Buitenland.
Nederland,
f 1
Nog bezochten wij Zweden, Hongarije, België enz., doch
willen die voor een volgend schrijven bewaren.
De tentoonstelling wordt al drukker bezooht, nu men
zeggen kan, dat veel klaar is, verleden Zondag waren er
meer dan 208 duizend entrées.
J. M. T.
EWGEIiAWD. Het bericht dat Lord Roberts zonder
eenig gevecht van belang Kroonstad, waar men bef-
tigen tegenstand verwachtte, bezet heeft, is te London
met nog meer blijdschap ontvangen, dan indertijd het
ontzet van Kimberley. De Engelsöhe militaire deskundigen
waren allen van meeniDg, dat de Boeren hunne sterke
stellingen vóór de stad niet zonder ernstig govecht zouden
ontruimen: dat de tweede stad van de Vrijstaat zonder
slag of stoot gewonnen werd, was dus een ware verrassing.
Generaal Gatacre is te Southampton aangekomen.
Er hadden bij zjjn landing geenerlei betoogingen plaats.
Omtrent den opstand der Ashantijnen zijn geen
nadere berichten ontvangen ook de val van Knmassie
is niet bevestigd. De krijgsmacht der opstandelingen wordt
door de LoDdensche bladen op 50.000 man geschat-, ge
wapend met geweren en mitrailleuses.
SPABfJE. De toestand is bepaald ernstig. In niet
minder dan 4 provincies is de staat van beleg afgekondigd.
Te Barcelona is de rust vrijwel teruggekeerd, althans
voorloopig, maar te Valencia en Sevilla neeci.t de oproe
rige beweging steeds toe en zijn straatgevechten met de
gendarmerie aan do orde van den dag.
De Regeering is voornemens, wanneer op nog andere
plaatsen ongeregeldheden voorkomen, geheel Spanje in
staat van beleg te verklaren.
ZIJ1D-AFHIHA. Lord Roberts seint den 12 Mei:
»Om half een hedenmiddag trok ik Kroonstad binnen
zonder tegenstand te ontmoeten en onder het gejubel van
de weinige Britsche inwoners. De heer Stryn vlnchtte
gisteravond na vergeefs getracht te hebben de burgers
over te halen ons verder tegenstand te bieden. De Trans-
valers verklaarden, dat zij in den Vrijstaat niet langer
willen vechten en trokken af naar de Vaalrivier. De
Vrjjstaters beschuldigen de Transvalere hun diensten te
hebben gebruikt en zo daarna aan hun lot te hebben
overgelaten. Vele Vrijstators zijn naar hun hoeven terug
gekeerd.
Voordat hij uit Kroonstad vertrok, vaardigde president
Steyn een proclamatie uit, waarin L'ndley (ten Oosten
van Kroonstad) wordt gemaakt tot den zetel der Vrij-
staatschu Rogeering.
Commandant-generaal Botha en generaal De Wet gin
gen beiden met de Transvalere mede.
Na al de berichten, die, ook van Boorenzijde, sedert de
inname vau Bloemfonteinontvangen werden over do
haast onneembare stelling door Botha ten zuiden van
de stad ingenomen is deze ontruiming van Kroonstad
een zeer ernstige zaak. Niet slechts omdat Roberts daar
door aanmerkelijk dichter bij de Natalscbe grens komt
en zijne vereeniging met Bulier meer uitvoerbaar wordt,
maar vooral ook omdat de overgave van de tweede
hoofdstad van hun land, de V rjjstaters er toe zal bren
gen zich in grooten getale te onttrekken aan den strijd,
dien zij ter wille hunner Transvaalsche stamverwanten
aanbonden. Reeds lang gingen er geruchten, dat een tal
rijke partij der Vrijstaters den oorlog moede is en dat
zal er natuurlijk niet beter op worden, nu zij ervaren,
dat de Transvalers het Vrijstaatsche gebied den vijand
ten prjjs laten. Toch, hoe teleurstellend de laatste tele
grammen ook mogen luiden, is er geen reden den moed
op te geven Botha heeft ongetwijfeld goede redenen
gehad om, tegenover een zoo overmachtigen vijand ge
plaatst stellingen te verlaten, die wel zeer goed te ver
dedigen waren maar waaruit oen terngtocht, dauk zij
der gesteldheid der achterliggende landstreek, zeer gevaar
lijk zonde zjjn. Bovendien iedere kilometer dien Roberts
vooruitrukt, maakt zijn verbindingslijn langer en minder
gemakkelijk te beschermen. Het feit dat Steijn den
regeeringszetel niet, zooals bovenbedoeld telegram vermeldt,
naar Lindley, doch naar Heilbron (ongeveer 100 K. M. ten
noordoosten van Kroonstad) verplaatst heeft, doet ver
moeden dat Botha niet voornemens is den Vrijstaat te
ontruimen zonder ernstigen tegenstand te hebben beproefd.
