Donna Cristina. No. 63. Honderd en tweede jaargang. 1900. WOENSDAG PASPOORTEN. Inschrijving voor de Schutterij PARIJSCHE BRIEVEN. bevonden IToorwerpen. Posterijen. 30 MEI. op DINSDAG en DONDERDAG tot 1 Juni a.s- De PASPOORTEN van de miliciens van meente_secretarie van 13 tot 3 nnr. de lichting 1893 knnnen ter gemeente-secre- 5 tarie worden afgehaald. FEUILLETON. Naar het Spaansch A. PALACCIO VALDËS. ALR1AARSCHE COURANT. Deze Courant wordt O i n s d a g-, o n d e r d a g- en Baterdagavond uitgegeven. Abonnementsprgs per 3 maanden voor Alkmaar* 0,8© franco door het geheele rijk f 1, 3 Nummers f ©,06. Afzonderlijke nummers 3 ets. Prijs der gewone advertentlen Per regel f 0,16. Groote lettors naar plaatsruimte. Brievon franco aan de Uitgevers HERMs. COSTER en ZOON. Telefoonnummer 3. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van Alkmaar noodigen de kramers en dergelljkenwelke ge durende de Pinksterdagen op 3, 4 en S Juni a.s. met hunne kramen en stalletjes STA. SDPIjA. AT- SENf wenschen in te nemen bij de Bergerbrug en ln het begin van de Harddraverslaau uit, de daar voor verschuldigde belasting ten kmtore van den ge meente-ontvanger te voldoen op Baterdag 8 Juni a.s., tusschen 12 en 2 ure. Aan belanghebbenden wordt tevens kennis gegeven dat de vergunningen tot het innemen van standplaatsen slechts worden verleend aan die personen welke reeds ten vorigen jaren dergelijke plaatsen hebben bezet. Burgemeester en Wethouders voornoemd, Alkmaar, G. RIPPING, Voorzitter. 26 Mei 1900. C. D. DONATH, Secretaris. BfiLOONIN In den avond van den 22 Mei 1900 zgn nabij de muziektent in den Hont alhiertwee banken uit den croud gerukt en de leuning van een derde bank afgerukt. De COMMISSARIS VAN POLITIE te ALKMAAR looft eene ruime belooning «it aan dengene die hem znlke inlichtingen kan geven, dat de dader of daders van deze laffe daad kunnen worden opgespoord. Alkmaar De Commissaris van Politie voorn 29 Mei 1900. S. M. S. MODDERMAN Jr. Te bevragen aan het bureau van politie op werkdagen des morgens tusschon 9 en 12 uur Een goudon oorknopje met zwart steentje, een zilveren ringetje, een huissleutel, een paarlemoeren mesjeeen heeren handschoen een rolletje lappen een spoorstokje, een r. c. kerkboekjeeen knipmes een gouden oorbel letje met rood steentjeeen sportwagen een gouden ring, waarop souvenir. Alkmaar, De Commissaris van Politie, 29 Mei 1900. S. M. S. MODDERMAN Jr. De DIRECTEUR van het POSTKANTOOR te ALK MAAR herinnert het publiek er aan, dat tot 1 Juii a.s. nog gelegenheid bestaat tot het inwisselen van fran keerzegels, briefkaarten en briefomslagen van vroegere uitgifte dan van 1898 1899. Na dien datum zgn zij totaal waardeloos. Alkmaar, De Directeur voornoemd 28 Mei 1900. MOLL. XIII. Parijs, 20 Mei 1900. De Tentoonstelling. VIII. De trottoirs mobiles of rollende weg. Dit is eens uit vinding van den franachen ingenieur Hénard, en werd door hem roeds aangeboden voor de tentoonstelling van 1889, doch die nienwigheid vond hier toen geen ingang, zoodat het systeem, eenigszins verbeterd, voor hot eer3t werd toegepast door de tentoonstelling van Chicago in 1893 en daarna door die van Berlijn in 1896. Hier be staat deze uitvinding uit drie trottoirs, do eene ligt vast, is dns een gewone weg, daarlangs loopt een trottoir dio vanzelf voortrolt met eene snelheid van 4 kilometers per nur en 90 centimeters breed is, en daarnaast loopt een andere trottoir met dubbele snelheid en is deze laatste 2 meter breed. Een twaalftal stations geven toegang tot deze trottoirs, men