No. 65.
Negen en Negentigste Jaargang.
1897.
WOENSDAG
2 JUNI.
Nationale Militie.
Buitenland.
FEUILLETON.
ALKMAARSCHE COURANT
Deze Courant wordt Dinsdag-, Donderdag- en
Zaterdagavond uitgegeven. Abonnementsprijs per
3 maanden voor Alkmaar 0,80; franco door het
geheele rijk 1,—
3 Nummers f O,©6. Afzonderlijke nummers 3 ets.
Telefoonnummer3.
Prijs der gewone Advertentlën
Per regel f ©,15. Groote letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de Uitgevers HERMs. COS-
TER ZOON.
De BURGEMEESTER der gemeente A L K M AAR
gelastkrachtens bekomen aanschrijving, de onderstaande
hier wonendeof tot deze gemeente behoorende ver
lofgangers, om zich tot bijwoning der oefeningen
's namiddags vóór 4 uren bij hun korps te vervoegen,
als volgt
18 Juni 1897 Korps Pantserfort-Artillerie, lichting
1895, garnizoen Helder
Jan van der Wissel, Jacobus Theodorus Driessen,
Willem Bok, Jan Ploeger, Simon Kramer en Oornelis
Adrianus de Boer.
2 Juli 1897, Korps Torpedisten, lichting 1894, garni
zoen Helder
Petrus Gerardns Janse.
20 Juli 1897, 4e Regiment Vesting-Artillerie lichting
1895, garnizoen Helder
Johannes Franciscus Hendricus Schoenmaker, Ger-
rit de Jong, Albert van Zanten, Simon Dik, Petrus
Oornelis WeelCasper Lodewijk Oornelis de Boer,
Willem Jonker, Roelof van der Pol, Bernardus Jo
hannes Geels, Willem Hoek, Gerardus Ruis, Pieter
Hop, Nicolaas Johannes van Vegten, Jan Noordstrand,
Johannes Put, Nicolaas Abraham Godijn en Nicolaas
Cornelis Dingerdis.
De opgeroepenen hebben recht op vrij transport naar
hun korps en daggeld, dat ter gemeente-secretarie tijdig
moet worden aangevraagd.
Alkmaar, De Burgemeester voornoemd
31 Mei 1897. A. MACLAINE PONT.
Fersoneele belasting.
Het HOOFD van het Plaatselijk Bestuur te ALKMAAR
brengt, op grond van artikel 1 der wet van 22 Mei 1845
(Staatsblad no. 22), bij deze ter kennis van de ingeze
tenen dezer gemeente dat de kohieren der personeele
belasting, Nos. 1 en 2, dienstjaar 1897, door den ontvan
ger der Rijks directe belastingen binnen deze gemeente
ter invordering zijn overgegeven.
Alkmaar, den 29 Mei 1897.
Het Ploofd van het Bestuur voornoemd,
A. MACLAINE PONT.
DUITSCHHAHID. Het schijnt thans meer dan tijd
te zijn, dat de Regeering den, haar onlangs door de »Vos3.
Ztg." gegeven xP8hd opvolgt en de wet op vereeniging en
vergadering terugneemt. Gelijk wij in ons vorig nummer
reeds meldden is het ontwerp wel is waar aangenomen
(thans ook na de derde lezing) doch niet dan na zóó
danig gesnoeid te zijn dat zelfs de rechterzijde zich
over die aanneming niet verheugen kan. Neemt de
regeering het ontwerp niet terug dan zal 't toch zeker
in het Heerenhuis verworpen worden.
EKGELAAD. In het Lagerhuis is het Zaterdag
rumoerig geweest. Niet minder dan vier parlements-
19)
Door Debora van de Velde.
