Herziening der Drankwet. Donna Cristina. No. 92.rfweede blad« Honderd en tweede jaargang. 1900. FEUILLETON. Naar het Spaansch A. PALACOIO VALDËS. ALHAARSCHE COURANT. Deze Courant wordt Dinsdag-, Donderdag- en Katerdagavond uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden voor Alkmaar t O,SOfranco door het geheele rjjk f 1,— 3 Nummers f 0,06. Afzonderlijke nummers 3 ets. ZONDAG ïelefoonnummer t 3. Q AUGUSTUS. Prjjs der gewone advertentlen Per regel f 0,13. Groote letters naar plaatsruimte. Brieven franco aan de Uitgevers HERMs. COSTER ZOON. Aan het hoofd van het wetsontwerp tot wijziging der wet van 28 Juni 1881houdende wettelijke bepalingen tot regeling van den kleinhandel in sterken drank en tot beteugeling van openbare dronkenschap wordt naar gewoonte overwogen, dat eene herziening »wenscheljjk" is. Die uitdrukking is wel zoo zacht mogelijk. Zonder overdrijving zou men die herziening noodzakel ij k kunnen noemen. Vóór 1 Mei 1901 moet er door de Wetgevende Macht een beslissing genomen worden, waarbij de belangen van duizenden landgenooten betrokken zijn. Ook de Minister van Binnenlandsche Zaken is daarvan doordrongen en dat de te nemen beslissing niet gemak kelijk is, blgkt wel hieruit, dat hg, een warm voor stander van een wettelijke regeling van het drankverbruik, die reeds vroeger als lid der Tweede Kamer op voorzie ning aandronger eerst op 25 Mei 1.1. in slaagde met zijn ambtgenoot van Justitie de Koninklijke boodschap aan de Tweede Kamer te doen toekomen waarbij een ontwerp tot herziening van de bestaande wet werd in gediend. Verreweg de belangrjjkste vraag die zich hier voor doetis wel deze wat er op 1 Mei van het volgende jaar moet gebeuren met de bestaande vergunningen tot verkoop van sterken drank in het klein. Bij het tot stand komen der wet van 1881 schjjnt men algemeen van gevoelen te zijn geweestdat volgens hare bepalin gen alle vergunningen voor localiteiten, waarin op 1 Mei 1881 sterke drank werd verkocht, indien zij in andere handen waren overgegaan, na 20 jaren zouden vervallen. Alleen wanneer de vergunning in dezelfde hand was ge- bleven, zou de rechthebbende haar zijn leven lang kunnen behouden. Ook bij de herziening der wet in 1885 schjjnt dit als de bedoeling der wet te zijn aangenomen. Die evenwel de wet leestkan er die bedoeling moeilijk in vinden. Wel staat er als overgangsbepaling in te lezen, dat de vergunningen voor de in 1881 bestaande locali teiten, die in andere handen overgingen, gedurende twin tig jaren niet mogen worden geweigerdmaar als deze overgangsbepaling met 1 Mei 1901 ophoudt te werken zal een andere bepaling van kracht blijven die zegt dat voor hem die eenmaal een vergunning heeft zoo VAN Vertaling van Dr. A. A. FOKKER. 29) Ik wilde naar geen verdere bizonderheden vragen want ik merkte, dat Marti zeunwachtig begon te wor den. Er is niets droevigere dan de droefheid van een vroolijk mensch. Om hem af te leiden, veranderde ik van gesprek, en sprak hem over mij en de plannen, die ik met me omdroeg. Onmiddellijk ontspande zich zijn gelaat, en een goedhartige lach dartelde over zijn lippen. »Bravo, kapitein Eindelijk kom je dan toch in de fa milie," riep hij, en omhelsde me, dat ik bjjna stikte. We spraken over de zaak, en overwogen haar met aandacht. Ten slotte waren we 't eensdat, in aan merking genomen mijn leeftijd en karakter, ik niet den jongen vrijer moest uitbangen, maar me deftig moest gedragen. Na het jawoord van Isabelita, dat volgens Marti al volkomen zeker was, was het, vóór het