Buitenland.
Nederland.
Een groot geluk isdat de vertegenwoordiger van
Reuter te Amsterdam de zaak met groot beleid heeft
behandeld. Het gevaar bestond, dat het op zichzelf meer
belachelijke dan ernstige feit in de bnitenlandsche pers
zou worden opgeblazen tot een aanslag en daarvoor heeft
hij gewaakt door het bericht in zoo kalm mogelijke
bewoordingen ter kennis van de wereldpers te brengen.
Toch zullen er wel speciale telegrammen in de bniten
landsche bladen komen, die nu wraak, zullen nemen over
het onlangs zoo krachtig en afdoend tegengesproken
bericht, als zou te Soestdijkeen aanslag zijn gepleegd op
de Koninginnen, maar dat valsche alarm zal, naar ver
wacht mag worden na het correcte gedrag van Reuter
wel spoedig zijn natuurlijken dood sterven.
Dit is wel het voornaamste Amsterdamsche nieuws,
dat de afgeloopen week ons bracht. Daarnevens is echter,
nu wij weer in het volle seizoen der vergaderingen zijn,
veel meer voorgevallen. Met het oog op de ons ter be
schikking gestelde ruimte zullen wij daarover echter
maar zwijgen en alleen nog met een enkel woord mel
ding maken van het droeve verscheiden van een zeer ge
acht onderwijs-man, den heer Haverkamp. Vele jaren
achtereen is hij hoofd eener scnool geweest, waar hij zich
bij zijn personeel zeer populair wist te maken. Ook daar
buiten was hij echter een gaarne geziene verschijning,
met name in zangerskringen, waarvoor hij veel heeft ge
daan, getuige zijn eere-lidmaatschap van de mannen-zang-
vereenigingen »Amicitiae" en »Kunst na Arbeid Een
zijner laatste werken is geweest het bekende Kronings
lied, waarvoor de heer Scholten de muziek schreef en dat
bekroond werd in den wedstrijd van de Vereeniging tot
verbetering van den Volkszang Hoezeer onbewust heeft
deze goed geslaagde arbeid hem veel leed berokkend'
Van den zomer logeerde Haverkamp te Apeldoorn, waar
hij een ongeluk had met een rijtuig dat hem een
ziekte bezorgde. Daarvan hersteld was zijn groote illusie,
dat bem een onderscheiding te beurt zou vallen voor zijn
Kroningslied en werkelijk moet daarop uitzicht bestaan
hebben. Des te grooter was zijne teleurstelling, toen bij
den milden decoratie-regen wel zijn collega Hinse werd
geridderd, maar hij zelf werd gepasseerd. Die ontgooche
ling is de vroeger toch zoo eenvoudige Haverkamp niet
te boven gekomen het werd bij hem een idéé fixe,
dat hij onrechtvaardig was behandeld en met zijn levens
lust was 't gedaan. Hij is gaan mokken en nu is het
treurige einde gekomen. Op deD dag vóór zijn dood werd
hem toegezonden een portret van de Koningin met eigen
handige onderteekening, maar toen was het te laat
de groote deceptie had de levensdraden gebroken. Toch
zal zijn nagedachtenis door vele Amsterdammers in vrien
delijk aandenken worden gehoudenwant in het beste
zijner dagen heeft hij verschillende cantates gedichtdie
niet den stempel der vergankelijkheid dragen.
Onze gemeenteraad staat deze week voor het doorwor
stelen der begrooting. Vele dag- en avond-zittingen zul
len daarmee gemoeid zijn, want allerlei adressen zullen
bij de afzonderlijke posten in behandeling komen. Ver
moedelijk zal ook wel de financieele toestand der gemeente
ter sprake komen, een weinig opwekkend onderwerp, dat
ieder jaar tot somberder beschouwingen aanleiding geeft.
In onzen volgenden brief zullen wij daarop waarschijnlijk
nog wel terugkomen.
EK6KLA91D. In de stemming jegens Frankrijk is
in de laatste dagen een wijziging ten goede gekomen.
