Buitenland. Nederland. wel voor- als tegenstanders van Dreyfus en van eene her ziening van zijn proces, aan beide zijden zijn zij overtuigd, dat de andersdenkenden dit opzettelijk doen, te kwader trouw moeten zijn. Zoozeer is bijna ieder in zijn vaste meening vastgeworteld. De toon der dagbladen gaat in heftigheid alle beschrijving te boven, het is een schelden en verdachtmaken zooals wij nog nooit bijwoonden. Zij die openbare vergaderingen beleggen, waarschuwen van te voren in de couranten, dat zij er gewapend heengaan, en men behoeft slechts de woorden van den kolonel Picquart te overdenkenom te begrijpen hoezeer alle vertrouwen verdwenen is. Waar zou ooit een officier er aan denken, wanneer hij geroepen wordt voor een krijgs raad wanneer hij hoort dat men hem in de militaire gevangenis gaat werpen waar zou ooit een officier in zulk een geval het wagen tot het publiek te zeggen „Zoo men mij dood vindt in de gevangenis, dan kan men zeker zijn dat ik ben vermoord geworden.'' Waar eene zaak aanleiding geeft tot zulk een wantrouwen, tot zulk een hartstochtelijk geschrijf daar weet men niet meer hoe alles zal afloopendaar vreezen wij waarlijk de ergste dingen. In woorden en geschriften staan de partijen thans ten hoogste vijandig tegenover elkander, wanneer dit tot daden overgaat, vreezen wij voor een burgeroorlog. Daarom spreekt men zoo weinig mogelijk over de »affaire" met andersdenkenden, want men zou licht gevaar loopen met zijn beste vrienden in onmin te geraken. Het valt niet te ontkennen, dat het parijsche leven, vooral de handel onder deze omstandigheden zeer veel lijdt. Volgens het avondblad »La Presse" zijn de faillieten nooit zoo talrijk geweest men spreekt zelfs van eene samenwerking van handel en nijverheid, om eene com missie te vormen ten einde aan den president der repu bliek het verzoek te richten al zijn invloed aan te wen den, opdat aan die eindelooze beweging dan toch eenmaal een einde kome. Doch, zooals het blad terecht er bijvoegt, wat kan de president Faure er aan doen 1 Voorzeker ieder weldenkend mensch ieder echt vaderlander, ieder vriend van Frankrijk moet het betreuren dat deze »affaire" steeds in het duister terugvalt, en dat steeds op het oogenblik dat men dacht»nu zal er een eind aan komen 1" Helaas, hoe wil men dat de oplossing spoedig kome wanneer alle machten door elkander warrelen 1 Denkt dan iemand meer aan de wet Wat is toch de vraag was de veroordeeling van Dreyfus wettig of onwettig En te bedenken dat wij maanden en maanden reeds wachten op het antwoord op deze zoo eenvoudige vraag. Maanden achtereen is men er op uit geweest om die vraag op zijde te schuiven, men zou denken, dat in dit speciale geval de wet niet meer is de wet. O, voor zeker, wij weten het, het is onze persoonlijke overtuiging, dat de meeste geschrevene wetten nooit geheel deugen, de zeden en gewoonten, de meeningen der menschen ver anderen elk jaar elke maand, zelfs elk uur, eene wet is altijd achterlijken steeds voor herziening vatbaar, doch wij kunnen ons geene beschaafde maatschappij voor stellen zonder die wetten. Men verandere ze, wanneer ze te oud blijken doch zoolang ze bestaanmoet ieder burger er zich aan onderwerpenzoo niet, dan vervalt men tot de anarchie. En wanneer men dit van hooger hand niet wil inzien, wanneer men ons in Panama- en Dreyfus-zaak toont, dat zij die de wetten maken, en zij die ze moeten toepassen, zeiven niet streng aan die wet ten vasthouden daar komt in het land een schok een pijnlijk gevoel van wantrouwen, waardoor