V
Stedelijk Museum te Altaar.
Wegen en Wegentigste Jaargang;
1897.
ZONDAG
25 APRIL.
FAMILIEKAARTEN.
Gevonden Voorwerpen.
Buitenland.
FEUILLETON.
Nederland.
n.
NO. 50. Eerste blad
ALRMAARSCHE COURANT.
Deze Courant wordt «iusdag-, l»onderdag- en
Baterdagavond uitgegeven. Abonnementsprijs per
3 maanden voor Alkmaar f OjSO; franco door het
geheele rijk 1,
3 Nummers f' 0,06. Afzonderlijke nummers 3 ets.
Prijs der gewone Advertentlën
Per regel f 0,15. Groote letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de Uitgevers HERMs. C0fc>-
TER ZOON.
Telefoonnummer3.
Toegangskaarten a f 1,geldig eiken Maandag
en Vrydag van 1 tot 3 uur, gedurende het jaar 1897,
voor den houder, zijn huisgenooten en logé's, kunnen
aangevraagd worden ter secretarie der gemeente.
Namens de Commissie van Toezicht,
C. D. DONATH,
lid-Secretaris.
Te bevragen aan het bureau van politie op werkdagen
des morgens tusschen 9 en 12 uur
Een duimstok een rozenkranseen onderstuk van een
gouden oorbelletjeeen kindernachtjaponeen zwarte
vrouwenzak een r. c. kerkboekjeeen halsketting een
zweep; een luchtpomp; twee sleutels; een gordijnenkwast;
een wollendoea een portemonnaie, een gouden medaljon;
een hond.
AlkmaarDe Commissaris van politie voorn.,
24 April 1897. S. M. S. MODDERMAN Jr.
«UITSCHUATID. Aan het bezoek van den keizer
aan Weenen wordt een zeer groote politieke beteekenis
gehecht. »Niet alleen hier," seint de correspondent van
de Daily News" te Weenen, »maar ook te Berlijn is een
ieder overtuigd dat dit bezoek, juist voor het vertrek
van keizer Franz Joseph naar Petersburg" van grooten
invloed zal zijn op den loop der zaken in het Oosten.
Men hoopt en verwacht dat de drie keizers de strikte
onzijdigheid van de Balkanstaten in den oorlog zullen
weten te verkrijgen.
Zeer groot gewicht wordt dan ook gehecht aan het
feit dat keizer Wilhelm in het ministerie van buiten-
landsche zaken een uur lang met graaf Goluchowski heeft
geconfereerd.
©RIEK.EAI.AÏID. De hoofdmacht der Turksche
troepen staat thans op een korten afstand van Larissa.
Met zeer veel beleid rukte de jonge maarschalk Edhem-
Pacha door de Meluna-pas en wist hij, na harduekkigen
en bloedigen strijd Tirnovo (een stad even benoorden
Larissa) te veroveren. De Reveui-pas (ten westen der
Meluna-pas) is nog in handen der Grieken. Zij hopen
daar zelfs de Turksche batterijen tot zwijgen te kunnen
brengen. Kolonel Smolentz, die daar met het bevel ovel
de Grieksche troepen belast is, heeft gerapporteerd, dat
hij pogingen doet Vigla te nemen, dat hem tot nog toe
belet zijn marsch naar Damasi voort te zetten en dus
in den rug van den vijand te opereeren. Heel gemakke
lijk zal het hem niet vallen dit tot stand te brengen,
daar hij, volgene Grieksche berichten, 10,000 14,000
man Turksche troepen tegenover zich heeft.
In het westelijk deel der grens, in Epirns, zijn de
mms en mm.
6) Door Debora van de Velde.
Toch niettegenstaande deze stille wensch liet Anna
zich niet weerhouden, Zondag na afloop van het lunchen,
waarbij de baron niet verschenen was, eene wandeling
met de kinderen te gaan maken.
