Aan Int Vols van Gut-Mails!
Nederland.
Groote Paardenmarkt
te AL KMA Alt
op Maandag 4 Sept. 18M.
Wjj Nederlandera, verwant aan U door een gemeen-
schnppelijken oorsprong door overeenkomst in geschie
denis en traditiën door gelijksoortige zeden en staats
instellingen ontleenen aan deze verwantschap, waarop
wij trotsch zijn de vrijmoedigheid om uitdrukking te
geven aan den onweêrstaanbaren aandrang van ons hart
en de diepe overtuiging van ons verstand, dat er bij velen
nwer een sterke neiging bestaat een schromelijk onrecht
te begaan jegens het volk der Znid-Afrikaansche Repu
bliek eene loot van onzen gemeenschappelijken Germaan-
schen stam een volk zwak in aantalmaar sterk door
de deugden welke door die Angelsaksers op den hoog-
sten prijs worden gesteldmoed onafhankelijkheidszin
zelfbewustheid en godsdienstzin.
Wij doen een beroep op uw dieper besef van recht
vaardigheid en edelmoedigheid, wanneer wij U toeroepen
Laat af van de pogingen, door sommigen uwer geld
mannen en staatslieden beproefd, om dit volk te belem
meren in de geleidelijke ontwikkeling van eigen aard en
aanleg en te onderwerpen aan uwen wil.
Laat af van het zoeken en aangrijpen van aanleidingen en
voorwendsels om U te mengen in zijne aangelegenheden,
omdat het deze op andere wijze regelt, dan U redelijk
en wenschelijk schijnt.
Laat overigens dit volk zich natuurlijk ontwikkelen,
zelf den geest des tijds ondergaan, die onvermijdelyk
voortdrijft op den weg van vooruitgang in stoffelijk en
geestelijk opzicht en elke gewoldaddige stoornis veroordeelt,
omdat zij de geleidelijke ontwikkeling veeleer vertraagt
dan bevordert.
Wij vragen u dit dringend, niet omdat eene andere
politiek leiden moet tot-geweld, bloedstorting, broeder
moord maar ook omdat daardoor het recht geschonden,
de naam van Britsche rechtvaardigheid geschandvlekt,
van Britsche scherpzinnigheid ondermijnd en die van
Britscho grootmoedigheid tot een spotternij gemaakt wordt.
Wij ontvangen van de Nederl. Zuid.-Afrik. Ver-
eeniging, dit manifest aan het engelsche volk, in zake
de noodlottige spanning in Zuid-Afrika en het oorlogs
gevaar dat de Zuid-Afrikaansche Republiek en de stam
verwante Hollandsche Afrikaners door de houding van
een deel van het vijandig gezinde engelsch ministerie
bedreigt.
Eene opwokking om door teekening van dit adres
daaraan kracht bytezetten, zal wel schier onnoodig zijn.
Waar de genoemde Vereeniging daartoe aanbiedt zulk
een warm gevoeld en kernachtig woord, zal men wij
twijfelen er niet aan er als van zelf toe gedroDgen
worden.
Er bestaat tot teekening gelegenheid op tweeërlei wijzen
óf men kan zich aan ons bureau vervoegen, öf men kan
bovenstaand adres uitknippen en na onderteekening op
de opengelaten witte ruimte aan ons opzenden. Wij
zorgen, dat vóór ld Augustus alle handteekeningen
komen in het bezit van de Zuid-Afrikaansche Vereeniging.
de deur en klopte aan met mijn stok. Zij was gesloten
en zag er even ongastvrij uit als het geheele gebouw.
Nadat ik eenigen tijd gewacht had werd de deur een
paar duim geopend en kwam het gelaat eener oude
vrouw in den kier te voorschijn.
»En wat verlungt u vroeg zij.
»Een slaapkamer voor van nacht", antwoordde ik.
»Kunt gij mij daaraan helpen
Argwanend zag zij eerst naar mij en toen naar mijn
camera.
»Gij schijnt een kunstenaar te zijnvermoed ik,"
sprak zij »zulk volk verlangen wij hier niet meer 1"
Zy wilde mij de deur voor den neus dichtslaan doch
ik zette er mijn voet tusschen.
»Ik ben gauw tevreden gesteld," zei ik »hebt gij
zelfs geen klein hoekje voor mij
»Het zou beter zijn wanneer gij u in het geheel niet
met ons bemoeidetantwoordde zij. »Ga naar Hack-
hnrstdaar kunt gij logeeren in de »Kroon."
»Daar kom ik juist van daan", merkte ik op. »Ik
zou geen mijl meer kunnen loopen."
