No. 22 Tweede blad.
Honderd en tweede jaargang.
1900.
Kadaster.
Nederl a n d.
ALKMAilRSCHK C»! RUI.
Deze Courant wordt Dinsdag-, Donderdag
«n Zaterdagavond uitgegeven. Abonnementsprijs
per 3 maanden voor Alkmaar i ©,8©franco door het
geheele rjjk f 1,—
3 Nummers f O,©6. Afzonderlijke nummers 3 ets.
W OENSDAG Telefoonnummer» 3. 21 FEBRUARI.
Prijs der gewone advertentlen
Per regel f©,13. Groote letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de Uitgevers HERMs. COSTER
ZOON.
De BURGEMEESTER der gemeente ALKMAAR brengt
ter algemeene kennis,
dat hy ter secretarie der gemeente, gedurende 30 dagen,
ter inzage voor belanghebbenden heeft nedergelogd eene
opgave van uitkomsten, bedoeld in de artt. 15, 23
en 43 der wet van 26 Mei 1870 (St.-bl. No. 82), waar
van, ter voldoening aan art. 15, 2e lid der wet, bij deze
afkondiging geschiedt.
Alkmaar, De Burgemeester voornoemd,
16 Pebr. 1900. G. RIPPING.
Twee Beverwijksche jongens
als helden in Zuid-Afrika.
Onder bovenstaand opschrift hebben Gebr. Majoor, te
Beverwijk, een afbeelding geëxposeerd van 2 Beverwij-
kers, die een daadwerkelijk aandeel nemen aan den strijd in
Z.-Afrika, 't Zijn de portretten van Adriaan en Cor. Hagen,
zonen van Frits Hagen en Cornelia Cassee, de eerste van
Beverwijk, de laatste van Bloemendaal geboortig. Behalve
deze 2 zoons, waarvan de oudste 21 en de andere 20
jaar is, zijn nog 2 jongere broeders, Johan en Frits, 18
en 17 jaar oud, mede ten strjjde getrokken. De vader
is een welgestelde boer, wiens boerderij zich niet ver van
Pretoria bevindt. Bij het uitbreken van den oorlog wer
den zijn vier zonen en de knecht Harm opgecomman
deerd. De beide oudsten en de knecht gingen naar
Natal, terwijl de andere onder Cronjee naar Modderrivier
togen. De oudste zoon Adriaan is vrijwilliger bij de
Staats-Artillerie en bediende tot het laatste oogenblik
een der beide kanonnen in den slag bij Elandslaagte.
Bjj den terugtocht der Boeren wachtte zijn broeder en
Harm nog op hem, opdat hij nog zijn laatste schot met
het kanon kon afvuren, toen sprong hij te paard en voort
ging het in wilden galop den heuvel op en werden zij weldra
door de lanciers nagezet. Plotseling zinkt zijn paard
onder hem neer door een kogel getroffen. Hij komt weer
op de been en tracht op het paard bij zijn broer te
springen, doch dit mislukt, zijn broer en de knecht
grijpen hem evenwel en zoo wordt hij half gedragen,
half gesleurd een eind weg mee gevoerd, toen een lancier
die het dichtst bij hen was met zijn lans naar hen wierp
en de op het paard zittende Cor in den arm trof. Hij
werd hierdoor losgelaten, slingerde zijn geweer van zyn
schouder en legde op den hem ver volgenden lancier aan.
Daar evenwel verscheidene lanciers in de nabijheid
waren, schoot hij niet maar gaf zich over. De lancier,
die hem gevangen nam was reeds een man op leeftijd
(waarschijnlijk een onderofficier) en dat was zijn geluk,
want deze verhinderde dat de aanstormenden hem met
hunne lansen vermoordden, zooals zij dien dag dat spel
letje helaas maar al te veel gespeeld hebben. Terug
komende langs de plek waar zijn paard was neergeschoten
zag hij, dat het schot vlak achter den stijgbeugel aan
de eene zijde was ingegaan en vooraan de borst was
uitgegaan. Hjj vroeg vergunning om zjjn zadel en zijn
trens van zijn dood paard mede te nemen, doch dit werd
hem geweigerd.
Hierbij dient opgemerkt, dat toen het vorig jaar zijn
moeder hier in Holland vertoefde, zij voor haar man en
haar zoons, nieuwe zadels en trensen mede naar Afrika
had genomen, welke op Bloemendaal door haar broeder,
den heer A. Cassee, vervaardigd waren. Van zijn gevau
genschap en zijn reis naar Kaapstad, tot hij op de Pene
lope gevangen werd gezet, heeft hij niet veel geschreven,
doch daarna kwam het avontuurlijkste gedeelte van zijn
lotgevallen.
