Nederland. Veiling van vaste goederen, Stadsberichten. Ingezonden Stukken. I BURGERLIJKE STAND. 4TJKH. Den 19 werd aan de »N. R. Ct." geseind dat op 16 dezer luitenant Smelt in de nabijheid van Tjaleuë levensgevaarlijk is gewond. (Tjaleuë ligt in de VIII Moekims Sama Indra en Lho Kadjoe van Pedir.) Ook „Het N. v. d. D." ontving een telegram mel dende, dat luitenant Smelt gesneuveld is. (De le luitenant B. C. M. Smelt werd in Juli 1893 tot officier benoemd; 17 Juli 1896 volgde zyn bevorde ring tot le luitenant. In bet regeeringstelegram werd melding gemaakt van de levensgevaarlijke verwonding van een officier.) Laatste Berichten. Uit het Britsche Uagerhuis. LONDEN 19 Mei. In het Lagerhuis deelde minister Chamberlain mede dat president Kruger tot den Britschen agent te Pretoria de opmerking maakte dat er geen bewijs bestaat dat de gevangen genomen samenzweerders Britsche officieren zijn in geen geval zou geduld worden dat het incident de vriendschappelijke betrekkingen zou verstoren. Verder deelde de minister mede dat de voorzitter van den South African League" openljjk in den naam van den bond elke rechtstreeksche of indirecte verbinding met het aanwerven van personen voor welk doel ook in eenige staat of kolonie heeft ontkend. Het Huis is heden tot 31 Mei uiteengegaan. Engeland en Transvaal. PRETORIA 19 Mei. Officieel wordt bekend gemaakt dat president Kruger naar Bloemfontein gaatvergezeld door het lid van den Uitvoerenden Raad Wolmarans en den staatsprocureur mr. Smuts. Het Volksraadbesluitwaarbjj het kiesrecht wordt onttrokken aan de burgers wien dit recht wegens bewezen diensten tijdens don inval van Jameson was toegekend heelt een slechten indruk gemaakt. Waarschijnlijk zal getracht worden de zaak nogmaals in behandeling te nemen. Oudkarspel blijft het voortdurend rustig, zijn een paar Rijksveldwachters naar hunne Te Wederom I haardsteden teruggekeerd. De heer H. begeolt zich tegen woordig zonder politiebegeleiding nuar de school. Dinsdag is door het Openbaar Ministerie bij de recht bank te Alkmaar 8 maanden gevangenisstraf geëischt tegen zekeren K., die beschuldigd wordt handtastelijkheden te° hebben gepleegd bjj de onlangs voorgevallen onge regeldheden. Hofberichten. Naar gemeld wordt, worden do Koninginnen Don derdag 25 dezer op het Loo verwacht. H.M. de Koningin zal a.s. Woensdag, des avonds 91/, uur, ten Hove een soirée in gala geven ter eere van alle gedelegeerden van de Vredes-conlerentie. Er zullen 500 uitnoodiging6n voor deze partij, welke in de groote bal zaal plaats heeft, gedaan worden. Het bezoek der Koningin aan Rotterdam is thano vastgesteld op Vrijdag 9 Juni. Bergen. Bij het jaarlijksche »deelbrood", den 17 gehouden, werd aan 260 kinderen een brood uitgereikt. Uit de rekening over het vorige jaar blykt, dat do Spaarbank alhier aan hare inleggers verschuldigd is een bedrag van 10808,76. Het reservefonds is gestegen tot 2343,474, terwijl thans 3 percent rente wordt uitge keerd. De beer J. Franckeu is herbenoemd als commis saris-secretaris. Oostgraftdijk. Tot onderwijzeres aan de openbare lagere school alhier is benoemd inej. A. Kreijger, te Oudesluis. Met de benoemde was op de voordracht ge plaatst mej. T. C. Dekker, te Oosterblokker. AlkaiaarBergen. Zondag, den 21, neemt weder de tram-omnibus- dienst AlkmaarBergen een aanvang. Men zal zeker met genoegen vernemen, dat bet tarief is verlaagd en dit voorloopig is vastgesteld op 15 cents per persoon, enkele reis. De omnibussen rijden af bij het Café »de Nachtegaal." door den Notaris M. GOUVERNE, op 17 Mei 1899. Van perceelen te Alkmaar 1. Huis, Clarissebuurt, hoek Vrouwenstraat, no. 22, 46 centiaren. Strijkgeld W. Burger J 1475, 2. Bouwterrein, Achterweg bij de Vier Staten, 527 centiaren. a. Noordelijke helft groot pl.m. 264 cent. Strijkgeld K. Hos 300, b. Zuidelijke helft groot pl. m. 263 cent. Strijkgeld K. Hos 300, 3. Bouwterrein, naast percoel 2, groot 222 centiaren. Strijkgeld F. H. van den Brink 270, 4. Pakhuis, Laat no. 195, 57 centiaren. Strijkgeld