Niet voor fijnproevers.
Uit gebrek aan bewijs,
No. 137-
Wegen en UTegentigste Jaargang.
1897.
WOENSDAG
17 NO V EMBER.
Feuilleton.
Buitenland.
CHARLOTTE BRAEME.
ALKMAA8SCHË COURANT.
Deze Conrant wordt Dinsdag-, Donderdag- en
Baterdagavond uitgegeven. Abonnementsprijs per
3 maanden voor Alkmaar 0,80; franco door het
geheele rijk 1,
3 Nummers 0,00. Afzonderlijke nummers 3 ets.
Prys der gewone Advertentlën
Per regel f 9,15. Groote letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de Uitgevers HERMs. COS-
TER k ZOON.
Telefoonnummer
li.
De hygiëne stelt overal dezelfde eischen. En daar
het vleesch, 't welk elders ongeschikt voor de con
sumtie is verklaardniet mag geacht worden bruik
baar te zijn voor de burgers van Alkmaar, zoo zal men
willen toegeven, dat de toestanden hier ter stede her
ziening eischen.
Herziening is dringend noodig. Want behalve dat
het erg vies is vleesch te eten, van zieke dieren afkom
stig, zóó vies, dat de overheid reeds daarom alleen zich
geroepen bon achten tusschenbeide te treden, is het ook
een steeds dreigend gevaar voor de volksgezondheid
Naar de gevestigde overtuiging van alle hedendaagsche
artsen en veeartsen is het gebruik van vleesch, afkomstig
van uit nood geslachte of gestorven dieren, als de oorzaak
van vele ziekten onder de menschen te beschouwen
zoodat het een uitgemaakte zaak wordt geacht, dat de
volksgezondheid bij eene goed ingerichte keuring in hooge
mate wordt gebaat.
Om die reden is het plicht, dat er in de stad onzer
inwoning iets worde gedaan ter onzer beschutting tegen
de gevaren en de nadeelige gevolgen van het gebruik van
slecht vleesch dat er zoo spoedig mogelijk een naar de
eischen des tijds ingerichte keuringsdienst worde ingesteld
Twee wegen liggen daartoe voor ons open. En of
schoon het een verzuim genoemd moet worden, dat men
te Alkmaar nog geen enkelen dezer wegen betrad, zelfs
geen wankelende schrede prentte op hot gebied van dezen
zoo hoogst gewichtigen tak der gezondheids-politie, zoo
is daaraan althans het voordeel verbonden, dat thans,
met goeden wil, zich spiegelende aan anderen, een man
nelijke, forsche tred op d i e n weg ban worden gedaan,
welke door wetenschap en practijk van een onbedriegelijken
handwijzer is voorzien.
In de eerste plaats zon men verordeningen in het leven
kunnen roepen, waarbij vleeschkeuring verplichtend wordt
gesteld. Daarbij zouden o. a. voorschriften moeten worden
gegeven omtrent het in- en vervoeren van slachtvee. Ver
boden zou moeten worden het afval van geslachte dieren
te verwijderenals het niet door den keurmeester is
gezien en beoordeeld. Een streng verbod zou er voor
moeten waken dat afgekeurd vleesch door schenking
of wegwerpen de oorzaak werd van hetgeen men juist
door vleeschkeuring wil voorkomen. Een aantal zaken
zonden bij verordening moeten worden geregeld en aan
het naleven der voorschriften en daarover denke men
DOOR
13)
HOOFDSTUK XVII.
Het
vonnis.
In de annalen van het recht wordt geen schitterender
verdediging gevonden dan die van mr. Dudley Ross ten
gunste van mevrouw Blair. Het was een meesterstuk van
welsprekendheid, betoogtrant en scherpzinnigheid. Allen
luisterden met gespannen aandacht, men had den ganschen
dag zoo willen luisteren. Vier uren achtereen sprak hij
en de aandacht zijner hoorders verflauwden niet in het
minst. Stuk voor stuk behandelde hij alle punten tegen
de beklaagde ingebracht en naar de meening van ver
scheidene aanwezigen ontzenuwde hij vele punten van
de aanklacht. Het eerste daarvan was de onaangename
verstandhouding tusschen de echtelieden. Men wilde be
weren dat dit de beweegreden van de misdaad was. De
advocaat betoogde, dat zulk motief niet bestond. Had de
beklaagde op zulk eene wijze van haar man bevrijd willen
worden, dan had zjj dit veel eerder kunnen doen. Tóen
verhaalde hij in warme bewoordingen haar levensgeschie
denis, haar opoffering terwille van haren vader. Hij deelde
mede, hoe zij herhaaldelijk en vruchteloos een beroe had
gedaan op den man, die haar wilde trouwen, hoe zij eindelijk
radeloos zich ten offer had laten brengen als Jephta's
d chter.
Daarop ging hij over tot de andere punten der aanklacht.
Mevrouw Blair had zelve den kop koffie aan haar man ge
bracht, ja, maar het stond vast, dat zij dit altijd had gedaan
niet gering zou zoo streng mogelijk de hand moeten
worden gehouden.
