Haagsche Brieven. Nederland. in. Waarin het onderwijs bestaatschijnt dns geen verschil te znllen maken. Bij gevolg znllen de kinderen niet alleen van het herbalingsonderwijs vrg zijn gedurende den tijd dat zij langer dan na den twaalf- of dertien jarigen leeftijd op een gewone lagere school bljjven, of wan neer zij een school van zoogenaamd meer uitgebreid lager onderwijs of van middelbaar onderwijs, een gym nasium een ambachtsschooleen industrieschool voor meisjes bezoeken maar ook wanneer die school een teekenschool, een kookschool, een huishoudschool, een muziekschool of een naai- en breischool is, mits er maar vier maanden in het jaar acht uren per week onderwijs wordt gegeven. Het zal wel niet aan vragen ontbreken, of dit inderdaad de bedoeling is. Reeds heeft men treurige tooneelen zien ophangen van dertien- tot vijftienjarige kinderenvan zestienjarige jongens zelfsdie op het platteland in den barren win tertijd 's avonds op onverlichte en moeilijk begaanbare wegen een half uur lang naar school en weer terug naar huis zullen moeten gaanof gezellig samen in den maneschijn zullen wandelen. Alsof bij de regeling van dit onderwijs door de gemeenteraden geen rekening zal worden gehouden met plaatselijke toestanden. Reeds nn kan worden opgemerktdat men voor het herhalings- onderwijs ten plattelande vermoedelijk wel niet den zomertijd zal kiezen maar toch ook niet verplicht zal wezen daarvoor juist de vier meest barre maanden van het jaar aan te wijzen. Er is zelfs niet bepaald, dat het vier achtereenvolgende maanden moeten zijn. Intusschen blijven wij van meening dat een nader onderzoek in de afdeelingen van dit gedeelte van het ontwerp een hoogst nuttig en noodig werk mag genoemd worden. 23 Maart. De groote hondenjacht is nu zoowat afgeloopenIk heb de agenten wat beklaagd, toen bij politieverordening werd geboden, dat alle losloopende honden met een muil korf moeten loopen. 't Is een baantje, om uit de drukke straten van de Residentie hondjes te loopen vangen. Toen kon men pas eens goed merken hoe groot 't getal van die vaak, o, zoo lastige dieren is. De eerste dagen na de verordening was 't een rage, zooveel muilkorven als er gekocht werden. Haast iedere dame, die's middags ging winkelen, had onder haar kleine pakjes, er één, in den vorm van een hondenkop. Drie vierde van de bureau- heeren gingen niet naar huis voor ze oen muilkorf hadden gekocht. Van de twaalf lui in de paardentram hadden minstens zeven, van de veertien personen in de omnibus hadden zeker tien zoo n hondenmasker bij zich. En nog had de politie de handen vol, om alle honden, die zónder losliepen, in te rekenen. De burgemeester heeft het flink aangepakt ook Tien gnldens bedraagt de boete en daarenboven wordt de hond getaxeerd Ik vrees zoo, dat menigeen, di6 de boete, plus nog wat, niet betalen kan, zijn beest er voor in den steek laat. En wie zijn hond dan nog gaat terngkoopen, moet flinke beenen hebben. Eene dame beklaagde zich in een onzer bladen, dat ze zeker vijftien maal had moeten loopen, voor alle formaliteiten vervnld waren, en zjj haar mops terug had. Eene oude heer was van negen uur tot half twee op de been geweest, naar ons verzekerd werd. Nn beginnen we er al wat aan te wennen, misschien ganwer dan de honden zelf, en nu zal menigeen in zijn hart den burgervader dankbaar zijn, voor zijn flink doorgevoerde maatregel. Er is onder de losloopers, waar soms onoogelijke exemplaren onder liepen nu een groote opruiming gehouden en dat was eigenlijk al lang drin gend noodig. Wie wel eens gelet heeft op de vaak wal gelijke beesten die in troepen de denren van de slagers winkels in straten van den tweeden rang belegeren zal zich vanwaar hij al die woorden vond, zij kwamen als van zelf, uit het diepst van zijn hart en daarom gingen zij ook tot het hart. Dikke, heldere tranen glinsterden in Johanna's oogen. «Wat zijt gij goed voor mij, eenzame zieke, die op geen geluk in deze wereld meer had gehoopt. Ik vrees echtermijnheer de graaf dat u een te hoogen dunk van mij hebt. D houdt mij voor sterker en gezonder dan ik ben »En ik dacht u nog in uw rolstoel te vinden, en tóch