Donna Cristina. No. 84. Honderd en tweede jaargang. 1900. WOENSDAG 18 JULI. Amsterdamsche Brieven. FEUILLETON. Naar het Spaansch A. PALACCIO VALDÈS. ALKMAARSCIIE COURANT. Deze Courant wordt Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagavond uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden voor Alkmaar t 0,80franco door het geheele rjjk f 1, 3 Nummers f 0,06. Afzonderlijke nummers 3 ets. telefoonnummer3. Prijs der gewone advcrtentlcn Per regel fO,15. Groote letters naar plaatsruimte. Brieven franco aan de Uitgevers HERMs. COSTER ZOON. XVI. Er zijn van die figuren in de arbeldersbewegln g die een tijdlang krachtig op den voorgrond treden om daarna zoo goed als geheel te verdwijnen. Een. sterk sprekend voorbeeld daarvan is wel de heer K. Kater, de tegenwoordige eere-voorzitter van Patrimonium, die eenmaal een belangrijke rol vervulde, maar nu nog slechts bij uitzondering zijn stem laat hooren. Vroeger stond hij vooraan in de gelederen van de arbeiders, die met kalmte en waardighe'd verbetering van hun toestand bepleitten en zijn krachtig betoog heeft er zeker veel toe bijgedra gen, dat in die dagen menige wensch tot werkelijkheid is geworden. De tijd is echter zijn gang gegaan en wel met zulk een snelheiddat Kater dien niet heeft kunnen bijhou den. Wat vroeger door den werkman beschouwd werd als een gunst, waarna hij dong, is nu zijn recht gewor den, waarvan hij gebruik maakt als van iets, dat van zelf spreekt. Nieuwe verlangens zijn ontstaan, nieuwe eischen zijn gekomen op het programma van lotsverbe tering en dat alles heeft Kater niet kunnen bijhouden de arbeidersbeweging is hem feitelijk boven het hoofd gewassen. Dezelfde man, die vroeger het vooruitstrevende element aanvoerde onder de christelijke werklieden, is nu in veler oogen conservatief, ouderwetsch geworden. Kater kan b.v. nog maar steeds niet tot het inzicht komendat elke werkstaking gerechtvaardigd is. De strike moet in zijn oogen het uiterste redmiddel zijn, waartoe een onrechtvaardig behandeld werkman zijn toe vlucht mag nemen tegenover een hardvochtigen patroon en daarom heeft hij in den laatsten tijd zich herhaaldelijk geërgerd aan het gedrag van werklieden, die den arbeid hebben neergelegd terwijl zjj 't toch workeljjb zoo slecht niet hadden. Verkeereude in volkskringen kent hij van naby de noodlottige gevolgen van een mislukte staking en tevens weet hij, dat als de strijd gewonnen wordt er meestal weken en maanden moeten verloopen eer de finan- ciëele schadegeleden tijdens de strike, is ingehaald. Soms heeft hij zijn ergernis over het lichtzinnige bedrijf van de aanvoerders der opgezweepte werklieden niet kun nen verkroppen en heeft hij, terwijl de partijen fel tegen over elkaar stonden, openlijk de zijde der patroons ge kozen. Dat is hem zeer kwalijk genomen en wij moe ten 't er aan toevoegen ook naar onze meaning niet ten onrechte. Dat Kater in tijd van vrede vermaant om maar niet met een dol hoofd tegen den muur te loopen en zich wel tweemaal te bedenken, voordat de oorlogs verklaring wordt gelanceerd is zijn recht en, wat meer zegt, ook in onze oogen bewijst hij daarmee, dat de be langen van het volk hem waarlijk ter harte gaan en hij tienmaal meer daarvoor voelt dan b.v. de mannen van het Arbeiders-secretariaat, die geen raison d' être zouden hebben als er niet telkens conflicten tusschen patroons en werklieden in de wereld kwamen. Maar de zaak ver andert, wanneer de oorlogsfakkel eenmaal is ontbrand. Dan is 't de plicht van den »volksman'' om zooveel zelf. YAN Vertaling van Dr. A. A. FOKKER. 