«Wij wonschen geen gasten", vervolgde zijterwijl
ze mij strak in het gelaat keek. »Het zon voor u beter
zijn wanneer gij heergingt", herhaalde zij »ze zeggen
dat het hier spookt."
Ik begon te lachen.
»Gjj meent toch zeker niet, Uat ik daaraan geloof,"
vroeg ik.
Zij nam mij op van het hoofd tot de voeten. Haar
gelaat stond ernstig.
«Ik zal u precies zeggen wat het is," sprak zij na
een pauze. Er gebeurt iets in dit huis en geen levende
ziet weet wat het is want zij, die het gezien hebben
hebben het niet overleefd. Een goeie week geleden kwam
hier een jonge mijnheer. Hjj zag er ongeveer uit als u,
was flink gebouwd en verlangde ook een kamer. Ik
vertelde hem hetzelfde wat ik u vertel en mijn man
deed dat ook. Hij gaf er net zoo weinig om als u. Hij
sliep in de eenige kamer, welke wij voor de gasten o er
hebben en daar is hij gestorven.''
Van Rennes naar Parijs.
De «Figaro" geeft eiken dag des namiddags een bijzon
dere editie uit met het stenographisch verslag van de
zitting te Rennes.
Het blad heeft te Rennes 11 stenografen in dienst ge
steld. Zes daarvan hebben toegang tot de zitting, de vijf
anderen honden zich in een naburige zaal gereed. Wanneer
de zitting begint stenographeert één der stenografen bet
gesprokene alleen gedurende 5 minuten. Daarna verlaat
hij de zaal een der vijf wachtende stenografen neemt
direct zijn plaats in, terwijl een tweede stenograaf hem
in zijn taak aflost en dicteert in een naburige zaal
langzaam het neergeschrevene aan iemand die het met
een schrjjlmachine op papier brengt. Daar dit ongeveer
een half uur duurt zijn er steeds na verloop van
korten tijd 6 a 7 schrijfmachines in beweging. Een
viertal correctors nabij de sohrijfmachines zien de pro
ducten daarvan oogenblikkelijk na en punctuëeren en
teekenen letters bij waar zulks noodig is.
Van de correctors gaat de kopij naar de 4e groep van
personen, die behulpzaam zijn de porteurs kruiers
zouden wij zeggen, die het naar het telegraafbureau brengt.
Maar het telegraafbureau te Rennes was ook niet inge
richt voor zulk een uitbreiding van den dienst. Daarin
was echter voorzien gewordeu. Zes telegraafdraden waren
aan het gewone verkeer onttrokken en op een dier lijnen
had men aangebracht een sextuple telegraaftoestel van
Baudot, dat toelaat dat zes telegrammen tegelijk over
den eenen draad worden overgeseind, op 4 der lijnen
waren quadruple toestellen van Baudot aangebracht en op
de zesde een Hughes-toestel (waarbij het toestel zelf de
letters neerschrijft) zoodat over de 6 lijnen niet minder
dan 23 telegrammen tegelijk verzonden konden worden.
Van het telegraafbureau te Parijs naar het bureau
van den Figaro" werd de bestellersdienst gedaan door
10 wielrijders van de Veloce-Chasseurs, onder bevel van
een brigadier.
Aldus berekent de «Figaro" dat anderhall uur noodig
is om de woorden, door kolonel Jouaust of kapitein Dreyfus
te Rennes gesproken, te Parijs gezet te hebben.
Ken royaal menschenpaar.
Een Duitsche dame vermiste dezer dagen aan het
strand voor het «Kurhaus" te Scheveningen haar porte-
monnaie, inhoudende driehonderd vijltig gulden.
Waarschijnlijk had zij, bij de verwarring, welke de
opkomende vloed onder bet zittend publiek veroorzaakte,
het voorwerp in haar strandstoel laten liggen. Althans
een der strandknechten vond dit in een in zee afgedreven
stoel. Hij was reeds op weg om de portemonnaie aan
den badmeester ter hand te stellen toen de dame zelve
hem vroeg of hij ook iets had gevonden.
Nadat zij haar eigendomsrecht op het vermiste had
bewe?en, was zij zoo blijde het verlorene terug te hebben,
dat zij den stoelenknecht honierd gulden aanbood. Dit
vond de man echter te veel en hij aanvaardde daarop
viji-en twintig gulden.
Koolhandel.
Het »N. v. d. D." bevat het volgende bericht
Uit Sint Pancras schrijft men ons
Niettegenstaande het verzet van enkelen der groote
groentenhandelaren, is het den bouwers volkomen gelukt
om door publieke veiling hun roode kool te verkoopen.
Met uitzondering van enkele bouwers, die de vrees voor
den groolen koopman niet kunnen overwinnen, hebben
allen zich opnieuw verbonden om voorloopig tot 1 Sep
tember met het veilen door te gaan.
