Honderdste jaargang. 1898. ZONDAG 9 JANUARI. Europa in Azië en Afrika. Buitenland. JJq, 4. Eerste blad' ALKMAARSCHE COURANT. Deze Courant wordt E i n s d a g-, Donderdag- en Zaterdagavond uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden voor Alkmaar f 0,80 franco doorahet geheele rijk t 1. 3 Nummers f 0,06. Afzonderlijke nummers 3 ets. Telefoonnummer3. Prijs der gewone advertentien: Per regel f 0,16. Groote letters naar plaatsruimte. Brieven franco aan de Uitgevers HERMs. COSTER ZOON. Niet in Europa, maar in Azië en Afrika dreigen thans mogelijke verwikkelingen en botsingen tusscbea Euro- peesche mogendheden. Dat is verklaarbaar. De reusachtige ontwikkeling van handel en nijverheid maakt het noodig, met de uiterste krachtsinspanning alom betrekkingen aan te knoopen en plaatsing te zoeken voor al de voort brengselen der nimmer rustende fabrieken. Eugelandr heeft op dit gebied een geduchten mededinger gevonden in Duitschland naast de Engelsche de Fransche de Russische en de Italiaansehe oorlogsvloot ontwikkelt zich de Dnitsche om Dnitsche belangen te beschermen om aan Dnitsche aanspraken op welwillende behandeling e n gunstige handelsvoor waarden, aan de begeerte naar een i ge vaste punten voor kolenstations en veilige havens nadruk bij te zetten. Over de rechtmatigheid en de grenzen van die aanspraken zal wel meestal verschil van gevoelen bestaan tusschen de mogendheid die ze wil doen gelden en de mogendheid, die er mee lastig gevallen wordt. Gewoonlij k, gelijk thans tegenover China, beroepen de mogendheden zich op haar vriendschappelijke houding en goede diensten in moeielijke tijden en op haar welwillende bemiddeling bij ver wikkelingen mat andere mogendheden. Ten slotte geeft in den regelde zwakste toe, nog voordat zich de grove stem der zware kanonnen heeft doen hoorendie aan de kenbaar gemaakte aanspraken en de daaruit voortge vloeide eischen nadruk zou moeten bijzetten. Bij zekere gelegenheid verzekerde Lord Salisburydat Engeland in andere werelddeelen verschillende landstreken blijft bezetten alleen uit nooddwang, omdat de volken die ze anders in bezit zouden nemen meestal door pro tectionistische maatregelen den Engelschen handel zonden buitensluiten. Die verklaring is ons te sterk. Wij ge- looven niet, dat de vrees voor benadeelmg van Enge- lands handel en industrie door de beschermende rechten van andere mogendheden de eenige reden is, die Engeland drijft tot het inbezitnemen van zooveel land in allo werelddeelen. Al lieten die andere mogendheden haar stelsel van bescherming van eigen handel en nijverheid varen, ook dan nog zon Engeland vermoedelijk het zeker e voor het onzekere nemen en aan de wereld verkondigen dat vrijheid van handel en nijverheid en de ontwikkeling der overheerde gewesten tot grootere welvaart en zooveel mogelijk zelfs tot eigen zelfstandig bestuur ook voor do toekomst alleen veilig zijn in de schaduw der Engelsche vlag. Maar toch kan niet worden voorbijgezien dat de felheid van den tarievenoorlog den prikkel tot het inbezit nemen van vaste en sterke punten en uitgestrekte land streken in andere werelddeelen aanmerkelijk verscherpt. Het belang om daarmee voort te gaan wordt er Diet weinig door vergroot, en doet zonder aarzeling heenstap pen over bezwaren waardoor men zich anders wellicht zou laten terughouden. Inzonderheid voor staten die nu eenmaal niet tot de groote mogendheden behooren en van wie het vaststaatdat hun woorden hoe juist en gegrond ook, niet gesteund zouden kunnen worden door de aanwezigheid van groote slagschepen en zware kanonnen, zijn de woorden van Lord Salisbury niet zonder betee- kenis, niet