t-
KLATERGOUD,
No. 129.
Honderd en tweede jaargang.
1900
WOENSDAG
31 OCTOBER.
FEUILLETON.
ALkMAARSCHE COURANT.
Deze Courant wordt D i a[s d a g-, Honderd a g-
eü Zaterdagavond uitgegeven. Abonnementsprijs
per 3 maanden voor Alkmaar f O,SO franco door het
geheele rjjk f 1,
3 Nummers f 0,06. Afzonderlijke nummers 3 ets.
Velefoonnnnmer 3.
Prp der gewone advertentlen
Per regel f 0,16. Groote letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de Uitgevers HERMs. COSTER
en ZOON.
II (Slot.)
Dat de regeering maar niet in elk geval gereed moet
staan om, wanneer de Eerste Kamer een door de Tweede
Kamer goedgekeurd wetsontwerp verwerpt, een ander
ontwerp in te dienen, opgemaakt overeenkomstig den ge
bleken wensck van de Eerste Kamer, behoeft wel geen
betoog. Een regeering, die aldns haar eigen beginselen
overboord wierp en baar waardigheid prijs gaf, zon in
ons land geen verdediging vinden maar met de Onge
vallenwet was werkelijk de loop van zaken van dien
aard, dat de handelwijze der regeering er volkomen door
gerechtvaardigd wordt.
Reeds bij de behandeling van het eerste ontwerp in
de Tweede Kamer bleek, dat in deze vergadering bij velen,
zelfs bij de meerderheid der leden, de wensch bijval vond
om aan de werkgevers in de wijze van verzekering meer
vrijheid te geven, mits de belangen der werklieden er
niet door werden geschaad. En de regeering heeft zich
toen niet principiëel tegen een wijziging of aanvulling
van haar ontwerp in dien zin verzet. Zij bleef aan haar
ontwerp de voorkeur gevenzij erkende wel, dat aan
zekere decentralisatie voordeelen verbonden waren, doch
achtte die voordeeion toch niet groot genoeg, en daar
entegen de bezwaren, die er tegen bestonden, te sterk,
om zelve de gewenschte wijzigingen in haar ontwerp te
brengen. Niettemin leverde zij de bouwstoffen voor een
amendement, dat zij dus allerminst onaannemelijk oor
deelde, ofschoon zij het bleef bestrijden. Die bestrijding
is wellicht te sterk geweest Bij de verdediging van haar
eigen stelsel heeft de regeering het gewone euvel niet
kunnen vermijden, de voordeelen van het voorstel der
tegenpartij als te onbeduidend, en de schaduwzijden
daarvan als onoverkomelijke hinderpalen voor te stelien.
Voor die menEchelijke zwakheid heeft zij later moeten
boeten. Waart gij bij de behandeling van het eerste
ontwerp in de Tweede Kamer toeschietelijker geweest en
meer tot samenwerking geneigd, heeft men haar toegevoegd,
dan was toen vermoedelijk reeds tot stand gekomen, wat
ge destijds hebt bestreden en thans genoopt wordt zelve
voor te stellendan waart ge althans minder met u
zelve in tegenspraak gekomen. Dit is natuurlijk niet
tegen te sprekenmaar aan den anderen kant is het
toch zeer begrijpelijk dat een regeering, nog altijd ver
wachtende haar voorstel ongewijzigd te zullen zien aan-
DOOR
E. n EBNKH,
Schrijver van Glück AufVineta Aan het altaar
St. Michaël, De Alpen-fee, Fata Morgana, enz.
Vertaling van HERMIN A.