Niet dat de Regeering er een oogenblik aan denkt, haren
eisch (ontruiming van Fashoda) te laten varen, maar er
bestaat alle hoop, dat zij Frankrijk de gelegenheid zal
bieden den vlag te strijken, zonder zich te vernederen,
en wellicht zal zij, een voor Fransche Congo zoozeer ge-
wenschte haven, aan den Boven Nijl, in ruil voor Fashoda
afstaan.
Het blijkt thans dat de onrustbarende berichten van
wederzijdsche mobilisatie uit de lucht gegrepen waren.
Een leuter-telegram uit London meldt:
»Er bestaat weinig of geen bezorgdheid dat de Fashoda-
quaestie een ernstig verloop zal hebben, zooals ton deze
de pers schijnt te vreezen. Officieel wordt bekend gemaakt,
dat in de marine-dépots geen buitengewone werkzaamheden
plaats hebben."
gij kunt ze niet bij een lamp aansteken, zonder den
kop te blakeren. En die blakering vertoont zich uit
sluitend op de rechterzijde van de pijp. Hieruit maak
ik de gevolgtrekking, dat hij linksch is. Gij kunt uw
eigen pijp tegen de vlam houden. Gij moogt het een
enkelen keer anders doen, maar niet geregeld. Maar
hij heeft altijd zijn pijp zoo gehouden. Daarbij heeft
hij het barnsteen doorgebeten. Men moet een krachtig
gespierd man wezen en met goede tanden, om zoo iets
te doen. Doch als ik mij niet vergis, hoor ik hem
daar op de trap en zullen we een belangrijker voor
werp dan deze pijp te bestudeeren krijgen.''
Een oogenbiik later werd de deur geopend en trad
een lange jonge man de kamer binnen. Hij was zeer
fatsoenlijk gekleed in een donkergrijs costuum en
droeg een bruinen phantasiehoed in de hand. Ik schatte
zijn leeftijd op 30 jaren, ofschoon hij werkelijk eenige
jaren meer telde.
»Ik vraag u excuuszeide hij. »Ik geloofdat
ik geklopt moest hebben. De zaak is eigenlijk, dat ik
een beetje in de war ben, en daaraan moet u alles
toeschrijven." Hij streek zich met de hand over het
voorhoofd als iemand, die half verbijsterd is en liet
zich toen op een stoel neervallen.
»Ik zie, dat ge in geen twee nachten geslapen hebt,"
zeide Holmes. »Dat brengt iemands zenuwen meer
van streek dan hard werken, en zelfs meer dan uitgaan
en pleizier maken. Mag ik u vragen, waarmede ik u
van dienst kan zijn
>Ik heb uw raad noodig, mijnheer. Ik weet niet
wat ik moet aanvangenmijn gehoele leven schijnt
verwoest te zijn."
»Gij wenscht mij als detective te raadplegen
»Dat niet alleen. Ik wensch uw oordeel te vernemen
als dat van een verstandig man, als een man van
de wereld. Ik wensch te weten, wat ik nu in de
eerste plaats moet doen. Ik hoop bij God, dat gij het
mij kunt zeggen."
Hij sprak in scherpe, kort uitgestooten klanken, en
Toch zal de Fransche regeering wèl doen uitermate
voorzichtig te zijn, want het Engelsche volk is over de
zaak verbitterd, de groote pers en verscheidene staats
lieden van naam laten zich zeer heftig tegen Frankrijk
uit en het gevolg zoude kunnen zijn, dat de Engelsche
Regeering ten slotte niet sterk genoeg bleek te zijn zich
tegen den algemeenen stroom te kanten of ook al was
zij dit wèl, een of ander incident zeer ernstige gevol
gen na zich sleepte.
FRANKRIJK. De tegenstanders der herziening
zijn voornemens, onder leiding van den bekenden on
ruststoker Deroulède bij gelegenheid der opening der
Kamerzitting een groote betooging tegen het ministerie
te houden.
De »Ligue anti-sémite" heeft een oproeping doen aan
plakken aan alle Franschen, waarin gezegd wordt dat
de Joden, die meester zijn van het fortuin, in Frankrijk
de nationale verdediging in gevaar kunnen brengen en
verantwoordelijk zijn voor de economische crisis, een
beroep willen doen op het buitenland. Bovendien willen
zij den burger-oorlog doen uitbreken in Frankrijk.