Hij was nl. verloofd met mej. Bertha Leemhuis, welke
in Pretoria woonde, doch vóór het uitbreken van den
oorlog met haar vader het plan had opgevat naar Hol
land terug te keeren. Zij kwamen echter niet verder
dan Kaapstad en vernamen toen al heel spoedig dat
Adriaan Hagen onder de gevangenen op de Penelope
behoorde. Hoe nu alles in zijn werk is gegaan, blijkt
uit de brieven niet recht duidelijk, maar zooveel is zeker
dat hij in 't bezit kwam, door toedoen van zijn verloofde,
van drie zwemgordels. Met hun dritën (nl. nog twee
andere Hollanders) hebben zij het stoute stuk gewaagd,
zich in zee te laten afzakken en naar den wal te zwemmen.
Zooals men uit de dagbladen vernomen heeft, is het
slechts aan twee van hun, gelukt, daar men den derde den
anderen morgen nog drijvende weer heeft opgepikt.
Aan den wal gekomen hebben zy zich weten schuil te
houden, en is het hun, na een marsch van 14 dagen,
waarbij hoofdzakelijk 's nachts geloopen werd, gelukt, zich
weder bij de Boeren-commando's te voegen. Zij waren
zeer uitgeput en moesten per wagen vervoerd worden.
Thans is Hagen echter weer geheel hersteld en heeft zich
weder onder commando van Generaal Joubert gesteld.
Met deze geschiedenis is dus tevens de vraag beant
woord onlangs in het »Handelsblad" gedaan, dat men niet
wist, wat van de twee ontsnapten geworden was.
(Kennemerland.)
Ook in Hanau, het middelpunt der diamantbewer
king in Dnltschland, doet zich de Zuid-Afrikaansche
oorlog op treurige wijze gevoelen. Deze week hebben
zeven groote slijperijen den arbeid moeten staken en daar
door zijn honderden werklieden broodeloos geworden.
Vroegere oorlogen.
Hoe droevig en talrijk de verliezen aan menschen-
levens in den thans in Znid-Afrika woedenden oorlog ook
zijn mogen, verschaft het toch zekeren zwakken troost,
zich te binnen te brengen, hoe sering eigenlijk die offers
nog zijn, vergeleken bij de groote menschenslachting, die
in vroegere tyden met groote veldslagen gepaard ging.
Bij den slag van Blenheim, toen de Franschen onder
maarschalk Tallard verslagen werden door de troepen der
verbonden Mogendheden, aangevoerd door Marlborough,
sneuvelden 12,000 Franschen en werden 13,000 gevangen
genomen, terwijl de overwinning bij Ramillies aan Marl
borough 3000 man kostte.
De laatste maal dat een koning van Engeland zich in
het vuur waagde (George II), bij gelegenheid van het
treffen bij Dettingen, kwamen in weinige uren 3000 Fran
schen om het leven, terwijl, om tot de 19e eeuw te komen,
Napoleons zegepraal bij Austerlitz, Rusland, Oostenrijk en
Pruisen 30,000 menschenlevens kostte.
Na den slag bij Jena lagen 20,000 Pruisen en 14,000
Franschen ontzield op het slagveld, terwijl bij Waterloo
6932 man van het geheele Britsche contingent van 23,991
man, sneuvelden of gewond werden, d.i. iets minder dan
1 op de 3 man,
Van den bekenden dolzinnigen ruiteraanval der Engel-
schen bij Balaklava (thans als gevolg van een verkeerd
begrepen commando beschouwd) keerden 198 van de 670
man weder en bij Inkerman, waar 8000 Britten gedurende
zes uren aan 40,000 Russen het hoofd boden, vonden 9000
Russen den dood.
Toen maarschalk Mac Mahon den veldslag bij Magenta
won, waren er van de Franschen en Sardiniërs 4000 ge
sneuveld of verwond, terwijl 10,000 Oostenrijkers hetzelfde
lot deelden en van de iaatsten bovendien nog 7000 man
werden gevangen genomen.
Bij KöniggrStz vielen 40,000 Oostenrijkers en Gravelotte
kostte den zegevierenden Duitschers 25,000 en den ver
slagen Franschen 19000 man.
Overigens zijn de gruwelen van den oorlog tot veel
kleiner afmetingen teruggebracht door den vooruitgang
in de heelkundige wetenschappen en de menschlievende
zorg en verpleging, welke tegenwoordig aan de gewonden
in den oorlog worden gewijd.
