Donna Cristina.
No. 90.
Honderd en tweede jaargang.
1900.
"WOENSDAG
1 AUGUSTUS.
Ainsterdamsclie Brieven.
FEUILLETON.
Naar liet Spaansch
A. PALACCIO VALDÈS.
ALRMAARSCHË
Deze Courant wordt D i n s d a g-, Donderd a g-
en Zaterdagavond uitgegeven. Abonnementsprijs
per 8 maanden voor Alkmaar f 0,80 franco door het
geheele rijk f 1,
3 Nummers f 0,0«. Afzonderlflke nummers 3 ets.
Telefoonnummer t 3.
COURANT.
Prijs der gewone advertentlen
Per regel fO,l5. Groote letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de Uitgevers HERMs. COSTER
en ZOON.
maar zelfs als alles gereed was, zou toch op warme dagen
niet genoeg water kannen verschaft worden. De stad
breidt zich voortdurend uit en de dninen kunnen niet
meer leveren niet zonder fatalisme scheen de wet
houder te willen, dat men zich daarbij eenvoudig zou
neerleggen.
't Was op den middag, waarop deze Raadszitting ge
bonden werdwarm, verslappend warm. Niets snoeit
beter de monden dan een abnormaal hooge thermometer
stand. De heer Van Leeuwen was daarvan zeker door
drongen, want anders zou hij stellig niet de burgerij en
haar vertegenwoordigers op dia manier hebben durven
afschepen. Dat men in een stad als Parijs met de handen
in het haar zit tengevolge van hetzelfde probleem laat
zich begrjjpen, maar in ons aaD water zoo overrijk land
mag, kennende de uitkomsten der wetenschap op hot ge
bied der water-zuivering, zoo iets niet voorkomen. Inder
tijd is er een commissie van onderzoek werkzaam geweest
en deze deed twee middelen aan de hand om het euvel
voorgoed te verholpenvooreerst het maken van instal
laties op de hei en ten andere het aftappen van de Lek.
En eindelijk hebben bevoegde personen nog een vierde
redmiddel aan de hand gedaanhet brengen van het
Vechtwater binnen de huizen voor alle gebruik, alleen
het drinken uitgezonderd. Derhalve keus genoeg eu waar
dat het geval is zou de wethouder 't verdiend hebben,
wanneer hij eens duchtig onder handen was genomen
over zjjn onware bewering, alsof 't hier gold een droeve
noodzakelijkheid, waaraan niets te veranderen viel.
Werd hij daarvoor ook misschion nog om een andere
reden gespaard Vroeger had die arme Duinwatermaat-
schappij 't altijd gedaan en hoe meer op haar gescholden
werd des te meer bezorgde men zich de renommee van te
durven zeggen waarop 't stond. Sedert is echter het'bedrijf
door de gemeente overgenomen en de Raad draagt voor
die daad de verantwoordelijkheid. Werd nu wellicht ge
voeld, dat een scherpe kritiek op het nieuwe régime met
eene zelf-kastjjding gelijk stond en daardoor het beginsel
van gemeente-exploitatie een leelijken knak zou krijgen.
Dit is inderdaad een groote schaduwzijde van het eigen-
beheers-systeem men moet uaarbij veel meer voor lief
nemen dan wanneer men tegenover een particulieren
exploitant staat. Het gaat daarmee als in een huisgezin;
laat de meid iets aanbranden, dan mag men verontwaar-
digings-betoogen houden over de zorgeloosheid en licht
zinnigheid van de tegenwoordige booien, maar is de meid
eens een dag vrij, zoodat mevrouw zelf voor den pot moet
zorgen en vergeet zij bij zoo'n gelegenheid zout in 't eten
te doen, dan mogen 's middags de aanzittenden hoogstens
even laten blijken dat zij niet bepaald smullen, doch
verder hebben zij te zwijgen. Wanneer vroeger de directie
van de Duinwater-maatschappij op dezelfde manier had
durven antwoorden als nu de wethouder, zouden èn de
Raad èu de burgerij zijn opgesprongen over zooveel brutali
teit en unaniem zou zijn besloten haar de duimschroeven
aan te zetten nu rest er niet veel anders dan berusten
en zwijgen. Gemeente-beheer is prachtig wanneer eenmaal
alles goed marcheert, maar komt er een kink in den kabel,
die alleen kan worden weggenomen door het besteden
van veel geld, waardoor de winsten van het bedrijf ge
vaar gaan loopen, dan beheerscht de machthebbenden
een geheel andere stemming dan wanneer zij tegenover
een particulieren exploitant staan.