F. Rens 1000, Afslag heeft plaats op Woensdag 24 Mei 1899, 's avonds ten 7 ure, in het Café Lievendag. Men verzoekt ons mede te deelen dat in de kerk der evang. luthersche gemeente op zondag den 21 geen zondagschool gehouden kan worden. Muziekuitvoering Sterfelijk Muziekkorps. Door het Stedelijk Muziekkorps zullen op zondag den 21 des avonds B1'i uren in den Stadshout de navolgende stukken worden uitgevoerd 1. »Les gaies Lurons'' pas redoublé 2. Ouvertur zur Oper »Die Felsenmühle zu Estalières" 3. Entre-acte Gavotte" 4. Mosaïque sur des motifs de l'opéra »La Mascotte" 5. »Schlittenfahrt", polca de concert 6. Concert-Ouverture opus 44 7. Fantaisie op motieven uit de opera »Don Carlos" 8. Lustige Brüder" Concert-Walzer 9. «Aiilitiir und Civil" Humoristischer Potpourri v. L. Langlois. C. G. Reissiger. E. Gillet. Audran. Zikoff. Z.W.Kalliwoda. G. Verdi. Rob. Vollstedt. Titze. ONDERTROUWD. 18 Mei. Johan Korver en Agatha Catharina Kueter. Pieter Nol, gescheiden echtgen. van Cornelia Maria Snijders en Grietje Burgering. Willem Frederik Vreijbloedt, alhier en Antje Zeeman, te Koedijk, onlangs alhier. 19 Mei. Jacob Ploeger, alhier en Neeltje Kleiü, te Koedijk, onlangs alhier. Willem Piersma, alhier en Jacoba Elisabeth Mantel, te Enkhuizen, onl. te Bovoncarspel. GEBOREN. 17 Mei. Gei ritje Geertruida, d. van Dirk Schouten en Maria Bood. Cornelia, z. van Lodewijk Gilles en Anna Elizabeth Thoes. 18 Josephus Petrus Nicolaas Cornelis, z. van Jacob Mans en Sophia Margaretha Gottmer. 19 Arie, z. van George Hondrikus Abraham Schot en Geertruida Stierman. 20 Antonius Wilhelmus, z. van Arie Korver en Anna Catharina Corver. OVERLEDEN. 19 Mei. Maria Anthonia Clasina Paleari echtgen. van Bernard Joseph Hilbers, 39 j. enbyna9m. Maandag, 2en I»lnkstcrd»g,'8 middags van 12—1 ure gelegenheid tol aangiften hij den Burger lijken Stand. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van Alkmaar brengen ter openbare kennis, dat de Steencnbrug voor liet verkeer te water wederom ls open gesteld. Burgemeester en Wethouders voornoemd, Alkmaar, A. MACLAINE PONT, Voorz. 20 Mei 1899. O. D. DONATH, Secretaris. Maandagden 22 's morgens 8 uur. 1.a. Koraal. b. Kriegsmarsch der Priester aus »Athalia"v- 2. a. Largo b. Lied ohne Worte, opus 19 Nr. 2 3. »De HeemTen verhalen de macht des Heeren", koor uit de Schepping 4. a. «Serenade" b. «Das Bild der Rose", lied 5. a. «Aubade printanière" b. «Der Engel' lied 6. a. «La fete triomphale", fantaisie b. Finale. De barometerstand alhier was des morgens te 8 aur als volgt: den 19: 763.8; den 20: 156. Bad- en Zweminrichting. Blijkens achterstaande advertentie zal de bad- en zweminrichting, aan het Zeglis, alhier, worden geopend, zoodia de temperatuur van het water dit toelaat. V ij maken belanghebbenden opmerkzaam, dat abonnements kaarten, geldig gedurende bet geheele zwem-seizoen, in dien z y vóór 1 Juni genomen worden, f 3.50 kosten. Na dien tijd genomen, heeft men f 4.50 te betalen. Mendelssohn. Hündel. Mendelssohn. Jos. Haydn. Ch. Gounod. Reichardt. P. la Combe. G. Braga. G. J. v. Dam. He zedelijke opvoeding In onze Rijks gestichten voor jongens. Wanneer men het voorrecht heeft te wonen in de nabijheid van zoodanig gesticht en gednrig een groot deel der bevolking ervan voorby ziet marcheeren, geregeld des Zondags naar of uit de kerk komende, soms ook als een wandeling het doel is van de verschijning op straat dan kan het niet anders of de belangstel ling die men reeds voor deze ongelukkige:! koesterde, groeit aan en men kan ten slotte niet nalaten over het lot van deze opvoedelingen des Rijks na te denkon. Zoo althans is het mij gegaan. En telkens als ik mij er niet aan onttrekken kan om deze jonge menschen tot het onderwerp mijner beschou wingen te maken, eindig ik met bedenkingon en grieven tegen de inrichting, waar zij heeten to worden opgevoed onderwezen en opgeleid tot een ambacht. Steeds kom ik tot de conclusie, dat de machthebbenden, die deze gestich ten aldus in 't leven riepen en onderhouden, een zeer