Uit gebrek aan bewijs, No. 145. Tweede blad. IVegen en IVegentigste Jaargang. 1897. ZONDAG 5 DECEMBER. Protest-meetings tegen rech terlijke uitspraken. Feuilleton. 1 CHARLOTTE BRAEME. ALK1AARSCHE COURANT. Deze Courant wordt Dinsdag-, Donderdag- en Katerdagavond uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden voor Alkmaar O,SO; franco door het geheele rijk 1, 3 Nummers f 0,06. Afzonderlijke nummers 3 ets. Prijs der gewone Advertentlën Per regel f 0,15. Groote letters naar plaatsruimte. Brieven franco aan de Uitgevers HERMs. COS- TER ZOON. Telefoonnummer3. Bekend is de agitatie tegen de veroordeeling van de drie gebroeders Hoogerhuis wegens diefstal bij nacht met inbraak en geweldpleging te Britsum in Friesland. Verschillende personen hebben in geschriften, adressen, dagbladartikelen en openbare vergaderingen verklaard van de onschuld dezer veroordeelden overtuigd te zijn. Ook de Tweede Kamer heeft omtrent deze zaak inlich tingen gevraagd van den Minister van Justitie, en in zijn Memorie van Antwoord is deze niet in gebreke gebleven aan dat verzoek te voldoen. Naar aanleiding van deze schriftelijke mededeelingen zal de zaak binnen wei nige dagen bij de behandeling van het IVde hoofdstuk der Staatsbegrooting (departement van Justitie) in de openbare zitting ter sprake komen. Dat velen ook na kennisneming van de schriftelijke inlichtingen deze mon delinge gedachtenwisseling met belangstelling tegemoet zien, is alleszins verklaarbaar. Die evenwel mocht mee- nen, dat zy die deze agitatie in het leven riepen den loop en den uitslag van deze openbare beraadslaging zouden afwachten, heeft zich in de tactiek van de leiders vergist. Vermoedelijk meenen zijjuist door agitatie, invloed op het oordeel der Kamer of op den Minister te zullen nitoefenen. Wat de schriftelijke inlichtingen van den Minister betreft, zij herinnerd, dat de gebroeders Hoogerhuis eerst door de rechtbank en later, in hooger beroep, door het gerechtshof zijn veroordeelddoch dat daarna door sommigen drie andere personen als de eigenlijke daders waren genoemd, zoodat de gebroeders Hoogerhuis onschul dig zouden zijn en er bij hunne veroordeeling een rechterlijke dwaling zou hebben plaats gehad. Zij die in het openbaar als de eigenlijke daders waren genoemd hebben bij den Officier van Justitie een klacht ingediend wegens aanranding van hun eer of goeden naam maar aan die klacht is geen gevolg gegeven. Omtrent een en ander heeft de Minister de volgende inlichtingen gegeven. Van de drie personen die later genoemd zijn als de eigenlijke daders van het misdrijf waarvoor.de gebroeders Hoogerhuis zijn veroordeeld hebben twee meer dan eens bij den Officier van Justitie een klacht ingediend wegens openbare aanranding van hun eer of goeden naam. De derde is buitenslands en heeft geen klacht ingediend. Toen de Officier had geantwoord dat hij aan die klacht geen gevolg kon geven hebben de klagers DOOR 20) Toen ook dit lied geëindigd was, kwam mevrouw de Saint Luce haar bedanken. De Engelsche gezant had zoo vurig verlangd aan Alice te worden voorgesteld, dat de gastvrouw het niet kon weigeren en het volgende half uur was zij in gesprek met den man, die voor een der schitterendste staatslieden van Europa gehouden werd. En hij verbaasde zich over haar helder verstand, haar vernuft en geest. Van den zwarten achtergrond vermoedde hij niets. Kort daarna zag zij Lord Arden weder aan haar zijde. .Gij hebt mij het grootste genot verschaft, dat ik in jaren had,'' zei hij. »In mijn jeugd was ik vol poëzie en romantiek. Op mijn reizen heb ik wel iets daarvan verloren, maar door uw stem is het weer ontwaakt. Gij kunt u niet voorstellen hoe zij die mijner moeder gelijkt. Mijn moeder is de eenige in mijn leven, die ik liefhad, juffrouw Kent, ik heb haar reeds lange jaren verloren, en niemand heeft hare plaats ingenomen. Zij was een mooie vrouw, met donker haar en een zachte, lieve stem. Zij zong altijd in de schemering, nimmer als de lichten waren opgestoken. Ik vraag mij wel eens af, of zij wei gelukkig wasik had haar zoo lief, haar dood deed ook mij bijna sterven." »Zoo had ik mijn vader lief,'' mompelde Alice Kent. »Het is vreemd," ging hij voort, .hoe iemands dood ons geheele bestaan kan verduisteren.'' Huiverend trad zij terug. Wie wist dat beter dan zij Iemands dood had niet alleen haar bestaan verduisterd, maar haar bijna op het schavot gebracht .Vergeef mij," zei hij, „ik heb u verdriet gedaan." .Mijns