So. 153 Tweede blad.
Megen en Wegentigste jaargang.
1897,
ZATERDAG
25 D E C E M B E R.
Zitting van den Gemeenteraad
Woensdag 22 December 1897,
iLKÏUARSCHË COURANT
Deze Courant wordt IM»sd»g-, SJoaderdag- en
Saterdag»v®ad uitgegeven. Abonnementsprijs per
3 maanden voor Alkmaar f ©,8©; franco door het
gebeole rjjk 1,—.
De 3 nummers Afzonderlijke nummers 3 ets.
Telefooanuaawcir 3
Prijs der gewone d ver Ie nliei» j
Per regel ©,lö, Groote letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de Uitgevers HERMs. COS
TER ZOON.
VASf ALKMAAR,
's namiddags 12 3/4 ure.
Voorzitterde heer A. Maclaine Pont, burgemeester.
Tegenwoordig alle leden.
Secretarisde heer C. D. Donat'n.
De Voorzitter opent de vergadering, waarna de notulen
der vorige vergadering gelezen en goedgekeurd worden.
1. Aan de vergadering wordt medegedeeld
dat B. en W. zich hebben voorgenomen om met het
oog op den gunstigen toestand der gemeentekas den 3
Januari a.s. slechts f 50000 in plaats van f 60000 op
te nemen bij de Ned. Bank wegens het bestaande kas
tekort.
Bij acclamatie voor kennisgeving aangenomen.
Dat zijn ingekomen
a. eene missive, d.d. 17 November 1.1. Nr. 13, van de
Ged. Staten ten geleide van het goedgekeurde 1ste
suppletoir kohier van den hoofd, omslag, dienst 1897.
Aangenomen voor kennisgeving,
b. een schrijven d.d. -7 November 1.1., van het bestuur
van den polder Overdie en Achtermeerhoudende be
richt dat de polder ongenegen is de Sandersloot en
de Bleekerslootvoor zoover aan den polder behoo-
rende aan de gemeente in eigendom over te dragen.
De heer Kraakman zou wenschen, dat B. en W.
deze zaak in bet geheugen honden. Spr. betwjjfelt zeer,
of deze slooten niet reeds aan de gemeente behooren.
De Bleekersloot b.v. ligt buiten bet poldergebied in
Schermerboezem. Dit is eene overwegende reden om
die mogelijkheid te onderstellen. Gaarne zou hij zien,
dat B. en W. naar den eigendom een onderzoek gingen
instellen, welk onderzoek wellicht historisch zal moeten
zijn. Het onderzoek van de eigendomskwestie komt
hem een gemeentebelang voor.
De heer Stoel ondersteunt, dit denkbeeld.
De heer Bruinvis antwoordt., dat naar zijne op
vatting de Bleekersloot eene rivier is. Zijüe meening
is althans, dut bet open- of buitenwater is en volstrekt
geen polderwater. Mogelijk dat nit do archiefstukken
den eigendom is op te sporen.
De heer Bosman meent, dat B. en W. in de
Bleekersloot het visch water verpachten en zon daarin
reeds een begin van bewijs van eigendom vinden.
B. en W. verklaren zich bereid een onderzoek in te
stellen.
c. een schrijven d.d. 29 Novombor 1.1., van den onder
wijzer A. Plaathoudende dankbetuiging voor de
verhooging zijner jaarwedde.
Aangenomen voor kennisgeving.
d. eene missive d.d. 8 December 1.1. No. 6, van de Ged.
Staten houdende bericht der goedkeuring van de
gemeente-rekening over 1896. Alsvoren.
e. een adres van de afdeeling Alkmaar der Hollandsche
Maatschappij van Landbouwhoudende het verzoek
haar eene subsidie toe te kennen van f 250 voor de
aanstaande Paasch ten toonstelling.
Gesteld in handen van B. en W. om bericht en raad.
De heer Kraakman vraagt of bij het adres ook
is overgelegd het finaneiëel resultaat der laatste tentoon
stelling. Zoo niet dan zou het hem aangenaam zijn in
dien dit alsnog werd aangevraagd.
Voor zich zelf heeft spr. steeds gemeend, dat deze
tentoonstelling bevorderlijk zon zijn voor de verbetering
van het fokvee. Gaarne zon hij vernemen of deze mee
ning ook door B. en W. wordt gedeeld.