kwam ik als minnaar tot u I'' riep hij heftig uit, legde den arm om haar heen en trok haar tot zich »ik ben als verblind door wat ik zie »Maar gij kent mij nog zoo weinig Nu lachte hij, en dit lachen maakte zijn, thans van geluk stralend gelaat, bijna schoon. »Het is mij, of wij elkaar reeds jaren en jaren ken nen, zooals een kind zich haar Kerstpop voorstelt en als zij die dan op Kerstavond in handen krijgt uitroept »ja die meende ik jnist zóó een wilde ik graag hebben Thans lachte zij ook en legde haar hoofdje tegen hem aan. «Het is pas zomer 1 ik kan het mij niet voorstel len dat het reeds Kerstnacht voor mij geworden is 1" Een oogenblik was het doodstil en twee menschenhar- ten klopten van overmaat van geluk, als moesten zij barsten. Een ongekend zalig gevoel doorstroomde den eenzamen man, toen hjj het kleine teere handje tnsschen de zijne hield, en zijn wang tegen haar zijdeachtig haar deed rusten. Hij, die uit haat en wraaklust het plan had opgevat om hierheen te gaan, en die alleen eene vrouw wenschte te huwen ten einde alle plannen, hoop en verwachtingen van Rudiger den bodem in te slaan, hij zat daar eens klaps als verliefde bruidegom aan de voeten der uitver korene, vol van het zaligste geluk dat hjj zich ooit ge droomd had. En Johanna, die in het eerste oogenblik, in een minnaar slechts een verlosser had gezien die haar uit hare eenzaamheid, uit het kleine kamertje, van ach ter de hooge muren, kwam bevrijden, zij gevoelde piot- zeker toestemmen dat dit een groote verbetering is zoo en-passant verkregen. 't Is over 't geheel wel te voelen dat eene andere hand nu 't roer houdt. 1 April komt eene nieuwe politie- regeling in werkingwaarvoor tien controleurs zijn benoemd. En een der ingezetenen die zich met zyne klachten rechtstreeks tot den Burgemeester wendde kreeg onmiddellijk politie-toezichtwaar 't al zoolang meer dan noodig was geweest. In den Schouwburg bij «Voer man Henschel" zag ik een Inspecteur zeer nauwkeurig de loges 2e rang inspecteeren denkelijk om te zorgen dat zeker soort dametjes geen hoogere plaats hadden genomen dan ze hebben mogen. Zoo is aan talrijke kleinigheden te merken dat 't Hoofd van de Politie uitstekend berekend is voor zijne taak. De Lente heeft zich schitterend ingezet. Een paar dagen kou zooals we 't den heelen winter niet gevoeld hebben, en van morgen als voorjaarsgroet een pak sneeuw dik genoeg om ons alles te vergoeden wat we van 't jaar te kort zijn geschoten. In geen tijden heeft het zoo gesneeuwd. In de buitenwijken lag de sneeuw op sommige plaatsen l'/j voet hoog. Paardentrams en onnibnssen heb ben den dienst gestaaktof liever niet begonnen vóór er een pad was gebaand. Gelukkig bleef het op den dag droog in de luchtzoodat het werk van zooveel personen althans niet nntteloos was. Met groote moeite veegde de stoomtram zich een baan, maar ze vorderde zóó langzaam, dat we elk oogenblik voor staking vreesden. Door de activiteit van den directeur der Omnibus-Maatschappy die al vroeg in den morgen alle beschikbare handen aan 't sneeuwscheppen zette was om half tien al een weg door de stad gebaand. In de hoofdstraten was het sneeuwdek al heel spoedig in een dikke modderlaag her schapen maar de pleinen de buitenwijken en vooral 't bosch en de Scheveningsche weg waren een kijkje waard. Wie den moed bad de sneeuwballen te trotseeren, werd buiten de stad beloond door 't rijkste sneeuwge- zichtdat zich denken laat. De storm in den voornacht, scheen na één nnr te zijn gaan liggen, zacht moeten sneeuw vlokjes neergekomen zijn om zoo ieder takjetot de kleinste toe af te teekenen. Gisteravond is bier nog eens »Een dolle boel'' opge voerd. De zaal was slecht bezetloges le rang geheel leeg tusschengalerij zoo tamelijk maar de engelenbak was stampvol en natuurljjk voor een dergeljjk stak het dankbaarste publiek, dat zich denken laat. Misschien was het slechte weer een der oorzaken voor 't totaal ontbreken van het meer gegoede deel der schouwburgbezoekers. Mij komt het voordat een dergelijk stuk weinig ge schikt is voor ons nnflig Haagje. Het deftige pnbliek noemt zoo iets al heel spoedig plat. Over 't geheel