Haagsche Brieven. Buitenland. Ijzer houdende dranken. VII. t Is Koninginnedag geweest. Wie nooit op zoo'n feest dag de Residentie bezocht heeft, kan zich moeilijk een juist begrip vormen van de vroolijke drukte in de straten, s Morgens al bijtijds komen honderden vreemdelingen de stad binnenstroomen. Ook hu weer werd er in de stad aardig gevlagd en veel winkels hadden toepasselijk" geëtaleerd, zoodat er al dadelijk veel te zien was. Verder hadden alle ambtenaren vrijaf en alle scholen vacantie. Hagenaars en buitenlui vormden een bont publiek dat recht vermakelijk door elkaar wemelde. De feestelijk heden begonnen met parade in de Maliebaan. Dat kolos sale exercitieveld ligt aan drie zijden in 't BoBch, de vierde zijde grenst aan de stad, maar is ook daar eerst door een prachtige laan omzoomd. Een groot publiek omwalde de geheele Maliebaan, geen plekje was onbezet. Toch waren de manschappen, die onder de wapens waren geroepen, niet zoo groot in getal als anders, de «veld" en het roode paardenvolk waren naar de manoeuvres. Er waren alleen grenadiers en jagers. Een aantal ver- eenigiugen van oud-strijders en oud-militairen had weer verlof bekomen, zich met hare banieren bij de stand plaats van den generaal op te stellen. Ze waren 6 in getal: »Het Eereteeken voor belangrijke krijgsverrich tingen," »Het Vaderland getrouw," de »Oranjebond," de Wilhelmiuabond'', de »Oranjevereeniging'', en de «Haag sche afdeeling van den «Bond van oud-onderofficieren." Generaal van Pommeren hield een toespraak tot de oud-strijderswaarvan het publiek niets kon verstaan natuurlijk. Toen eindelijk werd ingerukt, gingen de toeschouwers zeer voldaan huns weegs. Wat stelt men toch een belang in zoo'n vertooning. 't Is verbazend hoe talrijk en hoe belangstellend jaar op jaar 't publiek is, dat naar die mooie uniformen gaat kijken, en toch is 't elke keer hetzelfde. Dat daar nu nooit de aardigheid eens afgaat Na de parade is de gewone route van de feestgangers Öcheveningen en omstreken. Geen bank in de boschjes is dien middag onbezet, en't strand wemelt van bezoekers. Overal strijken etende en drinkende troepjes neernaar de afmeting van de pakjes met eetwaren moeten de magen heel wat verduwen kunnen Ook de «kleine kermis" in 't Voorhout is den heelen middag druk bezocht, meest door lui met kinderen, s Avonds komen de groote men- schen er spoken. Tot groote teleurstelling van die avondgasten moest op hoog bevel de draaimolen tijdig gesloten worden. Gelukkig echter voor de goede orde 't Groote aantrekkingspunt van den avond is echter de illuminatie iu het Bosch. Hoe vaak ook gezien, die aanblik blijft altijd verrassend mooi. De lanen, die naar de vijvers leiden, zijn allen verlicht, iedere boom draagt een kleine ster van lichtjes, wat, over de geheele lengte gezien, een goed effect maakt. Dan volgt de Tent van de V itte Sociëteit, die, rijk verlicht, prachtig afsteekt tegen de donkergroene massa van omliggend geboomte en aardig weerkaatst wordt in het aangrenzende kleine vijvertje. Maar verder leidt de weg, we zijn er nog niet. De indruk van den eersten grooten vijver is verrassend. De geheele oever is versierd met guirlandes van lichtjes, afge wisseld door groote sterren. In de boomen hangen oranje kleurige, bolronde lampions. Dit alles wordt verdubbeld door den waterspiegelevenals de bootjes die heen en weer voeren. Met hun schilderachtige verlichting maakten ze een fantastisch effect op het water. Het glanspunt was echter de tweede vijver. Langs den oever zag men, geheel in licht, een Indische tempel, en enkele huisjes met palmen. Dat was waarlijk schit terend. 