De heer Bruinvis vindt het onnoodig het finan
eiëel resultaat aan te vragenomdat dit toch geen vol
ledig overzicht, geeft.
De heer Kraakman meent, dat, als dit niet het
geval is B. en W. op volledigheid zullen knnnen aan
dringen.
f.een adres, d.d. 19 November 1.1., van de afdeeling
Alkmaar van het Nederl. Onderwijzers-genootschap
houdende verzoek om spoedig tot de herziening van
de verordeningen regelende het lager onderwijs te
willen overgaan.
Gesteld in handen van B. en W. De gelegenheid,
om de herziening der verordeningen ter hand te nemen,
heeft tot heden ontbroken, omdat zaken, die urgenter
waren, steeds aan de orde zijn geweest. Binnenkort
hopen B. en W. te kannen voldoen aan hunne toe
zegging.
ff. een adres, d.d. 26 November 1.1. van EL P. Hamer,
eervol ontslagen nachtwacht, houdende het verzoek om
in het genot van pensioen te worden gesteld.
Gesteld in handen van B. en W., om bericht en raad.
h. een adres d.d 7 December 1.1. van het Comité voor
hot verwezenlijken van eene betere verkeersverbinding
van Alkmaar met Bergen en de Egmonden, houdende
het verzoek om concessie tot aanleg en exploitatie van
een stoomtram. Alsvoren.
De heer Kraakman zon wenschen, dat de stuk
ken maar vooral de teekeningen een enkelen dag
voor de leden ter visie werden gelegdom daarvan
kennis te knnnen nemen en zich van de zaak op de
hoogte te kunnen stellen.
De heer Boelmans ter Spill voegt er aan
toe dat hij dan ook gaarne tegelijkertijd de stukken op
de andere concessie betrekking hebbende, ter lezing zag
gelegd. Spr. zou hieraan gaarne de vraag verbinden,
of de Raad spoedig ter zake dezer aanvraag een advies
zal ontvangen.
De heer B r n in v i s zon van meening zijn, dat het
te verwachten advies gecombineerd zal moeten zijn.
De stukken zullen ter visie worden gelegd.
i. een adres d.d. 7 December 1.1. van het bestuur der
Vereeniging tot oprichting en instandhouding eener
Algemeene bewaarschool, houdende het verzoek, om de
jaarlijksche gemeentelijke subsidie tot f 1000 te ver-
hoogen.
Gesteld in handen van B. en W. om bericht en raad.
j. een adres, d d. 17 December 1.1. van het bestuur der
vereeniging »Alkmaarsche Bnitonsocieteit,'' om aan de
genoemde vereeniging hot noodige terrein in den Hout
in erfpacht te willen afstaan.
Alsvoren.
k. een adres, dd. 17 December 11. van de gezamenlijke
kaasdragers, zoowel vaste lieden als noodhulpen, hou
dende het verzoek om het arbeidsloon voor het ver
werken der op da Kaasmarkt aangevoerd wordende
kaas, niet te verminderen.
Zal worden behandeld bij punt 9 der agenda.
I. eene missive, dd. 16 December 11. van den heer Com
missaris der Koningin, ten geleide van een extract nit
het kon. besluit van 3 December 11. n°. 44, waarbij
de verordening op het heffen van wik- en weegloonen
is goedgekeurd tot 31 December 1898.
Aangenomen voor kennisgeving.
m. eene missive, dd. 15 December 11. van de Ged. Staten,
ten geleide van het goedgekeurde raadsbesluit van 10
November 11. tot verhooging der jaarwedde van den
onderwijzer A. Plaat.
Alsvoren.
n. eene missive, dd. 15 December 11. n°. 48 van de Ged.
Staten, ten geleide van de goedgekeurde begrooting
voor den dienst van 1898.
Alsvoren.
o. een adres, dd. 20 December 11. van Jan Bout te Eg-
mond aan Zee, om de door hem als aannemer van den
Omnibnsdienst »do Drie Egmonden" verschuldigde tol
gelden tot op de helft te willen verminderen.
Gesteld in handen van B. en W., om bericht en raad.
p. een adres, dd. 21 December 11. van Petronella Roskam,
wed. S. P. Kapteijn, ten geleide van een plan van
bebouwing van het terrein achter het terrein van de
bouwmaatschappij »Rijnecom."