Mijnheer en mevrouw bleven natuurlijk in afwachting
van den bezoeker, tehuis. Heel ver durfde Anna zich
nog niet wagen, doch dat was ook niet noodig. De kin
deren vertelden, dat er heel dicht bij, een aardig plekje
was, waar ze in het gras konden zitten en ook boompje
verruilen. Tot dit spel kwam het echter nietop de
wandeling toch ontmoetten zij hunne vriendinnetjes, met
de gouvernante, en deze dame gaf als hare besliste meening
te kennen dat boompje verruilen op Zondag ongepast
was. Al zag Anna er nu zelf geen kwaad in, achtte zij
het toch niet geraden naar eigen inzicht te handelen,
daar ze wist hoe streng de Engelschen hun Zondag hou
den. Zij deed echter de wolk van de gezichtjes der kin
deren verdwijnen, door hun in te fluisteren, dat zij een
heel aardig spelletje wist, om straks thuis te doen. Haar
leerlingetjes waren hiermede tevreden, maar verlangden
nu ook spoedig naar huis terug te keeren waaraan Anna
niet ongaarne voldeed.
Toen zij met de kinderen naar huis wilde gaan, om
hunne wandelpakjes voor huistoilet te verwisselen, ont
moette zij in den gang den baron von Reinenburg, die
juist was gekomen hij groette haar beleefd, doch gaf
geen blijk haar te herkennen en daar de heer van Marle
op den drempel van het salon verschleen, om zijn bezoeker
te verwelkomen, had Anna slechts even tijd zijne groet
te beantwoorden.
Zooveel had zij echter wel gezien, dat baron von Rei-
Grieken nog steeds in het voordeel. Kolonel Manos is
bezig van twee zijden tegen Janina op te rukken. De
zuidelijke colonne, die bij Arta den Artachos overtrok,
is reeds voorbij Philippiades, dat door de Turken in
brand gestoken was. Een aantal dorpen, aan den weg
van Arta naar Janina werden bijna zonder tegenstand
genomen.
Bij de beschieting van de kn tplaats Prevesa, die hoe
wel zwaar beschadigd, nog niet in handen der Grieken
is gevallen, werden van de Turksche zjjde 500 man
buiten gevecht gesteld, terwijl aan de Grieksche zijde
geen enkel verlios te betreuren viel.
Het Grieksche Oost-eskader doet den vijand zeer veel
afbreuk en boezemt den Turkschen bevelhebber groote
vrees in, dat zijne verbinding uit Saloniki verbroken zal
worden, waardoor hij gevaar loopt in den rug aangeval
len te worden. Reeds heeft 't eskader de havenplaats in
Platamona en Katarina (ton zuiden van Saloniki) ge
bombardeerd. Te Konstantinopel wekt dit optreden ter
zee groote bezorgdheid, daar de Turksche marine geheel
onzeewaardig ismen schijnt zelf bevreesd, dat de Griek
sche vloot een bombardement van Konstantinopel zal
ondernemen alle torpedobooten zijn daarheen ontboden.
De regeering hoewel het ernstige van den toestand er
kennende te Athene is tot nog toe niet ontevreden
over den gang van zaken en vast besloten dóór te zetten.
Inmiddels heeft zij zich van aller sympathie verzekerd,
door te doen afkondigen, dat zij het besluit der Turksche
regeering om alle Grieken te dwingen Konstantinopel
binnen 14 dagen te verlatenin strijd acht met het
moderne oorlogsrecht en harerzijds den in Griekenland
wonenden Turken, het verblijf in geen enkel opzicht wil
bemoeielijken.
Op Kreta verergert de toestand met den dag. De
Muzelmanscbe vluchtelingen, die te Kanea zijn aange
komen, zijn van alles ontbloot. De gouverneur heeft aan
elk hunner een pond brood laten uitreiken. Te Kandia
houden zich 30,000, te Rethymo 10,000 en te Sitia 8000
vluchtelingen op, die naar Turkije gebracht willen worden.
De gouverneur heeft hun echter het verzoek om hen te
laten vertrekken geweigerd.
Men vreest, dat wegens het gebrek aan voedsel, ernstige
onlusten zullen uitbreken.
ÏTAUIK. Toen Koning Humbert zich den 22 naar
de wedrennen begaf, trachtte een man hem met een dolk
te doorsteken. De koning werd echter niet getrofien.
De man, een gewezen smidsknecht, heet Acciarito en
verkeerde in zeer opgewonden toestand. Hij verklaarde
geen medeplichtigen te hebben.
Bij 's Konings terugkeer in de stad werd hij met buiten
gewone ovatiën ontvangen overal was de vlag uitgestoken.