vele kleinge- voeligen het inzicht verliezen van rechtvan kwaad en goed. Men vergevo ons deze lange uitwijding, het is slechts eene flanwe echo van hetgeen zoovelen hier voelen, die kalm nadenken, die niet schreeuwen maar het betreuren, dat het land, hetwelk over de geheele wereld sde rech ten van den mensch" verkondigde, thans zoo aan het mistasten is. Intusschen zijn wij hier, wat het parijsche leven betreft, den winter nabij. Wel blijft het vrij warm weder, doch de vacantietijd is bijna om, de scholen heropenen op 3 October. Vele schouwburgen beginnen het winterseizoen, enkelen blijven nog gesloten, waaronder de Opéra-Comique, het Odéon, Porte Saint-Martin, enz. Hoewel men klaagt over de slechte zaken zagen wij de koffiehuizen nooit zich tot zijn zoon wendende, »dat toen wij die strog- persbende achter de traliën lieten zettenzij zwoeren ons te doorsteken en Sir Edward Hoby is werkelijk aangevallen. Ik ben sedert altijd op mijne hoede ge weest, ofschoon ik inderdaad niet begrijp, hoe gij, mijn heer Holmes, dit kunt weten." >Gij draagt een fraaien wandelstok," antwoordde ik. »Uit het opschrift op den knop zag ik, dat gij dien nog niet langer dan een jaar hebt. Maar gij hebt den knop doorboord en gesmolten lood in de holte gegoten om er een geducht wapen van te maken. Ik giste dat gij zulke voorzorgen niet zoudt nemen, als gij niet voor een of ander gevaar vreesdet." >Niets anders vroeg hij glimlachend. »Gij hebt in uw jeugd veel aan boksen gedaan." „Ook waar. Hoe weet gij dat Is mijn neus soms een beetje krom geslagen »Neen, ik zie het aan uw ooren die hebben de platte gedeelten en dikten die de boksers kenmerken." >Nog iets anders »Naar uw vereelde handen te oordeelen, zou ik zeg gen, dat gij in de mijnen hebt gewerkt." »Ik heb al mijn geld op de goudvelden verdiend." »Gij zijt in Nieuw-Zeeland geweest." »Alweer juist." »Gij hebt Japan bezocht." >Ook geraden." »En gij hebt in zeer nauwe betrekking gestaan tot een persoon, wiens initialen waren J. A. en dien gij later gaarne geheel wildet vergeten." De oude heer Trevor stond langzaam op, vestigde zijn groute blauwe oogen op mij met een wilden blik en viel bewusteloos voorover, met zijn gelaat tusschen de notendoppen, die op het tafellaken lagen. Ge kunt u voorstellen, Watson, hoe verschrikt zijn zoon en ik wairn. Zijn bezwijming duurde evenwel niet lang, want toen wij zijn kraag losmaakten en een weinig water over zijn gelaat sprenkelden, hijgde hij een paar malen en kwam toen weer overeind. Wordt vervolgd. voller dan thans. De jachttijd is ook weder daar, maar aan de Halles Centrales klaagt men vreeselijk over de warmte, welke den handel in wild belemmert. Doch die heeren moeten maar een weinig geduld nemen, de koude kan vroeg genoeg invallen. Het is hier een overgangs tijdperk, en wat zou de winter in vele opzichten goed maken wanneer de »affaire" spoedig tot oplossing kwam. Doch helaas J. M. T. 24 Sept. Naschrift. Bij het overlezen van dit kleine epistel vragen wij ons af, zijn wij niet te veel pessimist En toch, ziet eens wat weder gister gebeurde. Een afge vaardigde, tegenstander van de Dreyfus-beweging, schreef aan den minister van oorlog om dien minister te ver zoeken het leger en de eer van het leger met kracht te verdedigen tegen alle aanvallen. Het gevolg van dezen brief was dat de couranten, aanhangers van Dreyfus, den draak staken met dien afgevaardigde, doch het dagblad »Lanterne" ging verderen schreef ongeveer, dat die afgevaardigde beter zou doen op zijne eigene eer te passen. De