Decentralisatie ie lei. IN DEN STORM. No. 117. Honderd en tweede jaargang: 1900. WOENSDAG 3 OCTOBER. FEUILLETON. ALklUAARSCHE COURANT. Deze Courant wordt llinsda g-, Honderd a g- en Zaterdagavond uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden voor Alkmaar f O,SO j franco door het rgk f 1, 3 Nummers f ©,©6. Afzonderlijke nummers 3 ets. Telefoonnummer3. Prijs der gewone* advertentien Per regel f 0,15. Groote letters naar plaatsruimte. Brieven franco aan de Uitgevers HERMs. COSTER en ZOON. II (S 1 O t.) De gewestelijke raden zullen moeten worden samen gesteld uit »de geschiktste en onafhankelijkste elementen uit de ingezetenen van de verschillende landaarden, zoowel in als buiten 's lands dienst, die met de plaatselijke toe standen, behoeften en hulpmiddelen volkomen bekend zijn. Wij onderschrijven ten volle de opmerking in de v- T., dat, om het doel te bereiken, dat met deze instelling beoogd wordt, het particulier element een be langrijke rol in deze raden zal moeten vervullen, al willen wij te gelijk toegeven, dat het voorshands" wel licht aanbeveling verdient te bepalen, »dat in den regel de meerderheid besta uit leden die in 's lande dienst zijn." Alleen late men op dezen regel uitzonderingen toe, waar vasthouden aan den regel door geenerlei over wegend belang wordt geboden, en zeker het voorshands" niet in vergetelheid. De taak dezer raden voor gewesten of gedeelten van gewesten zal niet alleen bestaan in het terzijde staan van de bestuurshoofden in allies wat betrekking heeft op de regeling van de financieele huishouding, de locale be grootingen, heffingen en 'heerendiensten, ter bevordering van de fiasucieele decentralisatie, maar zij znllen daar enboven een werkzaam aandeel nemen in de regeling van andere onderwerpen, welke zniver gewestelijks of plaatselijke belangen betreffen, en van hunne voorlichting kunnen dienen bij het ontwerpen van de reglementen en keuren, waarvan de vaststelling aan de hoofden van .ge westelijk bestuur is opgedragen. Nu het hoofdgeld meer en meer geheel zal moeten dienen om de heerendiensten te kunnen afsehaffanwordt de behoefte aan decentrali satie ^tok meer gevoeld. De verschillen in de gewesten en in de onderdeelea van hetzelfde gewost ziju te groot, om de regeling op den duur aan het Centraal gezag over te laten. De minister aofet locale bemoeiing ten slotte -da beste wijze om overeenkomstig het voorschrift van het Regeeringsresglement tot een trapsgewijze ver- i mindering van heerendiensten te komen, inzonderheid ook omdat daardoor scherper zal worden toegezien, of soms de bevolking diensten bewijst niet ten algemeenen nutte, maar ten behoeve van enkelen. Niet overal zijn voor deze raden een voldoend aantal geschikte en onafhankelijke personen te vinden, althans niet buiten de ambtenaren en officieren ©n het zal weigeen Novelle van Debora van de Ybldj:. betoog behoeven, dat een raad uitsluitend of bijna uit sluitend samengesteld uit de aan het bestuurshoofd onder geschikte ambtenaren weinig geschikt zou zijn om dat hoofd in den zin als do minister bedoelt, in de vervul ling zijner taak bij te staan en voor de door hem wenschelijk geachte maatregelen hun medewerking te verleenen. Waar buiten de ambtenaren en offieieren gaen of slechts enkele Europeanen, inlanders of vreemde oosterlingen van voldoen de ontwikkeling gevonden worden, zal daarom voorloopig van de oprichting dezer raden moeten worden afgezien, even als in gewesten waar de handhaving van ons gezag nog vee^ politiek beleid vordert. Dit zal evenwel geen reden be. hoeven te wezen om aldaar de finaneiëele decentralisatie tot nader order uit te stellen. Ook in die streken zal zij onmiddellijk ingevoerd kunnen worden, alleen op minder rnime schaal. Wat in de M. v. T. de eerste en de tweede stap wordt genoemd, zal er in praktijk kannen worden gebrachteen bepaalde som uit de algemeene middelen en misschien tegelijkertijd reeds een deel der opbrengst zoo niet de geheele opbrengst van de eene of andere be^ lasting zal er ter beschikking van het gewestelijk bestuur kunnen worden afgestaan ter voorziening in plaatselijke behoeftenmaar tot de invoering van nieuwe belas tingen zal dat bestnur geen bevoegdheid hebben, zoolang in deze streken de elementen ontbreken waaruit de raad zou kunnen worden samengesteld, wiens medewerking tot die invoering vereischt wordt. Terwijl toch ten aanzien van de gewestelijke of plaatselijke reglementen of kenren den ambtenaar met het hoogste gewestelijk gezag bekleed zal kunneu worden voorgeschreven tenzij in dringende omstandigheden, voortaan vooraf den raad daarover te raadplegen, zal