Stadsberichten.
26
95
1
73
44
60
92
108
64
15
34
35
28
67
132
6
61
96
83
104
19
88
109
98
117
33
103
99
126
53
70
25
31
4
48
13
125
22
27
39
129
50
51
24
47
16
112
46
77
40
86
45
76
128
2
134
123
reeds gevormde oni houdersvereenigingen of over te gaan
tot de oprichting eener vereeniging alhier. Een vrij talrijk
opgekomen publiek woonde de vergadering bij en de spre
kers werden met onverdeelde aandacht aangehoord.
Veeziekte.
Op de stallen van de veehoeders M. Tukker te
Hilversum C. Koelemey te Ursem en wed. A. de Groot,
te Haarlemmermeer, is het mond- en klauwzeer uitge-
broken.
17e Alkmaarsche Paaschtentoonstelllng,
Trekkingslijst van de VERLOTING, gehou
den op maandag 12 April j.l., in het lokaal »Harmonie
ten overstaan van den Notaris Mr. A. P. H. de Lange,
te Alkmaar.
Lot- Prijs-
numm. numm.
20 Slecht vork 120
52 Zweep 55
72 Varken 18
146 Varken 20
152 Greep 116
193 Zweep 56
241 Tuig met borststuk 11
309 Rijtuigdeken 74
325 Kamerbezem 23
346 Kleerenrek 17
412 Koeschaar 101
480 Roomschaal 38
481 Sportkar 81
526 Rijtuigdeken 75
531 Roomschaal 37
561 Tuinhark 42
577 Hoofdstel 12
611 Reistasch 94
621 Hondenhalsband 90
637 Emmer 49
640 Wagenhaam 52
648 Roltapijtschuier 71
656 Paardenschaar 131
675 Tuinhark 43
689 Tilbury 9
695 Roomschaal 41
770 Reistasch 93
790 Hooivork 30
806 Zweep 57
823 Hondenhalsband 89
860 Leidsel 14
966 Thermometer 127
979 Slechtvork 119
1011 Rijtuigdeken 78
1071 Sportkar 82
1076 Hooivork 32
1123 Koffer 85
1130 Greep 65
1288 Tuingieter 68
1307 Koffer 87
1366 Greep 115
1450 Zweep 58
1484 Kaaspers 21
1536 Roltapijtschuier 72
1574 Stalgrim 110
1634 Sportkar 80
1638 Worstmolen 63
1684 Hooivork 29
1687 Tuingieter 69
1726 Ballastschop 114
1764 Schaap met lamm. 5
1827 Varken 8
1864 Ballastschop 113
1870 Sportkar 79
1889 Cylindermangel 97
1974 Bascule 122
2056 Greep 66
2074 Slijpsteen 133
2164 Rijtuighaam 100
2245 Hoofdstel 105
2261 Slechtvork 118
2286 Roomschaal 36
2297 Stalgrim 111
2368 Leidsel 102
2424 Stier 3
2426 Varken 84
2491 Pamilieschaal 62
2495 Halsjuk 124
Lot- Prijs-
numm. numm.
2508 Leidsel 107
2542 Hooivork
2570 Vogelkooi met
standaard
2641 Os
2644 Rijtuigdeken
2713 Tuinhark
2758 Hondenhalsband
2897 Veiligheidsbit
2912 Leidsel
2915 Greep
2982 Grasschaar
3017 Botertijn
3066 Thermometer
3159 Hooivork
3162 Tuinbank
3248 Schapenschaar
3328 Schaap met lamm
3415 Parapluiestarid. 130
3423 Bakwagen 10
3470 Deken met singel 54
3472 Veiligheidsbit 91
3515 Veiligheidsbit 59
3521 Hoofdstel 106
3539 Kamerthermomet. 121
3541 Hegschaar
3608 Vogelkooi met
standaard
3613 Varken
3661 Hoofdstel
3760 Varken
3761 Koffer
3816 Stalgrim
3838 Cylindermangel
3854 Greep
3862 Botertijn
3926 Leidsel
3936 Rijtuighaam
4027 Halsjuk
4075 Rafeldek
4102 Kookpot
4116 Hooivork
4121 Hooivork
4150 Ram
4161 Emmer
4162 Gebit
4210 Halsjuk
4231 Kamerbezem
4260 Hooivork
4281 Roomschaal
4331 Portemanteau
4341 Reisdeken
4358 Wagenhaam
4413 Hooivork
4464 Kaaskliener
4489 Hark
4619 Ballastschop
4640 Kaastobbe met
schamel
4658 Rijtuigdeken
4659 Roomschaal
4786 Koffer
4800 Pil tor
4827 Rijtuigdeken
4882 Thermometer
4895 Koe
4897 Slijpsteen
i 4934 Halsjuk
2498 Schaap met lamm. 7
Mr. E. FOKKER.