Maar aan eene dergelijke regeling zijn groote nadeelen
verbonden. Daarbij blijven alle slachterijen in de ge
meente verspreid ten gevolge waarvan voldoende con
tróle zoo goed als onmogelijk is tenzij men ongeveer
evenveel keurmeesters aanstelle als er slachters zijn.
Immers is het naar de meening van deskundigen niet
genoegdat óf alleen het levende dier óf alleen het
vleesch van geslachte dieren aan keuring worde onder
worpen doch zoowel vóór als na den dood van het dier
is keuring een onafwijsbare eisch. Sommige ziekten zijn
alleen bij het levende dier waar te nemenvan andere
ziekten kan eerst blijken na den dood. Hoe zou een
goed en voortdnrend toezicht te houden zijn op de 47
slachterijen en vilderijen die wij telden gelegen in ver
schillende wijken, op ver van elkander verwijderde pun
ten indien men niet over een zeer groot getal keur
meesters te beschikken had
Er zijn nog andere groote nadeelen verbonden aan het
verspreid zijn van minstens 47 slachterijen in de stad
Terecht zijn deze bij de Wet gerangschikt onder de
inrichtingen, welke gevaar, schade of binder kunnen ver
oorzaken. Al mogen door het gemeentebestuur het gevaar,
de schade en de hinder voor elk dezer inrichtingen afzon
derlijk, door gestelde voorwaarden, tot kleine afmetingen
zijn teruggebrachtniettemin blijft een dergelijk aantal
slachterijen stank verspreiden, den bodem vervuilen, de go
ten verontreinigen, de riolen verpesten, de grachten bederven
Ons dunktdat bij deze zaken, in een polderstad als
de onze van zoo ver strekkende gevolgen, niet genoeg
wordt stilgestaan. Het strongste toezicht kan deze onaan
genaamheden binnen enge grenzen terugdringen, maar
is niet in staat het daaruit voortvloeiende steeds drei
gende gevaar voor de volksgezondheid op te heffen.
En dan de kosten aan deze regeling verbonden Wij
verdiepen ons niet in de vraag hoeveel keurmeesters
zouden noodig zijn om een alleszins voldoend toezicht
op 47 verschillende punten der stad, op ieder uur van
eiken dag uit te oefenen. Maar als eisch moet worden
gesteld, dat de te benoemen personen deskundigen zijn,
personen die verstand hebben van de pathologische ver-
schjjnselen, welke zich bij het vee en het vleesch kunnen
voordoen. Er zouden dus veeartsen moeten worden aan
gesteld, mannendie wegens hunne wetenschappelijke
studiedoor de practijk aangevuld, als wachters onzer
sanitaire belangen kunnen optreden en hoog genoeg
staan om zich buiten de invloeden van veehandelaars,
veehouders en slachters te houden. Gewis zouden de aan
en dit punt dus als aanwijzing van schuld verviel. Voorts
betoogde hij dat mevrouw Blair bijna altijd nadat zij haar
man de koffie gebracht" had, naar haar eigen kamer ging,
dat zij als de vier vrienden daar dineerden zij het voor
een jonggezellen-dineetje hield en de heeren aan het kaart
spel of biljart liet. Haar heengaan was dus eerder een
bewijs van onschuld. En zoo kwam hij tot het voornaam
ste punt der aanklacht; de beschuldiging door Blair zelf
tegen haar ingebracht. Voor den verdediger was deze
beschuldiging van geen waarde. De ongelukkige Blair was
zijn vrouw gaan haten en zoo was het natuurlijk, dat hij
haar voor zijn vijand hield, dat zijn argwaan dadelijk tegen
haar gericht werd. Nu zijn vrouw hem den kop koffie bracht
moest bij wel gelooven dat zij ook het vergift daarin
had gemengd. Hadde Sir John Hart of Sir Alan Fletcher
hem de koffie aangereikt, dan had hij met even veel grond
een hunner kunnen beschuldigen. Eu nu het vinden van
het arsenikum in den kofier van de beklaagde. Ja zij
had het gekochtmaar met een kinderachtig doelom het
te gebruiken als toiletartikel als schoonheidsmiddeltje.
Hij betoogde hoe onwaarschijnlijk het wasdat als zij
arsenikum wilde hebben om haar man te vergiftigen, zij
dat zou koopen in een naburige stad, waar zij bekend
was en bovendien haar naam zou teekenen. Zij zou dan
waarlijk het vergift wel in het geheim gekocht hebben.
En dan nog indien zij het had gekocht om haar man
te vergiftigen waarom had zij daarmede dan zoo lang
gewacht Maar het sterkste bewijs van haar onschuld
was dattoen de geneesheeren van arsenikum spraken,
haar eerste gedachte niet was geweest naar haar kamer
te snellen en het weg te werpen. Het feitdat zij het
arsenikum in haar koffer volkomen vergeten had, bewees
volkomen haar onschuld. Mevrouw Blair was niet dadelijk
gearresteerd, zij had ruimschoots tijd om het vergift weg
te werpen. Een schuldige zou dat gedaan hebben.