«Daartegen moet handelend worden opgetredenwij
moeten de Algerijnen navolgen, die weldra van hen
zullen bevrijd zijn.
«Dat Dinsdag om het Palais Bourbon de kreten weer
klinken Leve FrankrijkWeg met de JodenLeve
het leger Weg met de verraders
Brisson, die volgens de «Aurore," volstrekt niet
voornemens is af te treden, wachten moeielijke
dagendoch de meeste bladen gelooven, dat hij over
een betrekkelijk groote meerderheid zal beschikken, wijl
menig oppositie-lid in dit geval het ministerie zal steu
nen, welks val wellicht het einde der republiek en de
aanvang der sabel-regeering zoude zijn.
Het rapport van Marchand, dat kapt. Baratier uit
Kaïro heeft geseind, bevat nog niet het slot, de ontmoe
ting met Kitchener-pacha en den toestand, waarin Mar
chand zich thans bevindt. Over deze punten zal Bara
tier de regeering persoonlijk inlichten. Hij wordt Don
derdag te Parijs verwacht. Merkwaardig is het, dat
dezelfde boot van de «Messageries maritimes'' zoowel
Kitchener-pacha als Baratier aan boord heeft.
OOSTRNRIJK-HONGARIJE. Geheel onver
wacht is te Weenen de pest uitgebroken en heeft eenige
slachtoffers gemaakt onder het personeel der kliniek.
Vermoedelijk is een, overigens zeer vertrouwd, bediende
onvoorzichtig geweest met de behandeling der met smet
stof ingeënte dieren, die voor bacteriologische onderzoe
kingen ter beschikking der doctoren gehouden werden.
De man zelf is het eerst overleden, spoedig werden een
paar verpleegsters eveneens slachtoffers der ontzettende
ziekte, terwijl volgens de laatste berichten ook een docter,
die aan de kliniek verbonden was, aan de pest ge
storven is.
Er worden strenge maatregelen genomen om de ver
breiding der ziekte tegen te gaan.
TRANSVAAE. De laatste telegram omtrent den
Kaffer-opstand luidt: De Magato-kaffers werden door
de Boeren teruggeslagen, die hen naar do bergen ver
joegen. Een groot aantal Kaffers werd gedood. De ar
tillerie werd met goeden uitslag aangewend. DeTrans-
vaalsche troepen leden geen verliezen.
TURKIJE. De troepen hebben Kanea verlaten.
Wel waren de schepen waarmede zij moesten worden
overgebracht, nog niet aanwezig, maar ze zijn aan boord
gebracht van een paar Turksche oorlogsschependie
twee jaren in de baai hebben gelegen. Te Kandia daar
entegen is een transportschip aangekomen, dat reeds sol
daten aan boord had en er in de haven nog 370 bij
heeft ingenomen. De soldaten hebben toen zij uit het
cordon terugtrokken, wel gedreigd, dat zij hunne ka
zernes eerst in brand zonden steken, maar er is niets
gebeurd.
A T J E H.
»Den 19en en 20en dezer veel tegenstand ondervonden
in Matang-Koh. Twee officieren en vier militaire beneden
dien rang werden ongevaarlijk gewond.
Vijand had een totaal van 61 dooden. Tengkoe Tjihik
het scheen mij toe, dat het spreken hem zeer moei
lijk viel en zijn wil zijn neigingen voor een oogen
blik beheerschte.
»Het is een zeer kiesche zaak," zeide hij. »Men
spreekt niet gaarne met een vreemde over zijn hui
selijke aangelegenheden. Het schijnt vreeselijk te
spreken over het gedrag van zijn vrouw met twee
mannen, die ik vroeger nooit gezien heb. Het is ver
schrikkelijk dat te moeten doen. Maar ik moet mijn
beproeving tot het eind dragen en moet raad hebben."
Waarde heer Grant Munro," begon Holmes.
Onze bezoeker sprong overeind. »Hoe kent gij mij V'
riep hij uit.
