Stadsberichten. Nr. 17293 f 2000; Nr. 4250 f 1500 Ns. 354, 5105 en 15134 f 1000; Ns. 3740, 6006 en 8712 1 200; Ns. 2154 77388896 en 9235 f 100. BURGERLIJKE STAND. Vereeniging den heer W. T e e n g s te Alkmaar, vóór 1 Januari 1899. Zij moeten geschreven worden in de nederlandsche taal, met eene andere hand dan die van den inzender, niet onderteekend worden en voorzien zijn van een kenmerk, dat zich ook bevindt op een begeleidend, verzegeld con vert bevattende den naam van den inzender. Nadere inlichtingen verschaft gaarne de secretaris voor noemd. Parmerend. Op de den 13 vanwege de com missie tot bevordering van de veefokkerij in Noordholland alhier gehouden keuring van rijstieren waren aanwezig 18 éénjarige eu 8 twee- of meerjarige stieren. Volgens deskundigen waren er prachtige beesten onder. Zoodra ook de keuringen in andere plaatsen te houden zijn af- geloopenzal het oordeel van de commissie openbaar worden gemaakt. Statenverkiezing. Sehagen. Den 17 zal de hier gevestigde afdee- ling van de Liberale Unie eene vergadering houden in het Noordh. Koffiehuis tot het stellen van candidaten voor de a.s. verkiezing van twee leden voor de Provin ciale Staten. Invoer van Kngelsche fokvarkens. De beide uit Noord-Holland bekende firma's tot importatie van vreemd fokvee ter verbetering van de hier in den lande bestaande rassen, hebben zich thans veree- nigd en besloten eenige weken geleden een 50tal van de beste jonge varkens uit Engeland in te voeren. Barsingertiorn. Den 7 herdacht de heer P. Schuitemaker den dag zijner 25-jarige ambtsvervulling als onderwijzer aan de school alhier. Vele blijken van belangstelling en waardeering vielen den jubelaris ten deel. Vanwege het bestuur der gemoente, van ambtge- nooten, alsook van de leerlingen werden hem geschenken vereerd. Door de vei'eeniging »Denk en doe" te Kol horn werd besloten, het schoolfeest dit jaar te doen bestaan in een reisje naar den Helder en Huisduinen. Alle klassen gaan gelijktijdig, en wel in de maand Mei, op een nader te bepalen dag. De klecderdrachten-teutoonstelling. In het Stedelijk Museum te Amsterdam zijn reeds een groot aantal landseigen drachten uit alle provinciën bijeengebracht. Daar zijn er onder, welker bestaan den leden der Tentoonstellings-commissie zelf onbekend waren, en die gewis geen geringe belangstelling zullen wekken. Dank zij der groote medewerking, die de Commissie bijna overal ondervindt, groeit de merkwaardige verza meling nog dagelijks aan. Dat naar de grootste volle digheid wordt gestreefd, kan hieruit blijken, dat er uit het kleine eiland Marken alleen meer dan twintig ver schillende gewaden worden verwacht, waaronder er zijn, die nog nooit op het vaste land gezien zijn. Tot in de meest afgelegen streken zijn vlugge vingeren bezig, opdat de volkseigen dracht, daar inheemsch, niet ontbreke, wanneer aan Hare Majesteit de Koningin de gelegenheid zal worden gegeven, om als met ééu oogop slag een overzicht te verkrijgen van den uiterlijken tooi van geheel Haar volk. Alleen uit de provincie Zeeland is nog weinig be langrijks verkregen, zoodat een lid der Commissie zich weldra daarheen zal begeven om in deze groote leemte te voorzien. De bekende aard en gevoelens der Zeeuwen maken het niet twijfelachtig, of hij zal er wel in slagen, ook hun schilderachtige en merkwaardige kleederdrachten, die mis schien wel het sierlijkst van alle zijn, volledig bijeen