Ons Schoolonderwijs.
De driemaster „Toekomst
No. 39. Tweede blad.
Honderd en tweede jaargang.
Zondag 1 April 1900.
FEUILLETON.
Ad vertentiè li
Een fatsoenlijke JONGEN
Uit het Noorseh.
Jonas Lie
bij J. VAN DEN BERD, Langestraat.
ALkMAARSGHË COUR A AT.
Het behoeft zeker niemand te bevreemden dat jnist
in den laatsten tijd sinds de invoering van leerplicht
aan de orde isook het gehalte en de aard van ons
onderwjjs, van het lager en middelbaar onderwij? althans,
worden besproken en beoordeeld. Dat oordeel is niet
in alle opzichten gunstig en wij gelooven dat er inder
daad stof is voor gegronde aanmerkingen en opmer
kingen. Zeker niet in dien zin dat het lager onderwijs,
zooals het thans gegeven wordt, niet zon verdienen door
alle kinderen genoten te worden. Een weldaad is het
naar onze meening ongetwijfeld, het te ontvangen zooals
bet isen een blijvend gemisdaarvan in zijn jeugd
verstoken te zijn gebleven. En dat gemis achten wij
zoo grootdat wij met volle overtuiging sinds vele
jaren voorstanders van leerplicht zijn geweest. Toch zou
het groote dwaasheid zijn ons lager onderwijs en daar
naast ons middelbaar ouderwijs voor te stellen als iets
volmaakts, en de ooren te sluiten voor hetgeen deskundigen,
vooral ook deskundigen door eigen ervaringals ge
brekkig en ondoelmatig veroordeelen. »Eeu vriend die
mij mijn feilen toont"men kent het oude versje
van Van Alphen; en ook zij die het niet kennen, znllen
wel zoo verstandig zijn zulk een vriend niet de deur
te wjjzen.
Tot die vrienden behoort ongetwijfeld de heer Meerkerk,
van wien in de Vragen des Tijds van de maand Maart
een artikel voorkomt over ons lager en middelbaar
onderwijs, waaraan hij den vreemden titel van »J o n a s"
heeft gegeven. Zjjn bedoeling is dat er heel wat «ge
jonast" «overboord gezet'' moet worden. En hij heeft
geen ongelijk. Intusschen is het nietwat althans ons
gewoon lager onderwijs betrefthet aantal vakken
waartegen de schrijver bezwaar maaktmaar wel de
wijze waarop er onderwijs in wordt gegeven. Lezen
schrijven en rekenen acht ieder onmisbaarmaar ook
geen der overige vakken vindt bij hem bezwaarde
Nederlandsche taal evenmin als de vaderlandsche gescbie-
deuisde aardrijkskunde evenmin als de kennis der
natuur. Zjju bezwaren gelden niet de vakkeu maar
hetgeen er van geleerd wordt, en de wijze waarop het den
kinderen wordt meegedeeld. Er huist onder ons onderwijs
te veel schoolgeleerdheid, die buiten de bevatting, buiten
het voorstellingsvermogen der kinderen ligten die zij
zeer spoedig weer vergeten. Zij vertellen na wat ze in
hun schoolboeken hebben gelezen of van hun onder
wijzers gehoord, maar waarover zjj in de verste verte niet
knnnen oordeelen en dat zij dikwijls in 't geheel niet be
grijpen. Zulke kennis is onnut. Zij vervliegt onbegrijpelijk
vlug en wat er in het geheugen van overblijftwordt
steeds meer onbetrouwbaar en een bron van misverstand
en valsche voorstellingen.