Hieromtrent zal een voorstel gedaan wordenals
punt 3 der agenda is afgehandeld.
q. eeu adres, dd. 21 December II. van P. Roskam en 6
andoren, allen wonende te Alkmaar en leden van den
Boerenbond, houdende het verzoek om gebouwen, uit
sluitend dienende tot bergplaatsen, stallen en werk
plaatsen voor den landbouw, vrij te stellen van straat-
belasting.
Zal worden behandeld bij punt 7 der agenda,
r. een adres d.d. heden, van het comité-stoomtram Eg-
mond aan Zee—Alkmaar, betreffende wrziging van het
baantraject van de stoomtram waarvoor den 2 Octo
ber 1.1. concessie is aangevraagd.
Gesteld in handen van B. en W. om bericht en raad.
üclioolliygiène.
2. lelijk reeds bekend is, diende de commissie vau
toezicht op het lager onderwijs onlangs eene verordening
bij den gemeenteraad in strekkende tot voorkoming
wering en beteugeling van besmettelijke ziekten bij de
leerlingen der lagere scholen en waarin werd voorge
steld de invoering van schoolbaden en van een of meer
schoolartsen.
Op die verordening werd door B. en W. onderschei
denlijk het advies gevraagd van don Districts-schoolop-
ziener, de plaatselijke gezondheids-commissie en den heer
Inspecteur van het lager-onderwijs. Het advies van de
gezondheids-commissie werd reeds in zijn geheel in dit
blad opgenomen, terwijl de adviezen van den Districts
schoolopziener en den heer Inspecteur daarin reeds ten
deele zijn besproken, zoodat verdere vermelding daarvan
overbodig kon worden geacht.
Alleen dient nog het gevoelen van B, en W. te wor
den medegedeeld. Hun advies lnidt als volgt
Geroepen thans ons eigen oordeel te formuleeren in
zake het door de schoolcommissie opgeworpen plaD tot
vaststelling eener verordening tot voorkoming, wering
en beteugeling van besmettelijke ziekten bij de leerlin
gen der lagere scholen in deze gemeente, wenschen ook
wij niet achter te blijven in het uitspreken onzer gevoe
lens -van waardeering voor de door deze commissie on
dernomen arbeid en voor haar pogen om de hygiënische
toestanden op de lagere scholen te verbetereu en te ver
zekeren. Echter wil het ons, met eene verwjjzing naar
de uitgebrachte adviezen, bescheidenlijk voorkomen, dat
de tijd voor het vaststellen eener dergelijke verordening
en zelfs voor het aanstellen van een of meer schoolart
sen nog niet is gekomen. Met den Inspecteur zijn wij
vau meening dat eene verordening weinig of niet zal
baten terwijl persoonlijke invloed zoo van onderwijzers
als van plaatselijk toezicht bijna alles vermag. Eischt
het medisch element in de commissie van toezicht ver
sterking zij zal bij het doen van voorstellen dienaan
gaande bij ons college zoowel als bij uwe vebgadering
naar wij vertrouwen, den noodigen steun vinden. Wel
licht zullen sommige aangegeven denkbeelden in eene
verordening houdende bepalingen omtrent de orde en
tucht op de openbare lagere scholen, welke wij het voor
nemen hebben te ontwerpen en over te leggen bij de
verordeningen tot herziening der bestaande verordeningen
op het lager onderwijs, waarmede wij eerlang hopen aan
te vangen, kunnnen worden belichaamd. In afwachting
daarvan achten wij het evenmin wenschelijk tot par-
tieele wijziging der Algemeene Schoolverordening over
te gaan, waarin immers meerdere bepalingen voorkomen
die ten doel hebben reinheid in de scholen te bevorderen
en besmettelijke ziekten te voorkomen, te weren en te
beteugelen. (Men zie o. a. art. 4, 6 21, 22).
Kan nwe vergadering zich hiermede vereenigen dan
hebben wij de eer haar voor te stellen to besluiten
aan de plaatselijke commissie van toezicht op het lager
onderwijs, onder inzending van een afdrnk der bijlage
tot het raadsverslag No. 129 en in antwoord op hare
missive van den 19 Juli 1.1. to berichten dat de Raad
hoezeer waardeerende hare pogingen om de hygiënische
toestanden op de lagere scholen te verbeteren en te ver
zekeren nochtans geene termen heeft kunnen vinden om
over te gaan tot de vaststelling van de door haar ont
worpen verordening.