betaalt daarvoor 50 centimes, en er opstappend aan de Esplanade des Invalides doorloopt men op den snelsten trottoir in ongeveer 26 minuten een afstand van circa 3500 meter. Het op- en afstappen gaan zeer gemakkelijk, want iemand die rustig wandelt legt gemakkelijk een afstand van 4 kilometers per unr af, wanneer dus de eerste trottoir langs U rolt, dan hebt ge maar een stap te doen links en zonder vallen en strui kelen staat gij op dien beweegbaren «eg. Nu rolt gij reeds voort, en even nog wandelend doet gij weer een stap links en gij staat op den tweeden beweegbaren trottoir, die U 8 kilometers per nur doet afleggen. Het is bepaald aardig gevonden, want waren er zoo nog meer vanzelf rollende wegen, dan zou men 12, 16, 20, ja, hoeveel wel kilometers per unr medemaken zonder zich in het minst te vermoeien. Het is een aardig reisje, 7 meters boven den grond, over den qnai d'Orsay langs de pavilions der vreemde mogendheden en de paleizen der land- en zee legers, voorbij het Champs de Mars, langs de Aveunede la Bourdonnaisdan rolt dio trottoir een eind voort buiten de tentoonstellingsterreinen, en kunt gij er niet afstappen voor gij door de Avenne de Lamotte-Piqnet weder aan de Esplanade des Invalides en op de ten toonstelling komt. Is het reisje u bevallen, dan kant gij denzelfden weg nogmaals medemaken, zoo dikwijls gij maar wilthebt ge eenmaal awe 50 centimes betaald, dan moogt gij op dien trotoir blijven staan zoo lang hot n lust, tot zeven unr 's avonds. Dat zou echter op den duur vervelend en ook vermoeiend worden, want zit banken heeft men niet aangebracht, men staat of drentelt en rondziende valt het oog op allerlei aanplakborden langs dien weg geplant, affiches van het Musée Grévin, van de Folies Bergère, de Vin Désille, het Village Suisse of Zwitserscb dorp, eene dor vattraetions" van de Expo sitie wij noteereu de pavilions van Italië, Denemarken, Perzië, Luxemburg, Bulgarije, gaan voorbij do brug of Pont de l'Alma, zien het dak van bet Pavilion de la Presse, komen langs Mexico en het Restaurant Ronmain, zien links beneden ons de Classe 74verwarmings- en Ventilatie-toestellen, dan maakt de geheele trottoir opeens eene groote bocht links en zien wij rechts het Champs de Mars en hoog boven alles nit den Eiffeltoren. Een café-restaurant is hier zeer goed gelegen vlak tegen een der stations van den trottoir-mobile, het is een restaurant a prix fixe, fr. 2,50 voor een dejeuner, fr. 3 voor een diner. En wij rollen voort langs een tachtig meter hooge monumentale schoorsteen, langs de paleizen van Mijnen, metaalwerken, kleederen, stoffen, landbouw- en voedingsmiddelen en wordenrin de Avenne de Lainotte- Piqnet gekruist door den Chemin de fer Electrique of electrische spoor, die veel sneller gaat dan wij, ongeveer 17 kilometers per nur aflegt en denzeltden weg door loopt als de trottoirs-mobiles. Maar deze electrische spoor is nu eens evenals wij 7 meter boveD den grond, dan eens gelijkvloers en ook wel beneden den beganen grond en zoo snel gaande, host men daarmede vrij wel op en neder, zoo ongeveer op de manier der Montagnes rnsses, welke men in het klein op alle parijsche kermissen aantreft. In tusschen zijn wij aan het Champs de Mars afgestapt en brengen een bezoek aan eene der mooiste attractions der parijsche tentoonstelling: het Palais du Costume. Zoo gij dat niet gezien hebt wanneer gij de Parijsche tentoonstelling bezochtdan hebt gij iets prachtigs iets geheel eonig gemist. Straks willen wij met een enkel woord spreken over den ontwerper