De heer Meerkerk haalt van een en ander merk
waardige staaltjes aan. Wij voor ons zijn overtuigd
dat zijn voorstelling niet op alle scholen past. Of zij
geldt van de meerderheid of van de minderheid, kan in
het midden worden gelaten. Genoeg zij hetdat hij
wijst op een behandeling van sommige vakken van
onderwijs, die niet als zeldzame uitzondering kan worden
aangemerkt. Hij deelt ons mede, hoe hij leerlingen van
de 5e klasse eener lagere school precies hoorde opgeven
hoeveel mannen Jacoba van Beiéren heeft gehaden hen
hoorde vertellen van de pauselijke dispensatie die haar
verleend werd van haar verboden liefdevan het volk
dat Kabeljauwsch en van de edelen, die Hoeksgezind
waren alles noodzakelijke wetenschap voor een examen
in het volgende jaar. Hij verhaalt van een kereltje, dat
toelatingsexamen moest doen voor de hoogere burgerschool,
en om zich daartoe behoorlijk voor te bereiden het
zoover gebracht had dat hij al de spoorwegstations
tasschen Groningen en Maastrichttusschen den Helder
en Rotterdam en tusschen den Haag en Arnhem kon
opzeggen en er nog meer kende en hoe hij zelf van
zjjn twijfel of dit nu voor dat toelatingsexamen wel
oodig waswerd genezen toen hjj kort daarna zulk
een examen bijwoonde en daar hoorde vragen de stations
tusschen Harlingon en Nieuwe Schans en langs den
Rijnspoorweg tusschen Amsterdam en Rotterdam.
Als examenopgave voor den overgang van deeerste naar
de tweede klasse eener hoogere burgerschool vond hij opge
geven, den Weichsel te teekeneu met alle bijrivieren en alle
takken van de bijrivieren. Hij vermeldt vragen naar het aan
tal inwoners van Parijs, over bijzonderheden vanhetNen-
siedlermeer en de Kleine Beskiden, over de dalen waardoor
de spoorweg van Parijs naar Turijn loopt, naar de zijrivieren
van de Allerde temperatuur van de Hongaarsche
steppen en het aantal voedingsstoffen onder de invoer-
artiken van Zwitserland. Wat de Nederlandsche taal
betreftvermeldt de schrijver de afwijzing van een
leerling eener hoogere burgerschool, omdat bij o. a. geen
zinnen wist samen te stellen, waarin de woorden gene
ren, zwirrelen en wassenaar voorkwamen en
het jaarlijks struikelen van leerlingen op het toelatings
examen voor de hoogere burgerschool, omdat zij te zwak
bleken bij de verklaring van een lijdend onder
werp en een lijdend voorwerp, of tekort schoten
in het aanwijzen en juist onderscheiden vaneen oorza-
kelijken voorwerpszin en een doelaanwjj-
zenden bijzin. Men kan licht begrijpen, dat de schrij-
ver eenigen twijfel oppert aan de noodzakelijkheid of
het nut van die soort van wetenschap, vooral als hij ons
verhaalt dat zelfs wijlen de hoogleeraar de Vries een
maal verklaarde, dat het best mogelijk was, dat hij ook
wel eens zoo'n bijzin had gemaakt, waarvan hij den naam
niet kende, en waarvoor hij de spitsvondige onderschei
dingen totaal overbodig vond. Zulk een school-taalkennis
kan wei niemand voor onze jeugd wenschelijk achten, en
de tijd die er aan gegeven wordt, kon moeilijk op min
der nuttige wijze worden besteed.
Niemand heeft zulke taalkennis noodig om zich in
goed Nederlandsch zonder taalfouten juist te kunnen
uitdrukken en de kennis van de verschillende namen
van al die zinnen en bijzinnen waarborgt allerminst hun
juist gebruik. Dat leert het kind door in de school juist
te hooren spreken en de taal te lezen, te hooren lezen
en daardoor leereu waardeeren van onze beste schrijvers.
'.«amassf
VAN
34)
Morten had eene gewaarwording of hij in een kerk was
grooter dan waarin hij ooit geweest was.
Overigens ging het daar later vroolijk genoeg toe en
men brak eerst op na verloop van een paar uur, toen de
maan reeds opgekomen was.
Een paar rendieren waren losgebroken en moesten eerst
opgevangen worden.
Terwijl hun meester naar hen loopt te zoeken vliegt
er plotseling een koord als een zwarte schaduw over de
sneeuw.
Het dier voelt het touw om zijn hoorns en gaat op
zijn achterste pooten staan, terwijl do Pin het naar zich
toe trekt.