Dinsdag, den 14, 's avonds hield de politieke vereeni
ging «Vooruitgang" alhier, eene openbare vergadering
in de kolfbaan van het café «de Nachtegaal". Als spre
ker trad dien avond op de heer Mr. E. Fokker van
-Middelburg, candidaat der kiesvereenigingen in dit dis
trict, die aangesloten zijn bij de Liberale Unie.
De voorzitter de heer H. J. Vonkopende de
vergadering met een woord van hulde aan de nagedach
tenis van den heer Mr. A. P. de Lange, terwijl hij
vervolgens met een enkel woord wees op den strijd, die
er bij de a. s. verkiezing gevoerd zal worden tusschen
de beide fractiën der liberale partij. Volgens het manifest
der 83 liberalen in de laatste dagen gepubliceerd, had
men naar zijne meening een ander besluit der Centrale
Lib. Kiesvereeniging mogen verwachten. Hij betwijfelde
dan ook, of het genomen besluit aangenaam zou zijn bij
de eigen partij. De Centrale heeft eene groote verant
woordelijkheid op zich genomen. De vooruitstrevenden
zullen den strijd aanvaarden en de jongere kiezers
opwekken, dien met hen te voeren.
Daarna werd het woord gegeven aan Mr. Fokker, die
zich volgaarne bij de woorden van den voorzitter, ge
wijd aan de nagedachtenis van Mr. A. P. de Lange, aan
sloot. Al was deze hem niet persoonlijk bekend, to;h
wist hij, dat Mr. de Lange algemeen gewaardeerd werd
ook buiten het politieke leven. Zijne vertoogen in het
Vaderland, geteekend met «Dirk uit de Beemster", werden
met belangstelling gelezen.
»De kiezers in dit district," vervolgde spreker, „zijn
thans door de wet geroepen een nieuwe keuze te doen.
Zij moeten een afgevaardigde benoemen voor een zetel,
die misschien niet bezet zal worden de tweede kamer
toch zal in deze laatste maanden niets afdoen dan eenige
formaliteiten.
Toen de vereenigingen, aangesloten bij de L. U., hem
de vraag stelden, of hij eene candidatunr zou aanvaarden,
heeft spr. daarop bevestigend geantwoord, onder voor
waarde, dat zijne candidatunr de eerste was. Die voor
waarde werd vervuld. Nog een enkel woord wil spr.
daarover zeggen, omdat er blijkens enkele dagbladartikelen
misverstand bestaat. Spr. staat geheel op het standpunt
der L. U.; hij acht het noodig daarop te wijzen, temeer
nu het manilest der 83 liberalen kennelijk is gericht tot
de Unie.
Hij moet er tegen opkomen, als men zegt, dat hij
geen candidatunr zou aanvaarden tegenover Mr. Pierson.
Het programma der L. U. is juist daarom aangenomen,
omdat men niet als vroeger een »allegaartje" in het par
lement wil brengen. Mannen als Kerdijk en Borgesius,
Rutgers en Bastert., behooren niet bij elkaar in één partij.
Iedere kiesvereeniging, aangesloten bij de L. U., moet een
candidaat stellen, die het met het program eens is. Volgt
daar nu uit, dat de clericale partij in de hand gewerkt
worde? Dat is allerminst de bedoeling. Als er gevaar
mocht dreigen, bij herstemming bijv., dan is samengaan
gewenschtin een twijfelachtig district is terugtrekking
van een der lib. candidaten soms noodig.
Dit heeft spreker ook elders gezegd en dit is zijn
andpunt.