voort zetten onzer betrekkingen, noodzakelijk, een bezoek aan papa en mama te brengen, en hen op de hoogte te stellen. Deze stap zou mij hun achting verwerven, en ik zou dan op zeker terrein zijn. Hij moedigde me aan, omhelsde me herhaalde malen, terwijl hij me neef noemde, en beloofde me te zullen, helpen zooveel hij kon, en in naam van Cristina evenzoo. We gingen naar de eetkamer terug. Onze vroolgke gezichten vormden een tegenbeeld met de ernstige en terneergeslagen tronies van de daar aanwezigen. Donna Amparo bewaarde in haan oogen de sporen der geleden overstrooming. Hoe Matilde was, behoeft niet gezegd. Isabelita, die voor een tijdje bjj haar neef en nicht lo geerde, ontving mij met denzelfden blos van schuchterheid, maar zonder groote teekenen van vreugde, wat ik toe- Bchreef aan het onaangename voorval in haar familie. Oastell, als altijd onsympathiek en koud. Cristina Ik kan niet zeggen, hoe ik Cristina vond. Ze scheen bleeker dan gewoonljjk en afgetrokken van geest. Er lag hij zijn vergunningsrecht behoorlijk heeft betaald de vergunning telkens wordt geacht weer voor een jaar te zijn verlengd. Hij behoeft de vergunning dus zelfs niet aan te vragen en van een weigering kan dus geen sprake zijn. De Regeering merkt nu wel aandat een andere uitlegging der wet niet geheel onmogeljjk is maar zij erkentdat dan »aan de letter der wet geweld zou wor den aangedaan." Daarom stelt zij kort en goed voor de wet alsnog in dien zin te wijzigen, dat al de ver gunningen die na 1881 in andere handen zijn overge gaan bedoeld in art. 26ó der wetmet 1 Mei 1901 zullen vervallen. Dit is zeker wat men zou kunnen noemen kort recht. Of het ook goed recht zou wezen Volgens de meening van de meerderheid van de leden der Tweede Kamer blijkbaar niet. Wat de wetgever in 1881 mag bedoeld hebben, kan volgens sommigen in 't geheel niet in aan merking komen, als men, om haar aan te toonen, de letter van de wet geweld zou moeten aandoen. De wet zelve is duidelijk, en volgens haar bepalingen zullen ook na 1 Mei 1901 de bedoelde vergunningen, indien de houders slechts aan de gestelde voorwaarden voldoen, stilzwijgend weer telkens voor een jaar moeten worden verlengd. Reeds in 1891 is de wet door de Regeering zelve bij monde van den minister Smidt in dien zin uit gelegd. In die meening hebben velen een bestaande ver gunning gekocht, en nu zou eensklaps door de wet worden uitgemaakt, dat die vergunningen over enkele maanden vervallen 1 Dat zou volgens deze leden niet anders zijn dan schending van verkregen rechten. Andere leden gingen niet zoo ver. Zij namen aan dat het bij het tot stand komen der Drankwet in 1881 bij iedereen vaststond, dat de hier bedoelde vergunningen met 1 Mei 1901 zouden vervallen en al was nu later, in 1892 en 93, betoogd, dat dit eigenlijk niet in de wet stond, de koopers van vergunningen hadden daarop niet mogen vertrouwen. Van schending van verkregen rechten kon dus geen sprake zijn. Toch zouden deze leden het »hoogst onbillijk en onraadzaam" achten, nu eenvoudig al die vergunningen met 1 Mei e.k. te laten vervallen. Er was eenmaal twijfel gewektde beteekenis der wet stond niet meer vasten al had ook de Regeering in 1892 en 93 een dergelijk voorstel ingediend als thans wordt voorgesteld, men had toen tevens gezien, dat dit in haar oogen een vreemde droefheid, die mij pijnlijk aandeed. Ik verbeeldde me dadelijk, dat ze gebukt ging onder een drukkend leed, en dat dat niet anders kon wezen, dan de schaamtelooze vervolging van Castell. Wellicht had