Donna Cristina. INGELIJFD. No. 107. Tweede blad. Honderd en tweede jaargang. 1900. ZONDAG 9 SEPTEMBER. FEUILLETON. Naar het Spaansch A. PALACCIO VALDÈS. ALKMAARSCHE COERAAIT. Deze Courant wordt Dinsdag-, Bonderdag- en Zaterdagavond uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden voor Alkmaak t O,SO franco door het geheele rijk f 1, 3 Hummers f 0,00. Afzonderlijke nummers 3 ets. Telefoonnummer 3. Prijs der gewone advertentlen s Per regel f 0,15. Groote letters naar plaatsruimte. Brieven franco aan de Uitgevers HERMs. COSTER ZOON. Wat lang verwacht werd is dan eindelijk gebeurd Transvaal is bij de Britsche bezittingen ingelijfd gelijk reeds vroeger met den Oranje-VrijBtaat was geschied. Het grondgebied der beide republieken die voor En geland niet meer bestaan, maakt volgens de voorstelling der Engelschen nu deel uit van Harer Majesteits gebied in Znid-Afrika. Van nu af aan zullen de ingezetenen das onderdanen zijn van de Engelsche Koningin, en die zich tegen de maatregelen der Engelsche regeering verzet of de Boeren helpt, zal als rebel of landverrader gestraft worden. Wat van zulk een daad te zeggen Laat ons eenvoudig hooren wat één der weinige Engelsche bladen die nog niet gezwicht zijn voor het gebrul der openbare meening, de Manchester Guardin er van zegt. Een onzer bladen nam er het volgende uit over «Door deze daad der Britsche regeering maakt zij aanspraak op de bevoegdheid om te dooden of gevangen te nemen al de mannelijke burgers van Transvaaldie weigeren een gezag te erkennen dat hun met geweld is opgedrongen en waar de inwoners zich mochten willen verzettenhen wegens rebellie te straffen met het verbranden hunner woningen. Het is niet mogelijk, het recht tusschen de volken erger met voeten te trappen dan hier geschiedt. En dat recht vertrappen brengt van zelf mee het opleggen van allerlei lijden aan menschen, mannen en vrouwen, erger naarmate hun vaderlandsliefde sterker is. Het beduidt een gruwelijke toekomst van inbeslagnemen, ophangen, in de asch leggen van Boeren hoeven. Het moge waar zijndat geen Engelschman zulke dingen verlangt of beoogtmaar zij volgen van zelfals de nacht op den dag uit het opzet om een vrij en dapper volk te verpletteren. Ziedaar het lot waartoe dit rijk, ongedachtig aan zijn vroeger meegevoel voor een onderdrukt Griekenland of Italië het Boeren volk heeft gedoemd. Ziedaar dan de uitkomst van den veldtocht voor vrijheid en gelijke rechten in Zuid-Afrika." Wjj kunnen niet nalaten over te nemen wat ons uit een ander Engelsch blad wordt medegedeeld. De Morning Leader zegt: «Het is nu niet langer een kwestie van staatslieden of regeeringen tegenover elkander; wij be oorlogen een volk; wij trachten de volksrechten te ontnemen aan eenige duizenden vastberaden burgers. Wij zijn bezig boerenerven te verbranden, vee in beslag te nemen, vrouwen de wildernis in te jagen scheepsladingen van VAN Vertaling van Dr. A. A. FOKKER. 41) XVI. Alweer op zee. Drukte aan de haven, gedruisch van laden en lossen, vervelende bezigheden in 't kantoor van de maatschappij. Daarna lieflijke uren, kalm, gesust door 't gezang der zeelieden en de geluiden van 't water onder de kiel. Mijn liefdedroom bezwaarde mijn ziel niet. Na verloop van eenige maanden bleef er alleen een teedere en dichterlijke indruk, die mijn bestaan veredelde. Niet temin verrastte ik mijzelven bij 't voorbijgaan van Valen cia in den nacht, toen ik in de verte de lichten van El Cabannal zag blinken, op het zacht zingen van het »afscheid van den scheepsjongen" Si en la noche callada Sientes el viento etc. (Als ge in den stillen nacht Den wind hoort enz. En mjjn oogen werden, zonder dat ik 't helpen kon, beneveld door tranen, als die van een modistetje. Doch die bui ging voorbij en weldra herkreeg ik het vroolijke humeur, dat mij, den Hemel zij dank, in dit leven zelden verlaten heeft. Ik vernam te Barcelona van een vriend, dat Castell met Isabelita Retamoso getrouwd was. 