»Ge vergist u mamaAnna Waller heeft dit niet
gedaaneerst toen zij vernam, dat Wouter geweigerd
had, zijn kind aan het feest te laten deelnemen, heb ik
van haar gehoord, wat de aanleiding was geweest dat
u haar onwaardig had gekeurduwe kleindochters te
leiden, en toen ook, heb ik haar voor het eerst de geschie
denis van Helena toevertrouwd. Moeder, ik geloof, dat
wij eene grooter schuld aan dien man hebben dan hij
aan ons. Hij handelde niet eerlijk, dat is waar, toen hij
buiten u om, den omgang van Helena met den beeld
houwer bevorderde, doch hij begreep misschien niet eens,
dat het ongepast was. U hebt hem, voor die daad, alles
ontnomen en hem in ellende gestort, hij heeft er zijn
geloof bij ingeboet en is een menschenhater geworden,
acht u het dan niet geoorloofd, dat wij trachten, hem
te behouden door hem het geloof in God en de menschen
weer te geven En zouden wij dat niet het beste ver
krijgen door althans zijn kind te beschermen en liefde te
bewijzen
Zwijgend hoorde de barones de woorden van haar zoon aan.
In haar binnensto voerde zij een zwaren strijd, maar ze
kon en wilde zich nog niet gewonnen geven.
»Het zijn alle schoone theoriën," sprak ze, »doch ik
vrees, dat ge er later berouw over zult gevoelen, als ge
uwe dochters in aanraking brengt met zulke kinderen,
en alle gevoel voor hun adelijken stamboom in haar doodt."
»Ik hoop ze to leeren, moeder, wat de ware adel is,
en als ze dat geleerd hebben, vrees ik de aanraking met
kinderen uit het volk voor hen niet. O moeder, vergeef
mij, dat ik daar over spreek, misschien zou onze Helena
gelukkiger geworden zijn met den echtgenoot dien zij
leden moesten op "bevel van den voorzitter de zaal ver
laten wijl zij over Engelanas's verhouding tot Ierland
zich op geheel ander terrein bewogendan de aard van
het ter tafel gebrachte en het reglement van orde ver
oorloofden.
Uit Aden komen enkele berichten over de ontvangst
van den baitengewonen Britschen gezant Rennel Rodd
door den Negus van Abessynië. Het gezantschap was den
8 April uit Harrar vertrokkbn en kwam reeds twintig
dagen later te Addis Abeba aan. Keizer Menelik ontving
de Engeischeu zeer hartelijk er. wees hun woningen aan.
Een paar dagen geleden werd door de Engelsche bla
den medegedeeld dat de expeditie reeds weder op de
terugreis is en den 27 Mei Harrar denkt te bereiken.
De berichten omtrent den gezondheidstoestand in
Engelsch-Indie luiden gunstiger.
De sterfte te Bombay bedroeg 513waarvan voor-
rekening van de pest komen 55. Te Poona overleden
40 inwoners waaronder 10 aan de pest. Vijftien nieuwe
gevallen werden aangemeld. De commissie van onderzoek
werd den 19 Mei van haar taak ontheven.
VRAAfllllJH. In de Kamer interpelleerde Berry
den 29 over de verantwoordelijkheid voor den brand in
den Liefdadigheidsbazar. Vallé gispte de regeering over
haar politieke onvoorzichtigheid, gelegen in het houden
van een officieele kerkelijke plechtigheid. De minister
Méline protesteerde tegen dit verwijt en haalt precedenten
aan, met name den brand in de »Opéra Comique".
De regeering aanvaardde vervolgens een discussie over
de algemeene politiek, waarbij Goblet Méline verweet dat
hij zich in de noodzakelijkheid gebracht heeft den vertegen
woordiger te bedanken van een buiteulandsche mogend
heid, die hij niet wil noemen (Keizer Wilhelm). De Kamer
nam ten slotte een motie aan van het centrum, gesteund
door de regeering, om over te gaan tot de orde van den
dag zonder meer. Na beantwoording door Méline, die te
velde trok tegen de interpellanten, werd een motie, waarin
de verklaringen der regeering werden goedgekeurd, aan
genomen met 298 tegen 231 stemmen.
De hertog van Alempn wil uit smart over den
droevigen dood van zijn gemalin in een klooster gaan.
©DIEDEAJLAIVD. Ofschoon de positie der konink
lijke familie te Athene verre van benijdenswaardig is,
schijnt 't toch niet zóó erg te zijn, als de laatste be
richten deden vreezen het is trouwens, dank zij de strenge
censuur, uiterst moeielijk, juiste mededeelingen uit Athene
te seinen.
Men vreest niet voor revolutionaire bewegingen, doch
wel voor het voortwoekeren der strooptochten, nu de
gevangenen in vele Grieksche steden zijn ontslagen. En
daartegen treedt de regeering krachtig op, melde de
officieele lezing.
