Dg flriemaster „Toekomst;
No. 7.
Honderd
en tweede jaargang.
1900.
WOENSDAG
17 JANUARI.
Amsterdainsche Brieven.
FEUILLETON.
Uit het Noorseh.
Jonas Lie.
6)
ALKIHAAItSCIIE MM KIM.
Deze Courant wordt Biosdag-, llonderdag-
en Zaterdagavand uitgegeven. Abonnementsprijs
per 3 maanden voor Alkmaar f ©,80franco door het
geheele rijk f 1,
3 Nummers f 0,06. Afzonderlijke nummers 3 ets.
Telefoonnummer3.
Prijs der gewone advertentlen
Per regel f ©,13. Groote (letters naar plaatsruimte.
Brieven f r a n c o£ aan de Uitgevers HERMs. COSTER
ZOON.
ii.
De werkloosheid en de Influenza zij zijn 't,
die in de laatste dagen den boventoon voeren op het
gebied van het Amsterdamsche nieuws.
Over den omvang van beide is 't niet gemakkelijk
een volkomen juist beeld te krijgen. Met alle waardee
ring van de statistiek üeeft men 't in de hoofdstad nog
niet zóó ver kunnen brengen, dat allen, die geen werk
hebben, zich laten inschrijven en de pogingen, door de
meeste vakvereenigingen in dien zin gedaan, zijn vrijwel
mislukt. De waarheid schijnt te zijn, dat iD de bouw-en
aanverwante vakken er ditmaal niet zooveel werkeloozen
worden gevonden als vorige jaren, maar tegenover dit
gunstige verschijnsel staat de nood der diamantbe
werkers, die in geen tijden zulk een hoogte heeft
bereikt.
In de afgeloopen week is weer een begin gemaakt met
vergaderingen en rondwandelingen der werk-
loozen. Van de politie eischt dat groote krachtsinspan
ning, voor de verslaggevers is dat tjjdroovend en afmat
tend, voor de gezeten burgerij, die toch wel de liefdadig
heid beoefent, is 't onaangenaam in haar rust te worden
gestoord. Dat alles is waar, maar niettemin zou 't dwaas
zijn om 't hun, die week in week uit geen cent ver
dienen, euvel te duiden, dat zij hun armoede gaan mani
festeeren. Met kalmpjes thuis zitten en afwachten komt
er geen verbetering, met openbaring van het gebrek
worden ten minste de kansen grooter dat in de kassen
van liefdadige instellingen of hulp comité's de giften wat
ruimer vloeien. Aan één voorwaarde dien echter voldaan
te worden elke betooging moet het karakter dragen
van strengen ernst en daaruit moet spreken de klacht,
dat alleen door de benarde omstandigheden tot dit mid
del de toevlucht is genomen. Daarom is 't voor de bewe
ging zoo te betreuren, dat iemand als Samson zich aan
het hoofd daarvan gesteld heeftzij heeft daardoor aan
stonds den schijn van kwaadwilligheid aan zich gehecht
en den Berieusen arbeider, die buiten zijn schuld geen
verdienste meer heeft, wordt 't een weerzinwekkend werk
om er aan te blijven meedoen.
In Samson zijn persoonlijke moed en weergalooze bru
taliteit op merkwaardige wijze vereenigd. Is 't anders
bij volksleiders niet ongebruikelijk, dat zij zich op den
achtergrond honden als 't komt tot een treffen met de
politie, niemand zal hem dat ten laste kunnen leggen.
Ontelbare malen is hjj dan ook naar de politie-bnreaux
gebracht en menig vonnis wegens verstoring der open
bare orde is over hem uitgesproken. Als er in Amster
dam op straat iets te doen is of een vergadering wordt
gehouden, waarbij hij wordt opgemeikt, dan kan men
er van verzekerd zijn, dat een poging om den boel in
de war te sturen niet achterwege zal blijven. Hij is klein
van stuk, maar zijn mond is groot genoeg voor twee.
Al weet hij ook, dat hij ouder honderden ongeveer alleen
staat, dan zwijgt hij daarom niet en wat bij zegt is
scherp als het zwaard. In den laatsten tijd vond zijn
strijdlust ruimschoots voedsel in de beweerde tyrannie
VAN
De hofmakerij van den student was eigenlijk een groot
geluk voor de minnenden, want daardoor werd de toch
reeds van het spoor geraakte opmerkzaamheid van den
bediende nog meer afgeleid van Jon, die in zijne oogen
eene quantité négligeable was.
