelling van fok- en vet vee.
12. Bij adres dd. 11 Januari 1.1. heeft de afdeeling
Alkmaar der Hollandsche Maatschappij van Landbouw
zich tot den Raad gewend met het verzoek^ haar ten
behoeve der op 9 April a.s. te honden gewone jaarlijksche
paaschtentoonstelling van fok- en vet vee, wederom eene
subsidie uit de gemeentekas te verleenen ten bedrage
van f 300.
B. en W. beriehten op dat adres, dat nit de op bun
verzoek overgelegde extract-rekening van de in 1896
gehouden Paaschtentoonstelling blijkt, dat de ontvangsten
hebben bedragen f 3222,73de uitgaven f 3281.04
zoodat deze tentoonstelling een nadeelig slot van 1 58.31
heeft opgeleverd.
Ook is door hen een schrijven gericht aan de gemeen
tebesturen van Schagen en Purmerend, met het verzoek
hun zoo mogelijk het een en ander te wiHen mededeeien
omtrent de finantieele uitkomsten van de in die gemeenten
gehouden wordende veetentoonstellingen met daaraan
verbonden verlotingen.
Van Schagen zijn zij te weten gekomen, dat voor de
jaarlijksche tentoonstelling van gemeentewege eene sub
sidie van f 100 wordt verleend, terwijl door Purmerend
geantwoord werd, dat de Raad dier gemeente, het eerst
in 1896 voor de Paaschtentoonstelling een crediet (geen
subsidie) heeft verleend van f 300waarvan in dat jaar
geen gebruik is behoeven gemaakt te worden, omdat de
ontvangsten de uitgaven geheel konden bestrijden. Ten
aanzien der uitkomsten van de gehouden verlotingen
konden de genoemde gemeentebesturen geene juiste inlich
tingen geven.
Wordt met deze mededeelingen voor onze gemeente
weinig licht ontstoken, toch blijkt, naar zij meenen, uit
het succes waarop deze tentoonstellingen mogen bogen,
dat zij door den landbouwenden stand worden gewaardeerd.
Indien, zooals te Purmerend, een landbouwtentoonstelling
niet altijd een nadeelig slot oplevertmag ze geacht
worden levensvatbaarheid te hebben en indien dit zoo is,
dan is eveneens de steun van de besturen der gemeenten,
waar die tentoonstellingen worden gehouden, gerecht
vaardigd want afgezien van het nut dezer tentoonste -
lingen, waarover men van gevoelen zou kunnen verschillen,
brengen ze levendigheid in de gemeente en komen ze in
eik geval aan een deel der ingezetenen ten g°ede-
Het komt hun dan ook voor, dat men, bij de beant
woording van de vraag of het verzoek der afdeeling
behoort te worden ingewilligd heeft te overwegen ot
het gemeentebelang medebrengt aan het bereiken van
het beoogde doel mede te werken. En dan zonden zij
meenen, dat een bedrag van f 250 voor dit doel aan de
gemeentekas onttrokken, langs allerlei onnaspeurlijke
wegen in dubbele mate zal terugvloeien m de beurzen
dergenendie op hun beurt weder geroepen worden de
kas der gemeente van het noodige te voorzien.
Zij aarzelen dan ook niet in overweging te geven te
besluiten:
a. aan de afdeeling Alkmaar der Hollandsche Maatschappij
van Landbouwvoor de op 9 April a.s. te houden
gewone jaarlijksche Paaschtentoonstelling eene subsidie
uit de gemeentekas te verleenen, ten bedrage van t 256;
b. B. en W. uit te noodigen te zijner tijd de noodige
finantieele voorstellen te willen doen tot vinding der
der sub a bedoelde gelden.
De Voorzitter verklaarthoezeer B. en Wdit
voorstel hebben gedaan, tegen te zullen stemmen, omdat
hij geen voorstander van deze tentoonstelling is.
De heer Boel mans ter Spill geeft te kenneD,
dat de bezwaren van een deel van den Raad in het alge
meen en die van den Voorzitter in het bijzonder reeds
bekend genoeg zijn zoodat z. i. over het voorstel met
behoeft te worden gediscussieerd.
Het voorstel wordt in stemming gebracht en aange
nomen met 10 tegen 7 stemmen, die van de heeren Stoel,
Vonk, de Groot, de Wit, Rentmeester, Canters en den
Voorzitter.
Op voorstel van den Voorzitter worden de overige
punten der agenda tot de volgende vergadering aange
houden.
Kas-tekort.
Alvorens de vergadering wordt gesloten vraagt de heer
de Groot of haast een antwoord bij den Raad te ver
wachten is van de commissieden 29 Augustus 1896
benoemd inzake het door hem aan den Baad gerichte
schrijven betrekkelijk de aanzuivering van het eventueel
ongedekte kas-tekort.
De heer Boelmans ter Spill zegt, dat de V oor-
zitter dier commissie deze vraag dient te beantwoorden
en nn weet hij niet of die wel bestaat. Hij gelooft, dat
de heer Kraakman daarvoor is aangewezen.^
De heer Kraak man antwoordt, dat die aanwijzing
nog niet is uitgemaakt. In de commissie is evenwel geen
webrek aan leiding geweest. Tweemaal heeft ze vergaderd
en in de laatste vergadering is nog geene beslissing ge
nomen, omdat een der leden nog eens de jurisprudentie
wenschte na te gaan, op deze zaak betrekkelijk.
De heer de Groot is voor deze mededeeling dank
baar, maar niet geheel voldaan, omdat hij meent, dat de
commissie indertijd niet is benoemd, om eerst de pro
cedure af te wachten en daarna verslag uit te brengen.
De heer Boelmans ter Spill doet opmerken,
dat dit ook niet de bewering is. 't Uitstel was eenvou
dig hierin gelegen, dat men de jurisprudentie nog eens
wenschte na te gaan. Hij gelooft echter in den geest
van de andere leden te spreken, wanneer hij zegt, dat,
mocht de Raad er prijs op stellen in de volgende ver
gadering het advies te vernemen, daaraan zal worden
voldaan.
De heer de Groot is voor deze toezegging ten zeerste
dankbaar.
De vergadering wordt gesloten.
Stoomtram BeverwijkAlkmaar.
Beverwijk. De dienst van de tram naar Alk
maar zal Zondag 14 Fehrnari worden geopend. Op
Vrijdag 12 en Zaterdag 13 dezer zullen proefritten wor
den gedaan, waarbij voor de jeugd gelegenheid bestaat
om een gratistochtje van hier naar Alkmaar te maken.
Ter bevordering van een goede orde znilen aan het
bureau Kennemerland gratis kaartjes worden afgegeven,
zoodat de jongelui wel zullen doen zich daarvan tijdig
te voorzien. 3
Zoowel des morgens als des middags worden die proei-
ritten ondernomen en naar alle waarschijnlijkheid zullen
minstens vier tramtreinen op die dagen heen en weer rijden.