Doordat spreker het programma der L. U. onderschrijft,
is hij in de oogen van sommigen niets meer dan een
marionet, iemand, die zich laat wringen in een keurslijf van
politieke onvrijheid. Men tracht de legende ingang te
doen vinden, dat dat programma te eng te bindend
is. Dat program is uit den booze. Opmerkelijk acht spr.
het, dat juist in de laatste weken die stelling herhaal
delijk wordt verkondigd, en niet vroeger, toen het pro
gram in wording was. Hij gaat daarom nauwkeurig de
wordingsgeschiedenis na, wijst er op, hoe de verschillen
de kiesvereenigingen hare op- en aanmerkingen hebben
kunnen maken, en dit ook gedaan hebben doch niemand
beeft toen gezegd »We willen van een program niets
weten." Toen het program is verschenen bleek het, dat
het velen te ver ging, toen kwam men met bezwaren,
toen noemde men het te bindend, doch dat is te laat.
Spr. ging nu na, of deze meening gegrond was, of
werkelijk dat programma de afgevaardigden te veel zou
binden.
Daartoe stond hij bij alle punten van het programma,
meer bepaaldelijk van het program van urgentie, even
stil, na eerst voorlezing gedaan te hebben van de over
wegingen, die geleid hadden tot de opstelling van een
program van actie.
Dat in dit program het kiesrecht wordt genoemd, is
het gevolg hiervan, dat hoezeer de L. U. meent geen
vrede te kunnen hebben met de Wet-van Houten, en dus
haar beginsel in dit opzicht niet prijs geeft, wat toch
geen daad van onverzoenlijkheid is zij meent, dat
andere zaken thans moeten vóór gaan en het gekibbel
over het kiesrecht voorloopig uit moet zijn.
Het eerste punt van het program luidt: regeling van
het arbeidscontract, d.w.z. betere regeling van de rechten
en plichten van den werkman en den werkgever. Wie
een blik geslagen heeft in de regeling dezer zaken in
het buitenland, wie weet, hoo dat in Duitschland b.v. bij
de wet nader geregeld is zal zieD, dat de regeling van
het arbeidscontract in deze woorden niet te bindend is
omschreven en den afgevaardigde in dit opzicht nog
genoeg vrijheid wordt gelaten. Bij deze zaak sluit zich
natuurlijk aan beperking van overmatigen arbeidsduur
ook voor volwassen mannelijke personeu. De Unie ver
klaart zich dus alleen voor beperking daarvanspreekt
hare meening niet uit over b.v. een achturigen arbeidsdag
of iets dergelijks, derhalve al weer vrijheid voor den afge
vaardigde. Ook omtrent de verzekering van een weke
lijkschen rustdag, wordt geen bepaalde meening geeischt,
er wordt alleen gezegd dat de Zondag als zoodanig het
meest wordt aanbevolen.
De tweede paragraaf betreft de verplichte verzekering
van den werkman tegen invaliditeit en ongelukken. De
vraag isis met betrekking tot dit beroemde vraagstuk
het program ook weder te eng De Unie heeft gezegd:
wij willen de verplichte verzekering. Onze kandidaat
moet dit dns onderschrijven doch men heeft er bijgevoegd:
zoo noodig met bijdragen van den Staat. De vraag, of
die verzekering kan plaats hebben zonder dat de Staat
daartoe bijdraagtis eigenlijk niet genoeg onderzocht.
Het bestuur der Liberale Unie heeft gemeend dat dit
niet zonder den Staat kananderen beweren dat het
wel mogelijk is. Welnuis dit laatste waar, dan is het
ook goed. Dat staat dus geheel aan den afgevaardigde.
Dan volgt: Verbetering van woningtoestanden en daartoe
noodzakelijke veranderingen van de onteigeningswet.
In de uitvoering daarvan is de afgevaardigde weer
geheel vrij.
Ook wat betreft de herziening der armenwet, is naar
sprekers meening hot program niet bindend.
Het volgende punt isInvoering van leerplicht ook
voor voortgezet en herhalingsonderwijs en verbetering van
onderwijzerstractementen. De bijvoeging ook voor voort
gezet en herhalingsonderwijs is een gevolg daarvandat
men tot de overtuiging is gekomen, dat er verband bestaat
tusschen de arbeidswet en het onderwijs. Dat het onder
wijs tot het twaalfde jaar niet voldoende geacht kan
worden en men ten plattenlandevooral met het herha
lingsonderwijs verder kan komen, zal niemand betwisten.