van dit paleis hier noemt men het le Projet Felix doch voeren wij u eerst maar dadelijk binnen. D.in staan wij in het halfduister en op eeno lichtende plek afgaande hebben wij voor ons ja wat het best kunnen wij vergelijken wat wij hier zien bij Tableaux-Yivants". Het eerste tableau is te Antinoë in het oude Egypte. Het is een slangenbezweerder en rond om zitten eene »patricienne' on hare »suivantes of vrouwen, dus hier hebben wij de egyptische costumes. Daarop volgt een Atrium van Rome uit de tweede eeuw, bet tijdperk van Trajan vervolgens vrouwen der oude Galliëis uit de le eeuw tijdeus de invasie der Romeinen, en vooral prachtig is het tableau van Byzance in de 10e eeuw, eerbewijs aan de keizerin eeno levende schilderij van veertien levensgroote boelden, dat is eene pracht, de troonzaal geheel in marmer en mozaïek, eene trotscho beeldschoone keizerin in een mantel van zjjde en paarlon gewikkeld en dertien personen in gebogeue houding of knielend op de treden van den troon, waarlijk het is alsof men eene prachtige schilderij ziet. Hier beneden is de geschiedenis der costumes van af de eerste eenwen, het Bas Empire de Middeleeuwen en het tijdperk der Renaissance. Wij zien er het altaar, gevonden te Damiotte gedurende de kruistochten, eene kamer van een feodaal kasteel der 12e eeuw, de tijdperken van Karei VII en de Thermes van Julian nit de 4e eeuw, de heilige Clo tilde; de XlIIe eeuw met Lodewijk IX, Blanche de Castillo en Marguénte de Provence Maria van Bonrgondië, dochter van Karei den Stoute; Patriciennes van Venetië; dames die zich voorbereiden tot bijwoning van een tournooi, en VAN Vertaling van Dr. A. A. FOKKER. 3) Niettemin won het gezond verstand het dadelijk. Ik besefte het onzinnige en dwaze mijner gewaarwording, en, weer tot kalmte gekomen, vroeg ik haar op natuur lijken toon en met vriendelijke belangstelling naar haar echtgenoot. Zij zeide mij, dat hij Emillio Marti heette, en een van de vennooten was in 't reedershuis Castell y Marti, welks stoombooten op Liverpool voeren. Bo vendien had hij verscheidene andere zaken, want hij was een werkzaam en ondernemend man. Ze waren pas tweo jaar getrouwd. »En heeft n geen kinderen „Tot nn toe niet," antwoordde ze met een lichten blos. Zij deelde mij verder mede, dat ze beiden te Valencia geboren waren en daar woonden's winters in de stad zelf, in de »Calle del Mar''; 's zomers in een buitenplaats, die'ze te »el Cabannel" bij Valencia hadden. Ik kende eenige van de stoombooten van 't huis »Castell y Marti''. Ik gaf haar mijn voldoening te kennen dat ik mijn diensten kon aanbieden aan de vrouw van een der reeders. Wij spraken nibt lang meer. Ik voelde me droevig gestemd en had lust om heen *e gaan. Ik deed dat ten slotteniet zonder nog eens een gesprek met Donna Amparo gevoerd te hebben, met de denren dicht en met behnlp van een tolk. Spoedig verdween die ongpgvonde en zelts onredelijke droefheidtoen ik de straat opging en met kennissen sprak en de aangelegenheden van mijn betrekking afdeed. Maar den heelen dag door bleef Donna Cristina's beeld hardnekkig in mijn gedachten. Ik ben dol op fijn gebouwde en blanke vrouwen met groote zwarte oogen. Mijn vrienden plachten vroeger te zeggen, dat een vrouw, om naar mijn zin te zijn, noodzakelijk in 't vierde stadiam van tering moest wezen. Wellicht hadden ze gelijk. De eenige beminde, die ik gehad heb, was een verklaarde teringlijdster en ze stierltoen ons huwelijk in orde en op til was. Den volgenden dag hield ik 't voor mjjn plicht evenals den