't Weer werkte meezoodat men 't geheele stuk duidelijk in 't water kon weerkaatst zien. De op getogenheid van de toeschouwers uitte zich menigmaal in een langgerekt: «hè dat een Haagsche-achterbuurter zoo welsprekend kan aanhouden. Wie genoeg gekeken had naar de illuminatie, kon zich verder amuseeren met het publiek gade te slaan. «Zes vroolijke naaisters vragen zes dito heeren (geen petjes- komen. Davidson was de beste kerel, dien men zich denken kan, doch dat was Pritchard feitelijk ook. Het is verschrikkelijk men geraakt er geheel van in de war." «Ik kan mij uw angst begrijpen," antwoordde ik ik wil echter alles nauwkeurig onderzoeken. Een van de veronderstellingen is deze, dat Wynne langs deze rots naar beneden is gekropen en Pritchard die wonde heeft toegebracht. Ik voor mij acht zulks onmogelijk. Als ik die rotsen nauwkeurig bekijk, zie ik, dat iemand langs de zijde van de tunnel hoogstens acht a tien voet naar boven kan klimmen, wanneer hij gebruik weet te maken van alle vooruitstekende puntener is evenwel geen sprake van dalen. Neen Wynne kon Pritchard alleen naderen langs de lijn. Om evenwel de juiste oorzaak te ontdekken," vervolgde ik, «moeten wij ook de vraag stellen Waardoor is Davidson gestorven De oorzaak van zijn dood is zeer waarschijnlijk ook de oorzaak van den dood van Pritchard. Ik ga nu de tunnel in." Inspecteur Henderson vergezelde mij. Het was er vochtig en kil. De muren waren bedekt met onaange naam riekende paddestoelen en in het metselwerk glin sterde vuil water, dat in lange ljjnen naar beneden druppelde. Vóór ons was niets dan dikke duisternis. Toen wij weer verschenen, bracht de wisselwachter het roode licht op zijn plaats vijf voet boven den grond, juist boven den ingang der tunnel. «Is er olie genoeg?" vroeg de inspecteur. «Zeker, mijnheer, in overvloed antwoordde de man. «Is er nog iets van uw orders, heeren «Niets," antwoordde Henderson. «Ik wensch je goeden avond." «Goeden avond, samen sprak de man, maakte toen dat hij zoo spoedig mogelijk het pad had bereikt en was weldra verdwenen. Henderson en ik keerden nu naar het seinhuisje terug. Het was intusschen donker geworden. «Hoeveel treinen passeeren er des nachts vroeg ik den inspecteur. «De trein van 10.20 van beneden die om 10.40 hier is, en de trein van 11.45, die van boven komt en dan de trein van 6.30 morgen ochtend. Wij zullen het niet bijzonder druk hebben." Wordt vervolgd. vrijers!) om 31 Aug. prettig uit te gaan." Men kwam ze tegen de naaistertjes met de opgediepte «heeren" aan den arm. Ook de 4 jolige strijksters, die een paar dagen geleden 4 sergeants vroegen (geen kikkers) schenen ge slaagd. Natuurlijk werd er ook gehost en het «Kielekiele Adam!' werd wel eens met de handen geaccompagneerd, maar over 't geheel leek 't mij ditmaal niet zoo onge bonden toe als 't anders wel eens kon zijn. Mogelijk hebben daar de limonadekooplui, die dit jaar zeer talrijk waren, ook een goeden invloed op gehad. En bovendien juist kwart over twaalf begon het te regenen, zóó plotseling en zóó hard, dat daardoor het feest zijn staart verloren schijnt te hebben. rijdagavond werd hier de Transvaal-meeting gehouden in t Gebouw voor Kunsten en Wetenschappende grootste zaal uit den Haag. 't Stroomde er heen, en om 8 uur was er geen plaatsje meer te veroveren. Velen moesten blijven staan, en getroostten zich dat liever dan naar huis te gaan. Met aandachtige belangstelling werden de sprekers gevolgd, die met vuur t recht van Transvaal op onze sympathie verdedigden. Telkens brak een storm van toejuiching los. 