Er worden goede prijzen gemaakt, en ook de kleine
bouwer komt nu, wat anders niet bet geval was, even
goed van zijn kool af als de groote. De kleinere han
delaren en de schippers op Amsterdam zijn ook zeer in
genomen met den nieuwen maatiegel; zij kunnen nu ook
de beste kool koopen, welke vroeger, op bestelling ge
leverd, naar het buitenland ging.
Bijna verdronken.
In een kleine boot, voorzien van een sprietzeil,
maakten dezer dagen twee heeren, behoorende bij eene
Engelsche familie, die een zeiltocht door Friosland maakte,
een zeiltochtje op hat Slotermeer.
Ongelukkig sloeg door een ïukwind de boot om en
mmn'" nni - i-"i
«Waar stierf hij aan vroeg ik.
«Angst", was het antwoord, kort en bondig. Wenscht
gij hier nu nog te blijven ja of neen
«Ja, ik geloof aan geen spoken ik vraag alleen een
bed ik ben vast besloten hier te blijven."
De vrouw trok nu de deur geheel open.
«Ik heb u gewaarschuwd," riep zij uit. «Kom dan
maar binnen, als gij dat toch wilt."
Zy bracht mij naar do keuken, waar een klein vuur
in den haard gloorde.
«Ga zitten ik zal Bindloss laten roepen," zei ze. «Ik
kan u alleen beloven u slaapgelegenheid te zullen geven,
als Bindloss zulks goed vindt. Lize, kom eens hier I"
Vlugge stappen werden in de gang gehoord en het
lieve meisje, dat ik in de laan had gezien, trad binnen.
Haar blikken zochten m:jn gelaat, haar lippen bewogen
zich, alsof zjj iets wilde zeggen, maar geen geluid werd
gehoord.
«Ga Grootvader eens opzoeken," beval do oude vrouw.
«Zeg hem, dat er een heer is, die hier wil overnachten
en vraag hem wat ik doen moet.
Het meisje wierp mij een langen, beteekenisvollen blik
toe, draaide zich om en ging heen. Zoodra dit geschied
was, kwam de oude vrouw dichterbij en zag mij onder
zoekend aan.
«Het spijt mij, dat gij hier blijft," zei ze; «vergeet
niet, dat ik u gewaarschuwd heb en vergeet evenmin,
dat het hier eigenlijk in het geheel geen herberg is.
Vroeger was het een molen, doch dat was voor Bindloss'
tijd en den mijne. Er kwamen hier des zomers verschei-
done liefhebbers van visschen maar toen ontstond het
sprookje en sedert hebben wij hier i> na niemand meer
gezien zoo nu en dan een enkele dwaas, waarnaar
wij niet eens verlangden. Drie dooden hebben wij
hier gehad ja," zij stak drie barer magere vingers om
hoog, «drie tot nog toe. Daar komt Bindloss."
Een slepende stap werd in de gang gehoord, en
een man, door den ouderdom gebogen, en met een
langen sneeuwwitteu baard kwam het vertrek binuen.
«Wij hebben geen slaapgelegenheid voor vreemdelin-
geraakten de beide heeren te water. Zij wisten evenwel
op de boot te klimmen en werden zoo door een voorbij
varenden schipper gered, die hen te Sloten aan wal bracht.
Biljartwedstrijd.
In de «Amsterdamsche Sportbar", te Amsterdam,
heeft van 20 Augustus tot en met 16 September een
biljartwedstrijd plaats. Aangiften voor den korpswed
strijd vóór 17 Augustus aldaar.
Barslngerliorn. Door de afsluiting te Lutje
winkel, is de waterstand in deze gemeente dezen zomer
zeer laag. Zoo nu en dan had eenige waterverversching
plaats, door inlating uit den polder Schagenevenwel
blijft het water zoo slecht, dat de visch aan de opper
vlakte komt, en met de hand kan worden gegrepen.
Plotseling krankzinnig.
Den 9 werd te Schiedam iemand in het hotel «de
Visscherij" plotseling krankzinnig. Met een mes bedreigde
hij een ieder, die daar in de zaal was, zoodat onmid
dellijk de hulp der politie werd ingeroepen. Eenige
agenten wisten den man te ontwapenen en tot kalmte te
brengen, waarna de inmiddels ontboden geneesheer krank
zinnigheid constateerde en den patiënt naar het Ziekenhuis
liet transporteeron.
Te Volcndam heeft zekere D. Buijs op droevige
wijze het leven verloren. Hij was werkzaam bij den
aannemer van de havenwerken aldaar en had het ongeluk
van een bak te vallen, toen de haak uitgleed, waarmede
hij dien wilde afduwen. Hjj stortte in zeehij wist
eerst nog den bak te grijpen, doch geraakte nu bekneld
tusschen den stoombaggermolen en den bak.
