ten worden geraadpleegdwaartoe de tijd tot nogtoe heeft ontbroken. De heer de Groot zon ook het rapport wel willen afwachten en daarbij tevens gaarne advies ontvangen, omtrent de rioleering in de Spanjaardstraat en den Gees- terweg. De heer Witte herinnert aan de laatste overstroo- ming en wil in verband daarmede niet langer wachten. Spr. geeft in overweging het voorstel van den heer Bruinvis aan te nemen, anders komt er voor dien tijd nog weer een overstrooming. De heer Boelmans ter Spill wijst er op, dat het volstrekt niet zijne bedoeling is om deze zaak op de lange baan te schuiven. Integendeel, hij is overtuigd, dat de zaak dringend verbetering eischt. Het maken van een overstortriool is echter niet het gevoelen van de meerderheid van den Raad geweest. De meening is inder tijd uitgesproken dat de geheele afvoer van rioolwater naar het Kanaal zou moeten geschieden. De schuld, dat nog geene verbetering is aangebracht, ligt naar spr.'s meening dan ook niet aan den Raad, maar meer aan B. en W, die niet tijdig hun rapport hebben ingediend. De heer Bruinvis wil niet reageeren tegen de meening, dat de ontlasting der riolen naar het kanaal het meest gewenscht is. Maar het geldt hier het hemelwater, dat weg moet en de ontlasting daarvan kan zeer goed door een overstortriool geschieden, 't Is anders volstrekt niet de meerderheid van den Raad geweestdie zoodanig riool niet wenschte. De heer van den Bosch is het met deze opmerking eens. Als de uitnoodiging, het vorige jaar tot B. en W. gericht, echter een jaar had moeten duren, dan zou bij daar aan niet meegewerkt hebben. Spr. wenscht thans een besluit te nemen en beveelt het voorstel-Bruinvis aan. De Voorzitter stelt voor aan B. en W. een crediet van f 500 te verleenen. De heer Goede is hiervoor, als hij een bevestigend antwoord krijgt op de vraag of het overstortriool vol doende is tot ontlasting van het overtollige water. Wat spr. betreft hij kan zich niet voorstellen dat zoo'n riool voldoende zal baten. De heer Stoel is het ook met het voorstel-Bruinvis eens, maar hij is even goed van meening dat het Laatriool eene kostbare verbetering zal moeten ondergaan. Het geld voor een overstortriool is overigens niet weg ook al mocht het blijken dat dit niet aan de gestelde ver wachtingen beantwoordt. Later zal het voor een gewoon riool gebruikt kunnen vsorden. Men moet echter zorgen, dat het niet te hoog worde gelegd. De heer Vonk meentdat men van een overstortriool niet al te groote verwachtingen moet hebben. Spr. gelooft dat het goed zal zijn voor de ontlasting van het Vlaanderhof, maar bij die massa water van onlangs zal bij de kerk dezelfde toestand bestaan blijven. De heer Boelmans ter Spill betwijfelt evenzeer de grondige verbetering. Spr. zou niet de Laatbewoners opnieuw met een weinig willen afschepen. De heer de Sonnaville wijst er op, dat f 500 slechts eene schatting is. Mocht uit deze som ook een overstortriool in de Brillensteeg gelegd kunnen worden dan zou spr. dat gaarne wenschen. Ofschoon de heer Kraakman van oordeel is dat deze zaak eene grondiger beschouwing eischt dan daaraan nu gewijd wordt en datnu de tijd van regen vrijwel voorbij is, voor afdoening direct niet zoo'n groote haast bestaat, besluit de Raad toch na stemming, om het voorstel- Bruinvis aan te nemen. Tegen stemden de heeren Vonk, Boelmans ter Spill, Goede, de Lange, Kraakman en Canters. De post werd daarna goedgekeurd zoodat B. en W. bij het inzenden hunner nadere plannen tot rioleering, zeker de aandacht gevestigd zullen houden op het adres der bewoners van den Koningsweg. Volgn. 