De driemaster „Toetast." Honderd en tweede jaargang. 1900 "WOENSDAG Buitenland. Nederland. 21 FEBRUARI. FEUILLETON. Uit het Noorseh. Jonas Lie. NO. 22. «erste Wad. ALKMAARSCHE COIRAVT. Deze Courant wordt Blnsda g-, Honderd a g- en Katerdagavond uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden voor Alkmaar f «,8« 5 franco door het geheele rijk f 1, 3 Nummers f O,«6. Afzonderlijke nummers 3 ets. Prijs der gewone advcrtentlen Per regel f 0,15. Groote letters naar plaatsruimte. Brieven franco aan de Uitgevers HERMs. COSTER en ZOON. Telefoonnummer i 3. BEVOLHIKt). DIEUWERTJE HOEKdie zich in deze gemeente heeft gevestigd zonder haar getuigschrift van verandering van werkelijke woonplaats ter secretarie in te leveren wordt aangemaand dit binnen eene weak te doen bij verzuim waarvan zij gestraft wordt. Alkmaar 19 Februari 1900. EHTCJEIiAWD. Kimberley ontzet! Deze vreugde tijding is te Londen met stormachtige geestdrift ontvangen. Aan het departement van oorlog waarvoor zich voort durend een groote opgewonden menigte beweegtis aangeplakt »De Koningin heeft hare goedkeuring geschonken aan de bevordering van kolonel en plaatselijk luitenant- generaal French tot generaal-majoor en van luitenant kolonel Kekewich tot kolonel wegens diensten, in verband met de verdediging en het ontzet van Kimberley. Heel duidelijk zijn de telegrammen van het oorlogs terrein echter nieten al is het ontzet zeer zeker een overwinning van groote beteekenis, ook met t oog op een nu mogelijk ontzet van Maieking. dat door eeue zandige vlakte makkelijk te bereiken is zoo zijn de meeste bladen eenstemmig in hun oordeel dat het belang van generaal Roberts' overwinning nog niet nauwkeurig kan worden bepaald. Het schijnt, dat de Boeren overvallen zijn en voor de overmacht moesten wijken de operaties van French, om Kimberley te bereiken gelukten volkomen en de terugtrekkende Boeren onder Cronjé werden door generaal Kelly-Kenny vervolgd, die in de ontruimde stellingen een grooten krijgsvoorraad en veel vee buit rraakte. De Daily News" ontving nit het kamp bij Modder- rivier het berichtdat Cronjé door een wanhopige poging ontsnapt is bij een bocht in de Rietrivier. Ook generaal Buller schijnt gelukkiger te worden; hij seinde uit Chievely van den 19, dat hij den vijand aan de andere zijde van de Toegela uit zijne sterke positiën verdreven heeft. Hjj viel deze gelijktijdig in het front ter zijde en van achteren aan. De Engelschen hebben verscheidene kampen en wagens met munitie en levens middelen vermeesterd en eenige gevangenen gemaakt. De hitte is zeer groot, het terrein uitermate moeilijk. De troepen zijn vol strijdlust. ZITIH-AFKIHA.. Generaal Roberts heeft den 19 eene proclamatie uitgevaardigd aan de burgers van Oranje- Vrijstaat, waarin hij zegtDe Engelsche regeering is over tuigd, dat de inval op Engelsch gebied niet begaan is met algemeene stemming van het volk, en gelooft dat de verantwoordelijkheid daarvoor uitsluitend vallen moet op de regeering van den Vrijstaat, die handelde onder nood lottige invloeden van buiten. Engeland draagt den Oranje- Vrijstaat geen kwaad hart toe en wenscht dezen te bewaren voor de gevaren, die het gevolg kunnen zjjn van de ver keerde handelingen zijner regeering. Roberts besluit met de Burgers te waarschuwen, om van verdere vijandelijk heden tegen de Engelschen af ie zien. Op verschillende plaatsen hebben in de laatste dagen hevige gevechten plaats gehad, waarvan de uitslag nog niet met zekerheid gemeld kan worden. Van den 16 wordt uit Pretoria het volgende gemeld Met betrekking tot het gevecht van gisteren nabij Jacobsdal blijkt uit nadere rapporten, dat twee duizend Engelschen door de stelling der Boeren bij Modderrivier heen kwamen en Kimberley binnentrokken, terwijl een deel der Verbondenen daar vechtende was. Men meldt, dat de achterhoede van de Engelschen tegengehouden werd door de Verbondenen, die een grooten buit maakten van ossen en een aantal Engelschen gevangen namen. Bijzonderheden worden verwacht. De kanonneerboot Thrush heoft het stoomschip Sabine van New-York opgebracht naar Delagoabaai op vermoeden dat er oorlogscontrabande aan boord zou zijn. Schietoefeningen. De Minister van Oorlog heeft het corps comman danten aangeschreven des zomers, waar mogelijk, gele genheid open te stellen voir schietoefeningen, ter op wekking van den lust voor geweerschietoeleningen, tot behoud van de schietvaardigheid der miliciens en kader reservisten met groot