Die echter voor en na een afgrijselijke gruwel blijft.
(N. v. d. D.)
Ter waarschuwing.
In Droningen, waar het loof der menigvuldig ver
bouwde suikerbieten algemeen aan het vee wordt gevoe
derd, heeft dit voer verscheidene ongevallen veroorzaakt.
In dat loof bevinden zich namelijk de afgesneden groene
»koppen" der bieten en ook de harde stengels der door
geschoten planten. Nu gebeurt het lichtelijk, dat deze
harde deel en, wanneer de dieren gulzig eten, in het darm
kanaal blijven vastzitten en daar erge stoornissen ver
oorzaken.
Verscheidene boeren hebben dientengevolge reeds één
of meer dieren moeten slachten. (N. v. d. D.)
Vervoer-tarlef wan rijwielen.
Naar «De Fiets" verneemtheeft de Minister van
Waterstaat zijn goedkeuring gehecht aan een voorstel
om op alle lynen van de Holl. IJz. Spoorwegmaatschappij
een uniform-tarief van 20 cent te heffen voor het vervoer
van een rijwiel als bagage.
Roode-Hruls.
Het totaal der ingekomen giften bedraagt thans
f 200.399.341/2.
De penningmeester van de afd. Botterdam der
Aederl. Zuid-Atrlkaansche Vereeniging heeft
voor de elfde maal f 10,000 aan het hoofdftomité dier
Vereeniging opgezonden.
Bedrog met boter.
Het Handelsblad meldt 't volgende
In de Duitsche bladen vinden wij melding gemaakt
van een zaak, die ons land niet tot eer verstrekt.
Te Dusseldorf zijn 12 vaatjes »zuivere Hollandsche
natuurboter'' in beslag genomen, waarvan de inhoud bij
scheikundig onderzoek 30 tot 35 pCt. margarine bleek te
bevatten, zoodat zij waren ingevoerd in strijd met de wet
van 1897, die de grenzen heeft willen sluiten voor ver
mengde boter Een vervolging moest uitblyven, omdat
niet bleek wie de verantwoordelijke persoon was. De ge
hoorde deskundige dr. Loock heeft echter verklaard, dat
»in Nederland de vervalsching van natuurboter met mar
garine en het uitvoeren van dit product naar Duitsch-
land allengs een ontzaglijken omvang heeft gekregen en
dat het eenige streven van een reeks van Nederlandsche
fabrieken daarin bestaatdeze vermenging op de ver-
fijndste en wetenschappelijk bijna onwaarneembare wijze
te doen geschieden". In deze verklaring wordt verder
gezegd dat thans tusschen beide landen diplomatieke
onderhandelingen omtrent dat onderwerp gaande zijn, en
dat eerstdaags gelijksoortige gevallen in andere Duitsche
steden (Essen BochnmElberfeld) zullen behandeld
worden.
Het zal ons zeer lief zijn, indien wij in staat worden
gesteld een afdoende tegenspraak openbaar te maken van
de beweringen die in het rapport van dr. Loock voor
komen.
-- Opmeer. Op 81 Dee. 1898 bestond de bevolking
uit 194 m. en 174 vr., totaal 368 personen. Zij ver
meerderde in 1899 door geboorten met 6 m. en 2 vr.,
tot. 8 en door vestiging met 20 m. en 23 vr. en ver
minderde door overlijden met slechts 1 m. en door ver
trek met 20 m. en 23 vr., zoodat de bevolking op 31
Dec. 1899 bestond uit 199 m. en 176 vr., totaal 375
personen. Er werden 4 huwelijken voltrokken.
Spanbroek. Op 31 Dec. 1898 bestond de bevolking
uit 725 m. en 758 vr., totaal 1483 personen, Zij ver
meerderde in 1899 door geboorten met 22 m. en 24 vr.
en door vestiging met 62 m. en 78 vr. en verminderde
door overlyden met 8 m. en 16 vr. en door vertrek met
72 v. en 88 m., zoodat de bevolking op 31 Dec. bestond
uit 729 m. en 756 vr., totaal 1485 personen. Er werden
5 huwelijken voltrokken.
Nederlandscb Zuld-Afrlkaansch Fonds tot
daadwerkclijken steun.
Alhoewel het Fonds eerst sedert medio Januari
«daadwerkelijk" bestaat, zooals bewezen is door het ver
kenen van bemiddeling aan een 20-tal personen, die
naar Zuid-Afrika zjjn vertrokken, heeft inmiddels reeds
de volledige organisatie plaats gehad.