zoozeer omdat ze door dien Engelschen staats man zijn gesproken maar omdat ze althans tot zekere hoogte een waarheid bevatten, die in den aard der zaak ligt. Vrijheid van handel en bedrijf, zonder aanzien van nationaliteit, voorkomt tal van grieven en ontwapent den nijd. Opmerking verdient in dit opzicht de beteekenis, die gehecht wordt aan hetgeen de Staatssecretaris voor Bui- tenlandsche Zaken in de Vereenigde Staten van Noord- Amerika over de gebeurtenissen in China zou gozegd hebben. Volgens één der laatste berichten had hij verklaard een verdeeling van dat groote rijk niet waarschijnlijk te achten maar als dat gebeurt, liet hij er op volgen, zal de Regeering der Vereenigde Staten weten, welke stappen er noodig zijn voor de volkomen bescherming van onze belangen. Tot verklaring voegt de Amerikaansche Herald er bij, dat de Amerikanen zeer goed weten, waar hnn belangen gelegen zijn, namelijk in een gezamenlija op treden met Engeland, want, zegt het blad »Indien Frankrijk, Rusland en Duitschland eenig deel van China in bezit nemen, zal elk dezer mogendheden een monopolie invoeren in haar eigen voordeel. Engeland daarentegen zal vrijhandel invoeren, en de Amerikaansche producten zullen dan even vrij worden toegelaten als de Engelsche." In China schijnt het gevaar voor botsingen tusschen al de beschermers en goede vrienden van het Hemelsche Rijk intusschen iets te zijn verminderd. Het denkbeeld om geen landstreken of havens iD bezit te nemen, maar «e voor een aantal jaren van China te pachten, met in begrip van alle regesringsrechteu, is een prachtige uit vinding. Daarin ligt minder vernedering zoo wordt de Chinoesche Regeering althans als souverein erkend, en de onsmakelijke pil verguld. Indien Li-Hung-Tsjang die opnieuw aan het bewind is geroepen, aan zijn Re geering dezen raad heeft gegeven, heeft hij zich weer een uitstekend diplomaat getoond. Aan den anderen kant zal China echter een pachtcontract, dat het den eenen vriend toestaat, den anderen niet kunnen weigeren, te minder indien die andere vriend een aantal ontzag in boezemende schepen aan de Kust kan vertoonen. Engelsche bladen maken er reeds opmerkzaam op, dat China in al zijn tractaten met vreemde mogendheden zich heeft ver bonden haar op den voet van de meest begunstigde natie te behandelen, zoodat het aan de eene niet kan onthouden wat het aan de andere heeft vergund. In Afrika schijnt de Congo-staat zich in tamelijken voorspoed en een goeden gang van zaken te kunnen ver heugen wat voornamelijk wordt toegeschreven aan de goede zorgen van den Staatssecretaris, den heer Edmond van Eydvelde. Invoer van sterken drank en vuurwapenen werd verboden de grenzen 7an den Staat werden door tractaten met andere mogendheden vastgesteld, spoor wegen aangelegd, rivieren bevaarbaar gemaakt. Voor rechtspraak en postdienst, werd gezorgd. Tot onderzoek van de klachten van inlanders en vreemden werd een commissie ingesteld van drie katholieke geestelijken en drie doopsgezinde zendelingen. Het aantal Belgi-.che zen delingen, aan wier ijver een goed deel van de gunstige uitkomsten moet worden toegeschreven, steeg tot 223. Proeftuinen voor koffie en cacao werden aangelegd, en van de teelt zoowel van deze producten als van caout chouc heeft men de beste verwachtingen. Wellicht zijn deze berichten wel wat rooskleurig getint, maar over het algemeen schijnt de toestand werkelijk gunstig ge noemd te kunnen worden. Intusschen gaat Engeland voort langs den Nijl zuidwaarts in het oude Egyptische Soedan door te dringen. Van andere zijden trekt een Fransche expeditie naar dezelfde streek, en schijnen ook