De andere takken van dienst, door de gemeente over
genomen, als gas, telefoon en tram, bevonden zich bjj de
naasting in een goeden staat en daar viel 't niet moeilijk
door concessies in kleinigheden nog wat te verbeteren.
Krachtig reorganiseerend had men er niet op te treden
er behoefde slechts voortgebouwd te worden op deresul-
taten, verkregen door anderen, die de moeilijke tijden
hadden doorgemaakt. Bij de watervoorziening was 't een
heel ander geval en met reden mag men zich nu afvragen
of de burgerij er niet veel beter aan toe zou zijn geweest,
als de Raad de Duinwater-maatschappij het leven niet
onmogelijk had gemaakt, maar haar veeleer een handje
had geholpen om aan haar verplichtingen te voldoen.
Laten wij eerst maar eens 25 jaar verder zijn, dan spreken
wij elkaar nader over hetgeen beter is: gemeentelijk bedrijf
of exploitatie door een particulier, die door strenge
concessie-bepalingen wordt verhinderd een uitbuitings
systeem toe te passen.
Eindigen wij deze correspondentie met een woord van
herinnering te wijden aan twee mannen, van wie in de
afgeloopen week het welbesteed leven naar menschelijke
opvatting veel te vroeg door den dood werd afgesneden.
De eende journalist Huiler Massls was nog
nauwelijks dertig jaar. Hij kende het leven voorna
melijk van den vrooljjken kant, wat niet wegnam, dat
hij met den grootsten ernst kon strijden voor hetgeen
hem nuttig en noodig toescheen. Massis verstond de
kunst van prettig-sehrijven en vooral toen hij nog aan
het »Handelsblad" was in zijn laatste levensjaren
was hij directeur-redacteur van het »Nederlandsch Dag
blad'' gingen er dikwijls stukjes van zjjne hand naar
de zetterij, die met graagte gelezen en herlezen werden.
Van de sport was hij een geestdriftig propagandist; in
wielrijderskringen kende haast iedereen hem en voor den
Bond heeft bij -veel gedaan. Zijn laatste brochure over
»8pel of Gymnastiek" leverde nog meer het bewijs, hoe
krachtig zijne overtuiging in dezen was. Zeker, de naam
van dezen jongen man zal niet opgeteekend worden in
het boek der weinigen, maar dat neemt niet weg, dat
zijn herinnering zal bewaard blijven bij de tijdgenooten,
die het voorrecht hadden hem te leeren kennen.
Dat geldt evenzeer van den tweeden doode, dien wij
zaterdag naar zijn laatste rustplaats hebben gebracht,
den remonstrantschen predikant W. JH. de "Vries.
Niet den hoogsten rang bekleedde hij in onze samen
leving, maar in do kringen, waarin zjjn vriendeljjke ver
schijning licht verspreidde, blijft zijn aandenken in eere.
Onder de lezers van dit blad zijn er velen, die ds. de
Vries hebben gekend onder de plaatsen, waar hij als
leeraar is werkzaam geweest, behooren ook Driehuizen en
Oudorp. Ons persoonlijk was 't vergund hem eenige malen
in die gemeenten te zien optreden en toen wij hem later
te Amsterdam ontmoetten waar zijne gemeente hem
XVII.
Het water-vraagstuk is het moeilijkste probleem
voor Amsterdam, dat door de bekwaamste deskundigen
niet zoo gemakkeljjk kan worden opgelost dat heeft
de Avethouder voor de gemeente-bedrijven, de heer Van
Leeuwen, in de laatste zitting van den Raad gezegd en
daarmee hebben zich de bewoners van onze bovenhuizen
moeten troosten, als zij in de afgeloopen week aan het
kraantje van de waterleiding draaiden en zelfs niet het
magerste straaltje daaruit kwam.
Daarover is wat gemopperd en werkelijk niet zonder
reden. Als er geen water te krijgen is, staat het heele
huis op stelten. Op de bovenhuizen moet gesjouwd wor
den met emmers, die aan de benedenkraan gevuld wor
den waar maar weinig verwoond kan worden, komt
dat zware werk ten laste van de vrouw des huizes en
op de duurdere bovenhuizen draait de meid daarvoor
op, doch in beide gevallen wordt even hard geklaagd.