3)
De jonge man werd een oogenblik verlegen bij deze
bits geuite woorden, die jnist den spijker op den kop
schenen te slaan, maar nu haalde hij de schouders op eu
zeide uit de hoogte
.Verwijt ge mij soms dat als het geluk zich voor
doet, ik de haud daarnaar uitsteek Neem 't mij niet
kwalijk, Ernst, maar gij zit sedert tien jaar te Heilsberg,
en wat weet men nu hier in dit afgelegen plaatsje van
de wereld en haar eischen Gij beoordeelt die nog zooals
zij vroeger was, toen zij misschien nog een romantisch
tintje had, maar wij, kinderen van den tegenwoordigen
tijd, wij houden er geen illusies meer op na. Wij zien
de wereld en het leven, zooals zij in werkelijkheid zijn,
en gedragen ons daarnaar on hebben daarom de toekomst
in onze hand. Maar gij hebt eigenlijk al met het
leven afgedaan."
Hiermede stond hij op en stapte mot een houding,
die reeds zeer aan den toekomstigen millionair deed
denkon, op een van de bloembedden toe, waar hij een
knop afplukte en dezen in zijn knoopsgat stak.
»Hoor eens, Ernst," de majoor sprak half binnens
monds, maar op onmiskenbaar knorrigen toon, »als gij
je verder door dien dom men jongen laat kapittelen en
je als een soort van overgrootvader uit den voortijd laat
behandelen, dan zeg ik hem eens de waarheid 1"
Rairaar maakte slechts een afwerend gebaar. Nu stond
hg ook op.
nemen, krachtig blijft bestrijden een amendement, dat
ze wel niet onaannemelijk acht, maar toch minder aan
bevelenswaardig dan haar eigen ontwerp.
Het bezwaar van te moeten »opeten'' of .inslikken'',
zooals een ander lid het noemde, van hetgeen hij vroeger
gezegd heeft, is daarenboven voor een minister nooit
geheel te vermijden. De overtuiging, dat alleen door
gemeen overleg wetgeving mogelijk is, zal hem er toe
brengen in de Tweede Kamer ook belangrijke wijzigingen
in zijn ontwerp, die hij krachtig en met overtuiging be
streden heeft, te aanvaarden, indien de meerderheid er
zich ten slotte voor verklaart. Maar van dat oogenblik
af is dan ook de minister verplichtzich op het stand
punt te plaatsen, dat uit do aangenomen wijzigingen
voortvloeit. De gronden, tevoren daartegen aangevoerd,
kunnen niet meer dienen. Hg heeft ze niet te veroor-
deelen, want zijn eigenjjzienswijze kan onveranderd zijn
gebleven, maar hij kan ze niet verder doen gelden. Daar
entegen zal hij ten gunste van het gewijzigd stelsel aan
voeren, wat hij vroeger van weinig of geen belang heeft
genoemd. Wat genoemd werd .opeten" of .inslikken",
zou dan ook ten aanzien van de Ongevallenwet niet zijn
uitgebleven, indien bij de behandeling van het eerste
ontwerp een amendement als dat van den heer de Sa-
vornin Lobman of den heer de Beaufort door de Tweede
Kamer was aangenomen. Alleen zou dan de omkeering
eerder hebben plaats gehad. Nu geen amendement in
dien zin was aangenomen, kon en moest de regeering
ook in de Eerste Kamer blijven bestrijden, wat zij later
zich genoopt vond zelve voor te stellen. Doch hetzelfde,
wat men haar nu verwtet, had haar ten laste gelegd
kunnen worden, indien zij haar eerste ontwerp, na aan
neming van een amendement als de destijds voorgestelde,
niet had ingetrokken. Dat er t w e e amendementen waren
tin plaats van een, en de voorstellers het met elkander
niet eene konden worden, gevoegd bij de groote moei
lijkheid om de zaak goed te regelen, deed beide amen
dementen vallen, ofschoon de meerderheid blijkbaar voor
de zaak was. erscheidene leden der Tweede Kamer,
die voor de amendementen hadden gestemd, brachten
niettemin hunne stem voor het ongewijzigd ontwerp uit,
ter wille van het groote belang, dat daarbij was be
trokken, en zoo werd het ontwerp aangenomen. Als
hunne inconsequentie, indien men het zoo noemen wil,
lof verdiende in plaats van blaam, waarom zou men dan
de regeering hard vallen over de concessie, die zij later
ter wille van datzelfde groote belang meende te kunnen
en te moeten doen
.Max
Deze wendde zich min of meer verbaasd om. Zijn
broeder stond tegenover hem, uiterlijk bedaard, maar
bitter en minachtend klonk zijn stem
»Ik wensch je geluk met je plannen voor de toekomst
maar laat mij daarbij buiten spel en verschoon mij van
je wijze op- en aanmerkingen, 't Is de eerste maal, dat
gij znlk een toon tegen mij durft aanslaan, en ik éisch
dat 't ook de laatste maal zal wezen, daar ik dien niet
duld, zoolang gij in mijn huis zijt
.Maar, mijn hemel, Ernst" Max raakte blijkbaar
van zijn stnk door cieze strenge berisping, die hij van
zijn altijd toegevenden broeder volstrekt niet gewend
was, en wilde zoete broodjes bakken, doch Ernst liet
hem niet aan het woord komen.