«Indien gij uw incognito wenscht te bewaren zeide
Holmes glimlachend «moet ik u raden uw naam niet
meer op de voering van uw hoed te merken of anders
den bol naar den persoon met wien gij spreekttoe te
keeren. Ik wilde u zeggen dat mijn vriend en ik in deze
kamer naar menige vreemde geheimzinnige geschiedenis
hebben geluisterd en dat wij het geluk hadden aan
menig verstoord gemoed den vrede terug te geven. Ik
vertrouw, dat wij evenveel voor u kunnen doen. Mag ik
u verzoeken daar de tijd wel eens zeer kostbaar kon
blijken te zijn mij onmiddellijk de feiten van uw ge
schiedenis mede te deelen
Onze bezoeker streek weer met de hand over zjjn voor
hoofd alsof hij dit verzoek erg hard vond. Uit ieder
gebaar en uitdrukking kon ik opmakendat hij een
voorzichtig bedaard man wasmet ietwat fier karakter,
meer geneigd zijn leed te verbergen dan het te open
baren. Na een paar seconden het stilzwijgen bewaard te
hebben maakte hij plotseling een woest gebaar met de
gesloten vuist, als iemand die een vast besluit laat varen
en begon het volgende verhaal
»Ik ben sedert drie jaren getrouwd. Gedurende dien
tijd hebben mijne vrouw en ik elkaar zoo lief gehad en
leefden wij zoo gelukkig als een gehuwd paar ooit te
voren. Wij hadden nooit eenig geschil, noch in woorden
noch in daden. En nu sinds Maandag is er plotseling
Gedong en de beruchte Toekoe Baroet sneuvelden in het
gevecht van den 15 dezer.
Aan het Handelsblad werd het volgende geseind:
In Kerti heeft de legertrein herhaalde klewangaanvallen
te verduren gehad, waarbij 30 dwangarbeiders zijn gewond.
De vijand had 39 dooden. Onzerzijds werden de luitenants
Van Bakel en Luchsinger licht gewond.
De tocht naar Samalangan is opgegeven.
Provinciale Staten van Noordholland.
Voor de uitvoering van buitengewone werken
wordt eene eerste suppletoire begrooting voorgesteld van
f 15.143.30.
Verder deelen Ged. Staten aan Prov. Staten mede
dat de Holl. Spoor zich tegenover het comité voor den
spoorweg (stoomtramweg) VolendamEdamKwadijk
bereid heeft verklaard dien aan te leggen. De minister
van waterstaat wil voor deze lijn 30 pCt. in de kosten
van aanleg, tot hoogstens f 72,000 beschikbaar stellen,
wanneer de Holl. Spoor zich ook tegenover den Staat
wil verbinden en Prov. Staten en het gemeentebestuur
van Edam hunne bijdrage handhaven.
Ged. Staten stellen dienovereenkomstig vooronder
de reeds vroeger bepaalde voorwaarden omtrent aanslui
ting aan den spoorweg te Kwadijk en spoorwijdte aan
de Holl. Spoor, voor genoemde lijn een renteloos voor
schot te verleenen van 30 pCt. der aanlegkosten, tot
hoogstens f 72000 o.a., met bepaling, dat de weg voor
den 1 October 1902 moet zijn gebouwd en in exploitatie
gebracht, zoodanig dat, behalve des Zondags, minstens 4
treinen heen en terug rijden.
De Boterwet.
Het dagelijksch bestuur van het Ned. Landbouw-
comité, overtuigd, dat, welke oorzaken ook aanleiding
hebben gegeven tot vertraging, een wetsontwerp betref
fende wijziging der boterwet niet langer mag uitblijven
en dat met alle kracht bij de regeering dient te worden
aangedrongen om de indiening daarvan te bespoedigen,
heeft zich tot de Tweede Kamer gewend met dringend
verzoek
a. de indiening van een ontwerp-boterwet, in den zin
als in het tot het college door het Landbouwcomité ge
richt adres van 20 Februari 1897 werd gevraagd, bij de
Regeering te willen bevorderen met de aan de vergade
ring ten dienste staande middelen
b. na de indiening van het ontwerp de behandeling
er van zooveel mogelijk te willen bespoedigen.