De uitvoering van dit punt is ook weer niet nader om
schreven de vertegenwoordiger is in dat opzicht dus
weder niet gebonden.
Verder wordt in het program genoemd Verbetering
van den rechtstoestand der vrouw. In de eerste plaats
wil men de gehuwde vrouw het recht waarborgen op de
opbrengst harer arbeid. Het is bekend, dat het burgerlijk
wetboek in dit opzicht vele fouten aankleven. Al deze
fouten en onrechtvaardigheden worden niet genoemd
spr. wil ook niet in nadere bijzonderheden treden doch
ieder is er van overtuigd dat ze bestaan. Ook is het
bekend, dat onder de juristen over deze zaken heel wat
verschil van gevoelen heerscht. Hij acht daarom ook
deze bepaling niet te eng.
Tegen het punt, handelende over verwaarloosde kinde
ren en beperking desnoods van de ouderlijke macht
opdat het exploiteeren van kinderen door de ouders
tegengegaan worde is naar sprekers meening weinig aan
te voeren.
Wat de behartiging der belangen van landbouw, han
del en nijverheid betreft, waarvan het program spreekt,
wijst spreker vooral op de bijvoeging zonder bescher
mende rechten'', iets dat ook door de andere nuance der
lib. partij wordt voorgestaan.
Als laatste punt van het programma noemde spreker
de opheffing of liever verandering der schutterij en betere
regeling der levende strijdkrachten meer wordt er niet
gezegd over deze zaak. Ziedaar, zei spr., het geïncrimi
neerde program van actie, dat zoo bindend zou zijn, dat
het de afgevaardigden tot marionetten zou maken. Hij ge
loofde dan ook, dat men met hem van oordeel zou zijn,
dat de opportnniteitsargumenten in den laatsten tijd
tegen dat program aangevoerd, den toets der critiek niet
kunnen doorstaan. Naar zijne meening zijn vele van die
aanvallen geuitom de aandacht van de hoofdzaak de
sociale hervormingen, af te leiden. Het verschil zit hem
vooral in de meerdere of mindere warmte voor de sociale
vraagstukken.
Ten slotte bespreekt de inleider het artikel uit de
Alkm. Courant van 14 April.
Daarin lezen wij zegt spreker
»Maar het blijven volgen der politiek Borgesius-Kerdijk,
die meenen alléén te weten wat voor 's lands heil deugt,
die de liberale partij alleen dns haren naam waardig
achten wanneer zij terugkomt op hare in 1894 gegeven
beslissing en zich in haar geheei voegt naar de leer en
de inzichten der «geavanceerden" het blijven volgen
eener dergelijke politiek belet verzoening sluit samen
smelting uitverijdelt de mogelijkheid van gemeenschap
pelijk overleg en samenwerking.
«De woorden «geavanceerd liberalen" en «onverzoenlij-
ken" worden dan synoniem.
Nu is er eerst in datzelfde stuk den vooruitstreven
den een verwijt van gemaaktdat men geen samenwer
king heeft gezocht.
Hoe vat men dat overleg op, op welke wijze had dat
moeten geschieden Is het niet rationeeldat eerst de
kiesvereenigingen die het Unieprogram hebben aangeno
men overleg hebben gepleegd? Doet men anders dan
kan men zijn program wel oprollen. Door de aangeslo
ten kiesvereenigingen is verder aan de «Centrale" en
andere kennis gegeven dat zij hot oog hadden op mjjn
persoon, vóórdat men in de algemeene vergaderingen mijn
candidatunr had gesteld. Dat was wel geen groote stap
tot overleg, maar daaruit blijkt toch, dat men niet ach
ter den rug der anderen om heeft gehandeld. Evenwel
de schoen wringt hem eigenlijk in de sociale kwestie, en
als dat waar is hoo kan men dan samengaan Dat de
scheuring in de liberale partij zoo groot was dat men
onverzoenlijk zou zijn dat verwondert spreker zeer. Hij
blijft van meeningdat men samen moet gaanals men
staat tegenover den vijand als het noodig is den verst
van ons af staanden candidaat te weren.