expedities uit den Congo-staat en uit Abessynie naar hetzelfde punt onder weg, terwijl de Derwischen zich vaardig schijnen te maken om de vreemdelingen terug te dringen. Wat van al deze bewegingen het gevolg zal zijn, of men elkander weldra zal ontmoeten, en met welke gezindheden, zal later moeten blijken. In Zuid-Afrika blijft de Trausvaalsche Republiek zich sterk maken en schijnt de verwachting gegrond dat ook bij de nieuwe keuze van een President de zorg voor den Staat opnieuw aan de beproefde trouw en de ge bleken bekwaamheid van den ouden Kruger zal worden opgedragen. Vast besloten om zich niet te onderwerpen aan Engelands voogdij vindt de Republiek steun in de zucht naar zelfstandigheid, die meer en meer alle »Afri- kaanders", ook van Engelsche afkomst, schijnt te bezielen. Geenszins vijandig jegens Engeland gezind en prijsstellende op het behoud van den band met het zeeën-beheerschende rijk openbaart zich niettemin onder de bevolking van Zuid-Afrika een machtige strooming, die verbroedering wil kweeken onder alle ingezetenen van Europeeschen landaard en een hooge mate van zelfbestuur beoogt. Een andere bepaaldelijk Engelsch gezinde richting staat daar tegenover. Nog is alles in gisting, in strijd, in wording misschien, en 1898 zal vermoedelijk voor Zuid-Afrika een hoogst belangrijk jaar worden. Spanje is den opstand in zijn Oost-Indische bezittingen meester in West-Indië zijn de vooruitzichten verbeterd, maar in het werk van Cuba's bevrediging nog geenszins geslaagd. In Engelsch-Indië is de opstand beperkt tot de Noord-westelijke grens, maar nog niet gedempt. In Atjeh gaat Nederland krachtig voort het verzet te bedwingen en de vijandiggezinden rusteloos te verjagen en te nood zaken den strijd op te geven. DUITSC.TIJLA.H1D. Terwijl volgens de laatste be richten prins Heinrich met zijn 3 schepen nog pas te Portsaïd is, is der Cdineesche regeering de angst reeds zoodanig om het hart geslagen, dat zij Duitschland zon der slag of stoot veel meer afstaat dan waarop het ooit had durven hopen. De »Reichsanzeiger" maakt het verdrag bekend. Het erkent Duitschland's rechtmatig verlangen om, evenals andere volken, een steunpunt voor zijn handel en scheep vaart in de Chineesche wateren te hebben als rechtmatig. Daartoe wordt een terrein van eenige vierkante mijlen in gebruik gegeven, dat zich uitstrekt van het gansche binnenbassin der golf van Kiao-Tsjao tot den bovenloop der stroomen; voorts nog ten noorden en ten zuiden zeer belangrijke strooken tot de natuurlijke begrenzing door de heuvelrijen, en eindelijk ook nog de eilanden tegen over en in den golf gelegen. Op al die gronden zal Duitsch land het recht hebben tot het bouwen en aanleggen van alle werken die het noodig zal achten en daarvoor alle noodige maatregelen mogen nemen. Om dit terrein heen strekt zich eene grootere zóne uit waarin de Chineezen, zonder toestemming van Duitsch land, niets hoegenaamd zullen mogen doen. Ten einde alle geschillen te voorkomen welke gevaar zouden kunnen opleveren voor de goede verstandhouding die tegenwoordig tusschen de beide rijken bestaat, draagt de Chineesche regeering aan de Dnitsche voor den duur van het contract (volgens de Times is dit 50 jaar) alle souvereine rechten op het bewuste gebied over Ais »om de eene of andere reden" de golf van Kiao- Tsjao niet meer voldoet aan de wenschen van Duitsch land, dan zal de Chineesche regeering zich met dat land verstaan over den afstand van een ander punt dat het geschikter mocht oordeelen. In dat geval zal de Chinee sche regeering gehouden zijn om alle werken welke te Kiao-Tsjao door Duitschland mochten zijn gemaakt, tegen