Hunne Majesteiten verschenen tweemaal op het balcon
van het paleis om de menigte te bedanken. De muziek
speelde het volkslied.
De regeering heeft de aanwerving van vrijwilligers
voor Griekenland en het vertrekken van troepen vrij
willigers uit Italië verboden. Ondanks dit verbod wordt
er volgens de »Voss. Ztg." toch een bende Garibaldijnen
gevormd onder bevel van Menotti en Ricotti Garibaldi.
De beide aanvoerders zijn te Brindisi aangekomen.
nenburg een knap man was, met een arristocratisch maar
hoogst innemend uiterlijk. Het gelaat zijner moeder
maar verzacht door een trek van innige goedheid, iets
dat het gezichtje van Bertha haar voor den geest riep
ja, zij geleek het moest op papa, de beide anderen waren
blondkopjes, waarschijnlijk het evenbeeld der gestorven
moeder. Maar hij had toch geen aandacht aan haar geschon
ken, hij zou ook wel even trotsch zijn als zijne moeder,
overreedde Anna zich zelve toen zij met de kinderen de
trap op ging.
Aan een geheel onbekende hollandsche dame, had
hij wel een dienst bewezen, doch nu hij wist dat die dame
sle -hts eene gouvernante was, zou hij haar verder vast
enkel met de beleefdheid van oen gentleman bejegenen,
maar zich verder op een afstand houden. Nu dacht ze,
»ik behoef hem niet te ontmoeten, mijnheer van Marle
heeft hem toch mijnen dank al overgebracht, daarover
heb ik mij dus niet te bekommeren."
Toch bleek het Anna, dat zij zich vergiste. Toen zij,
nadat ze zich eenigen tijd met de kinderen had bezig
gehouden, geroepen werd, om een kop thee te gebruiken,
en in het salon kwam, was de baron daar nog aanwezig.
Hg stond dadelijk optoen zij binnentrad en zei op
vriendelijken toon: »U zult mij wel onbeleefd gevon
den hebben, juffrouw Waller, dat ik u zooeven niet heb
aangesproken, doch ik had u op dien avond zoo vluch
tig en daarbij gesluierd gezien, dat ik u niet terstond
herkende het is mij intusschen hoogst aangenaam u te
ontmoeten en de eer te hebben met u kennis te maken."
»U hebt mij door uwe hulp ten hoogste verplicht, ik
ben er u zeer dankbaar voor."
»0 kom," viel hij lachende in, »zoo veel dank is onnoo-
dig, ik zou wel een barbaar hebben moeten zijn, als ik
een jonge dame, en dan nog wel landgenoote, niet bijge
staan had, u moet daar niet meer over spreken."
Anna oordeelde dan zelf ook maar het best, er niet
meer op terug te komen daar het anders den schijn
zou hebben, of zij met haar wilde coquetteeron. Zij wendde
zich dus tot mevrouw om deze bij het theeschenken te
TURKIJE- Ofschoon Bulgarije verklaard heeft zich
onzijdig te zullen houden, acht 't toch blijkbaar thans
het geschikte oogenblik gekomen, bij Turkije aan te
dringen op de vervulling van een reeds lang gekoesterden
wensch.
Maandag deelde de diplomatieke agent te Konstanti
nopel den sultan mede dat indien de Porte niet vóór
Vrijdag vrijbrieven verleende voor Bulgaarsche bisschoppen
te Melnik, Strumitza, Kukush, Monastir en Dibrid, Bul
garije Zaterdag zijn leger zou mobiliseeren.
De Sultan, aldus in de engte gedreven, riep de hulp
in van den Russischen gezant de Nelidoff, die aan den
Bulgaarschen diplomaat liet weten, dat Rusland zich met
dezen eisch niet kon vereenigen. De Sultan verklaarde
zich bereid drie vrijbrieven te verleenen, de Bulgaarsche
regeering is daarmede niet tevreden en handhaaft hun
eisch zonder zich aan Rusland's opinie veel te storen.
Dirkshorn. Door den heer J. Groot Gz. is ontslag
genomen uit zijne betrekkingen als hoofdingeland van
het Ambacht van Westfriesland genaamd Geestmeram-
bacht en als hoofdingeland van Westfriesland.
