Honderdste jaargang, 1898. ZONDAG LEERPLICHT gemoedsbezwaren. Buitenland. Zitting van den Gemeenteraad Stadsberichten. S APRIL. Woensdag 6 April 1898, BURGERLIJKE STAND. NO. 40. Eerste Blad. ALKMAARSCHE CO I RAAT. Deze Courant wordt B|1 Dsda g-, Uonderda g- en Zaterdagavond uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden voor Alkmaar f O,SO franco door het geheele rijk f 1. 3 Nummers f 0,06. Afzonderlijke nummers 3 ets. Telefoonnummer 3. Prijs der gewone advertentlen Per regel f 0,13. Groote letters naar plaatsruimte. Brieven f r a n c4o aan de Uitgevers HERMs. COSTER ZOON. EN .Hoofdlijnen voor de invoering van Leerplicht" schre - ven wij boven een artikel van 25 December 1.1., waarin wij mededeelden hoe de Minister van Binnenlandsche Zaken in de Tweede Kamer in hoofdtrekken had aan- gedaid in welken geest de Regeering zich voorstelde den leerplicht in ons vaderland te regelen. Tot ons groot genoegen konden wij er bijvoegen dat indien een poging tot invoering van leerplicht hier te lande zou kunnen slagen zij naar onze meening zou moeten beproefd wor den langs dezqn weg. Volgens die hoofdlijnen nu is het op 14 Maart 1.1. ingediende wetsontwerp samengesteld en daarom blijven wij omtrent het welslagen van deze poging dezelfde gunstige verwachting koesteren. Met twee groote bezwaren had de Regeering te reke nenmet het gemoedsbezwaar tegen de openbare school, dat bij sommige antirevolutionairen en katholieken bestaat, en met het bezwaar dat sommige antirevolutionairen weerhoudt hun kinderen te laten inenten waardoor de deuren van elke school voor die kinderen gesloten blijven. Voor deze bezwaren gaat de Regeering eenvoudig uit den weg. Zoolang bij sommige ouders deze bezwaren big ven bestaan zullen hunne kinderen van leerplicht verschoond blijven. De Regeering wil met deze ouders niet twisten hun geen verplichting opleggen waaraan hun geweten hen zou verbieden te voldoen hen niet straffen indien zij wegens die bezwaren weigeren hun kinderen naar de school te zenden. Misschien zal deze of gene zich over zooveel vrijge vigheid verbazen. Misschien zal hij vragen of dan de wet niet voor allen gelijk moet zijn en of het er wel door kanaan sommige ingezetenen op grond van de eenvoudige verklaring, dat één van die beide gemoeds bezwaren bij hen bestaatvrijstelling te verleenen van een verplichting waaraan alle anderen moeten voldoen. In het algemeen zou daartegen inderdaad groot bezwaar bestaan; maar men bedenke, dat het hier een maatregel is in het belang van de kinderen zeiven en dat door de overtreding van de voorschriften dezer wet geen ander zal worden benadeeld of gevaar loopt. De onders zullen verplicht worden hun kinderen geregeld een lagere school te doen bezoeken maar zij zollen natuurlijk vrij blijven in de keuze van de school; zij zullen ze kunnen zenden naar de openbare school of naar de eene of andere bijzondere school geheel in den geest van de Roomsch-Katholieke Kerk of van de eene of andere Protestantsehe richting, naar een Israëlitische school, of welke soort van scholen er wellicht later zullen verrijzen, mits er maar voldoend lager onderwijs wordt gegeven. Doch hoeveel scholen er ook worden opgerichtniet overal zullen ouders, die nu eenmaal hun kinderen niet aan een openbare school willen toevertrouwen, in de buurt een bijzondere school kunnen vinden, die met hun godsdienstige richting overeenkomten huisonderwijs zal voor de meesten te duur zijn. Als nu ouders die in dit geval verkeereneen schriftelijke verklaring aan den burgemeester zenden, dat zij tegen het onderwijs op alle scholen binnen den afstand van 45 minuten gaans van de woning der kinderen zóó overwegend bezwaar hebben, dat zij hun kinderen liever van onderwijs verstoken laten, dan hen aan een dier scholen toe te vertrouwen, dan wil de Regeering hen vrijstellen. Elke andere rege ling zou naar onze meening groote bezwaren opleveren, en tegen deze regeling zijn de bezwaren inderdaad gering. Niemand zal ouders willen straffen, van wie niet gezegd kan worden dat zij onwillig of nalatig zijn, dat er bij hen in den eenen of anderen vorm schuld bestaat. En zou men dat kunnen zeggen van de ouders, die op dezen grond hun kinderen van de school terughouden Alles goed en wel, zeggen sommigen als dat over wegend bezwaar oprecht gemeend is; maar het kan im mers voorgewend zijn. Iemand die van den leerplicht geen last wil hebben zal immers de bedoelde ver klaring kunnen inzenden, ook al heeft hij van het