te krijgen. Drinkwater. Ook Wageningen heeft thans zijne waterleiding. Wij durven niet zeggen merkt de »Amst. Ct.''hierbij op de hoeveelste Nederlandsche gemeente het is, waar nu eene waterleiding tot stand is gekomen. Vóór eene halve eeuw was er nog geen enkele. Amsterdam begon er medemenigeen die thans tot de grijsaards behoort of begint te behooren, zal zich don tijd nog herinneren dat de Amsterdammers, voor zoover de regenbakken de behoefte niet bevredigen konden, hun water kochten uit de groote plompe vaartuigen, met water uit de Vecht gevuld, die in de Amsterdamsche grachten lagen. Eeuwen lang had men zich reeds op die wijze beholpen. In menig huis waren toen op de binnenplaats of in den tuin toe stellen met filters geplaatst, waarin door de bewoners het drabbig vocht werd verzameld om, na gefilteerd te zijn, in kannen of karaffen te worden opgevangen en voor huiselijk gebruik te dienen. Zonder die voorzorg was bet water ondrinkbaar. Ook te Rotterdam was het van dien aard, dat men in de stad moest geboren zijn om er zich aan te wagen. Wie, van elders komende, een dag in Rotterdam moest doorbrengen, kreeg de waarschuwing mede; drink vooral geen water. Wij herinneren ons, dat Hagenaars, die te Rotterdam moesten wezen, een of meer flesschen water bij zich hadden. Thans hebben alle steden van beteekenis hare water leiding; ook Wageningen krijgt ze nu. Merkwaardig is h9t, dat zoovele honderden jaren de Nederlanders zich beholpen hebben, terwijl toch reeds een paar duizend jaar geleden de Romeinen waterleidin gen aanlegden, waarvan nu nog in sommige streken in het buitenland gebruik gemaakt wordt. Grooter bewijs van vasthoudendheid aan voorvaderlijke gewoonten is wel niet te vinden, dan dat blijvend drin ken van slecht water, terwijl al twintig eeuwen, het middel in toepassing was gebracht om zich goed water te ver schaffen, en dat toen ons land toch rijk genoeg was om dat middel aan te wenden. Dat door slecht water be smettelijke ziekten ontstonden, was nog niet ontdekt. Dit strekt onzen voorouders tot verontschuldiging. Kruitfabriek Huiden. Aan de kruitfabriek te Muiden ontplofte den 12 het kruit tusschen de walzen. Een werkman werd on middellijk gedood een andere, die ernstige wonden beliep, stierf enkele uren later. De omgeving der fabriek is van verwoesting verschoond gebleven dank zij den doelma- tigen bouw. Heerhugowaard. De onbezoldigde rijksveld wachter A. Boot alhier, is te Hilversum benoemd tot gemeente-veldwachter. De heeren J. Winkel en G. Bos Wz. zijn in de vergade ring van het polderbestuur, den 12 gehouden, herbenoemd, de eerste als heemraad, de tweede als penningmeester van den polder. 3d7ste Staatsloterij. 3e klasse, 2e lijst13 April. 4e lijst 15 April. Nr. 13895 f 100. Kaatste Berichten. Spanje en de Ter. Staten. WASHINGTON, 13 April. In den Senaat diende de heer Ijlavis het rapport der meerderheid van de commissie voor buitenlandsche zaken in. In dit rapport wordt o.m. het volgende gezegd: Aangezien de toestand op Cul a sedert drie jaren, die thans heeft geleid tot de vernieling van de »Maine", niet langer geduld kan worden, staat het dus aan het Amerikaansche volk te verklaren dat de Cubanen rechtens vrij en onafhankelijk zijn. Het is de plicht der Vereenigde Staten de Spaansche regeering te verzoeken onmiddellijk haar gezag en haar bestuur over Cuba op te geven en onverwijld haar strijdmacht te land en ter