Slond- en Klauwzeer ln Engeland.
Luidens berichten is ook onder het inndvee ineen
deel van Engeland het mond- en klauwzeer uitgebroken,
nadat dit eilanden-rijk zoolang daarvan verschoond bleef.
Volgens mededeeling van de Agricultural Gazette" is
deze ziekte in het Graafschap Sufiolk en Norfolk in ver
scheidene veekoppels waargenomen. Beide graafschappen
liggen ten noorden van Londen, en zijn de het meest
naar het oosten gelegen kuststreken van Groot-Biittannië.
de hoop op 't ontdekken van den dief, voor wiens misdaad
zij boette, niet door gevangenisstraf, maar door het wan
trouwen harer medemenschen. Zij had kunnen hopen,
dat de zaak door den lijd bij de meesten in het ver
geetboek zou raken, doch dien wensch koesterde zij niet
Al zou haar dit misschien voor het oogenblik hebben
gebaat, zij moest dan toch altijd vreezen, dat bij een
enkele de herinnering er aan te eeniger tijd weer le
vendig zou worden. En al ware zij verzekerd geweest,
dat dit niet zon geschieden, dat dns nooit iemand er
meer aan zou denken, ook in dit geval zon zij niet op
vergeten hebben gehoopt. Want in t oog der wereld
zon zij dan in 't graf zjjn gegaan, zonder volkomen in
eere te zjjn hersteld! En zij kon het denkbeeld niet ver
dragen, dat het altijd mogelijk zou blijven, dat men
haren kinderen zon verwijten je moeder was niet eerlijk
Deze gedachte plaagde haar dagelijks en zij verouderde
zichtbaar. Haar blijmoedig vertrouwen in de toekomst
had plaats gemaakt voor een doffe moedeloosheid.
Bitterheid tegen een wereld die een onschuldige tot
wanhoop zou kunnen drijven en tot oen schuldige maken,
uitte zich soms in de gesprekken der kinderen en de
wel wat driftige Albert was op weg een onverschilligo
jongen te worden terwijl Anna groot gevaar liep haar
zaehten aard te verliezen en ongevoelig te worden ook
voor het leed van anderen.
Wordt vervolgd.
Het zal inderdaad zeer leerrijk zijn, bet voortwoekeren
en de mate van hevigheid der ziekte te observeeren,
nadat deze zich zoo langen tjjd niet op de eilanden ver
toonde en van eene immuniteit door vroeger voorge
komen ziektegevallen bij eenig stuk rundvee in het Brit
sche rijk sprake zjjn kan.
Het is nu te wachten, dat Frankrijk ook tegenover
Engeland, wederkeerig, de quarantaine van tien dagen
zal verordenen voor runderen, schapen en varkens, die
voor de Wereldtentoonstelling te Parijs aangegeven zijn,
gelijk reeds Duitschland en andere Staten van het Euro-
peesche vasteland verordend hebben. (Landb. Weekb.)
Brand.
De groote confituren- en chocoladefabriek van Kui
ler en Zoon te Dundee (Schotland) ie door brand geheel
vernield. Het personeel kon zich slechts met moeite red
den. De schade bedraagt ca. f 1,250,000. Zevenhonderd
arbeiders zijn door dien brand zonder werk.
Eehechlheld van een paard.