't Moge hem goed bekomen 1 Iets later kreeg ik van denzelfde bericht, dat de stoombootmaatschappij ontbonden was en dat de beide vennooten een opzienbarend proces voerden. Toen ik dat hoorde, kon ik me niet weerhouden met innige vreugde uit te roepen «Geruïneerd misschien, maar onteerd niet!" mannen naar Ceylon te sturen, en niet alleen of zoozeer om een verandering te brengen in de kleur der Zuid- Afrikaansche kaart in de "politieke gedaante van het Zuid-Afrikaansche land maar om het gansche staats- bestaan van dit kleine volk te verwoestenom aan de vrouwen en mannen die tot dit volk behooren iets te ontnemen dat hun dierbaarder is dan het leven zelf dan alle wereldsche goederen". Wij hebben er geen woord bij te voegen wij hebben geen lust om over deze handeling der Engelsche regee ring nog met andere, met onze eigen woorden een oor deel uittespreken. Het is blijkbaar, dat de Britsche aan matiging zich niet verplicht acht tegenover jde Zuid- Afrikaansche republieken de regelen en gebruiken te volgendie in oorlogen tusschen beschaafde staten in zwang zijn en waartoe Engeland zelf zich tegenover andere staten verbonden heeft. Het is een droeve taak, dit telkens weer in herinnering te brengen, uiting te geven aan ons gruwelyk beleedigd rechtsgevoel of de woorden aan te halen waarin anderen Engelands gedrag brandmerken, en te gelijker tijd overtuigd te zijn, dat dit alles den Boeren niets baat, dat geen enkele mogend heid er zelfs maar aan denkt iets te hunner behoeve te doen of te zeggen. De Britsche regeering heeft maar te verklaren, dat een enkel woord in het belang van de Boeren haar onaangenaam zou zijn en door haar zou be schouwd worden als een onvriendschappelijke daad, en elke mogendheid zwijgt eerbiedig stil. Of juister, de Britsche regeering heeft niets te verklaren; de mogend heden begrijpen zei ven wel wat haar aangenaam of onaan genaam zou kunnen wezen zij willen haar fijn gevoel sparen en zelfs den schijn vermjjden van eenige onvriend schappelijke gezindheid. Brengt niet reeds het gezamen lijk optreden in China onderlinge waardeering, onderlinge welwillendheid mee en een behoedzaam voorkomen van elkander te kwetsen of minder hoffelijke woorden toe te voegen, een beleefde oogluiking voor enkele vlekjes in elkanders gedrag? H o o g e r e belangen staan hier in China op het spel handels- en nijverheidsbelangen, levensvragen voor geld- aanbrengende ondernemingen en het behouden of ver werven van kostbare streken voor uitvoer en afzet van producten. Ook moet nog de misdaad gestraft en de nationale eer gewroken. Daarom is eendracht noodig tot eiken prijs. Intusschen heeft Rusland blijkbaar besloten zijn eigen weg te gaan. Het wil geen oorlog met China, Mijn vriend keek mij verwonderd aan en het kostte mij een beetje moeite, om een uitlegging te vermijden. Zou in die vreugde ook niet ietwat voldane eigenliefde schuilen Bijna zeker. Ik houd mij niet vooi een heilige en ik weet, dat zelfs de heiligen geheel en al vrij kan nen blijven van eigenliefde. Eindelijk vond ik te Barcelona bij mijn terugkomst van een reis uit Hamburg een brief, die reeds eenige dagen op mij gewacht had. Hij was van Marti, ofschoon door een ander geschreven. Hij zeide mjj, dat hij vrij hard ziek was en overstelpt door allerlei narigheden en inviteerde mij in de allerhartelijkste be woordingen, hem eens te komen opzoeken, ingeval mij dat doenlijk zou wezen. Hij weidde niet uit over zijn onaangenaamheden en maakte ook geen toespeling op de oneenigheid die we gehad hadden, misschien om zijn briefschrijver niet met die geheimen in kennis te stellen maar de heele brief ademde een levendig verlangen, om weer op goeden voet met mij te komen en mij het droe vige vertrek uit zijn huis te doen vergeten. Onmiddellijk nam ik den trein naar Valencia. Ik kwam daar tegen den avond aan, een jaar en drie maan den nadat ik er uit vertrokken was. Ik nam mijn intrek in het gewone hotel. De hotelhouder ontving mjj op hartelijke wijze en stelde mg, zonder dat ik erom vroeg, op de oogte van veel bijzonderheden betreffende het proces Castell en Marti. Deze was geruïneerd. Hij had het aandeel in de stoombootmaatschappij verloren en dit was in handen van zijn compagnon overgegaan. Toen deze dit gedaan gekregen had, was hij nog niet schade loos gesteld voor het geleende kapitaal en deed Castell de resteerende credieten over. De houders verkochten al zijn bezittingen, de buitenplaats El Cabannal inkluis en zelfs het huis, dat hij in de Galle del Mar bewoonde. »Als nu maar met dat al,'' eindigde mijn hotelhouder, »Don Emilio een goede gezondheid genoot, zou hij zich gemakkelijk kunnen herstellenwant hij is nog jong, bijzonder werkzaam en heeft veel verstand van zaken Maar de arme man is erg ziek erg ziek. Ik heb hem in een heelen tgd niet gezienmaar iedereen zegt, dat hjj erg gevaarlijk ligt." Die woorden maakten een smartelijken indruk op mij. Men kondigde het eten aan, maar ofschoon ik aan tafel ging zitten, kon ik geen stukje gebruiken. Ik ging daarna geen wraakneming of iets van dien aard. Het heeft alleen de Chineesche regeering willen steunen tegen opstandelingen