zee terug te trekken. De president wordt gemachtigd en hem wordt opgedragen de geheele strijdmacht der Vereenigde Staten voor zoover dit noodig is te gebruiken om deze besluiten te doen uitvoeren. Het rapport der minderheid is gelijk aan het rapport der meerderheid, maar beveelt bovendien de erkenning van de tegenwoordige regeering der opstandelingen aan. De stemming over de rapporten. WASHINGTON, 13 April. De Kamer heeft met 191 tegen 150 stemmen het rapport der minderheid verwor pen en met 324 tegen 20 stemmen het rapport der meer derheid van de commissie voor buitenlandsche zaken aangenomen. WASHINGTON, 13 April. Officieel woidt gemeld, dat het vliegend eskader bevel heeft gekregen om 48 uur te manoeuvreeren. Het departement van marine besloot de stoombooten »St. Paul" en »St. Louis" aan te koopen. De zaak-Zola. PARIJS, 14 April. De »Aurore'' bevat een artikel van Zola, met het opschrift »Une nouvelle ignominie." Zola komt er tegen op, dat men uit zijn brief »J'accnse'' slechts drie regels heeft genomen, om hem te kunnen veroordeelen, zonder dat er licht komt in de zaak-Dreyfus. Zola schrijft deze manoeuvre toe aan vrees voor de waar heid. Dergelijke manieren, zegt hij, zullen door de geheele wereld verfoeid worden, doch niets zal de waarheid kun nen tegenhouden, die ten slotte toch zal overwinnen. CORRESPONDENTIE. De Amsterdamsche brief moetwegens plaatsgebrek tot een volgend nummer uitgesteld. De eerst-aanwezend ingenieur der genie heeft den inspecteur der genie voorgesteld aan den heer Cl. van 't Hullenaar alhier, bij onderhandsche acte, op te dragen het bonwen van een stal te Amersfoort voor de som van f 25390. Tram Alkmaar— Kangcdijken. Wij herinneren belangstellenden nogmaals, dat de plannen, teekeningen en begrootingen van de ontworpen lijn, station, stallen en remisen kosteloos ter bezichtiging zijn gesteld op donderdag 14, en vrijdag 15 April, van 12—5 uur, in de kolfbaan van het koffiehuis »de Nach tegaal", bij de voormalige Bergerpoort. Op verzoek is eervol ontslagen de heer «I. J. Kui pers landmeter eerste klasse bij het kadaster alhier. Benoemd werd in zijue plaats de heer P. van Dijk te Hoorn, thans 2e klasse. Zaak gemeente-ontvanger. De uitspraak in het bekende proces van den Bur gemeester dezer gemeente tegen den ontslagen ontvanger D. Poll en de Maatschappij tot zekerheidsstelling voor ambtenaren en beambten, die den 14 in de zitting der arrondissements-rechtbank alhier plaats had, is tot ons genoegen geheel in het voordeel der gemeente geweest. De rechtbank overwoog bij haar vonnis het volgende a. Omtrent den eersten gedaagde D. PollTerecht is door dezen beweerd, dat de staat van ontvangsten en uitgaven, hem beteekend bij exploot en waarvan het saldo wordt gevorderd, tegenover hem gedaagde geenerlei bewijs in rechten kon opleveren, daar die staat niet administra tief op de wijze bij de wet voorgeschreven was opgemaakt en ook civielrechterlijk als bewijsstuk niet in aanmerking zoude kunnen komen daar die eenzijdig door een der partijen was samengesteld. Aan het bezwaar, dat de op dien staat voorkomende posten, om tot grond slag der vordering te kunnen worden aangenomen van elders bewezen moeten worden kon ook niet het ant woord van den gedaagde tegemoet komen, bij contra-insinu atie gedaan, waarbij zonder nadere aanwijzing van de afzonderlijke posten de geheele staat werd ontkend, omdat dit antwoord gegeven