Hoe een paard gehecht kan wezen aan den man,
die het oppastblijkt uit een bijzonderheid, die gemeld
wordt van »Diamond Jubilee", het bekende paard van
den prins vaD Wales, dat in den Derby (den voornaam-
sten ren in Engeland) moet loopen en daarin volgens
velen een goede kans heeft. Het wil zich alleen door den
jongen, die hem altijd oppast, laten berijden en dan
snel loopen.
Als een ander dan die jongen, al is het de beste jockey,
hem rjjdt, dan toont bij grooten tegenzin om te loopen.
Daarom zal hot paard in den grooteu ren ook door
den jongen, die bet oppast, worden bereden.
Diefstal.
Te Duisburg stapte dezer dagen een heer, naar het
uiterlijk te oordeelen een veehandelaar, in den D-trein
van Keulen naar Hamburg. Aan een der tussehenstations
kwam een reiziger met een plaatskaartje naar Hamburg
bij hem zitten in de coupé eerste klasse. Toen de trein
in Hamburg aankwam vond de conducteur den veehan
delaar in diepen slaap en Blechts met moeite kon men
hem wakker krijgen. Nadat dit eindelijk gelukt was
bleek het, dat hem 30.000 Mark en zijn horloge met
ketting waren ontstolen. De dief die met hem gereisd
had en reuds in Bremen don trein had verlaten, had
hem blijkbaar bedwelmd gemaakt en toen bestolen. In
een oogenblik van vertwijfeling wilde de bestolene zich
n het leven berooven, doch het gelukte der politie
hem te kalmeeren en tot de terugreis te bewegeD.
Men schrijft van de Belgische grenzenIn den
iaatsten tijd is men hier nogal gelukkig geweest met
het binnensmokkelen van allerlei vee. Verschillende vette
ossen en magere koeien zijn over de grenzen gebracht,
zonder dat men van nachtelijke aanslagen vernomen
heeft.
Nu do smokkelaars, door ondervinding geleerd, gingen
ook met veel overleg te work en waren steeds zoo wijs
bij kleine troepjes uit te gaan, waardoor zij minder in
het oog liepen. Doordat de prijs der varkens op de Bel
gische markten steeds hooger is dan hier, ontstond er
ook een levendige smokkelhandel in varkens. Belgische
kooplieden en slachters koopen hier kweek- en mestvar-
kens op en brengen die 's avonds of 's nachts per kar
over de grens. Op dat varkenssmokkelen werd in den
eersten tijd weinig gelet, men had slechts oog op hoorn
vee. Het gevolg was, dat men hoe langer boe driester
werd en meermalen midden op den dag een zwijntje
over de grens gebracht werd. Een of andere landbou
wer vroeg dan een zoogenaamde »passeavent' aan in schijn
voor zijn eigen varken, inderdaad voor het gesmokkelde
en zoo werd het spoedig een op en top Vlaamsch beestje
op Belgisch grondgebied sgeboren en gewonnen". Eeu
koopman uit Meerdnuek, zekere P. Kagels, verdiende met
dien smokkolhandel een aardigen cent. Doch de kruik
gaat zoolang te water tot ze breekt.
De ambtenaren, langs de grens, wellicht van hooger-
hand er op gewezen, begonnen meer op dit Irandnleus
invoeren van varkens te letten, en twee donaneD, ver
gezeld van drie gendarmen, snapten oDzen koopman ter
wijl bjj niet ver van Koewacht een kar met acht vette
varkens over de grenzen bracht. Geboeid werd de
smokkelaar weggevoerd, terwijl zijn paard, kar en varkens
in beslag genomen werden,
De onlangs in den Zuid Airikaanschen oorlog,
gesneuvelde Fransche kolonel de Viilebois Mareuil
heeft indertijd bij zijne benoeming tot bevelhebber van
bet Hollander-corps in Znid Afrika het volgend dag
order uitgevaardigd
Dagorder No. 1.
De commaudeerende generaal van het Enropeesch
legioen geeft bij deze aan het Hollanderkorps, dat onder
zijne orders geplaatst is, kennis van den inbond van een
schrjjven door hem aan H. M. de Koningin van Holland
gerichtdat gelijker tijd een eerbewijs aau het korps en
een verbond voor de toekomst is.