Dat de Lib. Unie te ver gaatkan men volgens hem
onmogelijk beweren. Let men op hetgeen in het buiten
land, b.v. Engeland en Frankrijk, op sociaal gebied reeds
is tot stand gebrachtdan zal men tot het besluit ko
men datindien verwezenlijkt wordt wat de Unie vraagt,
men nog lang zoo ver niet is als daar. Met een opwek
king tot de kiezers om door de invulling van hun stem
biljet blijk te geven dat zij het met de Unie eens zijn,
besloot spreker.
Na de pauze werd er gelegenheid gegeven om den
heer Fokker inlichtingen te vragen of hem te bestrijder».
Den heer Plaat werd thans het woord verleend. Hij
zegt eenigszins teleurgesteld te zijn daar hij eene andere
inleiding had gedacht te hooren doch dat was misschien
een leekenbeschouwing. Naar zijne meening had de heer
Fokker duidelijk uiteengezetdat het program der Lib.
Unie niet te bindend is, ook hij is daarvan overtuigd hij
acht het zelfs te algemeen.
Gaarne zou hij van den afgevaardigde wetenh09
men tot de verwezenlijking denkt te komen en mo
gelijk kan de inleider hem dat nog wel aanwijzen.
Gedachtig aan het spreekwoord «Schoonmaker hou je
bij je leest" wil hij zich bepalen tot het gebied van het
onderwijs en vraagt allereerst, of de Liberale Unie, die
leerplicht in haar program heeft opgenomen, ook de kon-
sekwenties daarvan aanvaardt n.l. kindervoeding en klee
ding, daar z. i. leerplicht zonder meer niet genoeg is.
Bij slecht gevoede kinderen, heeft het onderwijs geen
vrucht. Hoe zullen de mannen der Lib. Unie handelen,
indien de regeering de invoering dezer zaken niet wil,
zullen zij dan het initiatief nemen
Ten tweede vraagt hij, of men ten opzichte van de
salaris- en pensioenregeling daadwerkelijk zal optreden
en op welke wijze.
Deze zaken zijn de groote vragen van den dag m de
onderwijswereld en niet ten onrechte. Onvoldoend gesala-
rieerde onderwijzers zijn niet berekend voor hunne taak.
Ook de opleiding der onderwijzers deugt niet, is niet in
overeenstemming met de eischen aan het lager onder
wijs gesteld. Hoe zal men in dat opzicht handelen, dat
zijn alle vragen, die spreker gaarne beantwoord zag en
al heeft hij geen opdracht, toch meent hij, uit naam van
vele onderwijzers te spreken. Als wij in het publiek
optreden, zoo besluit hij, dan is er zeker wel eigenbelang
in het spel, doch men zal toestemmen, dat indien de
tegenwerkende factoren bij het onderwijs niet worden
weggenomen, dat onderwijs mislukken moet. Goede kiezers
out8taan uit goed onderwezen leerlingen.
De heer B o e 1 m a n s ter Spill wil slechts een
enkele opmerking maken. Spr. verklaart lid te zijn van
de Centrale lib. kiesvereeniging en nu zou het den schijn
hebben alsof de leden andere beginselen zouden zijn
toegedaan als mr. Fokker. Hij is zoo vrij dit voor zich
te ontkennen. Men heeft in de «Centrale' nooit h'öj1
van instemming met het program der Liberale Unie
kunnen geven, doordat het er nimmer is ter spiake ge
bracht dat is geen teeken van opgewekt leven, maar
het is zoo.
Verder deelt hij mede, dat in de den vorigen dag ge
houden vergadering de candidatunr van mr. Wv. d.
Kaay is gesteld, doch dat hij gaarne gezien zou hebben,
dat men dien der andere fractie had overgenomen.
De heer Groebe waarschuwt de kiezers voor de com
missionairs, die in vergaderingen als deze volgeDS hem
hunne monsters uitstallen en een reclamekaart ophangen
voor den aanstaanden strijd. De optredende candidaten
vergelijkt hij met goochelaars enz. Naar zijn oordeel zijn de
afgevaardigden wel gebonden, zij zijn de knechten van
de kiezers.
«Vooruitgang" beter was de naam «Vooruitgang
met een lijntje" had een werkmanscandidaat moeten