92. Onderhoud van havens, vaarten, kaaimuren, sluizen en andere waterwerken. Geraamd op f 5432. De Ie sectie stelt voor om de kosten, uitgetrokken voor verbetering van den toestand aan de Kaarsenma kersgracht zoodanig te verminderen, als noodig is, om een dragelijken toestand te verkrijgen. Zij en ook de 2e sectie zien nadere plannen van B. en W. tegemoet. De 3e sectie wil evenmin voor de genoemde verbetering een belangrijk bedrag toestaan. Zij wenscht zoo spoedig mogelijk eyn uitgebreid plan tot verbetering van den waterweg aldaar en langs den Voordam. B. en W. antwoorden, dat de door de le en 2e sectie gevraagde plannen reeds zijn toegezegd. Daarbij zal eene verbetering van den waterweg ter sprake komen. De heer Bosman zou het denkbeeld van den Raad ten deze gaarne wenschen, om het B. en W. bij het doen van hun voorstel gemakkelijk te maken. De Voorzitter vindt dit buiten den regel. B. en W. stellen voor. De heer Bosman meentdat door eene motie de Raad zeer goed zijne bedoeling zou kunnen doen blijken. De heer Goede is er mede voor, dat de Raad zich in beginsel uitspreekt. De Voorzitter zegt, dat dit buiten de orde is. De post wordt daarna goedgekeurd. Volgn. 93. Diep- en schoonhouden van havens, grachten, slooten en putten. Geraamd op f 604. De le en 2e sectie vestigen de aandacht op de ondiep ten in de Hoornsche vaart van de Zes Wielen af tot even voorbij de Halvemaansbrug. De 2e sectie wil dezen post met f 500 verhoogen voor het beter uitdiepen der grach ten, vooral de Lindengracht, terwijl de 3e sectie voor het zelfde doel f1500 wil bestemmen. B. en W. verklaren, dat als de Raad goed kan vinden dezen post te versterkende meerdere gelden nuttig besteed zullen worden. Daarmede zou dan meteen vol daan worden aan een nog in behandeling zijnd adres van «Schuttevaer" en aan het verlangen der Kamer van Koophandel. De heer Bruinvis kan zich wel vereenigen met eene verhooging van f 500. Op de begrooting van de reiniging staat voor ruiming van rioolputten bovendien f 500 uitgetrokken. Op een vraag van den heer Witte, of de uitdieping van de Hoornsche vaart dan zal geschieden antwoordt de V oor zifter bevestigend. De heer d 6 Groot acht f 500 voor verbetering te laagal is het maar alleen voor de Hoornsche vaart. De heer Bruinvis daarentegen meentdat daar mede de ondiepten kunnen worden opgeruimd. De Voorzitter doet opmerken dat de gemeente niet verplicht is om de vaart te onderhouden. Als ze het doet, dan is het in het belang der markt. Is f 500 te laag, dan zullen B. en W. wel een nader crediet aanvragen. Met algemeene stemmen wordt besloten, den post met f 500 te verhoogen. Volgn. 100. Jaarwedden nachtwachts. Geraamd op f 3800. De 2e sectie die zich met eene verhooging der jaar wedden van de jongste vier agenten van politie, elk met f 50 kan vereenigen, wil van dezen post het bedrag van f 500, belooning voor 10 agenten voor nachtdienst, overbrengen naar volgn. 99, «Jaarwedden der agenten van politie." Dit komt B. en W. niet aanbevelenswaardig voor, zoo lang nog een post wegens wachtdienst op de begrooting voorkomt. De post wordt zonder verdere bespreking goedgekeurd. Volgn. 102. Gratificatiën aan de brandspuitlieden. Ge raamd op f 1475. De 3e sectie merkt op dat gebleken is, dat bij groote branden de brandbluschmiddelen onvoldoende zijn. B. en W. verwijzen naar hun ter zake gedaan voorstel, strek kende tot verbetering dier middelen. De post wordt goedgekeurd. Volgn. 