liet oprichten van een abattoir.
Buitenland.
Nederland.
van een slecht burgemeester bij de burgerjj te hebben.
Die woorden uit den mond van een man als Vening
Meinesz klonken zoo droevig, zelfs wanhopig, dat geen
der Raadsleden 't meer waagde over deze zaak nog een
woord te spreken zonder eenig verzet werd inderdaad
het adres voor kennisgeving aangenomen.
Aan wien zal van al onze scherpzinnige juristen de
nobele rol te beurt vallen om den A msterdamscben Bur
gemeester van dezen conscientie-last te bevrijden. Mr.
Caroli stelt daartoe pogingen in het werk en men weet,
hem is al eens meer in den Raad iets gelukt, wat aan
anderen onmogelijk toescheen. In een ingezonden stuk in
het Hbl. heeft hij meegedeeld, dat bij hem een poging
om door wijziging en aanvulling der politie-verordening
het kwaad te betengelen, in overweging is en dat hij
binnen een niet al te langen tijd een voordracht aan
'sRaads oordeel hoopt te onderwerpen. Wij zijn nu in
gespannen verwachting van de nakoming dezer belofte
't zou een welverdiend succes voor dit ijverig Raadslid
zijn ah hij iets had weten te vinden, dat ook in de oogen
van den Burgemeester doeltreffend en geoorloofd is.
Met de indiening van zijn voorstel moet hg echter nog
maar een paar weken wachten. Het historische gezegde
van den voorzitter van »De Grondwet, dat 's zomers het
intellect uit de stad is, geldt ook nu weer de hitte
der laatste dayen heeft iedereen op de vlucht gedreven,
die maar even in staat is om de stad te verlaten. Amsterdam
doet zich nu op zijn ongunstigt voor, wat niet wegneemt,
dat or juist thans veel vreemdelingen, voornamelijk
Engelschen en Amerikanen, zijn, die in hun Baedeker
aanteekenen, dat de veelgehoorde bewering, als zon 't
in Holland vochtig en koud zijn, een boosaardig verzinsel is.
Een ander ding is er echter, waarbij hun verstand stil
staat. Bij al hun uitstapjes slaan zij de handen in elkaar
over het vele water van Noord-Holland, waarvan de stad
zelve trouwens ook lang niet misdeeld is, d, w. z. de
grachten, maar den menschen wordt 't bij mondjesmaat
toegemeten. Dezer dagen hoorden wij op een tocht naar
Marken nog twee Engelschen over het onderwerp hun
critische opmerkingen maken zij vonden 't bespottelijk,
dat er te Amsterdam water-nood bestaat, wftar men in
den naasten omtrek eer watersnood zou meenen te moeten
duchten. Met-dat-al zijn de bewoners van bovenhuizen
er maar treurig aan toe. 's Morgens in de vroegte loopt
de kraan heel zeurig, maar dan is 't verder den geheelen
dag uit. Er moet dan van beneden water naar boven ge
zeuld worden en als dat den heelen dag staat wordt 't
lauw en onsmakelijk, 't Wordt werkelijk tijd, dat hierin
eens verbetering komt de stad zou en moest het
duinwater exploiteeren, maar nu zij het zoover gedreven
heeft, brengt zij de theorie in toepassing, dat zwijgen
de beste beantwoording is van mopperen. »Het drink
water op de bovenhuizen" dat zou een prachtige
verkiezingsleuze geweest zijn en een strooibiljet, waarin
van een candidaat werd verzekerd, dat hij die lenze in
den Raad zou doen weerklinken, zou stellig de kosten
van het drukken en het papier honderdvoud hebben
teruggegeven.
