No. 153 Eerste blad. Megen en Wegentigste jaargang.
1897.
ZATERDAG
25DECEMBE R.
Hoofdlijnen voor de invoering
van leerplicht.
Buitenland.
Dit nummer bestaat uit 3 bladen.
ALKMAARSCHE COURANT
Deze Courant wordt EonderdUg- en
%aterdwg»voiad uitgegeven. Abonnosnentaprys per
•3 maanden voor Alkmaar f ©,8Öfranco door bet
geheele rjjk 1,
De 3 nummers Ö,0®. Afzonderlijke nummers 3 ets.
"fetefoonnu
Prijs der gewone Advertenties:
Per regel 0,15. Groote letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de Uitgevers HEKMs. COS-
TEE ZOON.
Het was een gelukkig denkbeeld van den Minister van
Binnenlandsche Zaken bij de behandeling der Staats-
begrooting in de Tweede Kamer eenige hoofdlijnen aan
te geven, die bij de invoering van leerplicht hier te lande
zullen worden gevolgd. Het gevaar, waarop door hem
werd gewezen, dat door redevoeringen in de Kamer, en
veel meer nog door hetgeen buiten de Kamer wordt ge-
schrevèn de openbare meening ten aanzien van het
verwacht wordend wetsontwerp bij voorbaat op een
dwaalspoor zon kunnen worden gebracht, is inderdaad
niet denkbeeldig en daarom was het goed gezien, in
hoofdtrekken te doen uitkomen, in welken geest de Re
geering zich voorstelt, leerplicht in Nederland bij de wet
vast te stellen.
In hoofdtrekken. Ongetwijfeld zal voor de aan
nemelijkheid van een wetsontwerp altijd veel af hangen
van de wijze, waarop de beginselen, die bij het ontwer
pen zijn aangenomen, nader worden uitgewerkt; maar
dit neemt de wenschelijkheid niet weg, dat de vertegen
woordiging en de natie zelve die beginselen leeren ken
nen, om ze te overwegen en het wetsontwerp zelf daar
aan te kunnen toetsen.
De beginselen waarvan de Regeering uitgaat, zijn
volgens hare mededeelingen vervat in de volgende stel.
lingen
1°. ^Leerplicht, ofschoon geen universeel geneesmiddel
voor maatschappelijke kwalen noch zelfs een afdoend
middel om tot algemeene ontwikkeling en beschaving te
komen, is noodig, niet alleen in het belang der kinderen
die nietmaar misschien nog meer in het belang der-
kinderen die wel geregeld schoolgaan.''
Inderdaad zijn de belangen der geregeld schoolgaande
kinderen ook naar onze meeDing evenzeer bij de te ver
wachten maatregelen betrokken als de belangen van hen
die van onderwijs geheel verstoken blijven of de school
te dikwijls verzuimen. Bedenkt men dat het school
onderwijs niet anders dan klassikaal kan worden gegeven,
niet anders dan aan alle leerlingen van een klasse of
afdeeling te zamen, dan springen de nadeelen in het oog,
die van het ungeregeld schoolbezoek het gevolg moeten
zijn ook voor de trouwe schoolgangers. De onderwijzer
kan met de klasse niet zoo goed vooruitkomen als anders
mogelijk zon zijn hij kan zich niet alleen richten naar
de ontwikkeling der meest getrouwe leerlingen ook de
minder getrouwe moet hij mee zien te krijgen en zoo
wordt de geregelde gang van zijn onderwijs niet zelden
gestoord en vertraagd.
2°. »Bij de regeling van den leerplicht zal rekening
moeten gehouden worden zoowel met bestaande school-
toestanden als met bestaande maatschappelijke toestanden,
die niet toelaten dat kinderen van eeu zekeren leeftijd
gedurende het geheele jaar verhinderd worden aan elk
bedrijf deel te nemen."