In Athene heerscht onrust en verwarring. Openlijk
worden beschuldigingen uitgesproken van verraad. De
een wijt den ongunstigen uitslag van den strijd aan de
Ethnike Hetaria, de ander aan het leger, een derde aan
den koning. De regeeriug is voornemens een enquête in
te stellen. De officieren kunnen niet verdragen, dat
liefhad, al was hij van eenvoudige afkomst, dan met
dieD vagebond, die haar man geworden is, een edelman
alleen in naam. Ik voor mjj, heb mij althans voorge
nomen, dat zoo het later mocht blijken, dat mijne doch
ters echte verdiensten stellen boven een adelijken naam,
ik ze nooit tot het tegendeel zal dwingen. Doch laat ons
nu dit onverkwikkelijk onderhoud staken, moeder, mijne
inzichten verschillen nu eenmaal van de uweu hebt
gemeend den goeden weg te bewandelen op uwe wijze,
laat ons het op onze wijze doen. En nu goeden nacht,
mama, ik geloof dat u vermoeid isik zal mevrouw
van der Worp vragen, bij u te komen.''
Ja, wel was zij vermoeid, de oude barones, vermoeid,
maar niet slechts van de overspanning van dien dag,
maar ook van den strijd, die daar in haar binnenste ge
streden werd. Zij, die vroeger nooit gevraagd had naar
den wil van anderen, maar geëischt had, dat ieder voor
haar boog, zij zag nu telkens hare macht afbrokkelen,
en bij iedere poging om haar gezag te handhaven, zag
zij zich meer en meer de teugels ontglippen, en wat het
ergste daarbij was, zij kon aan niemand klagen, zelfs
niet aan één, die rechtvaardig oordeelt. Als ze het be
proefde, als ze zich stelde voor God, voor de rechtbank
van haar geweten, dan verweet haar die inwendige stem,
dat zij te veel zichzelf had gezocht dat zij, die geen
liefde gezaaid had, ook geen liefde kon oogsten dat ze
door haar trots en heerschzucht, het leven van hare
dochter had verwoest, en dat haar zoon daaraan zijn
geluk te dauken had, dat hij niet voor haar had gebogen,
maar de inspraak van zijn hart had gevolgd. Ook van de
liefde harer kleinkinderen, waarnaar ze eens had gehaakt,
had ze zich beroofd door hare onverzoenlijkheid en
gestrengheid; en toch was juist de verwijdering der gou
vernante de oorzaak geworden van de kennismaking van
haar zoon met dat meisje, en nam de door haar verstoo-
tene nu de eerste plaats in, in het huis, waar zij onder
geschikte geweest was. Zij, die het vroeger eene be
schikking der Voorzienigheid genoemd had, dat de voor
hare dochter bestemde brief van den beeldhouwer in
hare handen kwam, vroeg nu zich zelf af, of ook dat
het leger beschuldigd wordt. Zij zeggen dat het leger
zijn plicht heeft gedaan, doch dat gebrek aan bevelheb
bers en aan goede organisatie de oorzaak van alles is.
Prins Konstantijn heeft zich, naar het «Journal'' ver
neemt, de nederlaag bij Domokos en de berichten over
den toestand in Athene zoo aangetrokken, dat hij zich
wilde doodschietendit moest hem door adjudanten
worden belet.
De vredesonderhandelingen vorderen slechts zeer
langzaam. De Grieksche regeering wil de zaak wel wat
heel eenvoudig laten afloopen. In een uitvoerige nota
bericht zij den mogendheden, dat het verlangen om oor
logsschatting te heffen ongerechtvaardigd is, omdat niet
Griekenland maar Turkije den oorlog begonnen is. Een
grensregeling is volkomen onnoodig, daar door den oorlog
bewezen is, dat de Grieksche stellingen aan de grens in
geen enkel opzicht beter zijn dan de Turksche. Door de
opheffing der capitulaties, zouden de Grieksche onderdanen
in Turkije overgeleverd worden aan de willekeur der
Porte. En eindelijk is de eisch om een uitleveringstrac-
taat te sluiten, met het oog op de Turksche rechtspraak
niet voor inwilliging vatbaar.
Het schijnt, dat men te Athene rekent op Engelands
steun, vandaar dit leuke optreden.