worden komedie en opera niet zoo heel druk bezocht een der oorzaken daarvan is ziekte. Er zijn ontzettend veel zieken in deze maand geweest onder personen van allerlei rang en stand. Bij de posterijen moesten een twintigtal hulp-brievenbestellers in dienst genomen worden. De zaken van de Brood- en Meelfabriek schijnen hoe langer hoe meer te verwarren. Nog steeds ligt de directie overhoop met de werklieden. Maar ook op andere manieren schijnt ze niet recht door zee te gaan. Er hadden per sonen met reclameborden voor de winkels der depot houders postgevatwaarop het pnbliek werd verzocht niet in die winkels te koopen. Ten onrechte schreef de heer Eussen dat toe aan de vereeniging de Toekomst en om dit met bewijzen te staven publiceerde hij een stukgeteekend door die bordendragerswaarbij deze verklaardengesalarieerd te zijn door „de Toekomst." Later bleekdat die lui een stuk geteekend Uadden zonder zich van den juisten inhoud te overtuigen eene onbegrijpelijke lichtzinnigheidwaaraan zich wel meer onontwikkelde lui schuldig maken. Voor hun moeite hadden ze een gnlden gekregen. Zulk een feit pleit tegen de directie. Op Scheveningen ziet het er treuiig uit tegenwoordig. Scheveningen is arm. Ik bedoel hier niet de bewoners van de villa's in de omstreken, maar de groote massa. Groote kapitalen zjjn er niet meer de laatste moeielyke jaren hebben alles verslonden. De reeders hadden een kwaden tijd achter den rugmaar de laatste periodedat de schepen niet meer ankeren konden maar in Vlaardingen seling de liefde warm en innig in haar hart ontwaken, toen zij haren, door de gansche wereld zoo leelijk gevon den minnaar, het ideaal van al wat edel, tronw en rid derlijk is ontdekte. Indien er bij eene vronw tnsschen medeljjden en liefde slechts een zeer kleine stap is, zoo gaat dankbaarheid en liefde gewoonlijk bij haar hand aan hand. Het was een eigenaardige wederzijdscbe sympathie, die deze beide eenzame, aan vreugde zoo arme, menschen te zamen verbond. De een gevoelde zich diep en voor altijd den schuldenaar van den ander, de een zag slechts in den ander een weldoener, en beide ontvingen het gelnk als een onverdiend geschenk, dat hem en haar nit genade en barmhartigheid ten deel was gevallen. In overmaat van geluk spraken beiden geen enkel woord. Hand in hand zaten zij naast elkaar nog geen nnr geleden elkan der volkomen vreemd thans voor altijd vereenigd. Willibald kuste zijn bruid op den mond: «Laat ons naar uw broeder gaan smeekte hij. En zij gingen als door vleugelen gedragen. Een vreemd soortig bruidspaar. Hij de leelyke, misvormde man en het hinkende kreupele meisje, en toch was de hemel voor hen geopend en hoorden zij de liefdespsalmen der cheru bijnen. ACHTSTE HOOFDSTUK. Ik moet geduldig zijn, tot de hemel mij gunstiger is. Wintersproke II. Ik wil hem dienen, voor hem leven en hem geheel toebehooren. Chamisso. Het was een der grootste verrassingen welke de residentie ooit beleefd had, toen men den volgenden morgen de verloving van den Rijksgraaf Willibald von enz. moesten binnenloopen, deed de deur dicht. Daardoor verliepen ook de scheepstimmerwerven. Het uitzenden van werkvolk naar andere plaatsen was kostbaar en ook ongemakkelijk. Zonder haven haalt Scheveningen het er niet meer bovenop. En daar verscheen waarlijk kort geleden eene nieuwe brochure, die pleitte voor een haven te Katwijk. Een Haagsche straatjongen zou kort en krachtig zeggen,,IJs op je hoofd, man 1" I k zon wel eens willen vragen wat Scheveningen gebaat is bg een haven teKatwjjk? Bg het dorp zélf moet de haven komendat is de eenige hoop op redding, als die nog mogelgk is. «The American Biograph" heeft eene voorstelling met hare levende fotografieën gegeven aan het Hof. Een paar der nummers waren Aankomst van H. M. Koningin Wilhelmina op den Dam te Amsterdam. Kerkgang van H. M. Koningin Wilhelmina ter in huldiging. Verschijning van Koningin Wilhelmina op het balcon van het paleis op den Dam. Nu is die inrichting zóó verbeterd, dat ze byna natuurgetrouw is. Wat moet ons Koninginnetje het grappig gevonden hebben zich zelf te zien loopen groeten en bnigen. In de couranten deed een