vaders dood heeft mij zwaar getroffen," was haar antwoord. gebruik gemaakt van het middel dat hun door de wet was aangewezenen zich tot de rechtbank gewend. Ieder toch die meent dat er verzuim plaats heeft in het vervolgen van een straf baar feitkan dat ter kennisse brengen van de rechtbankdie dan den Officier kan gelasten om daaromtrent aan haar verslag te doen en hem voorts kan bevelen een vervolging in te stellen De rechtbank heeft echter geoordeeld dat er voor een vervolging geen termen bestonden. Om iemand te ver volgen wegens smaad of laster, is het namelijk niet vol doende, dat hij een ander iets heeft ten laste gelegd, b.v. een misdrijfmaar hij moet daarbij het oogmerk gehad hebben om te beleedigen. Hij moet de eer of den goeden naam van een ander opzettelijk hebben aangerand. En nu oordeelde de rechtbankdat niet kon worden aangenomen dat zij die de klagers als de daders van het misdrijf hadden aangewezen dat oogmerk gehad hebben. Nu hadden ook de later als de eigenlijke daders aan gewezen personen vervolgd kunnen worden ter zake van hetzelfde feit, waarvoor de gebroeders Hoogerhuis zijn veroordeeld. Verschillende personen toch beweerden, dat zij dit in vertrouwen aan hen hadden bekend. Zulk een vervolging had tweeërlei gevolg kunnen hebben. Werden de later als de eigenlijke daders aangewezen personen vrijgesproken dan was natuurlijk het vonnis van de gebroeders Hoogerhuis in volle kracht gebleven. Werden zij echter veroordeeld dan zouden er twee vonnissen bestaan hebben waarbij verschillende personen als daders van hetzelfde misdrijf waren veroordeeld. Ook in dit geval heeft de wet voorzien. De Hooge Raad moet dan de zaak onderzoeken en blijkt het wat hier zeker het geval zou zijn geweest dat beide vonnissen niet zijn overeen te brengen, maar das hetzij de in het eene, hetzij de in het andere vonnis veroordeelde personen onschuldig moeten zijn dan worden door den Hoogen Raad de beide vonnissen vernietigd, en de zaak verwezen naar een rechtbank die er nog niets mee te doen heeft gehad om haar opnieuw te onderzoeken en uitspraak te doen. De Minister deelt mede dat daaraan natuurlijk wel is gedacht, maar tevens, dat er geen enkele grond voor de vervolging van de drie andere personen aanwezig was. Dit kan men betreurenmaar de Minister schrijft aan de Kamerdat er een nieuwernstig en nauwkeurig onderzoek is ingesteld doch dat daarbij geen enkele aan wijzing of omstandigheid aan het licht is gekomen die »En toch, als sterven slechts het opgaan is tot een beter leven, dan moeten wij niet zoo radeloos bedroefd zy n, als iemand die ons lief is tot een staat van hooger geluk geraakt." .Wij moesten het niet, maar wij zijn het," hernam Alice. .De zon heeft nimmer meer zoo helder geschenen, sinds mijn vader stierf." .Als gij zoo trouw zijt in den dood, zijt gij het ook in het leven," fluisterde hij meer tot zich zelf dan tot haar. .Vergunt gij mij een vraag? Verdenk mij niet van onbe scheidenheid, maar hoe komt het, dat gij, die een vorstin moest zijn, hier in dit huis gezelschapsjuffrouw zijt Zij wendde haar schoon gelaat tot hem, met een eigen- aardigen blik, dien hij nimmer vergat. »Ik geloof dat gij mij te hoog stelt," zeide zij eenvoudig. .Ja, mijn ouders waren van goede, oude familie, maar wij waren niet rijk. Mijn vader was dokter en op het laatst van zijn leven zelfs arm. Ik ben, toen ik nog vrij jong was als onderwijzeres hier in Parijs gekomen in Engeland zon ik tegen zulk een betrekking hebben opge zien. Gij moet mij die bekentenis vergeven, dat ik niet tot hooger stand behoor." .Vergeven," riep hij. .Voor mij zijn waarheid en oprecht heid de grootste deugden. Ik kan u niet zeggen hoe hoog ik die schat. Mijn moeder gij zult wel zeggen dat ik altijd over haar spreek heeft mij geleerd eiken leugen te verafschuwen. En vergun mij te zoggen, dat als gij niet tot hooger stand behoort, gij toch zeker het recht hebt er toe te behooren." Aangename woorden uit zulk een mond tot iemand die moordenares gescholden is 1 Haar hart klopte, haar gelaat gloeide. Toen spraken zij over de schoone wereldstad Parijs en hoe meer Lord Arden sprak, te meer hij haar bewon derde. Zij was zoo schrander, haar opmerkingen waren zoo frisch en oorspronkelijk. Het was de gelukkigste avond, dien Alice Kent gekend had, sedert zij als Hester Blair de heuvelen beklom. En het vreemdste was, dat op dezen Dinsdag 25 Mei, zij in kon slapen zonder de minste gedachte aan Colde