't Transvaalsche volkslied werd met geestdrift meegezongen, en zeer opgewonden werd de volgende motie bij acclamatie aangenomen. «De vergadering van Nederlandsche mannen en vrouwen, bijeengekomen te 's-Gravenhage op 1 Sept. 1899, brengt haar warme hulde aan 't Transvaalsche volk voor alles, wat het sinds meer dan een eeuw tot handhaving zijner onafhankelijkheid heeft gedaan, en uit de bede, dat het Engeland's Souvereine moge gelukken, de rampen van een onrechtvaardigen oorlog van Zuid-Afrika af te wenden." erder werd er een telegram afgezonden naar den Staatspresident van Transvaal en een aan den Staats president van Oranje-Vrijstaat, die beide een sympathie betuiging van de «Groote Vergadering te Den Haag" inhielden. Toen de meeting was afgeloopen, was't enthou siasme onder het publiek zoo groot, dat die zich herhaal delijk uitte in een luid «hoera!" Of Transvaal veel zal hébben aan de mooie woorden, hier gesproken Enfin, de w i 1 is goed, dat is getoond ten minste. Nog rest ons even te spreken over de groote verliezen, die Polchri heeft geleden en daarmee de geheele schil derkunst. Eerst is deze maand Jaap Maris overleden, een van de drie geniale gebroeders, wier naam tot ver buiten Europa bekend en beroemd was, en nu is het doodsbericht van David Bles ontvangen. Iedereen kent haast zijn schilderjj «de ledige stoel", hetzij uit foto of gravure. Zijn laatste groote schilderij is een portret van de jonge Koningin geweest. Bij die gelegenheid hebben beide Koninginnen zijn atelier bezocht. Op 78 jarigen leeftijd is hij ontslapen. THEO VAN STRALEN. DUITSCHIjAAI». Keizer Wilhelm is te Straats burg aangekomen om de groote herfstmanoeuvres bij te wonen. Na eeue inspectie van het 15e legerkorps nam Z. M. deel aan een feestmaaltijd bij welke gelegenheid hjj een toost op het Rijksland hield. Dankbaar herdaoht hij de steeds hartelijker wordende ontvangst en vestigde de aandacht op den grooten vooruitgang en den bloei van het Rijksland dat heeft ingezien welke voordeelen de samenvoeging met het Duitsche Rijk heeft opgeleverd. Hij zeide het gevoel der oudere generatiesvoor wie het moeielijk is zich in de nieuwe toestanden te voegen te eeren en dankte de jonge generatie voor de hartelijke ontvangst. Voornamelijk verzocht hij de heeren der Kerk om de achting voor de Kroon en het vertrouwen in de Regee ring te belpen bevestigen. «Wij zullen doen", zeide de Keizer, «wat wij kunnen om den vrede te handhaven. En dat gij er voordeel van zult hebben daarvoor zal ik zorgen." KBi€irKI«Aail>. De telegrammen uit Natal, in ons vorig nummer vermeld, blijken zeer eenzijdig en onvolle dig gesteld te zijn en daardoor den indruk gewekt te hebben, dat de toestand critieker is dan inderdaad het geval is. De mededeeling, dat de Transvaalsche Regeering teruggekomen zoude zijn op haar reeds gedane voorstellen omtrent de verleening van het kiesrecht na 5 jaar is slechts in zooverre juist, dat Kruger zich bereid ver klaard heeft tot het houden der door Chamberlain ge- wenschte conferentie ter bespreking der uitlandersgrie- ven Daardoor vervallen gelijk van zelf spreektde bereids gedanedoor Engeland nog niet aangenomen voorstellen. Intusschen ook na deze toelichting ziet de toekomst er duister genoeg uit. De Johannesburgers verontrust door de tijdelijke aanwezigheid van een Jingo-journalist, outvluchteu in groote getale het Trans vaalsche gebied, terwijl zoowel de Regeering van Trans vaal als van Oranje-Vrijstaat troepen mobiliseert en ammunitie uitdeelt. De toestand is ongetwijfeld zeer ge spannen, één enkele vonk kan de brand