Het «Nederlandsch Zuid-Afrikaansch Fonds tot daad-
werkelyken steun", met zetel in de hoofdstad van Ne
derland, heeft in het algemeen ten doel om lichamelijk
en zedelijk gezonde, bij voorkeur ongehuwde, Nederlanders
van 23- tot 35-jarigen leeftijd geheel of gedeeltelijk vrijen
overtocht te verschaffen naar de Zuid Afrikaansche Boe
renrepublieken en hen aldaar behulpzaam te zijn tot het
verkrijgen van eene betrekking.
De ter uitvoering van dit doel benoodigde gelden
zullen (voorloopig) alleen gevonden moeten worden door
vrijwillige bijdragen of giften, op verschillende wijzen
te verkrijgen.
Het Bestuur van het Fonds is thans (met recht van
toevoeging) samengesteld als volgt
Oommissie van uitvoering:
W. P. Noëls van Wageningen, Financier, te Amster
dam, Voorzitter; D. Twiss, gep. Kolonel der Artil
lerie O.-I. L., te Amsterdam Dr. W. Zuidema, Letter
kundige, te Amsterdam M. van der Wal, gepens O.-I.
Predikant, te Leiden J. H. Mtillor, Oud-Gonvernements-
Ingenieur v/d Oranje Vrijstaatte ArnhemMr. Tj.
Gonggrijp, Advocaat en Procureur, te Amsterdam.
Commissie van toezichtophetgeldelyk
beheer:
F. O. P. Boterhoven de Haan, Notaris, te Amsterdam
Fedor 0. Bunge, Koopman, te AmsterdamProf. Mr.
J. O. Naber, Hoogleeraar, te Utrecht.
Afgevaardigde in Zuid-Afrika:
Jan H. Junius, gepens. Zee-officier.
Verder zijn reeds Plaatselijke Besturen gevormd in
de navolgende steden.
Alkmaar. Mr. J. Verdam, Advocaat-Procureur Dr.
J. C. M. Simon Thomas, Arts F. de Cock Buning, gep.
Luit. Kol., Militie-Commissaris.
Delft. Dr. J. Thomée, ArtsJ. C. Fabius, Inspec
teur L. O., oud-officier Art.Mr. P. IJssel de Schepper,
Advocaat.
Groningen. C. A. van Leeuwen, Districts-Veearts
B. J. Tjassens Keiser, gep. Kapitein O. I. L.Dr. R.
Tijmstra, Arts.
Haarlem. J. J. Verwijnen, gepens. Kapitein O.
I. L. Dr. Lodewijks, Arts.
Leiden. M. van der Wal, gep. O.-I. predikant
J. B. van Loenen, Technisch Ambten. A. Koetser.
In de meeste steden van Nederland zijn de Plaatselijke
Bestaren in wording, die geleidelijk zullen worden be
kend gemaakt, evenals de Correspondentschappen.
Volkszang.
De Vereeniging tot verbetering van den volkszang
te Amsterdamdaartoe aangezocht door het Algemeen
Nederlandsche Verbond (secretaris dr. Kiewit de Jonge),
wenscht eene poging te doen om de eenheid in het
volksgezang te bevorderen. Ieder jaar zal de Vereeniging
een zestal liederen uitgeven, die of reeds bekend en geliefd
zijn of waarvan door inhoud en melodie te verwachten
isdat zij ingang zullen vinden bij het volk.
Worden die liederen nu op alle scholen in ons vader
land geleerd en tevens zooveel mogelijk in de huisgezin
nen gebracht, dan kan langzamerhand het Nederlandsche
volk in het bezit komen van eene verzameling liederen,
die bij huiselijke of openbare feesten gezongen zullen
worden, het gezellig samenleven bevorderen en wellicht
nietsbeteekende of walgelijke straatliederen zullen ver
dringen.
Het eerste bundeltje is thans bij den uitgever W. Ver
sluis, te Amsterdam, verschenen en tegen den prijs van
10 Ct. alom verkrijgbaar gesteld. Voor directeuren of
leiders van zangscholen, en verder voor allen die met de
Vereeniging in de aangegeven richting werkzaam willen
zijn, is op aanvrage bij het bestuur een present-exem
plaar beschikbaar.
Voorzitter der Vereeniging is de heer J. Stamperius,
le secretaris de heer P. Blokker Nz., beiden hoofden
van scholen te Amsterdam. Het adres van den laatste
is Marnixkada 47.