echtgenoote van dit kamerlid voelde zich door dit bericht ten hoogste beleedigd, ging met een geladen revolver naar de kantoren van de »Lanterne" met het doel op den hoofdredacteur, den heer Millerand, te schie ten, en daar deze afwezig was, joeg zij een paar kogels in den buik van den secretaris van het blad. Die heer had niet de minste schuld aan dat geschrijf, doch hij betaalt thans „les pots cassés." Wij weten het niet, maar dit is reeds de derde of vierde daad van geweld. Zoo voor- en tegenstanders elkander eens ontmoeten des avonds na het uitgaan der vergaderingen, wat zal dat dan geven J. M. T. KCFPTK. Sir Herbert Kitchener is te Omdurman teruggekomen, na posten te hebben gevestigd te Fashoda en aan de Sobat. Er is geen gevecht geleverd, behalve met een stoomboot van de Derwischen die buitgemaakt werd. Het blijkt nudat Sir Kitchener te Fashoda de Fransche expeditie van Marchand heeft aangetroffen. Een aanmaning tot terugtrekken werd door Marchand met een weigering beantwoord, waarop de Sirdar te Fashoda de Engelsehe en de Egyptische vlag deed hijsehen en er twee Soedaneesche bataljons benevens een detachement Cameron-Hooglanders achterliet als garnizoen onder bevel van kolonel Jackson. Voor het overige zal het aan de diplomatie worden overgelaten om de zaak te regelen. Van Kassala uit heeft kolonel Parsons den 22 nu ook Gadaref bezet na een hevig gevecht met de Derwischen, dat drie uren duurde. De vijand, 3000 man sterk, werd geheel uiteengedreven met verlies van 500 clooden. Het verlies der Egyptenaren was 59 gewonden en 37 dooden; van de Engelsehe officieren werd er geen enkele gedood of gewond. FRAKHRIJH. Het schijnt wel alsof iedere nieuwe dag ook nieuwe berichten over de Dreyfus-zaak met zich brengtwaardoor de toestsnd hoe langer hoe meer spannend wordt en de gemoederen in voortdurende onrust worden gehouden. Zaterdag de dag met zooveel spanning tegemoet gezien, bracht enkel teleurstelling toen het blijken moest, dat de commissie van advies ongunstig geadviseerd had omtrent herziening van het proces Dreyfusdrie stemmen voor en drie stemmen tegendus eigenlijk staking der st'. mmen. De regeering beslootde eind- discussie tot den 26 uit te stellen wanneer de minis terraad voltallig zou kunnen zijn (den 24 waren twee ministers voor dienstzaken op reis). Den 26 moest dus voor de zaak-Dreyfus de dag worden van het grootste gewicht en gelukkig, er is bij de Re- geering geen teruggaan geweest tot de vroegere aarzelin gen, maar de ministeiraad besloot bij het Hof van Cassatie de herziening van het proces Dreyfus aan te vragen. Kolonel Picquart is in de gevangenis onmiddellijk »au secret gesteld. Dat wil zeggen, dat hij opgesloten zit in een sombere, enge, vuile cel, alleen, geheel alleen, zonder dat iemand hem mag bezoeken. Geen vriend, geen familielid mag hem de hand drukken. Zjjn advo caat zelfs blijft van hem uitgesloten. Op de griffie worden al zijn brieven gelezen. George Clemenceau schildert in 1' Aurore den toestand van den gevangene in sombere kleuren »Toen Henry domweg voor Cavaignac en twee andere getuigen, waaronder Boisdeffre, bekende, achtte de ge heele bende zich verloren. De falsaris hechtte aan zijn bekentenis niet de minste waarde. »De geheele wereld wist hetzeide hij naïef, en in zijn onnoozelheid noemde hij een naam. Dat was zijn doodvonnis. »Men heeft er nog veel meer gemaakt," voegde hij er aan toe, doelende ongetwijfeld op Esterhazy. Men be antwoordde hem slechts door te zwijgen, en eenige uren later werd hem een officier