in't kruit steken. Het berichtdat generaal Buller aangewezen is voor het bevel over de Engelsche troepen in Zuid-Afrika, wordt uit Londen tegengesproken, evenals het gerucht, dat nieuwe regimenten naar de Kaap zouden worden gezonden. FRASiKRIJK. Nu de president van den krijgsraad zelf het voorbeeld gegeven heeft een vreemdeling (Czer- nuschiomtrent wiens verleden zeer ongunstige in formatie- worden gepubliceerd en tegengesproken als getuige te hooren, heeft de verdediging gemeend, dat voetspoor te mogen volgen en heeft Labori conclusie geno men om langs diplomatieken weg de beide buitenlandsche militaire attaché's Panizzardi en Schwarzkoppen te doen dagvaarden. De krijgsraad heeft overeenkomstig de con clusie van den R-egeeringscommissaris en het advies van den heer Paléologue, den representant van het Ministerie van Buitenlandsche zaken, op Labori's verzoek afwjjzend beschikt. Labori heeft daarop aan keizer Wilhelm en koning Umberto persoonlijke telegrammen gericht, waarin hij verzoekt, de heeren Schwarzkoppen en Panizzardi te machtigen om te Rennes getuigenis te komen afleggen. De correspondent van de »Figaro"te Rennes weet mee te deelen, dat dadelijk na een eventueele veroordeeling van Dreyfus door zijn verdedigers appèl zal worden aan- geteekend. De beide advocaten moeten reeds zeven en twintig gronden van appèl ontdekt hebben. De corres pondent weet verder te vertellen, boe het zal toegaan onder het voorlezen van de uitspraak. De beschuldigde bevindt zich dan niet in de zaal, doch in het nevenver- trek, waar hij dagelijks de opening der zitting afwacht. a voorlezing van het vonnis wordt eerst de zaal ont ruimd en daarna treedt Dreyfus eerst binnen om de uitspraak te vernemen. Is het vrijspraak, dan wordt kapitein Dreyfus evenals op andere dagen naar de gevan genis geleid, waar zijn naam in het boek wordt doorge. streept. De prefect zal hem dan verzoeken Rennes zoo spoedig mogeljjk te verlaten. Vele huiszoekingen hebben den 5 plaats gehad te Marseille Toulouse, Avignon, Lyon en andere plaatsen, bij personen die behoorden tot de royalistische en plebis- citaire groepen de «Ligue des Patriotes" enz. Vele papieren zijn in beslag genomen. Een aantal bevelen tot inhechtenisneming zijn uitgevaardigd. Aan den Senaatzittende als Hooggerechtshof zullen drie misdrijven ter beoordeeling worden onder worpen en welsamenzwering met het doel de regeering omver te werpen of te veranderenaanslag tegen de veiligheid van den staat (d. w. z. uitvoering van het eerste misdrijf) en gewapend verzet in vereeniging met poging tot moord. oor dit laatste misdrijf moeten Gnórin en zijn troepje terechtstaan. De procureur-generaal Bernard is aangewezen om bijgestaan door zijn snbstituuts Eournier en Herbaux het openbaar ministerie waar te nemen. Scheurer Kestner is op den weg der beterschap. Hij verlaat thans zijn kamer en maakt ook enkele korte wandelingen. Tegen het midden van September zal de senator naar Biarritz gaan tot verder herstel van gezondheid. TRAWSï AAIi. De- Volksraad behandelde den 5 de interpellatie van den heer Kotzé die door dezen vooraf was ingetrokken, over de vraag, waarom zich Engelsche troepen verzamelen aan de grenzen der Republiek. De heer Knoester die de interpellatie overnam, hield een in krasse termen vervatten redevoering over de thans op te merken militaire troepenbeweging aan de grens in verband met den inval van Jameson, en vroeg ophel deringen daarover. Hij beschuldigde Engeland de conventie van 1884 ge schonden te hebben door tusschenbeiden te komen in de binnenlandsche aangelegenheden