Wat dit betreft had Stuwitz hem zelfs wel het over
brengen van minnebrieven durven toevertrouwen, indien
hij thuis geweest was.
Ongeveer vijf maanden daarna, zoo tegen den herfst,
kwamen Jon en Groote-Lars op zekeren dag met een
frissehen bries binnenzeilen de boot volgeladen met ge
droogde visch.
Hij had zijn zeekleeren aanen sleente achter zich
een grooten verschen dorschdien bij bij de kieuwen
vasthield.
Hij ging daarmede deu winkel binnen wierp den
visch op de toonbank, zooals dat het gebruik was en
vroeg daarvoor een borrel terwjjl zij later wel konden
afrekenen over de gedroogde visch, die hij in zijn boot had
In den eerstvolgenden tijd zou hij nog verscheiden
zulke lading u brengen die nu nog thuis hingen te
drogen. Hij had behoefte aan contant geld waarvoor
hij o. a. een betere boot wildd koopen want die, waar
mee hij nu zeilde, was spoedig nog alleen maar geschikt
voor menschen die op het water kouden loopen.
Dientengevolge was dan ook een gedeelte der viBch
van den Alg. Ned. Diamantbewerkersbond, tegen welk
lichaam hij zoo heftig ageerde, dat het laatste congres
werd uitgesteld omdat een der onder-afdeelingen hem
tot afgevaardigde had gekozen. Onafgebroken was hij
bezig om aan deze toch zoo veelszins voorbeeldige orga
nisatie te tornen en 't mocht hem gelukken een aantal
zoogenaamd »Vrije Diamantbewerkers" om zich heen te
verzamelen, die 't voortdurend gemunt hadden op Henri
Polak en zjjne beproefde medestanders van den Bond.
Ook bij de werkloozen-beweging heeft Simson zijn
aard niet verloochend. In plaats van met bezadigdheid
de groote schare, die in de eerste vergadering was opge
komen, te voeren tot een indrukwekkende betooging was
zijn eerste werk ruzie te zoeken met de politie, aan
wie hij den toegang tot de zaal wilde ontzeggen. Ook
bij de rondwandelingen scheen 't hem veel meer te doen
te zijn om een relletje uit te lokken dan wel om het
geweten der burgerij wakker te schudden van hulp zal
er nu niet veel komen. Voor de ongelukkige hulpbe
hoevenden is 't te hopen, dat alsnog een kalmer, zich
meer den ernst van den toestand bewuste arbeider de
leiding overneemtwant anders zal er van de agitatie
stellig niet veel terecht komen. Was iemand als Henri
Polak daarvoor maar te vinden groot is de kans
daarop echter niet, want deze heeft op het oogenblik al
genoeg zorgen aan zijn hoofd. Hij en zijne mede-bestnur-
deren van den A. N. D. B. zullen voor heete vuren komen
te staan.
De taak van den Bond hebben zij altijd opgeva' als die
eens wachters tegen de misbruiken van de werkgevers.
Om dat te knnnen doen was eeu fl nke weerstandskas
een eerste vereischte en om die bijeen te brengen h bben
de leden in de goede dagen hooge contributies moeten
storten. Nu zijn er betrekkelijk ruime fondsen, waarvan
ook wel eens gebruik gemarkt is tot steun van werksta
kers in andere vakken en plaatsen, wanneer het hoofd
bestuur meende dat deze volkomen in hnn rechtwaren
Veischeidene leden zijn thans van oordeel, dat bij deD
boogen nood de Bond zijn kas moet aanspreken om te
helpen, waar dit het meest voor de hand ligt. Zij vin
den het ongeoorloofd, dat de eigen organisatie over mid
delen beschikt en die behoudt voor hetgeen er kan ge-
beureu terwijl er feitelijk bij menigeen broodsgebrek
heerseht. Onderlinge zieaeufondsjes hebben sommigen ook
al opgeheven om door verdeeling der in kas zijnde gel
den ten minste voor de eerste weken tegen armoede te
zijn gevrijwaard zij zouden wenscben, dat de Bond des
gelijks deed en komt er eenmaal weer werk dan kan
wel opnieuw een weerstandskas gevormd worden.