berichtje de rondte van een conducteur die 40.000 moet geërfd hebben van eene damedie hg wel eens hielpdie 40.000 zgn gegroeid uit f 150. Ja, als zoo'n vertelling van mond tot mond gaat1 Th. VAN STRALEN. Kindermoord. Over den, reeds door ons gemelden, kindermoord te 's Hertogenbosch, meldt de «Prov. N. Br. Ct." het volgende Sinds eenige dagen was een broeder van den man, een jongmensch van 26 jaren, groentenverkooper, ge domicilieerd te Rotterdam, thuis bg zekeren K. op het Uilenburg aldaar. Gedurende de laatste dagen was zijn gedrag zoo wonderlgk, dat men moest veronderstellen, dat hij zeer zenuwachtig was, waarvan de oorzaak werd gezocht in een afgesprongen bnwelyk. Den geheelen dag had hg gespeeld met het dochtertje van zijn broeder, ond 14 maanden en maar steeds er over gezegd, dat het zoo'n lief en zoo'n knap kindje was, dat hg het geen kwaad zonde doen. Tegen den avond echter greep hg het kindje eensklaps aan, beet het in het gezichtje, nam het bg beide armen en ging zoo woest en wild er mede te werk, dat de ar mpjes werden ontwricht. Op het hnlpgeroep der moeder, deze was alleen thuis, kwam een buurvrouw toeschieten, doch ook deze mocht het niet gelukken den waanzinnige het kind te ontruk ken. De woestaard wierp het kind op den grond en gaf het zulke geweldige trappen op het lichaampje, dat het zieltogend neerlag. Inmiddels was men de hulp der marechaussee gaan inroepen, die na veel moeite den on- lnkkige meester werd en hem in bewaring bracht. Spoe dige geneeskundige hnlp mocht voor de kleine martelares niet meer baten, die weldra tengevolge der vreeselijke mishandeling overleed. Naar aanleiding der geneeskundige verklaring van dr. Wolff, die den man in de marechaussee-kazerne heeft onderzocht, is op requisitoir van den officier van justitie, door de rechtbank van 's-Hertogenbosch bevolen, dat de ongelukkige nog denzelfden dag naar het Rgks-krankzin- nigengesticbt te Medemblik zou worden overgebracht. Sneeuw. Er is, zoo meldt men nit 's-Qravenhage, sedert heugenis van jaren in de residentie nog niet zóóveel sneeuw gevallen, als in den nacht van den 22. De werk lieden der stadsreiniging waren reeds vroeg in den morgen bezig, de hoofdstraten van de dikke sneeuwlaag te ontdoen, maar het zou blijkbaar moeite kosten het centrum der stad nog tegen den middag behoorlgk begaanbaar te maken. De tramdienst werd echter niet gestaakt de omnibussen reden, maar in matigen gang. Niedeck met Johanna, Vrgvrouwe van Nordlingeu-Gum- mersbach, in de courant geannonceerd zag staan. Mevrouw Melanie gilde het uit, zoodat haar man doodelyk verschrikt kwam aanhollen. «Rudiger ook dót nogDat ontbrak er nog maar aan 1" Knorrig nam de graaf de courant ter hand. Hg werd doodsbleek. «O, dat is perfide stiet hg nit, toen klemde hg de lippen vast opeen en staarde, zgn vronw voorbgziende, strak voor zich nit. Plotseling lachte hg luidkeels: «Welnu, laten we hem dat onschnldig genoegen gnnnen zeide hg spottend de schonders ophalend. «Onschuldig genoegen, als de heer von Niedeck trouwt «Zeker 1 Met wie tronwt hij Bahdie kleine ge bochelde, krenpele is geheel onschadelgk «Johanna is niet gebocheld 1" «Nu, dan is zg scheef en zij hinkt! Er bestaat in ieder geval geen gevaar, dat zg den ooievaar tot hof leverancier zal benoemen «Vergis je maar nietMen heeft voorbeelden Driftig stampte Rndiger met den voet op den grond «Zeur toch niet eeuwigIk kan het toch niet helpen 1 Die vervloekte kerel mag voor rngn part naar den dnivel loopen, als hg onzen jongen nog een erlge- naam voor den nens zet «De duivel scbgnt geen trek in hem te nebben, anders had hg hem al wel reeds lang den nek omgedraaid Rndiger om 's hemels wil ik bezweer je wat moet er van ons worden als Wnlff-Dietrich de erfenis ook nog verliest Als er op Niedeck een zoon geboren wordt, dan zgn wij ook al ons crediet kwgt!" Als een tgger in zgn hok, schreed de graaf de kamer op en neer. Zenuwachtig beet hg op de ponten van zgn snorbaard, terwgl zgn gelaat granw-groen zag. «Ja, wat zal er dan van ons worden zeide hg op doöen toon. Wordt vervolgd.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1899 | | pagina 6