Ziedaar wat ons inzonderheid van groot belang voor
komt. Met maatschappelijke, niet plaatselijke toestanden
dient rekening gehouden te worden. Waar b. v. voor
het landbouwbedrijf gedurende een gedeelte van het jaar
ook de hnlp van kinderen, die nog in de jaren van den
leerplicht vallen, niet kan worden gemist, daar mag ter
wille van een beginselter wille van een zekeren zacht
naar eenheid uit blinde voorliefde voor een algemeenen
regeldie overal zon moeten gelden voor dat feit het
oog niet gesloten worden. Schooluren en vacantietijden
behoeven niet overal, in stad en dorp, en evenmin voor
de leerlingen van verschillenden leeftijd dezelfden te zijn.
Vóór eenige weken hebben wij in dit opzicht reeds ge
wezen op Zwitserland, waar in een kanton dat leerplicht
heeft ingevoerd van het 7de jaar tot het 15de voor
meisjes en tot het 16de voor jongens, op het platteland
jaarlijks te zamen 12 weken vacantie wordt gegeven, in
tijden van graanoogst of wijnoogst of in den hooitijd
en waar jongens van 13 tot 16 jaar alleen 's morgens
schoolgaan. Dat voorbeeld kan naar de eischen van
verschillende bedrijven ook hier worden gevolgd. Als
de schooltijden enkele malen- door niet al te lange va-
canties worden afgebrokenzal het onderwijs er niet
door lijden, indien de school gedurende de tijden dat zij
openstaat, trouw wordt bezocht. Op de eischen van het
landbouwbedrijf kan worden gelet zonder het onderwijs
te schaden.
3°. »Boete of gevangenisstraf behoort bij een dergelijken
ingrijpenden socialen maatregel slechts als nltimnm re-
mediam te worden toegepast."
In Februari 1888 hebben wij in ons blad in twee
artikelen over «leerplicht" op dit punt in 't bijzonder
de aandacht gevestigd. Juist waren destijds minder
gunstige berichten verschenen omtrent de toepassing en
de werking van de wettelijke regeling van den leerplicht
in Duitschlandalthans wat het platteland betreft. De
schoolverzuimen bedroegen er in een enkele »Kreis"
jaarlijks een 40.000 taldaarbij werd verzekerddat
alleen de ergste overtreders werden vervolgden dat
ouderwijzers en schoolcommissiëu om het hnn mede
burgers niet al te lastig te maken voor minder in het
oog loopende gevallen de oogen sloten. Van de veroor
deelde ouders werd medegedeeld, dat zij 's winters wel
gemoed met elkander naar de gevangenis togen en er
hnn straftijd in gemeenschap uitzaten, om den volgenden
zomer weer evenveel overtredingen te begaan. Wij
meenden reden te hebben om die berichten overdreven
te noemen ofmocht het al in een enkele streek zoo
treurig gesteld zijn te waarschuwen tegen de gevolg
trekking dat het wel overal zoo zou wezen. Maar die
berichten noopten toch tot nadenken en brachten ons
tot een vergelijking van den leerplicht in Duitschland
met de wijze waarop deze zaak in Frankrijk is geregeld.
Daar brengt men de nalatige ouders niet terstond voor
den rechter. Een plaatselijke commissie nit de burgerij
ontbiedt den vader of voogd op het gemeentehuis en
brengt hem zijn plicht onder het oog. Blijkt later, dat
de vermaning niet heeft geholpen, dan wordt de naam
van den nalatige in het openbaar aangeplakten eerst
bij voortdurend verzuim volgt een dagvaarding voor den
Kantonrechter.
Aan het slot van deze artikelen schreven wjj destijds
«Stellen wij ons voor dat in alle gemeenten des lands
dergelijke .commissies nit de burgerijin de grootere
gemeenten natuurlijk moerdere commissies, het schoolbe
zoek ter harte nemen dit op allerlei wijze bevorderen
de nalatigen vermanon en tot hnn plicht tra-hten te
brengen waar het aan de noodigste kleeding of het
noodigste voedsel hapertdaarin doen voorziengelijk
dit in Frankrijk plaats heefi dat zij de krachtige me
dewerking ondervinden van alle armbesturen niet alleen,
maar ook van alle fabrikanten werkbazen enz. die va
ders met kinderen in dienst hebben en dat ten slotte
de strafwet den volstrekt onverschilligen of opzettelijken
overtreder dreigt zon men niet gelooven dat de
toestand aanmerkelijk zou verbeteren? Doch dan
moet er warme belangstelling en levendige medewerking
zijn bij de geheele burgerij want het doel moet niet
zijn dat er duizenden nalatigen gestraft worden maar
dat er zoo weinig mogelijk overtreders zijn."