Hoe warm 't ook is, toch zijn er alweer verschillende
feiten, die aan den winter doen denken. Allerlei vereeni-
gingen tot beschaving en ontwikkeling gebruiken de
zomerrust om de wintercampagne goed voor te bereiden,
en werd er in den afgeloopen winter wel eens geklaagd
niet alleen door verslaggevers, maar ook door gewone
menschen dat 't haast niet te doen was om alles ge
regeld bij te houden, zooveel kan nu reeds voorspeld
worden, dat 't in den komenden winter zeker niet kalmer
zal zijn. Er komt nu ook nog bij eeu opleidingsinrichting
voor socialen arbeidwaar overdag lessen en 's avonds
voordrachten worden gehouden. De lessen zullen worden
gegeven in »Ons Huis", behalve die in staathuishoud
kunde en sociologie door Prof. M. W. F. Treub, die
daarvoor zijne colleges aan de Universiteit dienstbaar
maakt. De andere vakken en docenten zijnStaats
inrichting door mr. A. Slotemaker H.Lzn., Hygiène
door dr. J. W. Jenny Weijerman, Armverzorging door
mr. Ph. Falkenburghet Woningvraagstuk door mej.
L. Went en Zorg voor kinderen, die van hun natuurlijke
opvoeders verstoken of aan dezen onttrokken zijn, door
dr. J. H. Gunning te Utrecht. De voordrachten worden
Maandag- en Vrijdagavond gehouden en wel door mr.
i)
Rapport der commissie van onderzoek
naar eenige in werking zijnde slachthui
zen in het buitenland.
Alkmaar, 3 Juli 1899
De commissiebenoemd in uwe vergadering van 6
April j.l. om een persoonlijk onderzoek in te stellen naar
eenige in werking zijnde openbare slachthuizen in het
buitenland en van hare bevinding verslag uit te brengen,
heeft de eer het volgende te rapporteeren
Reeds uit het rapport van het verhandelde in de Sec
tiën over het voorstel van B. en W. tot oprichting van
een openbaar slachthuis te Alkmaar zie (bijlage 36 jaar
gang 1899 en bijlagen Nos. 48 en 126 van 1898) bleek,
dat ten slotte voor zeer vele leden de kostenvruag den
doorslag zoude geven.
Eene vraag die zoowel ten opzichte der oprichtings
kosten als der exploitatiekosten van het grootste gewicht
is, luidt: zal bij het openbaar slachthuis eventueel een
koelhuis worden opgericht
Een koelhuis maakt als zoodanig geen onafsche'delijk
deel van het slachthuis uit. Want waar met de oprich
ting van een slachthuis hoofdzakelijk bedoeld wordt, ver
betering te brengen in de hygiënische toestanden der ge
meente, beoogt het koelhuis in hoofdzaak het vleesch, het
welk niet terstond verbruikt wordt, te bewaren. Een groot
hygiënisch voordeel is aan een koelhuis niet verbonden.
Van de 713 bestaande slachthuizen in Duitschland
bezitten er slechts 220 koelhuizen. Hierbij moet echter
in aanmerking genomen worden, dat in den beginne bij
het oprichten van slachthuizen geeue koelhuizen gebouwd
werden maar bovendien hebben sedert vele steden er
koelhuizen bijgebouwd, zooals ons persoonlijk gebleken is.
De commissie had dus in de eerste plaats te onderzoeken
welken invloed de stichting van een koelhuis ten opzichte
van de oprichtings- als exploitatiekos.en zoude hebben.
Uitgaande van het op bl. 16 (bijlage no. 126 jg. 1898)
A. Kerdijk over Toynbeewerk, door P. L. Tak over de
Geschiedenis van het Socialisme, door mr.'G. M. den Tex
over de Drankquaestie, door mr. Ph. Falkenburg over
de Beteekenis van de voornaamste bedrjjven voor den
nationalen arbeid en voor de arbeiders, door mr. H. L.
Drucker over de Arbeidswetgeving, door mr. M. G. J.
Boissevain over de Criminaliteit der jeugd, door mr. J.
van Schevichaven over Spaarbank- en Verzekeringswezen
en door H. Spiekman over Vakvereenigingen. Een schat
van wijsheid is hier dus te bekomen. Maar of er velen
zullen zijn, die tegen f 150 zich zullen laten inschrijven
voor alle lessen, voordrachten en practische vorming is
een andere vraag men mag wel stalen hersenen hebben
om dat alles in één winter op te nemen en te verwerken.