Feil. eenigszins de bekentenis zonde kunnen bevestigen of waarschijnlijk maken, welke de thans aangewezen daders aan verschillende personen zouden hebben atgelegd, maar die door hen nadrukkelijk en met verontwaardiging wordt geloochend. Daarentegen verklaart de Minister dat de bewijzen van de schuld der gebroeders Hoogerhuis door dat nadere onderzoek zeer belangrijk zijn versterkt. Ten slotte verklaart de Ministerdat het beroep op de mogelijkheid van een rechterlijke dwaling in het algemeen natuurlijk hoegenaamd niets bewijst voor de waarschijnlijkheid van dwaling in deze zaak, maar wel de verbeelding prikkelt en onrust verwekt, wat evenzeer het geval is met de herinnering in het Voorloopig Ver slag van de Kamer aan de overigens erkende behoefte aan uitbreiding van de in de wet genoemde gevallen, waarin een vonnis of arrest kan worden herzien .want ook hierbij gaat men uit van de geheel onbewezen stel ling, dat dit arrest op ondeugdelijken grond zou rusten." »De drukkende twijfel waarvan in het Voorloopig Ver slag wordt gewaagd" aldus eindigt de Minister .is niet door de feilen gerechtvaardigd, en ondergetee- kende kan de verzekering geven, dat geen agitatie van der zaken volkomen onkundigen hem zal dringen tot eenig besluit, waartoe een nauwkeurig onderzoek der zaak hem niet noopt, noch zijn vertrouwen zal schokken in den onafhankelijken rechter, of den indruk zal uitwis- schendien hij heeft verkregen van de nauwgezette plichtsbetrachting, de toewijding en de onpartijdigheid van alle in de zaak betrokken ambtenaren van het Open baar Ministerie. Uit deze woorden spreekt een krachtige overtuiging. De heeren Domela Nieuwenhuis en Nauta, die zondag 1.1. op de meeting te Amsterdam het woord voerden, en de ongeveer 4000 menschen die hen in het Paleis voor Volks vlijt aanhoorden, zijn echter van een andere meeniug. Zij verklaren in een motie, waartegen geen van de 4000 toehoorders eenige bedenking scheen te hebben, evenmin als de 70 vakvereenigingen uit alle deelen van het land, die al bij voorraad instemming hadden betuigd met deze bewegingdatzoo zal het wettig, dan toch het overtuigend bewijs van de schuld der gebroeders Hoogerhuis niet is geleverd en dat er na hun veroor deeling fei'en aan het licht zijn gekomen die de over tuiging vestigen dat zij niet de schuldigen zijn. Daarom dringen zij er met klem op aan, hen alsnog teu spoedig ste in vrijheid te stellenopdat aan de gerechtigheid worde voldaan I Bij hen geen aarzeling, geen twyfel; HOOFDSTUK XXIX. Wie is zij? »Nu Alice," zei Claire lachend, »nu gelooft gij mij toch zeker toen ik zei, dat als ge slechts de moeite wildet doen u in de wereld te vertoonen, gij dadelijk de koningin van elk gezelschap zoudt zijn Gij waart het schoonst van alle dames en gij moest eens gehoord hebben wat al die heeren zeiden van la belle Anglaise. En wat zegt gij wel van Lord Arden Deze vraag scheen haar als uit een diepen slaap te wekken, maar toen zij haar gedachten in woorden wilde uitdrukken vond zij er geen. Als zij in haar eigen hart zag, verschrikte zij bij de ontdekking, dat het alleen van hem vervuld was. Zij vreesde zelfs, dat zij van hem gedroomd had, dat zijn stem nog in haar oor ruischte, dat haar hart klopte als zijn naam genoemd werd. .Hij stelt zeer veel belang in je," ging Claire voort, »o Alice, als je wildet wezen als andere vrouwen, als je maar wat trotsch op je schoonheid wildet zijn, als je maar dacht aan een goed huwelijk, kijk, daar schrikt je weer, altijd als ik dat woord uitspreek, alsof een slang je gebe ten had." »Ik verlang niet naar een huwelijk," zei Alice. .Dwaasheid, ge zoudt wel anders spreken als gij een verloofde hadtLord Arden heeft zijn plan gewijzigd, hij blijft twee dagen, misschien wel twee weken, zegt mama. Hoe vindt je dat, ALce? Vindt je dat niet pleizierig »Ja," antwoordde zij onbewust maar beslist. »Je komt straks beneden als hij er is, niet waar, Alice Ik geloof dat ik zoo geniet van je triomf omdat ik zoo veel van je houd." .Triomf?" vroeg Alice, »ik wist niet dat ik er eeno behaald had." .Noemt ge het geen triomf, Alice, als de Engelsche gezant zoo geheel buiten zijn gewone doen gaat, om aan jon te worden voorgesteld Hij heeft met jou langer ge sproken dan met een der andere dames .Het spijt mij, dat ik zijn kostbaren tijd dan zoolang in beslag heb genomen." »Nn sommige dames waren dan ook niet weinig ja-

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1897 | | pagina 5