Mevrouw 1
Door het Gouvernement van de Znidalr. Rep. belast
met ue samenstelling van een Enropeesch legioenter
verdediging van deszells onatbankelpkneid kan ik niet
nalaten Uwer Majesteit mede te deelen, met welk een
trotsch gevoel ik het schoono Hollanderkorps zich onder
mijne orders zag stellen. Ik zal het gebruiken zooals
het verdient dat het waardig zij de groote bestemmiDg
van nw volk.
Mij zal de eer blijven er door nader gebracht te zijn
overeenkomstig mijne sympathie en die van het Fransche
volk tot het volk van Uwe Majesteit en te mogen
denken hoe indirect het ook moge geweest zijn
dat mijn degen een korten lijd in Uwer Majesteits dienst
is geweest.
Indien de taak van een soldaat in het vnur de afstanden
kan verminderen zon het een eenvoudigen Franschman
betamen eerbiediglijk eene Koningin dochter van het
groote Hnis van Oranje er op te w zen tot welk een
graad de bloedvermenging tnsscheu de Hollandsche en
Fransche volken een gemeenschap van gevoelens heeft
tot stand gebracht, ten opzichte van het kleine Boeren
volk dat men verpletteren wil onder machtiger legers
dan het zelf bezit.
Het zal mjj steeds aangenaam zijn mij voor te stellen
dat ik bier strijd overeenkomstig de gevoelens des harten
der jeugdige en gratievolle Vorstin, die ik te Parijs heb
bewonderd en dit kan niet anders dan de krachten
verdubbelen van den Fransehen soldaatgeroepen de
macht van het Transvaalsche Hollanderkorps te leiden.
Ik leg aan de voeten van Uwe Majesteit mijn diepst-
gevoelden eerbied.
Villebois Mareuil.
Op den V e s n v i n s wil men een standbeeld voor
Christus oprichten en wel op den Galderonhenvel. Voor
loopig zal er een honten krnis geplaatst worden van zoo
danige afmetingen dat het te Napeb zichtbaar zal zijn.
Voor de Boeren.
Prof. Wefers Bettiuk zegt in bet U. D
Een mijner landgenooten dr. M., stelde mij voor een
paar dagen een gift ter hand voor de Znid-Afrikaansche
Republieken. De herkomst van die gift is eigenaardig
genoeg om baar kort te vermelden.
Dr. M. riep te Parijs in een der buitenwijken de hnlp
van een haarknnstenaar in. De »coiffeur" geraakte met
dr. M. in gesprek en ontdekkende, dat deze een vreem
deling was, vroeg hij naar zijn landaard. Toen dr. M.
hem antwoordde dat hjj een Hollander onder de schaar
had kwam het gesprek op den oorlog in Zuid-Afrika en
het schreeuwende onrecht in dezen gevloekten oorlog,
den Boeren door Engeland aangedaan. Wanneer de wen-
scben van den Franschman in vervulling zonden komen,
zag 't er met het humane Groot-Brittannië trenrig nit.
Zijne sympathie uitte zich echter nog op andere wijze.
Hij woigerde n.l. voor do kunstbewerking het hem ver
schuldigde (1 lrauc) in ontvangst te nemen en verzocht
dr. M. dit wel te willen doen toekomen aan iemand, die
het ten bate dor Boeren zon kunnen besteden. De franc,
door dr. M. aangevnld tot een gulden is mij ter hand
gesteld.
nicdexland en dc Zuid-Afrlkaansclie
Republieken.
Aan eeu bij den Voorzitter van het Hoofdcomité
van het Ned. Roode Kruis ontvangen schrijven van den
Consul der Nederlanden te Lomenpo Marqnes den heer
Pottis het volgende ontleend
»De per »König" aangevoerde zendingen zullen dezer
dagen verzonden wordeD; alles is nog niet nit de lichters
geland. Met genoegen heb ik vernomen de diverse zen
dingen in zeer goede orde te Pretoria zijn aangekomen,
en al draag ik ook weiuig er toe bjj toch zal ik, waar
het van mij afhangt, zorgen, dat verdere zendingen in
even goede conditie blijven aankomen, en kont n zonder
sc room op die zorgen rekenen dis met allo liefde wor
den gewijd aan hot menschlievonde doel, waar zij boven
dien strekken ten dienste der gewonden en zieken der
wakkere federale machten der beide republieken.