21) VIII. In den namiddag ging ik met de familie naar el Cabannal zooals gewoonlyk. Marti ging niet met ons mee, omdat hij zekere zaak af te doen had (zou bet wellicht die van de vijfduizend pesetas wezen, die zijn zwager verloren had 1). In allen geval was ik zelfzuchtig genoeg om mij over zijn afwezigheid te verheugen. Gedurende den tocht erheen en de uren, die we op de buitenplaats vertoefden nam ik in Cristina's houding en manieren iets waar, dat mijn hart van vreugde en hoop deed beven. Ik kan niet uitleggen, waarom ik, schoon ze me niet aankeek en me geen enkelen keer toesprak, mij overstelpt voelde van een hemelsch geluk; maar 't was zoo. We brachten den ganschen namiddag in 't paviljoen door. De dames deden haar naai- of borduurwerk; ik las of deed alsof ik las. Christina, overvallen door een vreemde matheid, stond niet van haar stoel op, zooals zjj anders zoo vaak deed. Terwijl de anderen lachten en gekheid maakten, zag ik, dat zij stil en ernstig vóór zich bleef kijken, ofschoon ze er volstrekt niet boos uitzag. Haar gelaat vertoonde een lichte blosmijn verbeelding ga f mij het idee in, dat het was door de gedachten, die in haar ziel zweefden, en den schoen dien ze haar inboezemden. We gingen daarop in 't huis chocolade gebruikon, en Onderwijl we daar waren, merkte ik denzelfden lijdzamen beheersching te toonen, dat hij met het uitspreken zij ner afkeuring wacht totdat da beslissing is gevallen immerskritiek op het gedrag der arbeiders staat in zoo'n geval gelijk mot verraad aan hun zaak en hot spelen in de kaart van den patroonwat toch zeker allerminst op den weg ligt van hem, die zich gelukkig gevoelt door het vertrouwen van den werkend n stand. Als Kater dat goed begrepen had zou zijn invloed op het oogenblik veel grooter zijn en zou, zonder booze bij gedachten naar hem worden geluisterd, wanneer hij 't oorbaar achtte zich bij hangende quaesties te doen hooren. De werkman zelf zou daarbij niet het minst profiteeren. Zoo heeft de heer Kater dezer dagen in »De Volks banier" een schrijven gericht tot den Ned. R. C. Volksbonddat veel meer aandacht had verdiend dan het nu getrokken heeft. Hij bepleit daarin de nood zakelijkheid om »op de een of andere wijze paal en perk te stellen aan de dwingelandij en het geweld dat op werklieden die niot staken willen, wordt uitgeoefend door hen die in het organiseeren van stakingen het mid del van bestaan vinden." Men herkent in die woorden weer den ouden Kater, die er geen doekjes om windt als zijn rechtsgevoel is beleedigd. Als middel om zijn doel te bereiken geeft hij aan de hand dat de vakver- eenigingen van Patrimonium", den Ned. R. K. Volks bond en de Christelijke Werkmansbond met de Aannemers- SocieteitAmstels bouwkring den R. K. Gildenbond en verdere patroons- en bazenvereenigiugen do handen ineen zullen slaan. Zooals het nu gaatkan het niet langer zegt Kater en zij, die onzo beschouwingen over de jongste werkstakingen te Amsterdamo.a. van de typografen, hebben gevolgdzullen begrijpendat wij 't met die woorden volkomen eens zijn. Willen de werklieden dat da onbevooroordeelde bui- tenstaanden eerbied zullen hebben voor hunne toonbe wegingen dan moeten zij den weg verlatendien zij in den laatsten tijd bewandelden en die hun trouwens nog niet veel anders dan schade en schande heeft ge bracht. Zij zullen de heeren Van Zomeren van Erkel Bonnet en hoe de andere voermannen van het Nat. Arbeiderssecretariaat mogen hoetenmoeten uitnoodi- gen om een weekloon bijeen te krijgen met handen arbeid omdat zij niet langer genegen zijn hen te betalen met geld dat bij een staking in de weerstandskas thuis behoort. Hun diensten, die den werklieden te veel geld kosten en de patroons onnoodig verbitteren zijn overbodig en doen meer kwaad dan goed. Breekt een staking uitdan is het hoofdbestuur der vakvoreeniging het aangewezen college om do leiding in handen te nemen en het advies daarvan behoort te worden ingewonnen voordat de arbeid wordt neergelegd. De werklieden dienen voorts