.Hebt ge dan geheel vergeten, wat mij te Heilsberg
als met ijzeren koorden heeft vastgehouden Ik wilde
moeder en jon voor gebrek bewaren, ik wilde je een
grootsohe loopbaan ontsluiten, die mij was ontzegd, en
thans, nu gij aan den ingang staat, maakt ge slechts
jacht op een rijke vrouw, voor wie je blijkbaar niet eens
liefde gevoelt. Nu wilt gij je talent, de kunst, je geheele
toekomst over boord werpen, om met het geld van die
vrouw datgene te koopen, wat gij levensgenot noemt.
Een leven zonder werk, zonder taak of doel, een vadsig
bestaan in den schoot van den rijkdom, die door anderen
is verworven. Ik zeg je ronduitdat ik je sluwe over
leggingen verachtelijk door en door verachtelijk vind
en jou er bij
.Amen Gij moest je schamen, Max 1" zeide Hartmut,
terwijl hij zgn vrieud volgde, die zijn broeder den rug
had toegekeerd en binnenshuis was gegaan.
Max stond verstomd hen beiden na te kijken. Hij
begreep niet, waarover hij zich zou moeten schamen,
maar kwara toch allengs tot het besef, dat men hem, die in
het geheel peen illusies nceer had en geheel op de boogte
van de moderne levensbeschouwing was ais een school
jongen behandeld en uitgescholden had. Natuurlijk was
hij hierover verontwaardigd, maar toch kwam de gedachte
niet bij hem op om heen te gaan. 't Was noodzakelijk,
dat hij zich een poos te Heilsberg ophield om zich bij
Het verschil is, dat nu de regeering tegemoet kwam
aan een bezwaar van de Eerste Kamer, terwijl zij,
door de behandeling van het wetsontwerp voort te zetten na
de aanneming van een belangrijk amendement, een con
cessie zou gedaan hebben aan de Tweede Kamer. Maar
mocht dit verschil haar terughonden, nu zij tegen de
gewenschte wijziging of aanvulling geen principiëel be
zwaar had eu van meening was, dat het zoo spoedig
mogelijk tot stand komen der zaak door 's lands belang
werd gevorderd Het beroep van de regeering op den
eisch van het gemeen overlegals eerste voorwaarde
waaronder het parlementaire stelsel op den duur kan
stand houden was in de oogen van deu heer Kerdijk
een .caricatunr''. Tijdens de behandeling van
eenige wetsvoordracht erkende hij tot zekere
hoogte dien eisch maar, vroeg hij, .waar is de staats-
rechtleoraar die verkondigd heeftdat een regeering,
wanneer zij een gewichtig, ook voor haar beleid teekenend
wetsontwerp ziet stranden, het dan maar eens moet pro-
beeren met een gewijzigde oplossing van het vraagstuk,
waarvan zy vermoedt dat die wel genade zal vinden
.Caricatunr of niet zouden wij op onze beurt wil
len vragen. Om geen caricatuur te zijn, had in zgn vraag
gesproken moeten worden van een gewijzigde oplossing,
in de schatting der regeering wel minder deugdelijk dan
de aanvankelijk voorgestelde, maar waartegen bij haar
geen overwegend bezwaar bestond, waarvan zij op goede
gronden kon aannemen dat zjj bij de Tweede Kamer
zelfs minder bezwaren zou ontmoeten dan tegen haar
eerste ontwerp hadden bestaan, en dat zij ook bij de
Eerste Kamer ee^i meerderheid zou vinden. En dan zou
den wij willen vragen waar is de staatsrechtleeraar die
verkondigd heeftdat het gemeen overleg alleen ten
aanzien van de Tweede Kamer een eisch is van het
parlementaire stelsel, maar niet mag gelden tegenover
de Eerste Kamer Heeft de regeering ook rekening
te houden met de Eerste Kamer, dan blijft in gevallen
als dit geen andere weg over dan de lange en minder
aangename die door haar is ingeslagen.