die ambtenaar omtrent andere nader aan te wijzen onderwerpen van zuiver gewestelijk of plaatselijk belang, .belastingen daaronder begrepen", geen algemeen verbindende verordeningen en regelingen kannen maken dan in overeenstemming met den raad. De eindbeslissing zal in deze gevallen steeds blijven aan den Gouverneur-Generaal. Verandering Ln de bevoegdheden van den Landvoogd zal evenmin als in die van de hoogste gewestelijke amb tenaren uit deze decentralisatie voortvloeien. Als begins el is aangenomen dat die ambtenaren over hetgeen zij tot aog toe bevoegd waren te doen, het gevoelen vau den raad zullen inwinnen, en dat overeenstemming alleen ge vorderd zal worden voor da uitoefening van belangrijke bevoegdheden, die zjj tot nog toe niet bezaten, maar bij de invoering dezer decentralisatie znllen verkrijgen. Waar die overeenstemming met den raad ontbreekt, »of andere overwegende redenen bestaan om hoogere tusschenkomst noodig te makèn", zal de Gouverneur-Generaal blijven beslissen en zoo noodig zelf regelen. Zoo zal ook aan den Landvoogd het recht van bekrachtiging blijven van de begrootingen en van de algemeene verordeningen, die de gewestelijke ambtenaren in overeenstemming met den raad zullen vaststellen, evenals van alle andere regelingen, die daarvoor in aanmerking komen. Ten aanzien van dit laatste zal, gelijk in deze geheele zaak, met de plaatselijke toestanden rekening worden gehonden. Gelijk die toe standen in sommige streken de vorming van een raad voorloopig ongewenscht kunnen maken, zullen zij er ook toe leiden, waar raden worden samengesteld, niet aan al die raden dezelfde bevoegdheden toe te kennen. Het cen traal gezag zal de vrije hand worden gelaten om, waar het raden wenschelijk acht, voor hun optreden en werken verschillende verordeningen nit te vaardigen. Alleen een principioele beslissing zal door de Wetge vende Macht genomen moeten worden. Het wetsontwerp strekt, zooals wij reeds opmerkten, uitsluitend tot het toekennen van bevoegdheden. Iu de eerste plaats wordt aan den Gouverneur-Generaal de bevoegdheid verleend om in de plaatselijke behoeften van gewesten en van^ge- deelten van gewesten te doen voorzien nit geldmiddelen afgescheiden van do algemeene middelen, doch voor zoo veel noodig daaraan ontleend. Het beheer daarover zal onderworpen zijn aan het toezicht der Algemeene Re kenkamer, eu gevoerd wordenvolgens regelen door den G.-G. bij algemeene verordening vast te stellen. De mi nister is van meening, dat het sluiten van geldleeningen ten laste of onder waarborg van een gewest of een ge deelte van een gewest een te gewichtige zaak is om daarover de beslissing aan den G.-G. over te laten, en vordert daarvoor de .goedkeuring van den Koning." De omstandigheid, dat de Nederlandsche en de Indische geldmiddelen wel afzonderlijk worden beheerdmaar niet wettelijk zijn geseheiden, en de Nederlandsche staat ten slotte althans de zedeljjke verantwoordelijkheid draagt voor den toestand der Indische financiën, rechtvaardigt o. i. geheel deze bepaling. In de tweede plaats verleent het ontwerp aan de ambtenaren met het hoogste gewestelijk gezag bekleed, de door ons vermelde nieuwe bevoegdheden, uit te oefenen in overeenstemming met den raad, samengesteld en in gericht volgens voorschriften by Algemeene verordening met inachtneming van 's Konings bevelen te geven, en y 2) Ewald zat in de hoogste klasse van het Gymnasium aog altoos had hij geen keuze gedaan, wat betrof het beroep waartoe hij weaschte te worden opgeleid. Hij voelde zich nog steeds alleen aangelokt tot de kunst, en in menig vertrouwelijk gesprek met zijn moeder werd beraad slaagd, hoe het aan te leggen, om zijn ideaal ta verwezen lijken. Als hg eerst maar het eindexamen van het Gymnasium met goed succes had gedaan, zoo beloofde mevr. Doorn hem, zou zij nog eene poging wagen om zijn vader te be wegen, bem toetestaan, onder goed geleide eene reis door Italië te laten doen, teneinde hem in de gelegenheid te stellen, kunst te zien, en zijn aanleg te beproeven. Des- verlangd, kon hij ook een paar jaar naar de academie gaan, om er een graad, bijvoorbeeld in de letteren, te halen, iets, wat aan zijne ontwikkeling als kunstenaar toch ook ten goede zou komen. O, hij zou zijn weuscb verkrijgen, al zon het mogelijk wel niet lang duren, eer hij zijn doel bereikt had, zjj, zijne moeder, zou daar voor zorgen, daar kon hij op vertrouwen Doch, zooals het zoo menigmaal geschiedt, zouden ook bier de berekeningen falen mevrouw Doorn beleefde den dag van Ewald's eindexamen niet. Een hevige longont steking, tengevolge eener gevatte koude, ontrukte iiaar in