Een eigenaardigheid van deze schooi, waaraan zooveel
sociologen hun naam geven, is nog, dat een dame, mej.
E. Boissevain, daarvan directrice is men moet zich
wel heel sterk gevoelen om zulk een taak te durven aan
vaarden.
Behalve al deze interessante onderwerpen wordon in
»Uns Huis ook nog de gewone cursusseu gehouden,
zooals in Natuurkunde door S. van Dissel, over de geo
graphic van Nederlaudsch-Indië door Prof. Dr. M. C.
Ivan, over do Nederlandsche Schilderschool der 17e eeuw
door Theo C. Simons, over de voornaamste landen van
Europa enz. enz. Dan komen er de leerrijke avonden
van de vereeniging »Samenwerking" in het gebouw »De
Eenheid", van Volksontwikkeling" in dGeelvinck, van
«Handwerkers Vriendenkring", van het Socialistisch Lees
gezelschap, van de Theosofen, van «Ons Huis buiten de
Muiderpoort" dat alles geeft den journalist een gevoel,
alsof de thermometer nog 20 graden hooger staat dan
werkeljjk het geval is.
In Buurt YY zal nu ook een „Ons Huis" komen.
Een circulaire is verspreid, waarin het plan wordt uit
eengezet en financieele steun gevraagd. In deze buurt,
waar zooveel jongelui niet hun huis, maar alleen hun
tijdelijk nachtverblijf hebben, eu waar het pad der zonde
zoo glad getreden is, kan een stichting, die nu nog on
schuldige jongens en meisjes van de straat houdt, zeker
veel goed doen.
FUAAKHIJK. Bleef het den 14 te Parijs,
gelijk wij meldden, zeer kalm, te Cherbourg, een van
Frankrijke grootste oorlogshavens, hebben vrij ernstige
opstootjes plaats gehad. Des avonds na het vuurwerk
zijn door een groot aantal zeesoldaten baldadigheden
begaun, waarbjj zij de politie mishaudelden. Er werden
60 soldaten in hechtenis genomen, doch de gevangenen
maakten oproer en de troepen moesten tnsschen beiden
komen.
Den geheelen nacht is het onrustig gelieven en moesten
de troepen in het geweer blijven. Er zijn talrijke arres
taties gedaan. De soldaten der marine-infanterie liepen
voor het politiebureau te hoop en eischten de invrijheids-
stelling van hun kameraden. De ruiten en deuren werden
ingeslagen. Een burger liep daarbij een bajonet-steek in
den onderarm op.
Ook te Rennes was het rumoerig, ofschoon in veel
mindere mate. Een aantal jongelieden, zoons van win
keliers enz., hebben gemanifesteerd, niet alleen ter eere
van het leger, maar in het bijzonder van kolonel Saxcé
en tegen de Joden. Ook hebben zij ruiten ingeworpen
bij een Dreyfus wèlgezinden hoogleeraar Basch. Er
werden ook andere kreten vernomen, als»Weg met
de kwajongens Weg met de ezelskoppen 1" Een twintigtal
bereden gendarmes dreven de schreeuwers uiteen eu en
kelen werden opgebracht.
De Regeering heeft een paar der maires die ge
weigerd hebben het vonnis van het Hof van Cassatie
inzake de Dreyfus-revisie te doen aanplakken, van hun
ambten ontheven.