Was er een andere weg? Men heeft het beweerd. Die
door den heer Knyper werd aangewezen indiening van
een ontwerp zooals door de Tweede Kamer was aange
nomen, in de hoop dat deze het overeenkomstig de inzich
ten der Eerste Kamer zon wijzigen, en met het voor
nemen om de aanneming van die wijzigingen te bevor
deren zal wel door zeer weinigen beschouwd worden
als een voor de waardigheid eener regeering veiliger
manoeuvre. De zaak laten rusten, meende de heer Kerdijk
de bewuste millionnaire op een witten voet te Btellen, en
zoo moest hij zich dns die minder aangename behandeling
wel laten welgevallen. Maar 't werd hoog tijd om zich
dien drukkenden keten van den hals te schudden en zich
onafhankelijk van zgn broeder te maken.
Ondertusschen gaf majoor Hartmnt in de gang, waar
hij zijn vriend achteropkwam, in eenige kernachtige ge
zegden aan zijn verontwaardiging lucht.
.Die Max is een rechte lammeling gewordenDat
komt er van, dat ge hem naar Berlijn hebt gestuurd
terwijl gij hier bleeft zitten om je halfdood te werken
voor je moeder en hem De jongen heeft al de macht
woorden van den tegenwoordigen tijd van buiten geleerd
en schermt er mee in het wild, zonder er iets van te
begrijpenGij hebt hem ook vandaag eerst in al zijn
kracht leeren kennen, zooals 't schijnt, daar ge hem
anders, naar ik hoop, je wissels al wel eerder hadt ont
houden.''
Ernst haalde de schouders op en zijn gelaat drukte
nog steeds bittere verachting uit, toen hij antwoordde
.Max is altijd maar zelden en vluchtig hier geweest
en was dan verstandig genoeg om mij te ontzien
zoolang hij mij kon gebruiken. Nu schijnt hij mij niet
meer noodig te hebben.''
»Ja, het millioen, dat hij nog niet heeft, is hem naar
het hoofd gestegen,hernam Hartmut spottend. .Jammer
dat die bengel zoo'n gunstig voorkomen heeftEen
meisje met een millioen onderscheidt zich gewoonlijk niet
door bijzondere geestesgaven en zoo heeft hij met zijn
knap uiterlijk en voorgewende genialiteit misschien wel
kans en zal zij zijn domheid op den koop toe nemen.
Maar je sermoen was nog veel te zachtzinnig i k had
hem anders onder handen genomen. Als hij ooit tof
m ij durft zeggeu, »dat ik .eigenlijk al met het leven heb
afgedaan dan sta ik hem niet half
Raimar wilde antwoorden, maar juist werd de huis
deur geopend en trad een bejaard heer zoo haastig bin
nen, dat hjj er nauwelijks den tijd afnam om te groeten.
Wordt vervolgd