der Z. A. Republiek. De heer Tosen ondersteunde de interpellatie van den heer Knoester. De heer Botha (progessist) wees er op, dat het zenden van troepen uit Engeland naar de Transvaalsche grens onvereenigbaar is met het voortduren van de vriend schappelijke onderhandelingen. Na eenige discussie werd met algemeene stemmen be sloten de behandeling der interpellatie vast te stellen op den 7. Alsdan zal de Regeering antwoorden, tenzjj in verband met den toestand de behandeling nog tot een lateren dag wordt uitgesteld. In den zomer bevroren. Een slager in New-Jersey zal een gedachtenis aan de warme dagen behouden die ze zeker voor den tijd van het jaar uniek is nl. bevroren vingers en teenen. De oorzaak hiervan is niet ver te zoeken, als men weet, dat het grootste gedeelte van zijn slagerswinkel in beslag genomen wordt door een groote ijskast. Nadat de bewuste slager den geheelen middag niet gezien was, besloten de buren hem te zoeken en spoedig vonden zij hem stijf- bevroren in zijn ijskastwaar hij ongetwijfeld koelte gezocht en gevonden had. In het gasthuis wendden de dokters alle moeite aanom hem te doen ontdooien. Dit gelukte bun, doch ai zijn vingers en teenen kunnen zij niet redden daarvan moet bij er eenige missen. (Handelsblad) Een Fransch scheikundige hoeft ontdekt dat wanneer kippen gevoed worden met graan hetwelk in een slappe ijzeroplossing gedoopt iszij eieren leggen welke het ijzer in een zeer gemakkelijk verteerbaren vorm bevatten. Men beweert dat deze eieren van zeer veel belang zijn voor personen die ijzerverbindingen moeten gebruiken, doch de gewone preparaten niet kunnen verdragen. Bjj het departement van koloniën is ontvangen een telegram van den 3 van den Gouverneur-Generaal van Nederlandsch Indië met betrekking tot de naar het in Midden-Snmatra gelegen Lima Kotta gezonden expeditie, luidende «Zonder strijden onderwierpen zich de hoofden der Lima Kotta en de radja van Kampar, na vergiffen-is ge vraagd en alle voorwaarden aangenomen te hebben." Een ander regeeringstelegram van den 4 dezer betreft Atjeh «Uit bivak Djamboe Ajer in de passiestreek is-generaal van Hentsz met cavalerie via Edi en Langsar naar Koe- wala Simpany (Timiang) getrokken. Overal rustig. Hoof den maakten hunne opwachting." Laatste Kerlchlen. Engeland en <le Z.A. Republiek. PRETORIA 6 Sept. Het antwoord van de regeering der Z. A. Republiek op de jongste dépêche van Cham berlain zegt dat de voorstellen betreffende de tien vertegenwoordigers voor de mijndistricten en betreflende het toekennen van het kiesrecht na vijfjarig verblijf door haar worden ingetrokken wijl Engeland niet heeft aangenomen de daaraan verbonden voorwaarden. De Regeering der Republiek is bereid de kieswet in te voeren. Zij verklaart verder, nooit de bedoeling ge had te hebben Engeland te dwarsboomeu in de uitoefe ning der rechten voortvloeiende uit de conventie van Londen of andere gewone rechten. Wat echter de quaestie betrefthoudt de Regeering der Republiek zich aan de dépêche van 17 April 1898 betreffende de onderwer ping er van aan een scheidsrechterlijke uitspraak. Zij vraagt aan de Engelsche regeering nadere bijzon derheden over de punten, die niet aan arbitrage kunnen worden onderworpen zjj vreest, dat de uitsluiting van die punten een hinderpaal is voor de finale oplossing van de geschillen. Ten slotte vraagt de Regeering der Republiek, of Engeland blijft bij den wensch een gemeugde commissie bijeen te roepen en verzoekt zij bijzonderheden bierovei; te mogen vernemen.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1899 | | pagina 2