overwegende bezwaar nooit iets gevoeldof nooit ernstig over den aard van het openbaar onderwijs nage dacht. Hij volgt eenvoudig het voorbeeld van anderen, die met dit bezwaar voor den dag zjjn gekomen hij be roept zich op dezelfde gronden, die dezen er voor aan voeren, zonder zelf werkelijk overtuigd te zijn, en hij is vrij. Het is zoo, de mogelijkheid bestaat, maar- is het waarschijnlijk, dat dit misbruik van eenigen om vang zal wezen Zullen niet slechts zeer weinigen aldus handelen Men bedenke, dat iemand die deze verklaring aflegt, alle scholen voor zijn kinderen sluit, zoowel voor het eene als voor het andere. Zoodra hij één kind naar de school zendtblijkt het dat het bezwaar inderdaad niet bij hem bestaat. Eveumin zal hij een of ander kind nu en dan eens naar school kunnen zenden, zonder het onder de leerlingen te laten inschrijven en is zijn kind eenmaal ingeschreven, dan is hij evenals ieder ander verplicht het ook geregeld en trouw school te laten gaan. Tegen tijdelijk schoolverzuim of ongeregeld school bezoek kan het bezwaar natuurlijk niet gelden. Volgens de door de Regeering verstrekte opgaven waren er in ons land onder de ongeveer 60.000 kinderen tiwwhen 6 en 12 jaren, die op 1 Januari 1897 in 't geherèi geen lager onderwijs genoten, hetzjj dan school- of huisonder wijs niet meer dan dertien, voor wie als reden werd opgegevengemoedsbezwaren. Bij de invoering van leerplicht zal dit getal ongetwijfeld toenemen; onder de 2864 kinderenvan wie het niet mogelijk was de redenen te onderzoeken waarom zij in 't geheel geen onderwijs ontvingen zullen er wel zijn wier ouders indien zij verplicht worden de reden op te geven het bekende gemoedsbezwaar zullen aanvoeren. Maar zal hun getal niet betrekkelijk gering wezen 1 Zullen er wel velen zijn die schriftelijk verklarenliever wil ik mijn kinderen geheel van onderwijs verstoken laten, dan ze aan eenige school binnen den omtrek van drie kwartier gaans toe te vertrouwen 1 Wij gelooven het niet. De ondervinding zal het moeten leerenmaar onder de tegenwoordige omstandigheden heeft tot nog toe niemand een betere oplossing aan do hand gedaan en er bestaat onzes inziens geen algemeen belang dat ons zou verbieden met de voorgestelde regeling genoegen te nemen. Er zijn stemmen opgegaan die eenig bewijs van het werkelijk bestaan van het gemoedsbezwaar zouden willen vorderen maar het afdoend antwoord op dien eisch is reeds gegevenhet bestaan van een gemoedsbezwaar kan voor een ander niet bewezen worden. Men kan iemands uitdrukkelijke verklaring op dit punt vertrouwen of niet vertrouwen, doch men eischt het onmogelijke, indien men het bewijs van de oprechtheid der verklaring vor dert. Maar dus spreekt men iemand bedriegt, zoo licht zich zeiven te goeder trouw; eisch daarom ten minste, dat hij zijn verklaring met een eed bevestigt. Ook dit zouden wij niet willen aanbevelen. Die onjuist oordeeltdie dwaalt en zich zelf misleidtzal van die misleiding niet genezen worden door van hem de be krachtiging zijner verklaring onder eede te vorderen. De dwalende verheft zich dan zelfs allicht min of meer tot geloofsheld. Hoe eenvoudiger men de zaak behandelt, hoe beter. Alleen kalme bespreking en bereidwillig ont vangen voorlichting kunnen hier baten. Met het gemoedsbezwaar tegen de inënting is de regeling eenvoudiger en kon zij eenvoudiger zijn. Onze wet verplicht niemand zijn kinderen te laten inënten maar verbiedt oningeënte kinderen in de scholen toe te laten ten ware zij aan de natuurlijke pokziekte hebben geleden. De wet zelve sluit hen dus buitenen het spreekt van zelfdat men de ouders niet kan straffen omdat zij hun kinderen niet zenden naar een school waarvan de deur voor hen gesloten moet blijven. Ware huisonderwijs binnen ieders bereikdan zou dit hier gevorderd kunnen worden. KCSIjABIII. Nu de overwinning in China eenmaal behaald is, toont de pers zich grootmoedig tegenover Engeland en wordt de pil, die het Engelsche volk moet slikken, op in 't oog vallende wijze verguld. De »Nowoje Wremja" zegt, dat Europa tot nu toe in Azië de rol heeft gespeeld van een onderdrukker en af- dreiger. Maar nu behandelt Rusland de zaken van een ander standpunthet komt niet in China met geweld maar als een medearbeider op het gebied van vreedzamen arbeid. Het is de vaandrager van christelijke overtuiging en beschaving. De Beters burgskaja Wjedomosti" verklaart, dat Rus land door de bezetting van Port-Arthur en Talien-Wan een zware verantwoordelijkheid op zich laadt