hij 't beleg klemmender gemaakt. Mis schien O, wat 'n gedachte 1 Ik zag alleen haar oogen van vreugde schitteren, toen de min met mijn peetekind in haar armen binnenkwam, 't Was een mooi rozeknopjefrisch, lieftallig, fijnge- bouwd en, natuurlijk, zooals dat voorgeschreven is, be gaafd met wonderbaarlijk verstand. Marti zou er met zijn leven voor willen instaan, dat het zoo was. Om de overtuiging in onzen geest te brengen, vond hij geen beter middel dan een reeks van mimiek-voorstellingen te geven, waarvan enkele een verrassende uitwerking hadden. Toen begon hij met de stem van een voorzanger een kerkzang te zingen. Het kind trok al heel gauw leelijke gezichtjes, en barstte in huilen uit. Daarna zong hjj een paar vroolijke deuntjes, en het kleine ding kreeg pret, terwijl het dartelde met armpjes en beentjes, en zich op den grond wilde gooien, ongetwijfeld om weg te kruipen. Hij blafte, mauwde, kraaide als een haan, en dadelijk konden we getuigen, dat het wicht niet ver stoken was van zoölogische kennis, en een denkbeeld had van de verdeeling van het dierenr k. Toen hij die stelling bewezen had op een manier die geen twijfel toeliet, achtte Marti, fier op den indruk, dien zijn merkwaardige proeven op het gezelschap had vermogen te maken, bet geschikt, het kind uit de armen der min weg te nemen, en het herhaalde malen in de zijne heen en weer te schudden bij wijze van een flosch inkt. Wellicht verbeeldde hij zich met dit concentratie middel zijn psychische bekwaamheden nog te verhoogen. Doch hij bereikie niets anders dan het zwart te doen kijken, terwijl het kind, niet vertrouwd mot de nieuwe methode, deze met luide kreten en met zielsverontwaar- diging verwierp. Cristina nam het hem af, deed al haar best, om het stil te krijgen, en gaf het weder aan de min, en deze was 't, die inderdaad haar beleedigd gemoed weer tot bedaren kon brengen. Voordat we ons aan 't souper zetten, drong men mg, dat ik mijn rijtuig weg zou zenden. Castell zou mij in 't zijne meenemen. Ik wilde mij verzetten want het ge zelschap van dezen heer werd me hoe langer hoe minder aantrekkelijkmaar er was niets aan te doen. Emilio met zijn eigenaardige onstuimigheid en geringe men- voorstei in de Tweede Kamer ernstige bestrijding vond, en mocht daarom verwachten, dat er van zulk een maat regel niets zon komen. Ruim 8000 personen zijn houders van zulke vergunningen en gaat het nu aan, is het met de billijkheid overeen te brengen, hun zoo kort te voren aan te zeggen, dat hun vergunning, dat is hun kost winning, zal vervallen Na alles wat in het Voorloopig Verslag van het onder zoek der Tweede Kamer te lezen staat en hetgeen in de pers over het regeeringsvoorstel is gezegd, mag men veilig aannemen, dat het daartoe niet komen zal. Maar ook de wijze waarop volgens het regeeringsvoorstel met al die vervallen vergunningen gehandeld zou worden, wordt in het Voorloopig Verslag nagenoeg eenstemmig afgekeurd. Immers: Algemeen" dus lezen wij »was men het met de Regeering eens, dat, vervallen de overeenkomstig art. 26b verleende vergunningen, het de plicht is van den wetgever vaste regelen te stellen ten aanzien der moeilijkheid, aan wie de dan beschikbare vergunningen moeten worden verleend. Een leiddraad hieromtrent mag in de wet niet worden gemist. Maar bijna even alge meen was men van gevoelendat de regelen, in dit wetsontwerp gesteld, niet bruikbaar zijn men vond de regeling vreemd en zonderling, en meende, dat zij den toets zelfs der meest welwillende kritiek niet kan door staan". Slechts