104. Onderhoud wachthuizenlicht en brand stoffen voor deze. Geraamd op f 574. De 2e sectie vraagt, of de plaatsing van een vulkachel op het politie-bureau niet gewenscht is. Waar mogelijk, aldus antwoorden B. en W., worden de gewone kachels door vulkachels vervangen. De post wordt goedgekeurd. Volgn. 106. Onderhoud brandspuiten enz. Geraamd op f 860. De 2e sectie vraagt of de aanschaffing van een stoom- brandspuit niet wenschelijk is. Zij geeft in overweging eene bewaarplaats voor petroleum te maken. Voor de aanschaffing van een stoombrandspuit verwij zen B. en W. naar volgn. 102. Wat betreft eene ge meentelijke petroleumbewaarplaats B. en W. hebben den architect reeds opgedragen daarvoor een plan te ontwerpen. De post wordt goedgekeurd. Volgn. 107. Onderhoud lantaarns en kosten van ver lichting. Geraamd op f 7500. De le en 2e sectie zouden na de verwijdering der reclameklok op de Steenenbrug eene sierlijke lantaarn willen plaatsen. B. en W. verklaren dat dit bij hun college een punt van overweging zal uitmaken. De 3e sectie vraagt naar het resultaat der gasgloei- verlichting in de Langestraat. B. en W. antwoorden dat juist dezer dagen de verlichting met gloeilicht aan zienlijk is uitgebreid en daarmede zal worden voort gegaan. De heer Bruinvis zegt ter nadere toelichting, dat het getal van 12 lantaarns tot 60 is uitgebreid. De ver andering is overigens niet zoo geringvoor iedere lan taarn kost zij f 9. De post wordt goedgekeurd. Volgnr. 113. Kosten gemeente-reiniging. Geraamd op f 23500. De le sectie noodigt B. en W. uit tot het doen van voorstellen, in zake het verkrijgen van een beteren toe stand in het vervoer der faecaliën. Zij stelt voor de jaarwedde van den Directeur met f 200 en van den op zichter met f 100 of f 50 te verhoogen. Ook wordt gevraagd of de aanschaffing van een sproeiwagen niet gewenscht is. B. en W. antwoorden dat een sneller vervoer der faecaliën slechts te bereiken is door uitbreiding van het personeel van den reinigingsdienst. Dank zij de uitmun tende directie van den heer van den Ende, wordt met de beschikbare krachten het mogelijke verkregen. Met het voorstel om de jaarwedde van den Directeur met f 200 te verhoogen kunnen B. en W. zich vereenigen niet met datom aan den opzichter f 100 of f 50 jaarwedde meer toe te kennen. Op de aanschaffing van een sproei wagen die nog al kostbaar is zullen zij de aandacht gevestigd houden. De meerderheid der 2e sectie wil dezen post met de f 500 verminderen die voor verhooging van loon der werklieden is uitgetrokken. Verder vraagt de sectie of de straten voor het vegen niet besproeid kunnen worden. Wat de onder dezen post uitgetrokken verhooging van f 500 betreft het komt B. en W. voor dat een blik in de begrooting van den reinigingsdienst den Raad zal overtuigen van de gegrondheid hunner meening. De heer Stoel vindt eene verhooging van f 200 (ot eigenlijk f 150 omdat de Directeur om de 2 jaar eene gratificatie krijgt van f 100) wel wat een groote stap. Spr. verlangt stemming. De heer Bosman is zeer voor verhoogingofschoon ook hem de sprong wel wat groot voorkomt. De heer Stoel stelt een amendement voor om f 150 verhooging toe te staan. De heer Boelmans ter Spill meent, dat het er van af hangt of de sprong groot kan worden genoemd. Is het traktement n.l. ook te laag? In verhouding