verlof, en ter vorming van bruik bare schutters uit burgers, opdat het volk worde eene legerreserve, waarop te rekenen valt. De Minister vertrouwt, dat de groote meerderheid op gewektheid zal oezitten tot volhardende schietoefening. (N. v. d. D.) Brand. Te Koog-Zaandijk is den 17 door onbekende oorzaak de cacaomolen, genaamd »De Cacaoboom", ei genaar de heer H. Dekker, afgebrand. Veehandel ln Friesland. De aanvoer van melk- en kalfkoeien wordt grooter. De handel is in de laatste dagen fleuriger, doch nu de vorst weder is ingevallen, vreest men voor reactie. Voor uitvoer naar Spanje worden beste exemplaren tegen hooge prijzen opgekochtnatuurlijk kan deze prijs niet als marktprijs beschouwd worden. In vette koeien, met een aanvoer vrij gelijk aan dien van verleden week, blijft de handel opgewekt, evenals in vette kalveren. De aanvoer van nuchtere kalveren was op de jongste markt niet grootde vraag, zoowel voor uitvoer naar het buitenland als voor Holland, was goed, zoodat er in deze soort vee vlugge handel heerscate. Ook in stieren voor de slachtbank opgewekte handel de aanvoer van dit vee is bij lange zoo groot niet meer als voor eenige weken. Vette schapen en lammerenbij geringer aanvoer, stadig, doordat de Londensche markt zich niet gunstig toonde voor dit vleesch. In melkschapen, bjj zeer matigen aanvoer, blijft de handel in één doen. Hjj is wel niet vlug te noemen, maar de omzet is behoorlijk goed en de prijs blijkt bij voortduring zeer vast. Lammeren stadige handel, doch met weinig varieerende prijzen. Vette varkens, met behoorlijken aanvoer, vlugge handel. Vette biggen eveneens, doch Londensche biggen stadig gevraagd. Jonge biggen behoorlijk goed gevraagd magere varkens eveneens. De aanvoer was 50 stieren, ossen, 100 vette koeien, 800 melke- en kalvekoeien 250 pinken 140 vette kal veren, 700 nuchtere kalveren 0— graskalveren900 schapen en lammeren 0 melke- en weide-schapen 100 vette varkens300 vette biggen 250 magere varkens en 100 kleine biggen. De prjjzen zijn le soort vette koeien 2729 ct., 2e soort 24—27 ct,., 3e soort cents, stieren 23-26 cent, vette kalveren 30—38 ct., vette schapen 21 -24* ct., vette varkens 16 18 ct. Londensche biggen 14löct.per'/j kilogram. Melke- en kalve koeien f 100 f 210 pinken t 45 f.70, nuchtere kalveren f7 a f 11, weideschapen f 13 f 17, melkeschapen ff lammeren f 10—f 17, magere varkens f 28—f 46 en kleine biggen gemiddeld f 1.per week. (N. v. d. D.) Kort beraden. Men schrijft aan het Handelsblad Dezer dagen hadden te Nieuwediep de adelborsten van het tweede studiejaar zeilexercitie en nu moest de adel borst D. zijn kameraad J. op de ra passeeren, doch hij meende, dat J. zich niet goed vasthield en dat ze dus beiden zouden vallen en liet zich los. D. viel van een hoogte van 12 meter eerst tegen do mars, duikelde drie keer over zijn hoofd, kwam toen op een zeil terecht, daarna op de verschansing en toen buiten boord te water. Tusschen de Urania" (het schip, waarop het on geluk gebeurde) en den wal lag een vlot en een boot; was hij daarop terecht gekomen dan had hij zijn nek ge broken. Doch gelukkig viel hij in het open water en zonder zijne bezinning te ve; liezen, zwom hjj met schoenen en alles aan heel bedaard naar het vlot, terwijl hij naar boven riep, „dat het water koud was." Dat er een hoeratje opging voor het cordate jongemensch is geen wonder. Gelukkig had hij slechts eenige kneuzingen, opgeloopen doch was overigens heel wel en 's middags reeds weer aan tafelalsof er niets gebeurd was. VAN 20) HOOFDSTUK IX. Aan de andere zijde van de toonbank. Toen Morten zich den volgenden morgen vroeg aan kleedde in het kleine, gezellige dakkamertje, lag An dreas Heggelund aan den anderen muur nog in diepen slaap verzonken. Vlak voor het venster was een hoogetot aan den top begroeide rotstegenover de haven zich badende in de vuurroode morgenzon die later langs de masten gleed van de beide jachten die vertuid aan de aanlegplaats lagen. In het handelsplaatsje was zoo vroeg in den morgen nog niemand op. Buiten op den blanken fjord roeiden een paar boeren booten met blinkende riemen. Tusschen hen in lag een jacht met slappe zeilen dat te vergeefs wachtte op het morgenbriesje en zich nu door de mannen vooruit liet uogöücrtju. De kleederen van den jongen Heggelund lagen tot Morten's verwondering onordelijk hier en daar in de kamer neergeslingerd. Het horloge zat nog in het vestzakje en eene laars lag bij Morten's bed terwijl de andere bij