De «Petit Bleu" laat zich uit Parijs melden, dat
het er in de socialistische Kamergroep niet rooskleurig
uitziet. De fractie Guesde-Zevaes-Vaillant blijft zeer
ontstemd over de aanwezigheid van hun kameraad Mil-
lerand in het kabinet en de houding van Jaurès in de
zaak-Dreyfus. De reactionaire republikeinen van de groep
opgogevene veraecijnsde slachtgewicht van 896000 K.G.
en aannemende dat er per week in hoofdzaak gedurende
twee dagen geslacht wordt zoo zoude men op eiken
dag 896000/100—8960 K.g. vleesch moeten kunnen bergen
en, er rekening mede houdende, dat van de vorige maal
nog tli aanwezig zoude kunnen zijn, dit verhoogen tot
op 11200 K.G. Daïr meu op eiken vierk. Meter nuttige
ruimte 150 K. G. vletsch kan bergen, zoude men 75
vierk. Meter nuttige ruimte noodig hebben rekent men
hierbij voor de gangen nog '/3 der nuttige ruimte, dan
komt men tot eene totale oppervlakte van 100 vierk. Meter.
De stichtingskosten van een dergelijk koelhuis zouden,
afgescheiden van den benoodigden grond, het volgende
kosten
a. kosten van gebouw, inrichting der koelcellen,
machine en ketelbuis met fundamenten f 18000
h. stoomketel, stoommachine, koelmachine (acht
tienduizend cal), koelapparaat, ventilator, trans
missiewerk, stoom-water-luchtleiding en mon
tage f 15600
f 336U0
De exploitatie-rekening hiervan zoude ongeveer de
volgende zjjn
a. Personeel. Hiervoor behoeft niets meer uit
getrokken te worden, dan bet meerdere trac-
tement dat men nu betaleu moet voor een
machinistterwijl men zonder koelhuis met
een stoker in het abattoir zoude kunnen vol
staan f 200
b. Steenkolen. 180 Dagen voor eene stoommachine
van 15 paardekracht, zonder condensatie, daar
de afgewerkte stoom gebruikt wordt voor het
benoodigde warme water in het slachthuis.
Stoomverbruik 16 K.G. stoom per indicateur-
paardekracht en per uurmaakt 260 K.G.
stoom per uur. Indien 1 K.G. kolen 7 K.G.
stoom levert, zoo heeft men noodig aan kolen
260X12/7=450of incl. het opstoken 500
Transporteere f 200
Méline hebben reeds verheugd uitgerekend, dat deze ont
stemming bij de heropening der Kamerzitting het mi
nisterie Waldeck-Rousseau minstens twintig stemmen zal
kosten hetgeen voldoende zou zijn het ministerie te
laten vallen.
IPA5IJB. De crisis wordt steeds dreigender. Uit
naam van de Regeering heeft minister-president Silvela
aan de oppositiepartijen eeu overeenkomst voorgesteld
die reeds in beginsel is aangenomen. Daarbij wordt bepaald
dat de vorige begrooting voorloopig van kracht blijft en
de oorlogsbelasting wordt afgeschaft. De Cortes zullen
van de financieele wetten slechts de regeling der schuld
goedkouren en daarna Dinsdag uiteengaan.
Echter moet in den boezem van het ministerie diep
gaande oneenigheid heerschen. De meeste ministers
zouden het met de voorgestelde overeenkomst niet eena
zijn, zoodat een ministerieels crisis onvermijdelijk schijnt.
De Regentes heeft de reis naar San Sebastiaan uitgesteld,
totdat de toestand weder normaal is.
Te Barcelona zijn den 16 op vier verschillende
plaatsen in de stad bommen gesprongen, die echter geen
schade veroorzaakten. De onrust is zeer groot. De
daders zijn onbekend.
Het getal stakers te Bilbao is reeds tot 10,000
gestegen. De straten worden door troepen bezet. Bilbao
geldt voor een gevaarlijk Carlistisch wespennest en de
regeering wil met krachtige maatregelen zooveel mogelijk
elke ongeregeldheid voorkomen.
VBRBBAIUDB 8TATM1V. Nog steeds luiden de
berichten omtrent den gezondheidstoestand der troepen
op de Philippijnen uiterst ongunstig. In verschillende
kwartieren op Luzon zijn maar 200 vrijwilligers beschik
baar voor dagelijksche wachtdiensten. De geregelde troe
pen houden zich beter dan de vrijwilligers, maar de
hospitalen zijn overvol en de geneeskundige dienst is in
dezen tijd op de Philippijnen zwaarder dan eenige andere
dienst.