ITAME. Acciarito, die een aanslag deed op het leven
van koning Humbert, is tot levenslange galeistraf ver
oordeeld. Toen het vonnis was uitgesproken riep hij uit
»Leve de anarchie leve de sociale revolutie
In hoeverre er een complot bestond, is onopgehelderd
gebleven. De politie hield zich daarvan overtuigd, doch
het is haar niet mogen gelukken, daaromtrent iets aan
het licht te brengen.
TCRHlIJE. De Porte heeft een nota aan de mogend
heden gericht, waarin antwoord wordt gegeven op het
memorandum van de gezanten en gevraagd wordt tus-
schen beide te komen, opdat de schorsing der vijande
lijkheden worde veranderd in een regelmatigen wapen
stilstand. Hierna kan over den vrede onderhandeld
worden.
l<aatstc Berichten.
De Vredesonderhandelingen.
KONSTANTINOPEL, 31 Mei. In antwoord op de tweede
mededeeling der gezanten van 29 Mei dringt de Porte
aan op het sluiten van een wapenstilstand van 14 dagen,
die hernieuwd zou kunnen worden, ingeval de vredesonder
handelingen" voor het eindigen ervan niet tot een besluit
hebben geleid.
De Porte is in elk geval geneigd binnen den korst
mogelijken tijd vrede te sluiten.
Volgens berichten uit Athene is de Grieksche regeering.
gereed een militairen wapenstilstand te sluiten.
ROME, 31 Mei. In antwoord op een vraag van den
socialistischen afgevaardigde Imbriani, verklaarde de
minister van buitenlandsehe zakenmarkies Visconti
Venosta, dat de samenwerking der mogendheden Europa
heeft beveiligd, zoo niet voor het Grieksch-Turksch ge
vaar, dan toch voor een Europeesch gevaar. Het is de
nu door Gods hand, misschien zóó was beschikt Zij
had altoos gemeend godsdienstig te zijn, omdat zij gehecht
was aan vormen en leerstellingen, maar nu, waar was
nu hare overgave Waarom kon zij niet berusten in
wat zij te dragen had Waarom niet Omdat zij slechts
geofferd had aan het eigen Ikomdat zij, in den naam
van den Allerhoogste, hard was geweest voor hare on-
derhoorigen, wreed, voor wie aanspraak hadden op hare
liefdeja, daarom vooral, zoo sprak die inwendige stem,
had ze zich beroofd van den zegen, eene beminde en ge
vierde grootmoeder te ziju
Het was niet voor het eerst, dat die stem haar dit
verwijt toefluisterde, maar zij had hem altijd het zwijgen
opgelegd, zij had hem nooit willen verstaan, zooals nu
»te laat
Neen, te laat was het toch niet. Den volgenden
morgen voelde de barones, na een doorwaakten nacht, zich
te zwak en ongesteld om haar legerstede te verlaten. Op
de mededeeling daarvan, door mevrouw van der Worp,
liet Otto dokter ter Heide uit de stad ontbieden. Deze
gaf, na een paar bezoeken te kennen, dat hij geloofde,
dat de oude dame aan verval van krachten leed, en hij
hoopte, dat zij nog een paar maanden leven zou. Hij
achtte het noodig, de kranke dat voorzichtig mede te
deelen, voor het geval, dat zij nog eenige beschikkingen
wilde maken. Aan mevrouw van der Worp, die veel
takt bezat, werd die pijnlijke taak opgedragen. Kalmer
dan men verwacht had, werd die mededeeling ontvangen
«Het is goed," was het met zwakke stem gegeven
antwoord: «Ik heb lang genoeg geleefd. Mijn heengaan
zal geen groote leegte achterlaten ik dank God echter,
dat hij mij niet plotseling heeft weggenomen, maar mij
nog tijd geeft om mij voor te bereiden, ik heb nog en
kele dingen te herstellen, éér mijn taak hier volbracht is."
En, dat het haar ernst was met die betuiging, dat
toonde zij. In het aangezicht van den dood gevoelde ze
de waarheid, dat een adelijke naam en titel geen eigen
lijke waarde hebben, en wij allen, rijk of arm, hoog of
laag geplaatst, klein zijn tegenover die groote onbekende
Macht, waarvan wij aihangen, en dat gevoel verdrong