De heer de Lange beeft met zeer veel belangstel
ling van de verschillende adviezen en beschouwingen
kennis genomen.
't Is te bejammeren, zoo verklaart spr., dat die ad
viezen zoo zeer uiteen loopen. Toch meent bij te mogen
constateereu dat uit alle adviezen blijktdat de aan
stelling van een schoolarts hoe dan ook gewenscht
mag heeten.
Burg. en Weth. verklaren evenwel in hun adviss, dat
zij den tijd daarvoor nog niet gekomen achten. Met die
zienswijze kan spr. zich niet vereenigen. Z. i. dienen
alle maatregelen in 't werk te worden gesteld om be
smettelijke ziekten zooveel mogelijk te betengelen. Vooral
de ondervinding leertdat juist de scholen er zich zoo
eigenaardig toe leenen om verbreiding dier ziekten te
bevorderen en daarom is het zoo dringend noodig dat
dadelijk de noodige maatregelen worden genomen.
Spr. verklaart gaarne nadere' inlichtingen te willen
ontvangen omtrent de vraag, of, in verband met de
betrekkelijke bepalingen der wet tot regeling van de
besmettelijke ziekten iemand tot schoolarts zal knnnen
worden aangesteld zonder daarom verplicht te zijn lid
van de commissie van toezicht op het lager onderwijs
te wezen.
De heer Boel mans ter Spill heeft van vorigen
spr. gehoord, dat deze zeer voor de aanstelling van een
schoolarts is doch hij heeft daaromtrent geen bepaald
voorstel gedaan. Spr. verklaart, dat hij dienaangaande
ook niet dadelijk zon willen beslissen. Hij stelt voor aan
ds commissie te berichten, dat de Raad met zeer veel
waardeering van haar streven heeft kennis genomen, doch
dat hij haar voorstel, zooals het daar ligt, in verband
met de ontvangen en aan haar toe zenden adviezen niet
kan aannemen.
Na keunisueming dier adviezen zal uit den boezem der
commissie dan wellicht een nieuw voorstel komen.
Zonder hoofdelijke stemming wordt aldus besloten.
Overbruggi ng Sricuwlandersingclgracht.
3. De speciale commissie benoemd bij raadsbesluit
van den 7 September j.l. om te dienen van advies be
treffende de aanvrage van den heer N. A. Conijn in zijn
qualiteit van directeur der bouwmaatschappij »Rijnecom",
gedateerd 1 Juni 11., tot overbrugging der Nieuwlander-
siugelgracht tegenover de Zilverstraat, rapporteert het
volgende
de aanviage tot overbrugging der Singelgracht staat jn
verband met eene aanvrage van den heer N. A. Conijn
in zijne bovengenoemde qualiteit, gedateerd 8 Februari
11. om met wijziging in zoover van het bij raadsbe
sluit van 12 Juli 1893 goedgekeurde plan van bebou-
wing goedkeuring te verkrijgen op een nieuw door
hem overgelegd stratenplan, waarop een hoofdweg van 9
Meter is geprojecteerd, loopende van den Nienwlander-
singel naar de Emmastraat, benevens een vijftal neven
straten.
Aangezien het hier geldt de wijziging van een bij
raadsbesluit van 12 Juli 1893 goedgekeurd plan, welk
raadsbesluit door belanghebbenden werd aanvaard, lag
het in de allereerste plaats op den weg der commissie
te onderzoeken, of aan de voorwaarden, aangenomen bij
het den 12 Juli 1893 vastgestelde plan, ook in het ge
wijzigde plan voldaan was.
De commissie is van oordeel, dat dit niet het geval is,
doch dat in het gewijzigde plan eene verandering ge
bracht iswelke van zeer veel gewicht is voor de
gemeente Alkmaar en waarmede de commissie zich in
geen geval meent te kannen vereenigen.
In het plan goedgekeurd bij raadsbesluit van 12 Juli
1893 springtevenals in het gewijzigde plan, een gedeelte
van een t rrein aan anderen toebehoorende in het bouw
plan van sRijnecom" in, echter met dit onderscheid, dat
in het eerstgenoemde plan dit stnk onmiddellijk aan de
door de gemeente over te nemen straat grensde, zoodat
oventueele aansluiting met daarachter gelegen perceelen