was, vóórdat de gedaagde gelegen heid had die posten te vergelijken met de boeken en bescheiden van de gemeente-administratie, die in handen waren gebleven van het gemeentebestuur. Toen de eischer echter die boeken en bescheiden in het geding gebracht had, behoefde deze daaraan niet eene specifieke opgave te voegen, hoe daaruit het bewijs te putten viel van de afzonderlijke posten uit den staat, omdat de aangegeven posten zeiven dit voldoende aanwezen en althans tegen over den eersten gedaagde, die de boeken zelf had ge houden, overbodig was. De gedaagde kon derhalve na die overlegging niet meer volstaan met eene algemeene ontkenning zonder meer, zoodat zijne concinsiën na die overlegging niet meer voldeden aan den eisch der wet van behoorlijk met redenen omkleed te zjjn. Behalve de twee afzonderlijk genoemde en bestreden pos ten, moeten dus alle overige, op den meergenoemden staat voorkomendewegens onvoldoende tegenspraak, worden beschouwd als erkend. Omtrent den post van f 2400, als saldo van het dienstjaar 1893 die niet in contant geld ontvangen zoude zijn en ook niet over het tijdvak, waarover de vordering loopt, overwoog de rechtbank, dat wel is waar eeno rekening slechts mag bevatten de werkelijke ontvangsten en uit gaven, doch dit niet belet, dat daarop saldo's van vorige dienstjaren als ontvangsten mogen voorkomen. Daar de vaststelling der rekening over 1893 eerst in het jaar 1894 geschiedt, kon het administratief vastgestelde saldo dier rekening ook eerst in het bogin der rekening over 1895 voorkomen, zoodat de daaromtrent door den gedaagde aangevoerde bezwaren ongegrond zijn. Ook is ten onrechte door den gedaagde beweerd, dat de post van f 57500 voor gelden op accept van de Ned. Bank ontvangen niet op den staat zoude kunnen wor den toegelaten omdat hij voor die accepten geen geld zoude hebben ontvangen maar die accepten hadden ge strekt tot lossing van accepten van vorige dienstjaren. Immers blijkt uit de overgelegde bescheiden en speciaal uit de goedgekeurde rekening over 1894dat daarin de post van f 57500 voor gelden van de Ned. Bank op accept opgenomen onder de ontvangsten is gebracht maar diezelfde post ook onder de uitgaven voor geloste accepten voorkomt zoodat als het bezwaar van den gedaagde juist ware dit alleen ten gevolge zou kun nen hebben dat het nadeelig saldo van de rekening van 1894 dat op den staat van burgemeester en wethouders in het voordeel van den gedaagde gebracht is, zou moe ten wegvallen en daarvoor in de plaats in zijn nadeel gebracht had moeten zijn het nadeelig saldo dat de rekening over 1894 zou hebben aangewezen indien de uitgaafpost van f 57500 voor geloste accepten daarop niet voorkwam. Terecht sluit de staat van den eischer zich dus aan bij de administratief goedgekeurde rekening over 1894 en kan het door don gedaagde geopperde bezwaar, dat hij het bedrag van f 57500 niet in geld zou hebben ont vangen, niet tegen de rekening, waarvan het saldo wordt geëischt, obsteeren. De bestrijding van den eersten gedaagde betreft ove rigens niet het bedrag van de f 57500 zelf, maar alleen de wijze van boeking, zoodat de vordering tegen den eersten gedaagde in haar geheel voor toewijzing vatbaar is. b. Ten aanzien van de tweede gedaagde, de Maat schappij tot zekerheidstelling van ambtenaren en be ambten. Deze heeft 4 bedenkingen tegen de vordering ontwikkeld. 