als vast systeem aan te nemen dat stemmingen over het proclameeren of het voortzetten van een strike geheim moeten zijn, opdat niemand uit vrees voor onaan genaamheden zijn stem anders uitbrenge dan zijn meening is. Eensdeels zal daardoor menige staking voorkomen worden wat zeker geen nadeel is, maar aan den anderen kant zal, indien de groote meerderheid bij geheime en teederen ernst bij haar op, een uitdrukking, die haar be wegelijk gelaat maar zelden aannam. Zjj scheen vervuld van een zoete verteedering, niet vrij van schroom en weemoed. Aan den duisteren en eenzamen horizont mijns levens begon het licht door te brekenzoo zeide mij mijn hart. Gedurende dien gedenkwaardigen namiddag was ik zoo gelukkig als de engelen in het Paradijs het wezen moeten, of de schrijver van een drama, wanneer hij opkomt, om op het tooneel tusschen de acteurs den bij val van 't publiek in te oogston. Na in mijn hotel gedineerd t3 hebben, ging ik mijn koffie gebruikon in 't Café del Siglo, met het plan om daarna een poos bij Marti aan huis door te brengen. Ik ontmoette er den schranderan Sabas, met de pijp in zijn mond, gezeten tusschen verscheidene vrienden, tot wie hij aan 't redeneereu was op de hem eigen deftige en oordeelkundige wijze. Hij groette mij van verre met de hand, en, kort daarop mij alleen ziende, scheidde bij van zijn gezelschap, en kwam bij mij zitten. Hij was in een jolig humeur, en scheen in 't minst niet ontstemd of beschaamd over zijn buitensporigheid van den vorigen dag. We spraken over onze dagelijksche uitstapjes naar el Cabannal, en ik beschreef hem die als zeer vroolijk en pleizierig. Hij wilde mij niet openlijk tegenspreken, maar ik begreep aan zijn gebaren meer dan aan zijn woorden, dat by dat alles beschouwde als kin derachtigheden, onwaardig voor een ernstig en rijp man als hij. Naar 't geen ik uit zijn zeggen kon opmaken, bevat Valencia genoegens van een hooger gehalte, andere bekoringen, en was 't jammer, dat ik heen zou gaau zonder ze te genieten. Hij zeide niet welke dat waren maar te oordeelen naar 't geen ik al lang van hom wist, kan ik wel veronderstellen, dat ze middelijk of onmid- delijk in verband moesten staan met de rouletle. »Heeft u de beroemde knnststeenfabriek gezien vroeg hij mij al heel spoedig op deftigen toon, terwijl er in zija oogen een ondeugende glimlach speelde. »Ja, ik heb ze gezien." »Een prachtig zaakje 1 En de niet minder vermaardo bierbrouwerij stemming den arbeid wenscht neer te leggen de strijd vastberaden worden aanvaard en volgehouden. Het publiek zal dan de zekerheid hebben, dat de stakers geen instru menten zijn in de handen van onkele raddraaiers maar dat zij werkelijk ernstig gevoelde grieven hebben. Het zal zich dan de moeite geven om die nauwgezet te onder zoeken en blijkt 't, dat de bezwaren billijk zijndan zal 't de werklieden steunen, waardoor de overwinning reeds voor de helft behaald is. Op die manier wordt een staking een ernstige beweging, wat zij behoort te zijn, en niet een relletjezooals nu maar al te veel het geval is. Vanzelf zal daardoor bovendien het ageeren tegen de zoogenaamde »onderkruipers" ophouden. Immers, deze ontstaan doordat hun de gelegenheid wordt ontnomen om bij de voorbereiding tot een staking hun waarschu wingen te doen hooren. Zij moeten met do groote massa meedoen, ook al strijdt dat vierkant met hunne begin selen. In de eerste dagen laten zij zich overweldigen, maar wanneer de patroon zich tot hen wendt en hun politie-bescherming toezegt bij hot komen op en het ver trekken van do werkplaatsen hebben zij niet langer lust om zich de tyrannie van hun mede-werklieden te laten welgevallen en trotseeren zij smadelijke bejegeningen om volgens hunne overtuiging te handelen. Hoe meer een. staking het resultaat is van de