Onze inzichten zijn sinds 1888 niet gewijzigd, en daar
om zal men het verklaarbaar vinden dat wij van deze
derde stelling van den Minister met ingenomenheid kennis
hebben genomen. Moge hij 9lagen in een regeling, die
zijne en onze wenschen zooveel mogelijk kan bevredigen
4°. «Het kwaad dat bestreden moet worden, is niet
in de eerste plaats het volstrekte, het absolute, maar het
relatieve, maar bovenal het betrekkelijk schoolverzuim."
In ons artikel »Goede hoop" van 26 November 1.1.,
meenden wij reeds te kunnen aannemen, dat in het onge
regeld schoolbezoek en het, te vroeg verlaten van de
school het grootste kwaad schuilten wij wezen er tevens
op, dat althans de bestrijding van dit kwaad met geen
gemoedsbezwaren tegen de openbare school of de voor de
toelating gevorderde vaccinatie te kampen zou hebben.
5°. »Leerplicht leidt in zijn gevolgen voor de groote
massa tot schooldwang, maar niet tot gewetensdwang
en bij de regeling van leerplicht is het plicht om zooveel
mogelijk te letten op, en rekening te honden met ge
moedsbezwaren." Een dergelijke regeling vertrouwt
de Minister te zullen kunnen ontwerpen. Wij hopen het
van harte. Naar onze meening is hij op den goeden weg.
Wel zijn wij er zeker van, dat er bezwaren zullen over
blijven, en dat hij niet allen zal kunnen bevredigen
maar evenzeer zijn wij overtuigd, dat, indien het moge
lijk zal zijn een regeling te maken, die aan de groote
meerderheid van ons volk zal voldoen en bij gevolg,
zooals de Regeering hoopt, een nationale wet zal
mogen heeten, bet zal beproefd moeten worden langs
dezen weg.
DUITSCHIjAWÖ. De toestand in Oost-Azie brengt
heel wat pennen in beweging, maar veel licht wordt
door de zeer uiteenloopende berichten niet verspreid.
De Dnitsehe bladen erkennen, dat de moord op Duil-
sche zendelingen in China gepleegd, wel de aanleiding,
maar niet de grond van het optreden der Dnitsehe
regeering is. Dit was trouwens al voldoende gebleken
nit do redevoering van minister Von Biilow bij de behan
deling der marine-ontwerpen toen hij zeide »Doch
afgezien van dit treurige voorval hadden wij tegen China
nog e n reeks andere bezwaren."
Op 6 December zeide de minister
«Wij moeten verlangen, dat de Duitsche zendelingen
en de Dnitsehe ondernemersde Duitsche vlag en het
Dnitsehe schip in China evengoed worden geëerd en
geacht als die van andere mogendheden En wij zijn
gaarne bereid in Oost-Azie met de belangen van andere
mogendheden rekening te honden als wij slechts het
vooruitzicht hebben dat ook onze belangen op hun
rechte waarde zullen worden geschat.
«Wij willen niemand in de schaduw plaatsen maar
wij verlangen ook ons plaatsje in de zon."
De «Köln. Ztg." schrijft:
«Het schijnt inderdaad, dat het oogenblik gekomen is,
om China te verdeolen, en dat ook de andere mogend
heden met eischen voor den dag zullen komen, Rusland
heeft het veld bereid hoe ver het er mede is weet men
nog niet, maar zal spoedig genoeg blijken. Duitschland
bezet Kiau-tchan, Rusland Port-Arthur; de ovsrigeu zul
len niet achterblijven. Het is slechts de vraag welke
houding Engeland en Japan znllen aannemen, doch het
is te hopen, dat Engeland zich bij de ieiten zal neer
leggen".