1. Hij heeft de cijfers ontkend, doch aan de borg is bij de wet geen afzonderlijk recht toegekend om de vor dering tusschen debiteur en crediteur te betwisten en waar nu, zooals uit het vorige is gebleken, beslist is, dat het gevorderd saldo door den eersten gedaagde verschul digd is, daar moet alzoo deze ontkenning worden gepas seerd. 2. Zij heeft een zestal feiten genoemd, waardoor bur gemeester en wethouders zonden zijn te kort geschoten in hun verplichting om contiöle uit te oefenen. Bij de wet wordt echter bepaald, dat alleen dan een borg is ontslagen van zijne verplichtingen, wanneer hij door toe doen van den crediteur niet meer treden kan in diens rechten tegenover een debiteur. De opgegeven omstan digheden nu al waren deze bewezen, zouden geen van allen dit gevolg hebben, zoodat bewijs te dien aanzien moet worden gepasseerd. 3. De vordering zou onbepaald zijn omdat gevraagd is de waarde van de tot zekerheid gegeven inschrijving op het Grootboek, zonder dat die in cijfers is genoemd. Deze verwering kan ook niet worden aangenomen, omdat de waarde van die inschrjjving op het bedoelde tijdstip onmiddellijk in cijfers kan worden vastgesteld en derhalve voldoende bepaald is. 4. Het zou volgens gedaagde onnoodig en ook onge oorloofd zijn waar een notarieele acte en dus eene exe cutoriale titel bestaat eene tweede executoriale titel te vorderen. Daargelaten echter de vraag, ot iemand, die een executoriale titel heeftbelang kan hebben een tweede executoriale titel te vragen kan dit bezwaar allerminst hier worden aangenomen nu bij de acte, waarop de tweede gedaagde een beroep doet, geen verschuldigd saldo was genoemd of kon zijn genoemd, zoodat die acte voor het thans door eischeresse beoogde doel nog niet execu tabel is, maar eerst het saldo, dat de debiteur ontvanger D. Poll te kort gekomen is, diende te worden vast gesteld. Ook tegen de tweede gedaagde moet derhalve de vor dering worden toegewezen. D. Poll is ten slotte veroor deeld tot betaling aan de gemeente van het tekort ad f 59394,26, de tweede gedaagde om als borg voor hem te betalen tot het bedrag, waarvoor zij zich aansprakelijk heeft gesteld. De beide gedaagden te zamen, ieder voor de helft, zijn veroordeeld in de kosten ad f 386. GETROUWD. 14 Apr. Martinus Bregman en Marijtje Houter. GEBOREN. 10 Apr. Johannes Coenraad, z. van Albert Go vers en Geertruij Johanna Hessels. Christina Theo dora, d. van Cornelis Winder en Willemina Maria Catharina Koster. 12 Maria Gerarda, d. van Gerardus Johannes Bak ker en Gesina Maria Magdalena de Groot. Wilhelmina, d. van Gerrit Klarenbeek en Guurtje Burgering. Eldert, z. van Cornells Johannes Vlugt en Cornelia Agatha Groenland. 13 Klaas, z. van George Hendrikus Abraham Schot en Geertruida Stierman. OVERLEDEN. 9 Apr. Sipke, z. van Lourens Poorter en Niesje van Dijk, 1 j. en 4 m. 10 Neeltje Bol, wed. van Jacob Sehermer, 81 j. en 10 m. 11 Klaas Ooms Kz., 65 j. en 9 m. 12 Annigje Hammer, echtgen. van Albert Mei boom, eerder wed. van Gijsbert Kisjes, 47 j. en 3 m. Obdam. Geboren. 7 Mrt. Geertje, d. van Willempje Zijlstra. 24 Neeltje, d. van Jan Blom en Jaapje Kist. Overle den. 14 Mrt. Petrus, z. van Cornelis Kok en Neeltje Nieuw- boer, 11 m. 17 Trijntje Broersen, echtgen. van Predrik Her manns van der Meulen, eerder wed. van Pieter Stammes, 43 j. 24 Elisabeth, d. van Lieuwe de Vries en Neeltje Dorreboom, 5 j.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1898 | | pagina 3