In de zaal ging een gemompel op, dat dadelijk onder
drukt werd. Het was vreemd, dat het sterkste punt der
beschuldiging, tevens het sterkste van de verdediging was
En toch hoe duidelijk en aannemelijk was het. Ten slotte
deed mr. Dudley Ross een beroep op'de jury, dat grooten
zulke keurmeesters noodwendig toe te kennen jaarwedden
gezamenlijk een zoo hoog bedrag vormen, dat er niet
aan zou kunnen worden gedacht, de daarvoor noodige
gelden te vinden door middel der heffing van kenrloonen
Inderdaad zou er kans bestaan, dat daardoor de vleesch-
prijzen moesten worden verhoogd.
Wel verre van maatregelen te nemen, die den handels-
prijs van het vleesch zonden kunnen doen stijgen, moet
er integendeel naar worden gestreefd om meer vleesch
maar van goede voedingswaarde, 't welk kan worden
genuttigd zonder gevaar voor de gezondheid in den
handel te brengen, zoo mogelijk voor lager, althans geen
hooger prijs dan daarvoor tegenwoordig wordt bedongen.
En slechts daar zal een dergelijk streven met goeden
uitslag kunnen worden bekroond, waar slechts één slacht-
hnis bestaat, ingericht naar de voorschriften der weten
schap onder directie van een ontwikkeld deskundig
practisch man.
Dat het toezicht op één eenig slachthuis met een zeer
klein personeel in alle opzichten doeltreffend zal kunnen
zijn en dat het toezicht op een 50tal in de stad her en
der verspreid liggende slachtplaatsen, zelfs met een zeer
groot personeel per se slecht moet wezen zal naar wij
vertrouwen thans duidelijk zijn.
Doch dat een openbaar slachthuis kan worden opge
richt geheel onafhankelijk van den meer of minder goe
den staat der gemeentekas; kan worden opgericht zonder
dat de belastingen ook maar met een cent behoeven te
worden verhoogd kan worden opgericht en zijn goeden
invloed kan doen gelden zonder dat eene verhooging der
vleesehprijzen daarvan in het minst een gevolg behoeft
te zijn ziedaar een feitdat niet in die mate voor de
hand ligt en waarover wij in een volgend opstel het een
en ander hopen mede te deelen.
DU1TSCHL.AND. Dr. Peters, de bekende Afrika-
reiziger en gewezen Regeeringscommissaris in Duitsch-
Oost-Afrika staat thans in tweede en laatste instantie
terecht voor het disciplinaire gerechtshof te Berlijn.
Dr. Peters is in April van dit jaar in eerste instantie
tot ontzetting uit 's rijks dienst veroordeeld wegens wille
keurige terdoodveroordeeling van een negerjongen en een
negermeisje.
Hij was verder beschuldigd van het onrechtmatig oor
logvoeren tegen het hoofd Malamia, van onmensehelijke
lichamelijke kastijding van drie negerinnen en van mis
bruik van macht. In deze laatste aantijgingen had de
disciplinaire rechtbank geen strafbaar vergrijp gezien, op
grond dat de daden van dr. Peters in deze opzichten in
overeenstemming waren met het gebruik van het land.
indruk maakte. Hij waarschuwde de juryleden zich niet
door den schijn te laten misleiden on een vonnis te vellen
dat een einde zou maken aan zulk een jeugdig leven.
Toen werd een pauze gehouden en ieder in de groote
gerechtszaal verademde.
Zij die met érnstig gelaat en beklemd hart naar de be
schuldiging hadden geluisterd, die bij zich zeiven hadden
gezegd dat de beklaagde schuldig moest zijn gevoelden
zich thans als van een zwaren last bevrijd. Hester Blair
zelve zat nog als in een droom.
Zij is gered 1" dacht kapitein Douglas, die in angstige
spanning naar requisitoir en pleidooi had geluisterd.
De jury had zich verwijderd om over de uitspraak te
beraadslagen. Toen Hester Blair die mannen zag heengaan,
was het of haar leven haar ontvlood. Schuldig of onschul
dig Spoedig zou zij het hooren. Vrijheid of het schavot
wachtte haar.
»Voor geen geld ter wereld zou ik lid der jury willen
zijn", zei een der aanwezigen tot een ander. »Ik heb alles
met aandacht aangehoord en al moest het mijn leven
kosten ik zou niet durven zeggen of zij schuldig is of
niet. Nooit heb ik zoo'n twijfelachtig geval gezien; ik weet
waarlijk niet of zij een doortrapte, huichelachtige misda
digster of een wreed verongelijkte vrouw is."
Daar keerde de jury terug. Een stom gebed steeg van
Hesters lippen ten Hemel.
De uitspraak De uitspraak Wederom was hot doodstil
in de volle zaal. Daar sprak de voorzitter van de jury:
Vrijgesproken bij gebrek aan bewijs!"
HOOFDSTUK XVIII.
Bij gebrek aan bewijs.
»0, niet datniet datprevelde Hester Blair, handen
wringend »Als ik schuldig ben laat mij sterven maar
niet dat
»Hester Blair," zoo sprak de voorzitter van het Hof
haar toe. »Na een langdurig en nauwgezet onderzoek
heeft de jury uitspraak gedaan, dat het bewijs van uw