de deur stond, net alsof die daar woest was heengeslingerd of getrapt. Nadat hij alies bij elkaar op een stoel had gelegd en bet horloge op hef kleine tafeltje bij het bed, begaf Mor ten zich naar beneden. De woorden van mevrouw, dat hij eigenlijk met Stu witz te maken had en het een en ander, dat hij gisteren nog meer had opgemerkt, hadden hem doen besluiten, om zich aan Stnwitz te presenteeren, zoodra de winkel open Was. Bij zich zelf dacht hij er aan hoeveel hij had kunnen ontgaan indien hij gisteren van de landings brug direct den weg gevolgd had, die hem het minst l aanstond. Na eenig rondtasten vond hij den weg naar de gang beneden en volgde nu het tuinpad. Op de plaats, waar hij zijne, in zgn eigen oogen zoo ongelukkige intrede gedaan had, knikte Morten bij zichzelf. Alleen dit stond hem nog helder voor den geest dat de jongejuffrouw hem een oogenblik had aangezien op eene wijze alsof zij hare handen bezoedeld üad door den boerenjongen aan te raken na deze overpein zing haastte hij zich naar den winkel waar hij wist, dat zijn plaats was. Toen hij daar aankwam zag hij den pakhuisknecht tot wien Stnwitz sprak bezig met de winkeldeur te openen. Morten liep recht op Stuwitz aan die daar stond met een vette jas aan in de eene hand de pruik en in de andere een blauwen zakdoek waarmee hij zich het zweet afveegde nadat hij geholpen had om een vat van de brug naar de deur te rollen. Goeden dag! Wat moet jij?" riep deze barsch uit, terwijl het blinde oogmet de witte vlek op de pupil, eenigszins begon te trillen. »Ik ben Morten van Skorpen en zal hier winkelbediende worden." ,Ha zoozeide Stuwitz, op een eigenaardigen, ver anderden toon. u u- »Ik meende dat jij bij de familie verblijf hield, hier is 't zoo eenvoudig moet je weten. Morten voelde dat dit zoetsappige gezicht en die zachte stem hem niets goeds voorspelden. Door aan te pakken kon hij alleen bewijzen dat zjjn wil goed was en daar om vroeg hij bescheiden »Moet dat vat traan in den winkel?" >Het is geen vat traan *t is een vat stroop,' was Uit de door den directeur der Levensverze- kerlng-Naatschappij „Haarlem" over 1899 opge maakte rekening, welke door commissarissen is goedgekeurd, blijkt, dat die Maatschappij in bloeienden toestand ver keert. Aan contributie werd in 1899 ontvangen ƒ53061.685 en aan renten f 11203.72, de uitkeeringen wegens over igden beliepen f 24370.65sterwjjl het kapitaal der Maatschappij met f 24367.105 toenam en alzoo klom tot f 275081.03. het korte antwoord. Daardoor liet Morten zich echter niet uit het veld slaan en vroeg toen »Moet dan dat vat stroop naar binnen?" >Hm Ja »Kan ik dat niet doen?" »Ja maar dan moet je eerst je nieuwe buisje uit doen want zoo fijn zgn we hier niet." Morton deed aldus en was daardoor met oen geluk kigen sprong midden in het dagwerk gekomen want langzamerhand weid het druk genoeg in den winkel, daar het zaterdag was en er vele menschen waren. Terwijl Stuwitz, die het onophoudelijk erg druk had, nu eens in het pakhuis was en dan weer aan boord van een der jachten, die in lading lagen, nu op het kantoor, dan weer aan het handelen met de lui, hadden be halve Morten nog twee andere bedienden druk werk aan de toonbank en iets later op den dag kwam Andreas Heggelund er nog bij om hen te helpen. Over de velerlei zaken, waarmee de boeren kwamen, visch en lever, nieuwe bootenhuiden, bessen in vaatjes over alles moest lang en breed onderhandeld wordeu en daarop volgde dan de betaling in goederen uit den winkel. Enkele uitverkorenen werden onder den naam van »oude bekenden" door den eersten bediende uitgenoodigd om in het zijkamertje te komen, waar zij dan onthaald werden op een borreltje, van eene betere soort dan het mengsel, dat verkocht werd onder den naam van wijn en dat Stuwitz altijd zelf klaar maakte. Doch Morten begreep spoedig, dat zij met die menschen heel andere bedoelingen hadden, dan met die, welke op vriendelijke woorden onthaald werden en welke de speciale groeten meekregen voor de familie. En met een eigenaardig gevoel herinnerde hij zich, dat zgn vader dikwijls van Sörströmmen was terugge komen met dergelijke groeten. Morten wist reeds den prijs van de meest voorkomende artikelen en breidde zijne kennis met ieder uur uit. Hij gevoelde zich erg groot in zijne nieuwe betrek king achter de toonbank, voornamelijk wanneer hg, ten aanschouwe der klanten een touw sloeg om een pakje,

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1900 | | pagina 1