gezonden om de keuze te geven tusschen degradatie, gevolgd door dwangarbeid, of den dood, de zaak verstikt, en pensioen aan zijn weduwe. Dat zijn de menschen die Picquart nu in handen hebben, den onthuller van het verraad van Esterhazy, den aan klager der falsarissen Volgens het Engelsehe blad »de Observer" zou Ester hazy bekend hebben het bewuste borderel geschreven £e hebben op bevel van kolonel Sandherr. Kolonel Henry wist dit. Nu zij beiden dood zijn, bezit ik nog wel de middelen om te bewijzen, dat ik het borderel heb geschreen. Het moest dienen om de schuld van Dreyfus te bewijzen, daar tegen hem slechts moreele bewijzen voorhanden waren. »Men wist door den Franschen spionnage-dienst te Berlijn, dat de Duitsche generale staf stukken bezat, die alleen van Dreyfus konden afkomstig zijn. De lijst daarvan komt op het borderel voor." CHIAA. De keizor van China is niet overleden, maar heeft slechts afstand gedaan van de regeering, daartoe gedwongen door de conservatieve mandarijnen, die vertoornd zijn over de hervormings-edicten van Kang- Yu-Meiwaaraan de Keizer zijn goedkeuring had gehecht. Ken zeeramp. FERROL, 25 Sept. Het schip Cartagena is met beschadigden voorsteven hier biunengeloopen. De Car tagena is op de hoogte van Kaap Vilano ten gevolge van dikken mist in aanvaring gekomen met de Engelsehe stoomboot R o p h e n a vijftien matrozen van de R o- p h e n a verdronken alleen de kapitein en één matroos werden gered. De Rophena kwam van Huelva en was op weg naar Engeland. De Duitsche Rijkskanselier heeft aan de Zuid-Duit- sche Bondsi-egeeringen en aan het bestuur van het Rijks- land het verzoek gericht van den 15n dezer al den in- en doorvoer van vee met gespleten hoef te verbieden, daar het mond- en klauwzeer hevig in Zwitserland onder het vee heerscht. In 1173 stallen en op 293 weiden heeft de ziekte ge woed. Er zijn 17,041 stuks grootvee en 10,398 stuks kleinvee door aangetast, en sinds het laatst van Juli zijn onder het grootvee 10,606 en onder het kleinvee 10.498 nieuwe gevallen voorgekomen. Van het grootvee werden 42 stuks afgemaakt. A T J K H. De correspondent van het Hdbld. te Batavia seint Toekoe Mantroi van Geroet heeft zich onderworpen. De expeditie naar Pasangan is vertrokken van Telok Semawé. Kaatste Berichten. De revisie. PARIJS, 26 Sept. Toen de ministers van den Minis terraad terugkwamen werden zij ontvangen met talrijke kreten: »leve de revisie!" en leve Brisson!" Ook werden enkele uitroepen in tegéngestelden zin gehoord, waarop de betoogers antwoordden met een nieuwe manifestatie ten gunste van den eerste minister- Ken Fransche overwinning aan de Ivoorkust. PARIJS, 26 Sept. In den ministerraad deelde de minis ter van koloniën mede dat de Fransche wapenen een be langrijk voordeel behaalden op Samory aan de Ivorrknst; 5000 man werden gevangen genomen, 20,000 boden hun onderwerping aan. Chill en Peru. SANTIAGO 26 Sept. De overeenkomst tusschen Chili en Peru is d or de Kamer in eerste lezing aangenomen. Brief van H. M. «Ie Koningin. De directeur van het kabinet der Koningin maakt bekend, dat hij van H. M. onderstaand schrijven ont vangen heeft en gelooft niet beter aan de bevelen van H. M. te kunnen voldoen, dan door dien brief in zijn ge heel in de »Staats-Courant" te plaatsen. 