tot de verantwoordelijkheid en den ijver van den Directeur meende de 2e sectie dat f 200 gewettigd was. Het voorstelom de jaarwedde van den Directeur met f 200 te verhoogenwordt in stemming gebracht en aangenomen met 14 tegen 3 stemmen. Tegen stemden de heeren StoelJanssen en Kraakman. Het voorstelom den opzichter f 100 verhooging toe te kennen wordt met algemeene stemmen verworpen Datom de jaarwedde met f 50 te vermeerderen, wordt met 10 tegen 7 stemmen aangenomen. Tegen stemden de heeren Bruinvis van den Bosch Vonk Bosman Goede Rentmeester en Kraakman. Ten aanzien der verhooging van loon voor de werk lieden deelt de heer Bruin vis mede dat van de 27 man een 20tal in aanmerking komen voor eene ver hooging van f 0,50 per week. De heer Kraakman deelt mededat de meerder heid der 2e sectie de vermindering met f 500 heeft voor gesteld om de verhouding in rang welke thans bij de werklieden bestaat te bestendigen en nu kwam het der sectie voor dat de hoogere in rang eenig hooger salaris behoort te genieten. De heer Bruin vis verklaart, waar het verschil in be staat. Met den voorman spreekt de directeur. Die voorman geniet f 9 per week, terwijl ieder ander werk man f 8,50 ontvangt, 't Werk wat deze lieden verrich ten is echter hetzelfde en dat geringe verschil in bezol diging geeft bitterheid onder het personeel. De heer de Groot kan zich met het voorstel van B. en W. vereenigen. Hij geeft echter in overweging, het thans bestaande verschil eenigermate te doen voort bestaan. Als B. en W. met den directeur, die zijn volle vertrouwen geniet, in overleg treden, zullen zij zeker deze aangelegenheid goed regelen. De heer Goede zal dan alle werklieden, dus ook de voormannen, f 0,50 per week meer willen geven. De heer Bruinvis antwoordt, dat de Directeur dit niet noodig acht. Nadat nog de heer van den Bosch de aanneming van het voorstel van de meerderheid der 2e sectie ont raadde, in verband met de gehouden besprekingen, trekt zij haar voorstel in. De post wordt alzoo verhoogd met f 250. Volgn. 114. Jaarvjedde keurmeester van vee enz. Ge raamd op f 320. Terwijl eenige leden in de 2de sectie voor eene gra tificatie van f 100 aan den veearts Raven zijn wordt door anderen f 50 voorgesteld, terwijl één lid tegen eene gratificatie is. B. en W. zijn van meening dat de heer Raven eene billijke aanspraak heeft op een gratificatie van minstens f 100, wegens reeds verrichte buitengewone diensten. Om slechts f 50 toe te staan, wordt hem naar hunne meening niet toegelegd wat hij verdiend heeft. Men zou zelfs kunnen besluiten hem de fjlOO toe te staan uit den loo penden dienst. De post wordt zonder verdere bespreking goedgekeurd. Volgn. 117. Jaarwedden onderwijzers. Geraamd op f43570. De le en 2e sectie wenschen, dat de herziening der onderwijs-verordeningen niet te lang wordt uitgesteld. Mochten B. en W. daaraan niet spoedig gevolg kun nen geven dan behoudt de le sectie zich voor daartoe zelf het initiatief te nemen. In afwachting eener definitieve regeling der salarissen, stelt de 3e sectie voor, eene verhooging van f 2000 uit te trekken. B. en W. meenen, dat de memorie van toelichting een voldoend antwoord geeft op het verlangen der le en 2e sectie. Het denkbeeld der 3e sectie verdient h. i. geen aanbeveling, zoolang niet tegelijk is aangegeven de ver deeling der som van f 2000. B. en W. geven echter te kennen, dat zij het gewicht der zaak gevoelen en zoodra mogelijk den Raad een voorstel