gebrekkig werk hebben geleverd. Tot recht verstand dienedat ik de paedagogische waarde, waaraan hier het meeste gewicht moet worden gehecht, op het oog heb. Niet de lichamelijke, doch alleen de zedelyke opvoeding wordt door mij in de weeg schaal gelegd bij hetgeen hier volgt. Deze toch moet zeer zwaar wegen en nu mag men ten opzichte eener inrichting, door den Staat daargesteld tot opvoeding van jeugdige personen, zeker hooge eischeu stellen. Niemand toch heeft te beschikken over zooveel middelen en zulke krachten, waarmee iets goeds tot stand te brengen is. Bij eenige nadere kennismaking ziet men echter al heel spoedig iD, dat men zich deerlijk heeft misrekend, en dat deze gestichten met hnn fraaieu naam blijven ver beneden de matigst gestelde paedagogische eischen. Ze knnnen geen resultaten van belang opleveren, omdat het stelsel verkeerd is. Deze overtuiging dagteekent niet van gisteren, maar is sedert lang bij mij gevestigd, en dankt dus haar ont staan niet aan de onlangs te dezer stede gehouden mee ting. Wel gaf hetgeen omtrent deze zaak onlangs in dit blad voorkwam, mij aanleiding om in korte trekken aan te geven, wat, naar mijne meening, in dit stelsel van opvoeding in de eerste plaats moet veroordeeld worden. Er is echter zooveel, dat men haast verlegen staat waar mee te beginnen. De ergste font schijnt mij altijd te zijn de bijeenvoe ging van dit groot getal knapen van zoo verschillenden leeftijd. Bij de reorganisatie van het onderwys aan de Kon, Mil. Akademio te Breda werd eene scheiding gemaakt tnsschen de ondore en jongere cadetten. Men was tot de ervaring gekomen, dat hnn bijeenzyn moreel zeer slecht werkte, en de jongste twee studiejaren werden naar Alkmaar verplaatst. Nu hebben we slechts deze vraag te doen. Als dat samenzijn bij weionderwezen, welopgevoede jongelui uit de beschaafdste kringen zoo verderfelijk was, hoe zal het dan gaan met jongens, die meerendeels slecht of in 't geheel niet onderwezen zijn, geen of verkeerde opvoeders hadden, en voortkomen uit de laagste kringen onzer samenleving, jongens, allen behebt met allerlei ondeugden en slechte neigingen, de een meer de ander minder, maar toch allen Dat dit niet goed kan gaan is zóó duidelijk, dat verdere bespreking geheel overbodig is te achten. Een ander groot bezwaar, mede een beletsel voor het bekomen van eenig beduidend resultaat, is de opeen- hoopiug van zooveel onreinheid en verdorvenheid, zoo niteenloopend van vorm en van aard, zoo onderscheiden ook nog in graad, maar alles in dagelijkschen omgang op elkiar inwerkende. Bij het bedrijven der feiten, die hen voor den rechter brachten, werden deze knapen geacht te hebben gehandeld zonder oordeel des onderscheids. Bij hnn opname, in officiëele stukken ook wel «binnenslniting" genoemd, waren 't dos allen kinderen, maar velen konden reeds volwassen heeten in het kwaad. Velen, doch niet allen, en dat juist maakt hun bijeeuplaatsing tot een daad, die niet te verantwoorden valt. Een deel, een goed deel zeker, is besmet met het vuil der groote steden, draagt kennis van de gemeenheid, van het laagste, waartoe menschen komen knnnen. Ande ren, afkomstig van het land, hebben wel is waar ver keerde neigingen getoond, doch moeten tegen aver de eersten nog naïef genoemd worden. Er zijn er, wier hoofdgebrek bestaat in het niet recht de grens kunnen vatten tnsschen het mijn en dijn, doch overigens niet kwaad en zeer handelbaar en geschikt worden bevonden. Deze vinden hier plaats naast boosaardige naturen, here ditair belast, onverbeterlijk en voorbeschikt tot plegen misdaden. Goedige Bullen zullen er ook zijn, die kwaad deden doordat ze in verkeerd gezelschap kwamen, zwak en volgzaam van aard, ook wel het goede willen, indien ze maar anders geleid worden. Dan heeft men het type van den glniper, den gniepige die huichelt en den kat in 't donker knijpt, in tegenstelling met den driftige, den dolkop, die opstuift, zich verzet, maar overigens open en rondborstig is van aard, terwijl de slimme sin we deugniet sanengaat