's-Gravenhage, 24 Sept. '98. Bij het aanvaarden der regeering en ter gelegenheid Mijner inhuldiging, mocht ik zoowel uit het vaderland als uit de overzeesche bezittingen en van Nederlanders, in het buitenland vertoevende, zoo tallooze blijken van liefde, gehechtheid en trouw ontvangen, dat het mij tot mijn groot leedwezen onmogelijk is geweest aan ieder afzonderlijk mijn dank te doen overbrengen. Daarom verzoek ik U H. Welgeb. mijn diep gevoelde erkentelijkheid te betuigen aan allen die mij in deze dagen blijk hebben gegeven van hun liefde en verknocht heid en mijn warmsten en hartelijksten dank uit te spreken voor de gelukwenschen en huldebetuigingen, die ik van alle zijden mocht ontvangen, in den vorm van adressen, brieven en telegrammen, (was get.) Wilhelmina. Veehandel. In de vergadering van het dagelijksch bestuur van het Nederl. Landbouwcomité, op 21 September 11. ge houden, is het besluit genomen met algemeene stemmen, om krachtig werkzaam te blijven tot het verkrijgen van openstelling van de grenzen. Mocht de tot nu gevolgde handelwijze niet binnen korten tijd tot eenige verbetering leiden, dan zal de steun van belanghebbenden in het openbaar worden ingeroepen. Den stationschef te Delft, den heer A. Teuwisse, is den 23 een ongeluk overkomen, dat ernstige gevolgen had kunnen hebben. Trein 16 naar Amsterdam was reeds in beweging, toen een oude vrouw en man nog daarin wilden stappen de chef wilde dat verhinderen, struikelde en viel tusschen den trein. Op zijn hulpgeroep trok een der beambten aan de noodrem en stond de trein onmid dellijk stil. Het bleek nu gelukkig, dat de chef, wiens kleederen verscheurd waren, slechts eenige onbeduidende wonden aan been, hand en hoofd had bekomen. Bond van Aed, Onderwijzers. Door bovengenoemden Bond worden pogingen in het werk gesteld gelden bijeen te krijgen tot het oprichter^ van een herstellingsoord voor zieke onderwijzers. De Bond hoopt door milde bijdragen van onderwijzers en particulieren in staat te zijn in 1899 daarvoor een gebouw te doen verrijzen als een kroon op den 25-jarigen arbeid van genoemde onderwijzersvereeniging. Treinenloop. Schagen. In aansluiting op ons bericht desbetref fende, voorkomende in ons blad van den 25, kunnen wij thans mededeelen, dat de heer S. Berman, burgemeester, den 24 van den Raad van Toezicht bericht heeft ontvangen, dat de winterdienstregeling zoodanig is gewijzigd, dat 's middags van uit Alkmaar te 4.26 een locaaltrein zal vertrekken in de richting Helder. Fogelmoord. In enkele bladen komt onder bovenstaand opschrift voor, een woord van opwekking gericht tot de »Holland- sche vrouwen en meisjes", waaraan wij gaarne het vol gende ontleenen »Het winterseizoen is aangebroken en hiermede voor de dames tevens het tijdperk om voor wintertoilet en hoed te zorgen. Omtrent dit laatste zouden wij gaarne aan onze vrouwen en meisjes een ernstig verzoek willen doen. Wij wilden haar vragen bij de keuze daarvan, niet alleen met het oog te rade te gaan maar ook het hart en het gezond verstand te laten spreken immers de fraaie vederen, vlerken en vogellijkjes waarmede de uit stallingen der hoedonmagazijnen gevuld zijn, spreken van naamlooze jammer en ellende in de arme vogelwereld. En niet alleen omdat de tooi onzer hoeden wordt ver kregen ten koste van zoo veel lijden, wordt de aandacht gevestigd op den vogelmoord, maar ook tor wille van den landbouw, wien zoo ontzettend veel schade wordt toegebracht omdat de mode hem berooft van zijne groote scharen kleine maar dappere strijders tegen schadelijke insecten. De wreedheid der menschen wordt in deze met woeker gestraft, en niet enkel liefde voor de dieren wereld en afschuw van alle wreedheid, maar ook welbegrepen

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1898 | | pagina 2