zullen doen. Het nemen van het initiatief door de le sectie wordt evenwel toegejuicht. De heer Vonk zegtdat de 3e sectie niet met een bepaald voorstel kon komen en daarom geen bepaald cijfer kon aanwijzen. De bedoeling daarmede is echter de herziening binnen zoo kort mogelijken tijd te doen geschieden. De Voorzitter antwoordtdat men met die f 2000 toch niets zou kunnen doen. De heer Vonk zegtdat het motief der sectie alleen wasdat men later niet zou kunnen zeggendat er geene gelden beschikbaar gesteld waren. De Voorzitter deelt mede, dat een voorstel van B. en W. zoo spoedig mogelijk zal worden ingezonden. De heer de Groot spreekt de verwachting uitdat het binnen het eerstvolgende kwartaal zal kunnen ge schieden. De post wordt goedgekeurd. Volgn. 127. Subsidie Algemeene Bewaarschool in eens als bijdrage in de kosten van verbouwing. Geraamd op f 1500. De le sectio is voor het verleenen der bijdrage. In de 2e sectio werd echter opgemerkt, dat het niet aannemelijk en als precedent gevaarlijk is, om alsnog dit meerdere subsidie, boven het jaarlijksche van f 1000, toe te kennen. B. en W. zijn van oordeeldat niet alleen het belang der school, maar ook het gemeentebelang mede brengt de bijdrage te verleenen. Het precedent is te minder gevaarlijk, omdat de bewaarschool een algemeen karakter draagt. De heer Vonk wenscht de 2e sectie op te merken dat de subsidie van f 1000 indertijd niet gegeven is met het oog op den bouw. Zonder dat subsidie kou men de school niet verder exploiteeren. De verbouwing was toen nog niet aan de orde. De heer Kraakman waardeert zeer den ijver en de werkzaamheid der commissie. De inrichting is zeer nuttig, vooral de leiding die de kleinen daar verkrijgen. Spr. meent overigens dat de verhoogde subsidie wel is gegeven met het oog op den bouwgelijk blijkt uit het toen ingezonden adres. Daarom is spreker tegen deze nadere subsidie. De heer Vonk deelt mededat het adres beoogde een bijbouw der schoollokaliteit. Maar spr. had het oog op de totale af keuring der school door den Inspecteur en die geschiedde eerst later. De post wordt in stemming gebracht en aangenomen met 13 tegen 4 stemmen, die van de heeren Witte, van den Bosch, Goede en Kraakman. Volgn. 128. Subsidie Huishoudschool. Geraamd op f 1000. De le sectie heeft tegen dit subsidie geen bezwaar mits door subsidie van het Rijk en de Provincie het voort bestaan der school verzekerd zij. B. en W. deelen deze meening zoodat aan het ver hoogde subsidie deze voorwaarde zal moeten worden verbonden. De heer Boelmans ter Spill wenscht zijne stem te motiveeren, die hij vóór zal uitbrengen. Bestond er vroeger eenige vrees voor deze inrichting met het oog op den breeden grondslag, waarop zij werd aangelegd en die men meende, dat de krachten der gemeente te boven zou gaan, indien niet het Rijk en de Provincie den noo- digen steun verleenden, die vrees bestaat nu niet meer. In den stand der zaken is eene gunstige verandering gekomen. Op zijne begrootiDg is door het Rijk een bedrag van f 3500 uitgetrokken voor subsidie aan deze inrich ting. Waar het Rijk dus voorgaat deze zaak zoo krachtig te steunen, daar moet de gemeente toonen, dat zij dien steun waardeert. Daarom is spr. voor de verhoogde subsidie. Onder de voorgestelde voorwaarde en met handhaving der vroeger gestelde voorwaarden aan het verleenen eener ubsidie, wordt de post goedgekeurd. s

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1898 | | pagina 2