Intnsschen is het eskader van prins Heinrich den 19
voor Portsmouth aangekomen. Den geheelen dag had men
hen verwacht, admiraal Culme Seymour hield zich gereed
om de gebruikelijke eer te bewijzen, maar om zes uur
des avonds was er nog geen bericht van Dover dat de
Duitsche schepen gepasseerd waren. Men meende toen,
dat zij door den dikken mist waren opgehouden, maar
oven na zes uur werden van Spithead twee schepen ge
signaleerd en weldra bleek, dat het de «Duitschland'' en
de «Gefion" waren, die twee mijlen voor Spithead ten
anker gingen. Admiraal Seymour ging daarop prins
Heinrich verwelkomen.
De vaart door den mist en zonder eenige gemeenschap
met een siguaalstation is oen schitterende daad van zee
manschap.
FRA1VHBIJK. De Conrrier du Soir meldt dat het
proces-üreyfns waarschijnlijk zal worden herzien, nadat
uitspraak zal zijn gedaan door den krijgsraad, waarvoor
majoor WalsinEsterhazy zeker zal verschijnen.
L)e Conrrier dn Soir geldt voor een officieus orgaan
en zij heeft door haar uiterst bezadigde houding in deze
treurige zaak alom vertrouwen ingeboezemd. Men mag
dus hopen dat wat zij zegt waar is.
De krijgsraad, waarvoor majoor Esterhazy zal terecht
staan, zal tnsschen 5 en 25 Januari a.s. bijeenkomen.
Of de behandeling in het openbaar zal plaats vinden, is
nog niet zeker. Mocht op grond van moeielijkheden met
een bnitenlandsche mogendheid een geheime behandeling
worden gevraagd, dan zou de Duitsche regeering waar
schijnlijk langs diplomat'eken weg de verklaring geven
dat van haar geen complicaties te vreezen zijn. Zij zou
zelfs den wensch uitspreken dat de zaak Esterhazy open
baar behandeld worde, opdat geheel Europa zich kunne
overtuigen in hoever de beschuldigingen tegen het
Dnitsehe gezantschap en de militaire attachés gerecht
vaardigd zijn.
©IMBI£E'HII»AH[I>. De gezanten der mogendheden
hebben weer eens een nieuw ontwerp voor de regeling
van de toestanden op Kreta opgesteld, dat de volgende
punten bevat
»Benoeming van een tijdelijken gouverneur; uitschrij
ving eener leening van zes millioen T. waarvan de
rente en aflossing gewaarborgd zal worden uit do douane
inkomsten vorming van eeu gendarmerie, onder bevel
van Europeesche officiereninstelling van een Raad
gevend Lichaam, waarvan de leden door de regeoriugen
der groote mogendheden znllen worden benoemd."
Ale hot ontwerp door het Raadgevend Lichaam opge
steld, goedgekeurd is, zal een Christen-gouverneur wor
den benoemd, met toestemming van den Sultan en voor
den tijd van vijf jaren, die zorg zal dragen voor het
bijeenroepen van de Nationale Vergadering.
De Nationale Vergadering moet met de hoogste Wet
gevende, de gouverneur met de hoogste Uitvoerende
Macht worden bekleed.
Ten slotte hebben de gezanten in hun ontwerp de
bepaling opgenomen, dat Kreta een zelfstandige en neu
trale provincie van het Turksche Rijk zal blyven, die
den Sultan schatting moet betalen.
SPAMJB. De berichten nit Cnba spreken nog steeds
van 'oorlog. Bij de gevechten der laatste tien dagen ver
loren de opstandelingen 303 dooden en 17 gevangenen;
400 opstaudelingen onderwierpen zich. De Spanjaarden
verloren 36 man aan dooden en 227 aan gewonden. Ge-