Door 19 personen is gereclameerd tegen hunne niet
plaatsing op de kiezerslijst dezer gemeente. Zij werden
niet op de kiezerslijst gebracht, omdat zij in het afgeloo-
pen jaar onderstand hebben genoten van de alhier be
staande instelling van weldadigheid genaamd »Armen
Bogtman," eene instelling die jaarlijks de opbrengst
harer bezittingen verdeelt onder de inwoners van een
bepaald deel der gemeente die zich daarvoor aanmelden.
De gemeenteraad zal nu moeten uilmaken in hoeverre
deze bedeeling kan worden beschouwd als te zijn onder
stand in den zin der kieswet.
De influenza is ook hier heerschende. Bijna geen enkel
gezin blijft verschoond. Gelukkig is de ziekte niet van
ernstigen aard, zoodat de meeaten er met eenige dagen
huisarrest afkomen.
Barslngcrhorn. Den 23 zijn te Kol hom de
eerste ansjovis gevangen. De sloepen zijn hierop alle
zeilree gebrachteenige zjjn reeds met de netten in zee.
Ook met de geepzegens werden eenige bemachtigd en
hoewel het getal slechts luttel is, geeft het toch den
visschers hoop voor het aangevangen saisoen.
In de polders Waard en Groet staan de ge
wassen zeer voordeelig. De wintergranen, alsmede het
karweizaad, laten reeds van den grond niets meer zien
de zomergranen, hoezeer dit jaar later dan anders ge
zaaid, staan al prachtig boven de aarde. De suikerbieten
zijn thans bij allen gezaaid.
De Floraliatentoonstelling te Rolhorn gaat dit jaar
door. Het getal aangevraagde bloemstekken is nu
voldoende.
Internationale tentoonstelling; te Brussel.
Aanvangende 1 Mei a.s. verkrijgen de gewone retour-
kaarten voor Brussel tijdens den duur der tentoonstelling
eene geldigheid van 10 dagen. Speciale retourkaar-
ten voor Brussel, geldig voor 4 dagen, zijn op d o n d e r-
dag en zaterdag aan de stations die plaatskaarten
helpen, doch al trachtte zij zich bescheiden op den ach
tergrond te houden, zij werd telkens gedrongen aan het
discours deel te nemendoordien de gast over hol
landsche toestanden sprak en af en toe eene vraag tot
haar richtteen wijl ook mijnheer en mevrouw van
Marle in het bijzijn van hun bezoeker de gouver
nante even familiaar behandelden als zij het van den
aanvang hadden gedaan, kon Anna haar aangenomen rol
niet volhouden, maar sprak spoedig onbevangen mede.
Toen de baron na eenigen tijd afscheid nam en den
heer van Marle hem tegen den volgenden Zondag te dinee-
ren vroeg, werd die uitnoodiging door hem met genoegen
aangenomen, alleen met de bijvoeging liefst huiseljjk.
Terwijl de heer van Marle zijn gast uitgeleide deed,
kon mevrouw niet nalaten op te merken Wat een
aangenaam mensch."
Anna beantwoordde die opmerking niet rechtstreeks,
al dacht zij hetzelfde. Zo vroeg alleen Weet de baron
dat ik gouvernante bij de freuletjes geweest ben."
»Hij heeft er niet van gesproken en wij hebben het
hem niet verteld," gaf mevrouw ten antwoord. »Wij
meenden dat als go zelf niet noodig achttet het hem
mede te deelen, wij daartoe niet gerechtigd waren, temeer
daar wij de krenkende behandeling u door de barones
aangedaan, veroordeelen"
»Ik dank u", zei Anna, maar het scheen haar toch toe,
dat het beter was, dat de baron het te weten kwam.
De freuletjes van Reinenburg hadden eene nieuwe en
wel een duitsche gouvernante gekregen, maar zij hielden
niet van haar Het was dan ook een heel andere dame
als juffrouw Waller. Stroef en streng, met een perkament-
kleurig gelaat, zwarte oogen en saam geknepen lippen,
boezemde zij den kinderen eer vrees dan liefde in daar
entegen was zij tegenover de barones kruipend beleefd,
en kon ze als ze sprak, hare oogen zóo naar boven slaan,
alsof zij bij alles de hemel tot getuige riep. Agnes en
Bertha, durfden zich in haar bijzijn niet te uiten, maar
ze sprakenals ze een9 eenige oogenblikken te zamen