Na een klein uur van hevig lijden is hij bezweken.
De oppassende man, 49 jaar oud, laat eene weduwe en
drie kinderen in zorgvolle omstandigheden achter. De
deelneming is algemeen.
Ken vondst.
Nabij de fabriek «de Industrie" van den heer P.
Smit, te Hillesluis, klom dezer dagen een jongen in den
boom en vond in plaats van een vogelnestje een bedrag
van f 9.350 in bankpapier en zilvergeld. Vermoedelijk
is dit geld van diefstal afkomstig en daar tijdelijk weg
geborgen.
Verdwaald.
In do kuststreek van Groningen houdt zich sedert
eenige dagen een heit op. Men heeft het dier o. a.
gezien in den Noordpolder onder Warfum en in den
Westpolder onder Ulrum. Waarschijnlijk is het nit een
hertenkamp ontsnapt.
Branden.
Te Anna-Paulowna is den 8 de bouwhoeve
«Margarita", bewoond door den heer J. Prins, in korten
tijd geheel in de asch gelegd. Vermoedelijk is de brand
ontstaan door hooibroei. Nagenoeg niets kon gered
worden.
Te Brachten (Fr.) is brand ontstaan in een blok
huizen. Vier woningen zijn geheel uitgebrand. De in
boedels werden ten deele gered. De brandweer wist de
belendende gebouwen te bewaren.
Keizerin Kugénle.
Uit Amsterdam meldt men
Van Bergeu is alhier aangekomen het Engelsche stoom
jacht «Thistle", groot 209 ton 25 man equipage. Ei
genaar de heer Admiraal Fane.
Aan boord bevindt zich de ex-Keizerin Eugénie.
Het jacht ligt aan den veesteiger en voert de Royal
York Albert Club-vlag.
Rijkslandbouwschool.
Verschenen is het programma van de Kyksiand-
bouw8chool te Wageningen, voor het leerjaar 1899—1900.
MIMiWRW 1111 i RÉI l ÜT'I i V» Iflïmr |-gr iTTwi iTl n<M inVfa»
gen," sprak hij op woesten luiden toon. «Heb je da^
niet gezegd vrouw Wij verhuren hier geen kamers."
«Als dat zoo is hebt gij ook niet het rechtom dat
bord daar te plaatsen aan het eind van de laan," ant
woordde ik. «Ik ben niet in een stemming om nog een
mjjl of acht te gaan wandelen in een land waar ik
niets van weet ten einde daar onderkomen te zoeken.
Kunt gij mij uiet ergens berjen
«Ik heb mijnheer alles verteld, Sam," merkte nu de
vrouw op. «Hij is net als de jonge mijnheer Weutworth
en in het goheel niet bang."
De oudo waard kwam dichter bij en zag mij aan.
«Ik zal u wat zeggen," zei hij: «gij kunt hier blijven
op eigen verantwoordelijkheid. Ik heb liever dat gij
hier niet blijft en mijn vrouw is van dezelfde opinie.
Wilt gij dus blijven ja of neen
«Ja zei ik.
«Er is maar één kamer waar gij kunt slapen."
«Eén kamer is meer dan voldoende."
«Het is dezelfde kamer, waarin mijnheer Weutworth
is gestorven. Zou het niet veel beter zijn uw boeltje
maar weer op te nemen en heen te gaan
«Neen; ik blijf."
„Dan zullen wij geen woorden meer. verspillen.
«Steek gauw het licht in de gelagkamer aan Lize",
beval de vrouw.
Het meisje verliet de kamer en de vrouw nam een
kaai 8, om mij den weg te wijzen naar mijn kamer.
Zij bracht mij naar beneden langs een lange en
smalle gaDg en opende daarna een deur toen moest ik
een trapje van een paar treden afdalen en eindelijk
zag ik de zonderlingste kamer, welke is ooit gezien
heb. De muren waren bedekt met een behangselpapier
met bijzonder groote patronen. Een smal ijzeren ledi
kant stond midden op den vloer waarop geen kleed
lager lag alleen een mat naast het ledikant. Een
goedkoop waschtoestel een paar stoelen en een taleltje
met een verschoten spiegel stonden togen den muur
onder een laag venster. Deze kamer moest bepaald in
een van de ronde torens gelegen zijn. Ik had nooit
een vertrek gezien dat er minder aanlokkelijk uitzag.
«Uw avondeten zal direct gereed zijn, mynheer",
zei de vrouwen na den kandelaar op het tafeltje te
hebben geplaatst ging zij heen.
Wordt vervolgd.