Polak staat vierkant daartegenover. Om principieele
en pr.ctische redenen wil hij de lot hiertoe gevolgde
gedragslijn blijven volgen. Er moet, zoo ontvouwt by de
argun enten van de tweede soort, gezorgd worden dat de
nitkeeringen van ziekengeld, die nu zeer hoog zijn, ge
regeld knnnen blijven plaats hebben, ook on .anks de
door de werkeloosheid schrikbarend afgenomen con
tributie. Kon er mj nog afdoend geholpen wordendan
zou de zaak nog nader overweging verdienen, maar de
duizenden guldens van den Boud zijn als druppelen
op de reis hierheen nat geworden waardoor zij in prijs
verminderde.
's Avonds kreeg hij Marina te spreken. Toen zij hem
begroette lachende en weenende te gelijk verte'de zij
dat zij hem aan den landingssteiger had zien aankomen
en dat zij van dat oogenblik af bijna niet wist wat zij
deed, zoo at zij dan ook een boel dingen verkeerd had
gedaan.
Van het oogenblik af, dat ze met Jon had gesproken
en van herr vernomen had hoe het met zijne vooruit
zichten stondkreeg haar gelaat weer die blijde uit
drukkingdie verdwonen was door al de zo g en de
kommer waaronder zij al dien tijd gebukt had gegaan.
In den loop der volgende veertien dagen kwam Jon
nog twee keer met volle lading terug. Toen hij al zijn
visch vervoerd had, kreeg bij daarvoor vijtt.g speciedaal
ders uitbetaal waarvoor hij dadelijk twintig besteedde
voor het koopen van een betere boot.
Op zekeren voormiddag begaven zij zich beiden, op hun
mooist uitgedost, naar het kantoor en vertelden Biögel-
mann hoe de zaken stonden dat zij verloofd waren en
van plan waren dienzelfden herfst nog te trouwen zoo-
dra de dominee daartoe maar genegen wasmaar dat
zij bang waren voor den bediende die, als hij de zaak
vexnam, alles zou doen, wat in zijp macht was om hnn
hinderpalen in den weg te leggen.
Biögelmann zat langen lijd in gedachten verzonken.
Hij gat bun nog geen antwoord doch toen hij hen liet
vertrekken deed hij hen beloven dat zij over de zaak
moesten zwijgen opdat er niets van zou uitlekken en
dat gaf hun hoop.
Den volgendtn dag zond hij Jon met een gesloten
brief naar den burgemeester. Dat was om dispensatie
van ondertrouw te vragen. Een paar dagen later begaf
hij zich naar den dominee. En den volgenden zondag
het was juist de laatste dag van den uertst
werden zij tot aller verbazingdoch het meest van
Stuwitz' in de kerk getrouwd vanwaar zij zich direct
met hun boot zuidwaarts begaven naar hunne nieuwe
woning op Skorpen.
in den Oceaan. Zwaarder weegt echter nog het princi
pieele bezwaarde Bond is vóór alles een vakvereeni-
ging en daar er, als eeu einde is gekomen aan den tegen-
woordigen toestand misschien weer strijd is te voeren,
moet vóór alles gezorgd worden dat de weerstandsbas
niet leeg is. Na de doorgestane werkeloosheid zouden
toch de diamantbewerkers minder dan ooit in staat zijn
om zonder eenige nitkeering vol te houden. Ook zou het
kunnen voorkomen dat in den tijd van slapte de een
of andere werkgever zou trachten zijn diamant onder het
loon bewerkt te krijgen om daartegen te waken moet
de Bond insgelijks gewapend blijven.
Zal de heer Polak zich al tijd op dit standpunt kunnen
handhaven of zullen de benarde tijden ook nog voeren
tot inwendige ver leeldheid Dat is erg te vreezen. Voor
het beginsel van den leider valt op zichzelf zeer veel te
zeggen, maar 't zal een toer zijn om 't niet op zij te
schuiven door overwegingen, die voorkomen uit een leege
maag. Daar komt nog iets bij. De commissie tot onder
steuning va» werklooze diamantslijpers kreeg tot hieitoe
verschillende giften van juweliers, die daarvoor door de
enorme stijging der prijzen van het in hun bezit zijnde
geslepen diamant ook wei het meest aangewezen zijn.