Generaal Otis heeft 2500 paarden gevraagd, ten
einde een brigade cavalerie op de Philippijnen te kunnen
organiseeren welke na het regenseizoen zou moeten
optreden.
De admiraal Dewey, de held van Cavite, wordt
den 19 dezer aan boord van den oorlogsbodem, Olympia,
over Port Said van de Philippijnen komende, te Triest
verwacht.
DJambl.
Aan de »N. R. Ct." werd den 15 uit Batavia
geseind
Vijfhonderd Djambioeezen loopen stroopende het land
af. Het flottieljevaartuig »Edi" is van Palembang naar
Djambi vertrokken.
Iiaatste Berichten.
He Transvaalsche crisis.
LONDEN, 17 Juli. De onder-staatssecretaris van oor
log Wyndham zeide in het Lagerhuis
De drie batterijen welke nu op het punt staan scheep
te gaan naar Zuid-Afrikagaan om andere af te lossen
maar indien de omstandigheden het noodig maken, kun
nen de batterijen die nu in Zuid-Alrika zijn, daar ge
houden worden. In dat geval zouden de eerstbedoelde
drie batterijen versterkingen worden.
PRETORIA, 17 Juli. Men verneemt, dat als besluit
der voortgezette geheime zitting van de beide Volksraden
en den Uitvoerenden Raad welke heden is gehouden
belangrijke concessies in de richting van sir Alfred Mil-
ner's eischeu in gunstigen zin ziju aangenomen.
Door den Commissaris der Koningin in Aloord-
liolland zijn tot zetters voor 's Rijks directe belastingen
benoemd: te Beemster de heeren J. Koopman en P, Kramer;
te Bergen de heer W. Veenhujjzen te Buiksloot de heer
T. Mantel; te Graft de heer H. v. d. Meer; te Heerhugo-
waard de heer D. de Boer; te Wormer de heer J. T. F.
Randshuizen te Wijdewormer de heer J. Haan Dz., en
te Zwaag de heer C. Edel.
Transport f 200
d.i. 90000 K.G. kolen a f 100 fr. bergplaats 900
c. Olieverbruik, verpakkingsmateriaal en ammo
niak 300
d. Rente 31/2°/0 over f33600 1176
c. Aflossing en onderhoud 8°/0 over het bedrag
der machines d. i. f 15600 1248
3°/0 over het bedrag der gebouwen540
f 4364
In aanmerking nemende, dat men de slagers niet kan
verplichten tot het gebruik maken van het koelhuis, zoo
zal bij geringe deelneming van de zijde der slagers in
de eerste jaren althans het bedrag der exploitatiekosten
in de verste verte niet gedekt kunnen worden door huur
der koelcellen.
In sommige slachthuizen heelt men getracht die kos
ten te dekken
a. door hoogere slachtloonen te berekenen dan zonder
aanwezigheid van een koelhuis noodig zonde zijn tot
dekking der onkosten van het slachthuis.
b. door verschillende slachtloonen te heffen, ten 1ste ver
laagde slachtloonen van de slagers die van bet koel
huis gebruik maken, ten 2de hoogere slachtloonen van
hen, die niet van het koelhuis gebruik maken.
Beide middelen meent de commissie te moeten af keu
ren daar het niet billijk genoemd mag worden langs
indirecten weg van de slagers datgene te heffen, wat
men langs directen weg niet verkrijgen kan.
Een beter middel is ons inziens om aan het koelhuis
ijsfabrikatie te verbinden. Doch ook al levert die fabrikatie
een niet onaardig bedrag op, zoo zullen toch de onkosten
niet gedekt wo rden en het koelhuis als zoodanig een
deficit opleveren.
Dit deficit kan niet ten laste van het slachthuis komen,
doch zoude als belasting van de burgerij geheven moeten
worden.
Op den voorgrond stellende dat het slachthuis in
geen geval belastingverhooging voor de burgerij ten
gevolge mag hebben, adviseert de commissie het koelhuis