vorigen naar 't hotel te gaan en te informeeren naar de gezondheid der twee vreemde dames. Donna Cristina vroeg me weder om binnon te komen en ontving mij met nog grooter hartelijkheid. Den vinger vóór den mond houdende verzocht ze me om zacht te spreken, evenals zij deed. Haar moeder lag te slapen. We gingen op de sofa zitten, en praatten zacht en vrooljjk. Donna Amparo was weer volkomen wel, ze stelde zich alleen nog wat aan. Bovendien (dit zeg ik n in vertrouwen), zoo lang ze nog niet klaar zgn met haar pruik, is er geen kans op, dat we haar nit de alkoof zien komen. >0, ja, de pruik 1 Zekorik herinner me Ja, herinner u maar, dat u die van haar hoofd heeft afgetrokken snoodaard riep ze lachend. »Maar mevrouw, ik kon toch niet wetenHemel, wat 'n schrik was datIk dacht, dat ik haar heele hoofd had afgerukt." We lachten daar nogal over, ons best doende om geen loven te maken. Na eon poos zeide zij met veel vrij moedigheid, die ik heel aardig vond »Ik heb erg veel eetlust, kapitein, en ik ga ontbijten. Doet u mee Ik bedankte en verontschuldigde mijmaar aangezien ik haar niet naar waarheid verklaren kon dat ik al ontbeten had, nam ze maar dadelijk als beslist aan, dat ik met haar samen ontbijten zou en ze ging de kamér nit om de noodige oMers te geven. Ik voelde mij aller- vroolijksten als ik zeg, dat ik geestdriftig gestemd was, overdrijf ik niet. Tei wijl het kamermeisje in dezelfde kamer de tafel voor ons dektehielden we niet op met praten en onze vertrouwelijkheid werd steeds grooter. Gedurende het ontbijt was ze tegenovor mij zóó vriendelijk en voorkomend dat ik geheel en al onder de bekoring kwam. Met haar eigen harden sneed ze mijn brood en mijn vleesch, en schonk ze mijn wijn en water in. Wanneer ik mes en vork of een schoon bord noodig had, wachtte ze niet op de meidmaar stond zelf met landelijken eenvoud op, en nam ze van 't tafeltje, waar ze stonden. Ik vertelde haar schertsend van de gewichtige bezig heid, waarin ze mij op den nacht van t ongeval met haar kreten gestoord had. Ze lachte hartelijk, en beloofde mij schadeloos te zullen stellen, wanneer ik eens te Valencia kwam dan zon ze me een schoteltje voorzetten naar alle regels van de kunst toebereid. »'t Is niet, dat ik zoo dwaas ben mij in te beeldeu, dat ik n de rolpens van Sennora Ramona zou knnnen doen ver geten. Ik stel me tevredenals u er maar een paar bordjes van oten wil." »Hoe zoo, een paar? Ik zio met droefenis, dat u mij voor een materialistisch en grolzinnig mensch bondt. Ik hoop n mettertijd te bewijzen dat ik behalve op die nreu van rolpens en andore lekkernijen van dat soort een idealistisch on poëtisch mensch ben ja zelfs een beetje dwepend." Ze stak er den draak mee en vnlde mijn bord op een buitensporige wijze mij daarbjj verzoekendetoch vooral niet miju eigenlijken aard te verloochenen en maar te 6tea alsof zij er niet bij was. Denk u nu maar 's, dat ik geen dame ben. Stel u voor, dat n bezig is te onfcbijttn met een kameraad van u met den loods bijvoorbeeld." »Ik heb niet. genoeg verbeeldingskracht daarvoor. Do loods ziet scheel ea mist twee tanden. Dat gemeenzame en vroolijko gepraat bedwelmde mg meer daD de bordoanx, dien ze 'uij voortdurend schonk. En haar oo,;en brachten mij nóg meer van streek dan de wijn en het praten. Ofschoon wij zachtjes spraken en op gedempte wijze lachten ontschoot mij nn en dan een luidruchtig woord. Donna Cristiua legde dan haar vinger op de lippen. Wordt vervolgd.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1900 | | pagina 1