weinige dagen aan haar gezin. Do ziekte was zoo snel toegenomen, dat ze niet in staat was geweest Ewald's zaak te bepleitenhet eenige, wat ze doen Kon, was stervende de handen van vader en zoon inéénleggen, terwijl haar blik mededoogen scheen te vragen vóór raar lieveling. De heer Doorn betreurde zijne vronw oprecht, maar zijne zaken vroegen zjjne aandacht, hij had geen tijd, om neer te zitten bij zijne vrouw. Daarenboven' vond hij' een groote troost in Oiy.ru, die reeds, zoodra moeder on gesteld was geworden, het huishoudelyk bestier op zich had genomen, en toonde er ten volle voor berekend te zijn, zeodat de orde en regelmaat, waarop hij gesteld was, in het geheel niet werden verbroken. Ewald's droefheid was innig en diep. Hij gevoelde, •dat hij na moeders heengaan feitelijk alleen stond, want bij zijne znster behoefde hy geene sympathie te zoeken. In haar nuchter, prozaïseh hartje was geen sprankje van medegevoel voor zijn wenschen en streven. Zoo was de dag aangebroken, dat zjjne gymnasiale stadie was voltooid en nu drong de heer Doorn er op aan, dat hij eindelijk tot eene beslissing zou komen wat hjj worden wilde. Aarzelend sprak de jonkman van zijne liefde tot de knnst, doch met geen andere uitkomst, dan dat een storm van verontwaardiging losbarstte. »Wat dacht hij wel, om met zóó iets aan te komen Had hij daarvoor zooveel geld moeten kosten en zooveel jaren moeten verbeuzelen, om na een leeglooper, een knoeier te worden Neen, daar behoefde hg niet aan te denken. Stndeeren had hy begeerd en stndeeren zon hjj nn ook en, als hij niet wist waarvoor, dan zon zijn vader wel voor hem Deslissendan moest hij maar dokter worden. Dat was ten minste een praktisch vak en daar was geld meó te verdienen." Ewald had hem nog, gedachtig aan den raad zijner moeder, te kennen gegeven, dat de letteren hem meer aantrokken j doch ook dat kon de goedkeuring zijns vaders niet wegdragen. .Letteren zei hij boos, .dat is al even onpraktisch als kunst 1 Neen mannetje ik zal je maar ronduit zeggen, hoe ik er overdenk. Je gaat naar de academie, en studeert voor dokter of... je gaat er niet heen, maar' voor een jaar als correspondent op een druk kan toor, bij een patroon, die je wel zal leeren werken, eu, dan kom je later bij mij terug in de zaken. Ik geef je drie v.eken tijd, om er over te denkon, wat ie van die twee kiest." Zoo had Ewald zich geschikt in zijn lot, en was naar de academie vertrokken, om voor dokter te stndeeren en, hij had werkelijk gestudeerd, met ernst, al was het' dan ook niet met ambitie en na niet te langen tijd reeds zijn propaedeutisch examen gedaan. De heer Doorn was vrijwel over hem tevreden, maar nog meer over zich zelf. Hij had overwonnen: de jongen had de gekheid uit zyn hoofd gezet, zoo redeneerde hij. Hij wist het niet, dat Ewald menig vrij uurtje ontwoekerde, om zijn aanleg te kweeken dat hij zich elke andere ontspanning ja zelfs iedere weelde ontzegde en in plaats van het stu dentenleven meê te leven, zich terugtrok van den omgang met de andere jongelui, om zich aan zijn geliefkoosde kunst te wijden, steeds hopende, daarin nog eenmaal zich een naam te verwerven. Wat de vader wel opmerkte, was, dat Ewald er over spannen uitzag en om hem een blijk van zijne vaderlijke tevredenheid te geven, veroorloofde hij hem, de groote vacantie buiten op eene zeeplaats doortebrengen, tten einde frissehe krachten te verzamelen tot vernieuwde studie. Waarheen hij gaan wilde, liet papa aan hem over, als hg de som, hem voor zijn uitstapje ter hand gesteld, maar niet overschreed. Ewald was niet ver gegaan. Hij had een eenvoudig visschersdorp tot verblijf gekozen, waar hij kon werken aan eene schilderjj, welke hjj naar de tentoonstelling wilde zenden. Hij vond, dat het lot hem gunstig was, toen hij het lieve blondkopje ontdekte, vlak tegenover de nederige woning, waar hij zgn atelier had opgeslagen, en van de moeder de toestemming had gekregen, dat Baafke als model mocht dienen voor het engelenkopje, dat hij wenschte te schilderen en in zijne vreugde had hij het kind allerlei beloofd, als zijne schilderij gunstig werd opgenomen. De schilderij was voltooid en afgezonden. Na zon onze vriend zich werkelijk wat rost en ontspanning gunnen nu volop genieten van de heerlijke natuar Nieuwe in drukken wilde hij opdoen, immers als hij, waar hij bijna met aau twijfelde, met dit stek succes had, dan wist hij, dat hij tot de geroepenen behoorde, dan stond ziju besluit vast, ooi zijn eigen weg te gaan, en zich desnoods ontberingen te getroosten, om zijn ideaal te bereiken.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1900 | | pagina 1