Als de man van zijn werk thuis komt, heeft moeder de
vrouw de bokkenpruik op, als het watergebrek haar
krachten op zulk een zware proef heeft gesteld, en als
mijnheer van zijn kantoor komt, heeft hij zooveel jere
miades van zijne ega aan te hooren over de balsturigheid
van de dienstbode, dat het verdere deel van den avond
alles behalve idyllisch is.
De heer Zeehandelaar verplichtte dan ook honderden
gezinnen aan zich door de laatste vergadering van den
Raad te baat te nemen om als tolk van de algemeene
ontevredenheid op te treden. Een ongezochte gelegenheid
daarvoor was de voordracht van B. en W. om, gerekend
met ingang van 1 Januari 1900, in te trekken punt III
van het Raadsbesluit van 2 April 1896 tot het aangaan
der 2'/j proc. geldleening, groot i 12.000.000, voor de
overneming der Duin- en Vechtwaterleiding. Dat voorstel
had iets van een brutale uitdaging, waar de gemeente
zoozeer in hare verplichtingen te kort schiet. De heer
Zeehandelaar begon met zich in historische herinneringen
te verdiepen en nog eens de zaak van de oude Duin
water -maatschappij op te halen, die men had gestraft,
terwijl zij feitelijk nog beter voor de burgerij zorgde
dan onder het tegenwoordige gemeentelijke beheer ge
schiedde. Hoe kwam dat toch Leverden de duinen te
weinig water en waren er geen tijdelijke maatregelen to
nemen daarop zou hij een positief antwoord wenschen
te ontvangen.
Enkele andere sprekers onderstreepten die woorden nog
wat en toen kwam de gedenkwaardige verklaring van
den wethouder, waarmee wjj dit epistel zijn begonnen.
Waar anders bij dergelijke interpellaties de verbolgenheid
nog al eens gesust wordt door het aanheffen van toe-
komst-muziekkwam de heer Van Leeuwen zonder
blikken of blozen meedeelen, dat er op verbetering niet
veel te rtkenen valtverschillende werken waren al uit
gevoerd, het pompstation aan den Haarlemmerweg was
in gebruik gesteld, een dergelijke inrichting te Leiduin
was in de maak, ook andere werken waren in wording,
VAN
Vertaling van Dr. A. A. FOKKER.
27)
»Luister een oogenblik naar me. Ik moet u spreken,"
zeide ik haar met een niet al te vaste stem.
»Zeg wat u te zeggen heeft," antwoordde zjj, terwijl
ze over rnjjn hoofd heen naar den hemel keek, en op
een ijskouden toon, die om dezelfde reden als te voren
mij gloed gaf in plaats van koude.
«Ik zou u een raad willen vragen, en ik durf het nau
welijks te doen U zal opgemerkt hebben, dat ik me
van avond een beetje veel met uw nichtje Isabelita heb
bezig gehouden, alsof ik haar 't hof wilde maken."
»Ik heb niets opgemerkt," antwoordde ze nog stijver.
»Nu dan, 't is zoo, en als ik me veroorloofd heb het
te doen, in weerwil van 't groote leeftijdsverschil, dat
er tusschen ons bestaat, is het alleen geweest omdat Isa
belita me bewondert."
Ze keek me verbaasd aan, alsof ze bang was, dat ik
gek was geworden.
»Dat is tenminste wat me zoowel uw broer Sabas als
Emilio met de hand op 't hart verteld hebben."
»Wat 'n zotte luit" riep ze met een flauw lachje,
mijn bedoeling begrijpende. «Ze zijn in staat, om iedereen
een gek figuur te laten slaan. Gelukkig is u een ver
standig man, en stoort u zich niet aan zulke zotteklap
want anders zou mijn arm nichtje er mooi aan toe zijn 1"
»De waarheid is, dat ik in weerwil van alles eenige
stappen gedaan heb, om haar gunst te winnen, en voor
dat ik verder ga, zou ik wel uw goedkeuring wenschen
te hebben."
«Mijn goedkeuring 1" riep ze ontroerd en op doffen
toon. «Waartoe heelt u mijn goedkeuring noodig, en wat
heb ik met deze zaak te maken? Vraag u die aan haar
ouders."