betaling van hun kosten over te nemen. De »Voss. Zeitg". die met dit tractaat zeer ingenomen is, merkt niet ten onrechte op Voor Duitschland is er nu geen Chineesche quaestie meer; voor andere mogend heden begint ze misschien nu eerst recht ernstig te wor den De Dnitsche regeering bevindt zich daarbij in de aangenome positie, geheel neutraal te kunnen blijven. Zalig de bezitters EHKSElxAHID. Kapitein Mitchell, die in April van het vorig jaar naar het binnenland van de Goudkust werd gezondenis teruggekeerd en heeft het een en ander medegedeeld over zijn ervaringen. De geheele streek die hij doorreisd heeft, is door Samory verwoest. De inlanders hebben hem vriendschappelijk ont vangen. De kapitein deed eene verkenning met honderd man en een mitrailleuse en kreeg verbinding met de Softa's van Samory, die terugtrokken uit vrees voor zijn geschut. Zij ontruimden de stad Boekoetoe die aan de Franschen behoort, maar reeds drie jaar in het bezit van den inlandschen hoofdman is. Deze belangrijke stad, die eertijds 40.000 inwoners telde is zoo mishandeld door Samory, dat er nog maar 7000 inwoners zijn overgebleven. Kapitein Mitchell heeft Boetoekoe den 20 September met drie honderd man bezet. Den 26 October voegde majoor Jenkinson zich bij hem. De kapitein verzekertdat hij tijdens zijn verblijf in het binnenland geen enkel gevecht heeft geleverd. De inneming van Boetoekoe was niet meer dan een „betooging." Hij is van oordeel, dat Frankrijk Engeland dank moet wijten voor de bevrijding der stad. EEAWIAII.I.IK. De krijgsraad in de zaak Esterhazy komt Maandag bijeen. De eerste dag der zitting zal gew d zijn aan getuigenverhooren, die zoo noodig Dinsdag worden voortgezet. Tevens wordt dan majoor Esterhazy gehoord. Woensdag is de aanklager^ aan het woord en Donderdag zal mr. Tézénas de verdediging van den be klaagde voordragen. Nog denzelfden avond verwacht men de uitspraak. Naar aanleiding van de Dreyfus-zaak bevat de Köln. Ztg. een artikel, waarin de officieuse«-oorsprong duidelijk te herkennen is. Het blad verklaart, dat, indien Dreyl'us zich ooit aan spionneering heeft schuldig gemaakt, hij nooit met Duitschland, met de Dnitsche regeering of met Dnitsche officieren dus ook niet met den attaché- militaire bij het Duitscbe gezantschap of met iemand van de Dnitsche ambassade te Parijs heeft te doen gehad. Heeft Dreyfus spionnendienst verricht, zoo zegt het blad, dan moet dat in diensc van eene andere mogendheid zijn geweest. De Fransche regeering mag het van gewicht achten hierover een sluier te werpen de Dnitsche regee ring maakt niet het minste bezwaar het volle licht dei- openbaarheid over de zaak te laten schijnen. Er kan geen enkel bewijs geleverd worden, dat Dreyfus ooit met Dnit sche officieele persoonlijkheden in verbinding heeft gestaan. ITALIË. Op Sicilië moet de ellende dit jaar bijzonder groot zijn. Tc Siciliana bij Girgenti zijn botsingen voor gekomen tusschen hongerlijdende boeren en de gendarmerie. Vijf honderd Siciliaansche boeren hebben zich naar Napeh begeven om zich naar Brazilië in te schepen Vele anderen maken zich gereed om het land te verlaten, waar zij van honger sterven in de hoop in de Nieuwe Wereld brood en werk te zullen vinden. De meesten zijn uit den omtrek van Viterbo, waar de nood bijzonder hoog is RUSUAHTO. Dat Rusland van de moeielijkheden waarin de Ch neesche regeering op het oogenblik verkeert, partij zou weten te trekkenwas te voorzien. Er is thans een overeenkomst tusschen Rusland en Korea gepu bliceerd waarbij de Russische Staatsraad Alexejef tot

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1898 | | pagina 1