en muiters als de Boksersmaar nu de Gezanten en vreemdelingen te Peking bevrjjd zijn wil het met de Chineesche regeering onderhandelen en zijn troepen uit Peking terugtrekken. Noord-Amerika is bereid met Rusland mee te gaan als ook de overige mogendheden daartoe kunnen besluiten maar die zijn met het denkbeeld van een dergelijken terugtocht nog in 't geheel niet ingenomen. De Chineezen zouden er een bewijs van zwakheid in zien en in hun overmoed wellicht nieuwe euveldaden bedrijven. Misschien hebben zij, die aldus redeneeren, geen ongelijk, en is het beter, nu de vreemde troepen eenmaal te Peking zijn dat zij er vooreerst blijven. Toch is het evenzeer mogelijk, dat de tegenwoordigheid der vreemde legers in de heilige stad de Chineezen voortdurend tot verzet prikkeltin spanning houdt en vijandig stemt tegen al wat vreem deling of Christen is en daardoor de Chineesche re geering belemmert in de onderhandelingen over den vrede en het toestaan van de eiechen der mogendheden, die het overigens bereid zou zijn in te willigen. Over en weer zal alzoo over Ruslands plannen en voorstellen heel wat onderhandeld kunnen worden, en ons wil het voor komen, dat wij de vreemde troepen, behalve dan de Rus sische en in hun gevolg misschien de Fransche, Peking niet zoo spoedig zullen zien verlaten. Duitschland, dat den opperbevelhebber zendt, zal daartoe wel allerminst genegen zijn en alle pogingen aanwenden om de troepen van verschillenden landaard in de Chineesche hoofdstad bijeen te houden. Den terugtocht te leiden zou voor graaf Waldersee ook een wel wat te bescheiden taak wezen. Zoo is nu de aandacht van alle mogendheden op de Chineesche zaken gevestigden wie denkt daarbij nog aan hetgeen daar in Znid-Afrika gebeurt 't Is wel on gelukkig en droevend, maar de zaak is nu immers een maal beslist, en de oorlog is uit of zal weldra uit zijn. De oorlog is uit! Ja, deze oorlog misschien; maar de kwestie tusschen de niet-Engelsche Afrikaanders, de vrijheidlievende republikeinen en de Engelschen is niet uitook al eindigt deze oorlog met een volkomen over weldiging en dat lord Roberts nu bezig is met den rassenhaat te beteugelen den geest van vijandschap en verwijdering te doven en den wrok te bezweren d a t hebben wij zelfs nog in geen enkele Engelsche krant gelezen. de deur uit, met de bedoeling om naar Marti te gaan die op een gehuurd kwartier in de Calle de Caballeros woonde. Voordat ik aankwam, keerde ik terug, vreezende hem lastig te vallen op zulk een uur, of hem zoozeer aan te doen, dat hij niet zou kunnen slapen. Ik richtte mijn schreden naar het huis van zijn zwager Sabas, opdat deze hom zou voorbereiden, of in alle geval mij raden zou wat het beste was. Zijn welgedaan vrouwtje ontving mij even vriendelijk als altijd, en was steeds even levendig, zachtzinnig en bedrjjvig. Haar verafgode echtgenoot was reeds uitgegaan. «Hij zal bij Emilio in huis wezen," zeide ik als iets natuurlijks. «Nee, dat geloof ik niet," antwoordde ze aarzelend. «Ga u eens naar de schouwburg Misschien is hij daar De dokter had gezegd, dat Emilio vandaag wat beter was en nu is hij dat gaan vieren." Ze kreeg een kleur, toen ze dit zeide. Ik toonde geen verwondering, om niet haar vergelegenheid grooter te maken. Nadat ik mijn oude vriendjes, de kinderen, gekust had, begaf ik mij naar 't aangewezen theater, om hun zwierigen papa op te zoeken. Toen ik binnenkwam, was de voorstelling reeds be gonnen. Ik lichtte het gordijn van den «Salon de butacas" (deel van 't theater met leuningstoelen) op, en liet een onderzoekenden blik door de gansche ruimte van den schouwburg gaan. Weldra kreeg ik hem in 't oog in een van de voorste rjjen van 't parterre. Deze eerste rijen, zoowel in de provinciën als in de hoofdstad, zijn het heilige der heiligen, van waar op elke plaats 't puikje der noogere menschensoort zijn stralen uitzendt. Gewend om der menigte wetten voor te schrijvenpraten de jongelui die daar zitte twisten, rooken en geenwen, vast overtuigd, dat ze geen plichten te vervullen hebben jegens de horde slaven, die vreedzaam in hunjleuningstoelen naar de vooretelling luisteren. Ze leven alleen als de goden op den top van de Olympus met de vreugdevolle bewust heid van hun volmaaktheid en kracht, trekken gezichten tegen de tooneelspelers, richten lieve woordjes tot de actrices en van tijd tot tijd spreken ze op luiden toon met hun gelijken van den overkant, over de hoofden van de kudde der onterfden heen. Wordt vervolgd.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1900 | | pagina 5