De voorpooten van bet vertoornde dier komen ten
slotte terecht op den kraag van zijn jasdie hij naar
het dier toekeert en die hem, vooral wanneer de kraag
van beerenhuid is, de slagen slechts weinig doet gevoelen
Men had verwacht tegen twee, drie uur in den morgen
de hutten bij de kerk te kunnen bereiken, doch een
dikke mist, die hen overviel midden op een der groote
meren, noodzaakte den troep om opnieuw halt te honden
daar men tot do ontdekking was gekomen, dat men in
een kring had rondgereden en na verloop van een uur
terug was gekomen in de vroegere sporen.
De houten kerk heeft uitzicht over het dal en een
klein berkenbosch op het kerkhof en ligt aan den oever
der rivier, die hier menige zandbank heeft gevormd.
De noordzijde van de pastorie, waar steeds de wind
op staat, is in den regel dos winters ondergesneeuwd tot
Wij kunnen ons een andere wijze van de behandeling
onzer geschiedenis en een ander aardrijkskundig onder
wijs denken dan waarvan de heer Meerkerk hier ver
makelijke of bedroevende staaltjes geeft. Als de schrijver
zegt dat b. v. de Rijngevolgd van zijn oorsprong
tot aan zijn uitmonding, geheel aanschouwelijk behan
deld, zoodat de rivier in de verbeelding der leerlingen
bestaat zooals ze is, veel nuttiger arbeid is dan het van
buiten leeren der namen van allerlei zijriviertjes, dan zijn
wij dat geheel met hem eens, en wij zouden daarenboven
nog op iets anders willen wijzen. Ons polderland zelf kan,
dunkt ons, zulk een geschikt onderwerp wezen voor be
handeling uit een aardrijkskundig en geschiedkundig
oogpunt. Boeiend moet het zijn voor de leerlingen eener
lagere school, met hen na te gaan hoe het er vroeger
uitzag, hoe de vele meren vruchtbaar land zijn geworden,
wat wij aan de zee hebben ontrukt, hoe wij kanalen
hebben gegraven, hoe door sluizen ook bij ongelijken
waterstand de schoepvaart mogelijk is gemaakt, en hoe
in hoofdtrekken onze waterschapsbesturen zijn geregeld.
Welk een rijk terrein levert Noordholland op voor een
dergelijke behandeling, ook in verband met de oorlogen
der Hollandsche graven tegen de West-Friezen, met. de
eerste jaren van onzen strijd tegen Spanje, beleg van
Alkmaar, den voormaligen bloei van Enkhuizen en Hoorn,
de opkomst van Amsterdam, het ontstaan van het Nieuwe
Diep, het Groot-Noordhollandsch Kanaal het nieuwe
Noordzee-kanaal door Holland op zijn smalst. Hoe zouden
de uit anderen hoofde bekende namen van Lamoraal van
Egmond en Hendrik van Brederode een nieuwe betee-
kenis kunnen verkrijgen als ondernemers der droogmaking
van de Egmouder- en de Bergermeer.
Inderdaad er is op dit terrein behoefte aan hervor
ming zoo wat de keuze der leerstof als de wijze van.
behandeling betreft; en dat te meer, omdat de lagere
school voor de meerderheid van de kinderen des volks de
eenige kweekplaats is van deze soort van kennis die later
niet meer stelselmatig en algemeen wordt aangevuld.
Eene belangwekkende verknoping.
Wij ontvingen den fraaien, royaal bewerkten ca
talogus eener belangwekkende verkooping, welke op dins
dag, 3 en woensdag, 4 April, te Amsterdam in «De
Brakke Grond" zal plaats hebben, onder leiding van
de firma C. F. Roos Go. Behalve oude schildergen,
waarvan een vijftal door fraaie photolithografiëu in den
catalogus zijn afgebeeld, bevat deze een groot aantal
nummers oude teekeningen en gravures, sieraden, gouden
voorwerpen zilverwerk glaswerk faience porcelein,
meubelen, antiquiteiten, voorwerpen in koper, in tin, in
plate, Indische wapenen enz. De collectie is afkomstig
van mevr. de wed. G. v. d. B. v. L. te A., den heer
dr. D. G. H. van der Meulen, benevens uit eene kunst
collectie te Rotterdam. De catalogus is ad. f 1.— ver
krijgbaar bij bovengenoemde directie.
aan den nok van het dak, terwijl die zijde, waar zich
de deuren en vensters bevinden, open gehouden wordt
door de sneeuw weg te scheppen.