met den hal ven idioot. Zoo brengt elk individu zijn eigen aard en tot kwaal geworden ondeugd meö, meestal zeer aanstekelijk en ge vaarlijk voor zijne omgeving, kwalen die op zich zelf bestudeerd moeten worden om de juiste geneesmethode te knnnen vaststellen en toepassen. Karaktervorming, het doel der zedelijke opvoeding, vordert dikwijls een groot opvoedkundig talent. Hier nu moet niet alleen gevormd doch ook vervormd worden, wat nog oneindig mooie- lijker is. Toch plaatst men liofst een paarhonderd kinde ren en jongelingen van dit slag bijeen I Die in ernst meent, dat met zulk een stelsel iets van belang valt te bereiken, moet wel vreemde begrippen over opvoeding de zijne noemen. Dressuur kan het heeten, en anders niet. Roede en plak, figuurlijk gespro ken, en veel erger tuchtmiddelen nog, die wrok en ver bittering kweeken, moeten hier dienst doen. Gold het een particnliere inrichting, men zou het eenvoudig brutaal vinden zoo men hier van opvoeding en opvoedelingen durfde spreken. Al beBtond het geheele personeel, do bewaarders incluis, nit degelijke ervaren opvoedkundigen, dan nog zou de zedelijke opvoeding scbipbrenk moeten lijden. Dat men ook in den Haag dit heeft ingezien, blijkt wel hieinit, dat zelfs aan het hoofd van het gesticht geen paedago gische eischen zijn gesteld iets wat voor elk ander opvoed i n g s gesticht al heel wonderlijk zou heeten. Deze inrichtingen hebben voorts al te veel overeen komst mot een gevangenis. De opneming, «binnenslniting", is dan ook voor nagenoeg allen een ontzettend zware straf, al moge men beweren, dat deze kinderen geen straf ondergaan omdat ze geen vonnis hebben, niet veroor deeld zijn. Dat is Blechts een vorm op 't papier. Feite lijk toch worden ze geheel buiten de maatschappij geplaatstvan hnn vrijheid beroofd gedurende eenige jaren lang. Geef daar nn oen anderen naam aan zoo ge wilt, een straf blijft het niettemin, een harde maatregel, die mij alleen voor de ergsten hunner gerechtvaardigd toeschijnt. Het karakter van straf komt nog meer nit, wanneer we bedenken dat de rechter dan tijd bepaalt gedurende welken elke jongen in het gesticht zal ver blijven. Meestal is dit tot den 18-jarigen leeftijd, de grens door de Wet aangegeven. Zoo wordt dan maar van te voren uitgemaakt binnen welken tijd ds zedelijke opvoeding voltooid zal zyn, den datum bepaald, waarop de jongeling zijn ambacht genoegzaam verstaan zal om zijn brood te knnnen verdienen, terwijl zijn geschiktheid om in de maatschappij, waaraan hij gehoel ontwend is, terug te keeren, dan meteen vaststaat. Is 't niet kras Met de mee3t strenge tuchtmiddelen zijn nog de erger lijkste feiten niet te voorkomen. Personen die deze gestichten overigens goed gezind zijn en in bescherming trachten te nemen spreken het niet tegen, geven het toe dat daar in de hoogste mate onzedelijkheid wordt bedreven en men geen middelen kent om dit tegen te gaan of te betengelen. Wie er nu maar eenigszins mee bekend is, welke treu rige gevolgen dit heeftzal reeds hierin oen hinderpaal zien voor het slagen van de moeite aan deze opvoedelingen besteed. Znlke knapen toch worden zoowat voor alles ongeschikt onvatbaar. Leeren is hnn een kwelling en voor den onderwijzer zijn ze een maiteling. De verwoestende in vloed die deze gewoonte heeft op het lichaam maar vooral op den geestduurt dikwijls tot in lateron leef tijd voortzoodat herstel onmogelijk wordt en het individu op ellendige wijze te gronde gaat. De erkenningdat men tegenover dit groote kwaad machteloos staat is een reden te meer om over de Rijks opvoedingsgestichten een ongunstig oordeel uit te spreken. Het onderwerp is rijk aan stof en men zon er nog tal van kolommen mee knnnen vullen maar de Alk- maarsche Courant is geen vakblad, zoodat we ons tot het bovenstaande moeten beperken. Het doel was dan ook alleen aan te toon en dat de zedelyke opvoeding in gestichten op deze wijze ingerichtniet tot zyn recht kan komen en dat men

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1899 | | pagina 2