doordrijverij van en kelen, des te meer bloeit dezo zoogenaamde »onderkrui- perij", waarvoor menwèl-beschouwd, meer karakter moet bezitten dan voor het simpele wegblijven uit vrees voor onaangenaamheden. Een staking behoort zoodanig gemotiveerd te zijn, dat zelfs met volkomen eerbiediging van elks vrijheid om te arbeiden, de strijd kan worden aangebondenwas dat te Amsterdam wat meer bedacht, dan zouden er nu niet zooveel ongelukkige slachtoffers rondloopen, waaronder er verscheidene zijn, die eenvoudig blindelings de raddraaiers gevolgd hebben en daardoor in de oogen van den patroon den naam verspeeld hebben van bruikbare werklieden te zijn, wat zij toch jaren achtereen waren. Gelukkig, dat ten minste aan de Handelskade de drei gende storm, althans voor het oogenblik, is bezworen. Dat de bootwerkers geen schepen willen lossen of laden die alleen hierheen zijn gekomen, omdat ze te Rotterdam door de staking niet konden worden geholpen, zal nie mand van karakter hun euvel duiden als het geval er eenmaal toe ligt, behoort solidariteit te worden gere specteerd. Met de machinisten en stokers is, dank zij de tusBcheuKomst van den waterschout Baron van Geen, zeer spoedig oen vergelijk getroffen, dat mogelijk was, omdat zij de patroons ten minste niet tegenover eischen stelden, die eenvoudig niet waren in te willigen. Voor den naam van onze haven in het buitenland is 't trou wens meer dan gewenscht, dat er eens een periode van rust kome, want alle schatten, besteed aan de verleven diging van ons handelsverkeer, zouden feitelijk wegge worpen zijn, als de onzekere toestanden van den laatsten tijd permanent werden. Wat het overige Amsterdamsche nieuws betreft, dit is en blijft sehaarsch. Zelfs de Raadsvergadering van de »Ook." »Nog prachtiger dingetje Vindt u niet En heel diep in zijn keel klonk een schaterlach, die niet voor den dag kwam, omdat hij op dat oogenblik met woede aan zijn pijp trok. Ik was verlegen, alsof men iemand van mijn familie woü gaan beleedigen, en ant woordde hem iu vage termen, dat sommige zaken goed liepen en andere slecht liepen, en dat het resultaat meer placht af te hangen van gelukkige omstandigheden dan van de schranderheid en werkzaamheid van hem, die ze onderneemt. »Dat mag met anderen zoo wezen, niet met mijn zwa ger," antwoordde hij met sarcastische deftigheid. »Emilio's zaken zijn altijd schitterend, omdat hij zoo'n practisch genie is, zoo'n echt praktisch genie.'' Mij lijkt hij een schrander man,"zeide ik met een zekere ongemakkelijkheid. »Nee, nee, ik neem niets terug van wat ik zeg. Hij is een praktisch genie, en zijn vriend Castell een theore tisch genie." »Wat die aangaat, daar konden we wel een beetje over praten," hervatte ik lachend, om het ontleedmes naar dat antipathiek individu toe te koeren. »'t Zijn beiden genieën, elk op zijn gebied de eenige genieën, die we hier in Valencia hebben." Ik wist niet wat ik zeggen of doen moest. Dio sarcas tische toon hinderde me geweldig. Sabas scheen 't te merken, want ten slotte een meer ernstigeu toon aan- nomende, begon hij als naar gewoonte een nauwkeurige en alleroordeelkundigste ontleding te geven van zijn zwagers gedrag. Verwonderljjk om te zien was de deftigheid, het aplomb, net air van onmotelij'e meerderheid, waarmee die man over anderen sprak, de scherpzinnigheid, waar mee hij do verborgen drijfveeren aller daden blootlegde, de onweerlegbare kracht zijner bewijsgronden, de aller droevigste voorspellingen, die hij uitsprak. Ik moet be kennen, dat ik bjjna al zijn opmerkingen ad rem vond maar aangezien ik hem al kende, was ik, terwijl ik hem aanhoorde, verbaasd en verontwaardigd tevens. Ik trachtte hem tegen te spreken, doch ziende, dat dit nergens an-

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1900 | | pagina 1