Bij de hutten om de kerk heerschte dien voormiddag
groote bedrijvigheid, die eerst verminderde, toen de gods
dienstoefening begon en de gemeente de kerk binnen
stroomde.
Behalve de familie van den dominee, die op de ban
ken bij den predikstoel zat naast den schout en den half
als Fin gekleedeu klokkenistbestond zoo goed als de
geheele gemeente uit Bergfiunen, die met groote aandacht
naar de preek zaten te luisteren.
Lyma's kind werd gedoopt tegelijk met vorscheiden
andere kinderen en ten slotte had er nog eene trouw
plechtigheid plaats.
De plechtigheid geschiedde volgens zweedsch gebruik
terwijl een paar jonge mannen den zijden doek gespauneD
hielden over de bruid die daar stond gekleed in haar
fraaie finsche drachtmet de kroon op het hoofd, terwijl
de bruidegom een witte sjerp kruiselings over zijn borst
en om zijn lichaam gebonden had.
In haar roodomzoomd jakje met een kraag van zilver-
beerbont en glaspaarlen tot versiering op de borst de
gevoerde, helmvormige muts, waarvan de roode zijden
banden wapperden en met de fijne, smalle, aan de spits
oploopende pelsschoenen aan de voeten en mooie franje
om do enkels zóó zag de bruid er uit die daar op
sneeuwschoenen zich naar de kerk begaf met den stok
in de handen en het gelaat rood door den wind, werkelijk
een schoonheid.
Bij de hutten om de kerk hadden echter later vele
opstootjes plaats, die hunne aanleiding hadden zoowel in
de ijverige beoordeeling van de preek, als misschien niet
minder in den clandestienen verkoop van brandewijn
waaraan do handelaar zich waagde niettegenstaande hij
gevaar liep daarvoor veroordeeld te worden omdat het
zondag was.
Kennissen ontmoetten elkaar met de gebruikelijke halve
omhelzing en den groet, «burist", «burist", waarna zij
elkaar de brandewijnflesch aanboden.
kan direct geplaatst worden
Een paar groepjes hadden zich verzameld om een rus-
s schen koopman met langen baarddie van de witte
zee gekomen was en om een handelsreiziger van Ganvik,
die reisvaardig stondgehuld in een fiuschen pels en
met een noorsche palsmuts op en orders afsloot voor zijn
principaal.
Een derde, die meer dan de twee anderen de opmerk
zaamheid van Morten Jonsen tot zich trokwas een
langebrutaal uitziende man met een pelsmuts op en
gehuld in een pelsjas, die hem tot aan de voeten reikte
en in alles meer naar de zweedsche mode gekleed.
Het nas een koopman, die ongeveer een mijl of tien
zuidelijker woonde en die zoo goed als den geheelen hni-
denhandel in handen had gehad, vóórdat de vreemde
lingen zich op deze markt waren komen indringen.
Deze was hetdien Zilver-Sara Morten van te voren
reeds had aangewezen als zijn vijand in hot finsche dorp
en uit veel dingen kon hij opmaken dat zijn persoon
dien dag in hooge mate het onderwerp was van 's mans
drukte.
Een paar keer was die man, die anders met een bran
dewijnflesch in de handen midden in de groep stond
en borrels schonk aan zijne klanten, hem gepasseerd en
dan telkens, schijnbaar zonder opzet maar vrij hard, tegen
hem aangeloopen, zonder zich daarover te verontschul
digen.
Vanuit den kring welke dien man omgaf, hoorde
Morten wanneer hij daar af en toe eens voorbij ging,
uitdrukkingen, die hem in het geueel niet wilden be
vallen daar hij begreep, dat die op hem toepasselijk
waren en waarvan eenige door de omstanders met uit
bundig gelach aangehoord werden.
Lyma had ook vanaf de plaats waar zij zat iets
verder weg, den toestand overzien.
Zij spoedde zich naar Morten en verzocht hem haar
te volgen, daar ze reeds allen reisvaardig waren.
Morten verzoent haar nog een kwartiertje op hem te
wachten, dan zou hij klaar zijn met, het laatste zaakje,
dat hij bezig was af te sluiten.
Hij zag er zoo gerust uitdat zij minder bezorgd