Zaandam. Door het departement «Zaandam"
der Maatschappij »Tot Nut van 't Algemeen" is aan
J. Bronsdijk alhier een zilveren medaille uitgereikt
voor 40jarigen trouwen dienst bij de firma J. Werry
thans vertegenwoordigd door Gebroeders Verheyden.
Conservator! urn-kwartet.
Een telegram uit Berlijn over het concert van het
conservatorium-kwartet (J. CramerA. SpoorH. W.
Hofmeester J Mossel) maakt van veel succes melding.
Het had eene volle zaal. De élite van het publiek
waaronder de grootste kunstenaars, o. m. Nikisch, Wirth,
BurmesterRuif-Lessmannwaren tegenwoordig. De
hollandsche kunstenaars werden herhaaldelijk terugge
roepen en aan het slot bij Schumann's Quintet weid
luide gejubeld en hoera geroepen. Viermaal moesten de
Hollanders voor het voetlicht terugkomen. Alle bladen
waren vertegenwoordigd. In de pauze werd door alle
kunstenaars aan onze landgenooten hunne opwachting
gemaakten spraken zij hunne bewondering uit.
Hofberichten.
Den 24 vertrokken de Koninginnen, met gevolg,
per extra-trein naar Arolsen.
Barsingerhorn. De dienst der posterijen zal
na opening der tramdienst Wognum Schagen
eene belangrijke uitbreiding ondergaan.
Het suikerbietenveld in de polders Waard en
Groet is nog lang niet ontbloot. Eerst werd het delven
door de droogte en tengevolge daarvan ijzerharden grond,
zeer bemoeilijktde vorige week kon geen beladen vaar
tuig wegens tegenwind de haven verlaten. Ook voor de
schippers is dit zeer nadeelig; sommige hebben hier meer
dan twee weken gelegen.
een slagboom tnsschen ons gerezen en vind ik, dat er
iets in het leven en in de gedachten van mijne vrouw
is waarvan ik even weinig weetals ware zij eene on
bekende vrouw die ik bij toeval door de straat zag loo-
pen. Wij zijn van elkander vervreemd en ik wil weten,
door wien.
«Nu moet ik uw aandacht vooral op een zaak vesti
genmijnheer Holmes. Mijne vrouw Effie bemint mij.
Daaraan behoeft gij niet te twijfelen. Zij heeft mij lief
met geheel haar hart en zielals niemand ooit te voren.
Ik weet het ik voel het. Ik behoef daarover niet meer
uit te weiden. Een man kan gemakkelijk genoeg weten
of een vrouw hem bemint. Maar er bestaat een geheim
tnsschen ons en wij konnen nooit weer dezelfde van
vroeger voor elkaar wezen zoolang dit gehoim niet is
opgehelderd."
»Wees zoo vriendelijk, mij meö te deelen wat er ge
beurd is," zei Holmes eenigszins ongeduldig.
«Ik zal u vertellen wat ik aangaande Effie's geschie
denis weet. Toen ik haar vooi de eerste maal ontmoette,
was zij weduwe, ofschoon nog zeer jong slechts
vijf en twintig jaren. Haar naam was mevrouw Hebron.
Op jeugdige leeftijd was zij naar Amerika vertrokken
en woonde daar in de stad Atlanta, waar zij den heer
Hebron trouwde, die advokaat was en een goede praktijk
had. Zij had een kindmaar de gele koorts brak in
hevige mate uit en beiden echtgenoot en kind stierven
er aan. Ik heb zijn overlijdensacte gezien. Zij kreeg een
afkeer van Amerika, kwam in Engeland terug en ves
tigde zich met een oude dienstmeid te Pinner in Middle
sex. Ik moet nog vermelden dat haar echtgenoot haar
goed verzorgd achterliet en dat zij een kapitaal bezat
van ongeveer vierduizend vijf honderd pond, hetwelk hij
zoo goed belegd heeft dat zij daarvan gemiddeld 7 pCl.
trok. Zes maanden later ontmoette ik haarwij kregen
elkaar lief en huwden een paar weken daarna.
Wordt vervolgd.