e e n i g e leden vonden de regelen in het wetsontwerp gesteld »nog niet zoo kwaad", en noemden de oplossing »vernuftig". En waarin bestaan nu die on bruikbare regelen, die een vernuftige oplossing van de moeilijkheid zouden geven? Sedert 1881 is een groot aantal localiteiten met ver gunning van eigenaar, althans van gebruiker veranderd. Vervallen nu volgens het regeeringsvoorstel met 1 Mei 1900 al de vergunningen voor die localiteiten verleend, dan zal op dat tijdstip in bjjna elke gemeente het aantal vergunningen beneden het in de wet gestelde maximum zijn gedaald. Er is dus een stroom van verzoekschriften om vergunning te wachten, veel grooter weer dan met het oog op datzelfde maximum mag worden ingewilligd. Wat nu te doen Het lot te laten beslissen gaat niet aan, omdat dit blinde lot wel een3, geheel in strijd met doel en beginsel der Drankwet, juist bijzonder gunstig zou kunnen zijn voor de localiteiten die het drankmis bruik het meest bevorderen, en daarentegen vergunningen schenkennis gat den koetsier order om heen te gaan. Men zette mij naast Isabelita. Iodereen hield het voor een uitgemaakte zaak, dat dat zoo hoorde, en dat ik den heelen avond met haar moest gaan snoezen. Daarom deed ik het ook trouw. Als ik hun gevraagd had, of ik zaeht- kens met mijn voet op de hare moest drukkenen haar eene hand onder de tafel streelen, zou deze of gene wel licht een tegenovergestelde meening geuit hebben en er een korter of langer twistgesprek ontstaan zijn. Maar ik, overtuigd als ik wasdat ten slotte de meerderheid ervoor zou wezen, aarzelde niet, om de uitvoering hunner besluiten maar vast te bewerkstelligen. Om tien minuten vóór half elf in den avond werd in een hoek van de eetkamer waar Juffrouw Retamoso en ik vry konden babbelenuitgemaaktten eerste, dat zjj de eenige vrouw op aarde wasdie mij gelukkig kon maken ten andere, dat ik om mijn open en sympathiek karakterom mijn eerzame gevoelens, en om een zeker ik weet niet watdat ik in de stem had, waardig was, om door haar gelukkig gemaakt te worden, 't Aan beide zijden eens geworden, besloten wij, dat ik den volgenden dag verslag zou doen van deze overeenkomst aan den Heer en Mevrouw Retamoso. 't Was vijf minuten vóór half elf. Onze besprekingen werden nog slechts korten tijd voort gezet. Castell was gewoon om elf uur te vertrekken, en vroeg mij beleefd of ik 't zelfde wenechte te doen. Ik trad in zijn voorstelzooals behoorlijk waswant de familie wilde gaan rastan en wjj begaven ons naar de stad. Gedurende de reis had ik nogmaals gelegenheid mij te overtuigendat ik slechts door een dwaling in de natuur haren op mijn gezicht had, en dat in plaats van den hoed een soliede valhoed mijn kinderlijke gedachten moest overschaduwen. Die goede heer, doordringende in het geheim laboratorium des levensmaakte met zjjn gedachten de dingen zooals ze wezen moesten gaf zich moeite om zijn denkbeelden binnen 't bereik mijner oner varen rede te brengen geeuwde een paar maal glim lachte ook 's, en vergaf me mijn onnoozelheden. Om kort te gaan, hy behandelde me alsof ik werkelijk een valhoed op mijn hoofd droeg, die alleen voor hem zichtbaar was. Doch, daar bij mij de grappige manieom me voor een volwassen mensch te honden ingeworteld zatwekte zijn opttjsden instee van me met dankbaarheid te ver vullen grooter ergernis dan ooit op en zwoer ik bjj mezelvennooit meer in zijn rijtuig mee te gaanal moest ik de reis ook anders te voet doen.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1900 | | pagina 5