»Ook ik geloof dat de oorlog nog lang zal doren h
tenzij de burgers geheel mismoedig en verzwakt worden
en totaal verbasteren wat God verhoede en vi.it ook
niet waarschijnlijk is.
»Het aantal gewonden is intnsschen nog steeds nist
groot, gelukkig."
lloll. vee voor dc Parijsche tentoonstelling.
De vee-inzending voor de Parijscbe Tentoonstslling
bijeengebracht door do Commissie voor de groep land
bouw zal Maandag 21 en Dinsdag 22 Mei door de
zorgen van de Haagsohe afdeeling der Hollandsche Maat
schappij van Landbouw te bezichtigen zijn te VGraven-
hage in een lokaal aan de Beeklaau bij den Loosdnin-
schen weg.
Veeziekte.
Bij het vee vaneen landbouwer te Mldwoud heeft
zich een geval van mond- en klauwzeer voorgedaan.
Overreden.
Een dienstbode nit Twelloo, die per locaaltiein van
Deventer naar Zntfen wilde vertrekken en zich iets ver
laat had, wilde, toen de trein reeds in beweging was, er
nog - p stappen. Zij greep de leuning van het bordes doch
struikelde, viel achterover en kwam tnsschen de wagens
op de rails die haar rechterarm en been afreden en ook
nog over haar lichaam gingen. Toen zij werd opgenomen
gaf zij nog teekeuen van loven, doch overleed spoedig,
Pokken.
Te Maastricht zijn negen gevallen van pokken
voorgekomen in twee gezinnen van woonwagens. De lijders
zijn overgebracht naar het ziekenhuis voor epidemische
ziekten.
De algemeene vergadering van de vereeniging Het
ïKederlandscb Rundveestamboek, die 27 Jnniaan-
staande te Veendam zal worden gehouden, zal met bet
oog op het 25 jarig bestaan van de vereeniging, een fees
telijk karakter dragen. De heer K. Breebaart,, voorzitter,
zal de feestrede honden. De vergadering zal naar alle waar
schijnlijkheid worden bijgewoond door Z.Excl. den Min. v.
Biunenlandsche Zaken.
Te Anna Panlowna zal dit jaar vanwege de
afd. der H. M. v. Laudb. eene kenring vau zaaigranen
worden gehouden.
Het spoorweg-ongeval te ücliagen.
Trein nummer 611 was zondag, den 13, jnist bin
nen en wachtte op den SDeitroin, die te 8.11 nor van
den Helder te Schagen moet aankomen eu met den eer
sten aldaar moet wisselen. Nog niet. geheel over wissel no.
1 hoen, gaf de chef, die dieDSt had, den wegwerker V. last
het wissel om te werpen, opdat trein 611 zijn weg naai
den Helder zon knnuen vervolgen. De wisselwachter M.
was jnist bezig de kaartjes van de vertrekkende reizigers
te conti oleeren. Door den verkeerden wisselstand de
wissel werd te vroeg omgeworpen ontspoorden 4
wagens, waarvan oen geheel op zijde viel. De locomotief
met een bagagewagen en eeu personenwagen bleven op
het rechte spoor en evenzoo de achterste personenwageu
met een goederenwagen. In den wagon, die geheel op
zijde was gevallen; eeu wagon 2de klasse zat ge
lukkig geen enkele passag.er, in de anderen een klein
getal reizigers, die geheel zonder letsel nit de rijtuigen
kwamen. Het treinen verkeer oude: vond door bet ongeval geen
vertraging; aan beide zijden konden da ontspoorde wagons
langs andere lijnen gepasseerd worden. Desnelueinalleen had
eon half uurtje oponthoud terwijl volgende treinen de
eenigszins verlegde lijn en het ontwrichte wissel langzaam
moesten passeeren. 's Avonds was de lijn weer geheel
hersteld en Maandag waren do ontspoorde wagons weer
op de lijn gebracht om naar de werkj laatsen ter herstel-