en Japan's plannen op het verkrijgen van grondgebied op hot vaste land met alle macht moet tegengaan. Rusland neemt indirect China onder zijn bescherming en de verdere exploitatie van het Chineesche rijk zou daarom ook Rus land beleedigen. En het blad dat zoo spreekt, is het orgaan van prins Uehtomsky, die het vertrouwen geniet van czaar Nicolaas. SPABïJE. Minister-president Sagasta verklaarde den 31 dat de Spaansche regeering alles gedaan heeft en steeds zal doen om den vrede te bewaren, maar zij zal niet dulden, dat do eer en de integriteit van het rijk worden geschonden. In een interview verklaarde de minister van openbare werken, dat de berichten welke in de laatste 24 uur zijn ontvangen, den toestand ten opzichte van Spanje belangrijk zullen verbeteren, maar, voegde hij er bij, deze gunstige indrukken gelden niet ten opzichte van de Ver- eenigde Staten. Steeds meer wordt de meening gevestigd, dat men tot overeenstemming is gekomen omtrent de quaesties van de ontploffing der «Maine", van de reconcentrados, en omtrent de middelen om den vrede te handhaven. Men acht dezen verzekerd, indien de Jingo's er maar niet in slagen de wijze bedoelingen van Mc. Kinley te dwars- boomen. Men is overtuigd, dat de regeering alles zal doen wat noodig is, om binnen zekere perken de eer en de integriteit van Spanje te waarborgen. Volgens den Weener correspondent van de «Standard" zou de koningin-regentes van Spanje verleden week zelf aan den keizer van Oostenrijk en andere vorsten, onder wie den Czaar, hebben geschreven om hen te verzoeken te Washington een druk uit te oefenen, ten einde een bevredigende oplossing van de Cubaansche quaestie te verkrijgen, die de eer en de werkelijke belangen van Spanje niet schaadt. Van andere en naar het heet zeer betrouwbare zijde, wordt gemeld, dat de paus zonder rechtstreeks zijn be middeling aan te bieden al den invloed van het Va- tikaan aanwendt om een oorlog tusschen Spanje en de Vereenigde Staten te voorkomen. Bergen. In de den 29 gehouden bestuursvergade ring der spaarbank alhier is le. de rekening over het afgeloopen boekjaar overgelegd en goedgekeurd, 2e. op zijn verzoek aan den heer G. G. van der Lippe eervol ontslag verleend als penningmeester en als zoodanig be noemd de heer J. de Boer, 3e. de aftredende commissa ris, de heer L. Top, herbenoemd. Schagen. Den 31 bad in het lokaal Cérès alhier ten overstaan van notaris Backx de verloting plaats, ver bonden aan de Paaschtentoonstelling. De zes hoofdprijzen: twee ossen, drie koeien en een vaars vielen ten deel aan de houders der nummers 12452, 2551, 661, 12329,5734 en 7205. In het geheel waren er 435 prijzen aangekocht. Schermerhorn. Het getal kiezers voor leden van de tweede kamer en voor de provinciale staten be draagt thans alhier 154, dat voor den gemeenteraad 151 personen. AAST A l< H. Hl AAK, 's namiddags 133/4 uur. De punten van behandeling zullen in een volgend num mer worden opgenomen. ONDERTROUWD. 28 Mrt. Frederik de Lange en Catharina Anna Noë, beiden te 's Gravenhage, eerstgen. onl. te Alkmaar. 31 Martinus Bregman, en Marijtje Houter. 1 Apr. Jacob Franciscus Smit, te Castricum onl. alhier en Marie Agnes Brouwer, te Bergen Jan van der Ham, te Alkmaar en Trijntje Schoen, te Winkel. GEBOREN. 30 Mrt. Lodewijk z. van Lodewijk Jansen, en Jannetje Hogetoorn. 1 Apr. Rensina, d. van Frederik Heijde en Antje Ca tharine Koppers. OVERLEDEN. 31 Mrt. Leendert, z. van wijlen Adrianus Bareman, en Maartje Mulder, 16 j. en 6 m. 1 Apr. Wilhelmina van Reijen, wede. van Johannes Vaartjes, 84 j. en 6 m. 2 Apr. Jan de Graaff, 76 j. Anna Bronsveld, wed. van Gerrit van der Meulen, 76 j. Door burg. en weth. zijn aanbevolen voor de be noeming van stads-heelkundige in de plaats van den heer A. A. Gouwe, de heeren E. P. Lngt, arts en dr. J. C. Overduin, arts. 18e Alkiuaarsche Paaschtentoonstelling. Vrijdag, den 1, had op het Doelenveld, alhier, de 18e jaarlijksche Paaschtentoonstelling plaats van fok- en vetvee, wolvee en varkens. Zij werd geopend des voormiddags te elf uur in de kleine zaal van het lokaal Harmonie, in tegenwoordig heid o.a. van den burgemeestereen der wethouders eenigo leden van den raad dezer gemeeute door den voorzitter der afdeoling Alkmaar der Hollandsche Maat schappij van landbouw, den heer S. de Jongh, van Oudorp. Met voldoening wees spr. op het bijzondere welslagen dezer tentoonstellingdie weder een zeer groot aantal

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1898 | | pagina 1