«Voordat ik de goedkeuring van haar ouders vraag,
wilde ik die van u hebbenIk weet wel, dat u geen
enkel onmiddelljjk belang bij deze zaak heeftmaar 't
geldt hier uw nicht, van wie u, naar 't me voorkomt,
veel houdt, en 't betreft mij, die u, zonder dat ik 't
vardien, met uw vriendschap vereerd heeft. Niemand
beter dan u kan mij in deze zaak een oprechtgemeenden
raad geven, en ik vraag er u om, in naam van onze
goede vriendschap, en zal er u mijn heele leven dank
baar voor wezen."
Zij bewaarde een lange poos 't stilzwijgen. Wij wandelden
naast elkaar tusschen de hooge maïsplanten, die 't flauwe
licht der schemering nog zwakker maakten. Ik sloeg haar
van terzijde gade, en 't kwam me voor alsof ik op haar
gelaat lichte, schier onmerkbare veranderingen kon waar
nemen. Haar wenkbrauwen fronsten en ontspanden zich
wederhaar lippen bewogen zich verscheidene malen
zonder eenig geluid te doen hooren. Eindeljjk sprak ze
met beverige stem
»'t Doet me veel genoegen, dat u ten slotte uw keuze
gedaan heeft. Een man moet niet alleen blijven leven, en
vooral niet iemand, die zooals u een temperament heeft
vatbaar voor liefde en zachtzinnigen die het tesdere
hart van een vrouw weet te waardeeren. Isabel is erg
jong ik kan u weinig van haar karakter zeggen. U zal
't op zich nemen dat te vormen. Maar wel kan ik u
verzekeren, dat ze de plichten van huisvrouw zal wetan
na te komen: ze is werkzaam, huishoudelijk, zuinig....
en behalve die verborgen eigenschappen, heeft ze er een,
die heel duidelijk in 't oog springtze ziet er ook heel
lief uit."
»U vergeet er nog een, die haar kostbaarder en begeer
lijker voor mij maakt."
«Welke dan?"
«Dat ze uw nicht is."
Haar schoon gelaat verduisterde, ze fronste haar wenk
brauwen, en antwoordde op eenigszins strengen toon
«Als u mijn nicht niet om haar zelve achtte als u
haar als een speelpop wilde nemen, om afleiding te vinden
voor 't opgeven van andere illusies ofwat nog erger
zou wezen, om in 't geheim door te gaan met er voedsel
aan te geven tot haar nadeelzal u een ernstige zonde
begaan en raad ik u al dadelijk aan, in dat geval niet
aan haar te denken en haar met rust te laten."
Toen ze die woorden uitgesproken had versnelde zjj
haar schreden en voegde zich bij de anderen terwijl
ze mij alleen liet.
Toen we in de rijtuigen stapten, om naar de stad terug
te gaan was ik te droefgeestig en in ernstige overpein
zingen -verdiept om voort te gaan met als Isabelita's
vrijer op te treden. Hoofdpijn voorwendende, ging ik op
den bok zitten, en toen we aankwamen liet ik hetzelfde
voorwendsel geldenom niet bij Marti binnen te gaan
en mijn weg rechtstreeks naar mijn hotel te vervolgen.
Om acht uur den volgenden morgen wekt» mij de
vroolijke stem van Emiliodie als een stormwind mijn
kamer binnenvloogde vensters opensloeg en zich op
mijn bed neerzette.
«Je gaat morgen niet meer wegkapitein riep hij
lachend en mij aan mijn kin trekkend, om me volkomen
wakker te maken.
«Hoe zoo antwoordde ik hem verwonderd aanziend.
«Omdat je morgen de peet wordt van een meisje mooier
dan de morgenster."
«Wat Is Cristina
«Ja, Cristina voelde zich onwel een oogenblik nadat je
weg was. We dachten, dat het ongeva van dien middag
zich zou herhalen maar zij die wel wist waaraan ze
zich te houden had, verzocht ons de vroedvrouw te laten
loepen met wie ze al een afspraak gemaakt had. Voor
alle gebeurlijkheden liet ik den dokter halen maar zij
woü hem niet binnen laten komen. Ze heeft het met de
vroodvrouw afgedaan, arm kind Wat 'n moed Wat
een lijdzaamheid, kapitein Geen kikje, geen klacht
zelfs is over haar lippen gekomen. Ik was als de dood
heelemaal van streeken vroeg haarof ze om Gods
wil toch schreeuwen woft Ik begrijp niet, hoe iemand
lijdon kan zonder klagen Die temperamenten als