Na het betoog van den heer Polak zullen er onder hen
wel wezen die gaan beweren, dat zij met hunne giften
hunne eigen glazen inwerpen. Immers, hoe meer zij storten
des te langer zal de weerstandskas van den A. N. D. B.
intact kunnen blijven en wat zij offeren komt ten goede
aan de wapening van de werklieden, die altijd gereed staan
om als vijand tegen hen optetreden. Men moet niet ver
geten, dat 't bij de diamant-nijverheid meestal hard tegen
hard is gegaan. Maar juist dat maakt ook verklaarbaar
de houding van Polak, die alleen voor omngewydeu iets
halsstarrigs kan hebben. Hij kent zijne Pappenheimers
en weet heel goed, dat zijne vakgenooteu, als, de fondsen
zijn uitgeput, met handen en voeten zijn overgeleverd
aan de werkgevers, waarvan sommigen niet zullen nalaten
gebruik te maken. Het geval is voor de geschiedenis der
vakbeweging in Nederland wel interessant en zeker zal
't in de eerstvolgende maanden nog herhaaldelijk aan de
orde komen.
En nu de influenza die wij in d«n aanhef ook met
een enkel woord aanrolden. D-> lange rij van doodsbe
richten in de bladen en het on afgebroken voorbijtrekken
van lijkstaties door dn s'ud, zijn getuigen van het angst
wekkend sterftecijf r d r laatst" dagen. Erger nog dan
bij de hevige influeoz ipei iodo van luim tien jaar geleden
hoort men men nu nu v iscoiikkelijke verwoestingen,
in sommige gezinnen a nu» r ch'. Z ektegevallen mogen
er in den winter van 188J op 1900 meer zijn geweest
dan thans, doch de all .op w ts toen veel gunstiger
bij de huidige epidemie is de verhouding van het getal
der aangetasten en der gestorvenen van dien aard, dat
den menschen, die eertijds nog duifden spotten met »de
modeziekte" thans de lust daartoe wel is vergaan. De
ziekte valt den menschen plotseling op het lijf en even
spoedig is over den afl >op besiist dikwijls treedt binnen
enkele uren hartverlamming in. De docioren rijden en
rossen den heelen dag door de stad, maar nog komen zij
Vanaf dat oogenblik konden zij zeki-r ziju van Stnwitz'
vervolging en met te koelen haat. Want niet alleen dat
Marina's buitengewone scbooutie d en liefiall gheid hem
aantrok, er was ook berekening bij in het spel, namelijk
de ongerustheid over de gevolgen eener mogelijke ontdek
king van Marina's herkomst.
Het geheim van Jon Zachariasen was dat bij op een
zijner tochten naar de Lofoten een klein nilmuntend
vischwater had onldekt ten zuiden van Skorp Aland en
tevens waren hem id de godaebten gekomen de over
blijfselen van een scheepswrak dat niet ver van daar
aan land gedreven was.
Deze beide dingen had hij in de eenzame uren wan
neer hij over de toekomst zat 'e pAczen, in zijn gehengen
geprent en dien zomer had hij, met behnlp van Groote-
Lars voorloopig een kleine hut getimmerd op Skorp-
eilandvlak tegenover de vir-cbplaats.
Het was laat in den herfst, toen zij met hun beiden,
vergezeld van Groote Lars op hnn trouwdag naar
Skorp-eiland zeilden. Het weinige, dat zij bezaten lag
in de boot, benevens een kleine uitzet en wat eetwaien
voor het Kerstleestdie zij daarin gevonden Hadden en
waarvan zy de herkomst wel wisten.
Toen zy deu eeisten dag midden op den ij >i waiei
gebeurde er iets, waarvoor GiOote-Lar* j n
later zijne arme hersmen moest insf 'i o
begrijpen Marina reikte Jou een nunuoiije overdat
zij eerst openden en toeu zag Lais veisch ideu
zijden doeken, en daarna weer d ch knoopten na
dat zij er een grooten steen in gedaan hadueu. Zij
pakten het ieder met eene nand beet en Int u «a-u
onder groot gelach over boor i vallen.
Daar Groote-Lars zich blijkbaar h i o over
het gebeurde vertelde Jon hem quam o 0 aat het
8>echts Thor Stuwitz en i en Siudeut van Curistiana
waren die zij daar hadden laten z.nken met eei s'eeu
om hun hal», eene aardigheid die Maiiua mot
glimlachend gelaat, blijkbaar snapte, maar waardoor
Lars met veel wijzer werd.
Als een besluit op zqn getob verzocht hij Marina