No. 30. Berate blad. Honderd en derde jaargang, 1901. ZONDAG 10 MAART. Buitenland. Laatste Berichten. Nederland. De Oorlog in Zuid-Afrika. De Oliineesclie quaestie. ALRMAARSCHE COURANT. Deze Courant wordt Iliasdag-, Honderd og en Zaterdagavond uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden voor Alkmaar f O,SO franco door het geheele rjjk f 1, 3 Nummers f 0,06. Afzonderlijke nummers 3 ets. VelefoonnuBamer i 3. Prys der gewone advertentien Per regel f O,IA. Groote letters naar plaatsruimte. Brieven franco aan de Uitgevers HERMs. COSTER en ZOON. BKliUlE. Het .Journal de Bruxelles" zegt, dat tengevolge van onderhandelingen tusschen de glasblazers en de directeuren de werkstaking in de glasfabrieken in het bekken van Charleroi, die reeds vele maanden duurde, feitelijk als geëindigd kan worden beschouwd. CHIAA. Uit Peking is den 2 bericht ontvangen dat graaf Waldersee over eene week naar Tsingtau zal vertrekken en vermoedelijk zijn reis zal uitstrekken naar Shangai. Hij denkt evenwel tijdelijk nog naar Peking terug te komen. Li-Hung-Chang heeft aan Veldmaarschalk Waldersee laten vragen, of het niet mogeljjk was, dat de expedities ophielden. De opperbevelhebber antwoordde, dat hij zich zijne vrijheid van handelen voorbehield, doch overigens niets liever verlangde, indien de algemeene verhoudingen het veroorloofden. DUITSCMjAAB, De aanslag op den Keizer is, zooals uit latere berichten blijkt, inderdaad van weinig beteekenis geweest. Naar de »Weser Ztg." mededeelde, trof het stuf ijzer den Keizer op de wang onder het rechteroog. Uit het feit, dat de Keizer op deD geheelen rit naar het station niets tot den naast hem zittenden burgemeester er over zeide, en eerst aan het station door het gevolg opmerkzaam werd gemaakt op zijn bloedende wang, blijkt wel, dat de wond niet ernstig was. Ook latere bulletins luidden gunstig, al moet de keizer ook gedurende eenige dagen rust houden. De dader raakte onder de paarden van de achter het keizerlijk rijtuig rijdende landjagers hij werd door het publiek gegrepen, en door de politie in hechtenis genomen. Bij het verhoor kreeg hij herhaaldelijk toevallen, doch was in de tusschenpoozen in staat op de hem gedane vragen te antwoorden. Over de reden, waarom hij zijn daad had gepleegd, gaf hij geen opheldering. Uit een ge neesmiddel, dat hij bjj zich had, schijnt te blijken, dat hij voortdurend atn epileptische toevallen lijdt. Zoowel in het Huis van Afgevaardigden als in den Ryksdag, uitte de voorzitter zijn afschuw over de lage daad en betuigden de leden hunue instemming met deze afkeuring. KIVbi MKAO. Den 8, 's morgens omstreeks zes uur, heelt, ua een langdurig en zeer heftig debat, het Engel- sche Lagerhuis met 264 tegen 51 stemmen het voorstel van minister Balfour aangenomen strekkende om te bepalen dat een lid hetwelk met den sterken arm uit het Huis is moeten verwijderd worden, voor het overige der zitting zal worden geschorst. Het debat heeft volle 12 uren geduurd. Het bekende radicale Parlementslid Laboucbère heeft in eene redevoering te Southampton nogmaals gesproken over den treurigeu Zuid-Afrikaanschen oorlog. Hij zeide, dat het Britsche volk nu begint te begrijpen, welke offers aan menschenlevens en geld die oorlog kost. Als er thans algemeene verkiezingen moesten plaats hebben dan zou zeker geloofde hij de regeeriug de nederlaag ljjden. De uitgezette Iersche afgevaardigden, zeide hij, hadden recht, zich te beklagen; maar zij waren te ver gegaan. Tegen voorstellen om den volksvertegenwoordigersdie meer en meer hunne voorrechten verliezen den mond te stoppen zou hij zich altijd blijven verzetten. In het Lagerhuis deelde de heer Balfour, in antwoord op een hem gedane vraag, mede, dat er onderhandelingen plaats hadden met Botha doch de regeering is niet in staat thans eenige mededeeling daarover te doen. Uit Engelscho bron komen berichten, die spreken van de hoop op het spoedig eindigen van den strijd in Zuid-Afrika. De .Times" ontvangt uit Pretoria een telegram, waarin wordt gozegd »In militaire kringen begint men te ge- looven dat het einde van den oorlog in zicht is, en dat de toestand veel beter is dan maanden geleden. Dit is gedeeltelijk het gevolg van het hervatten der aanvallende bewegingen en het welslagen van de expeditie onder generaal French is van grooten invloed zelfs op de Boeren die tot nog toe vol vertrouwen waren op den einduitslag.'1 Toch moet de correspondent erkennendat er nog geen enkel bewijs kan worden aangevoerd, dat de Boeren- commandanten te velde zich spoedig zullen overgeven Het is slechts de loop der gebeurtenissen die een sche mering van hoop geeft voor een spoedig eindezegt hij KPASfJJH. De rust in Spanje is hersteld. De staat van beleg is opgeheven. XUIU-AVUIKA. Een telegram van Kitchener uit Pretoria van 7 dezer meldt De Boeren hebben tevergeefs een krachtigen aanval gedaan op Lichtenburg. De Eugelsche verliezen bedroe gen 2 officieren en 14 man gedood en 20 man gewond De Boere. gent-raai Celliers is gedood. Omtrent de positie van De Wet komen verschillende berichtendaar zijn menachen verspreid zijn over den Vrijstaat. De Britsche troepen hebben op mnrsch naar het noorden Petrusburg bereikt. Heden meldt French dat hij een veertienponder-snel- vurend-Creusot-kanon heeft genomeD compleet met munitiewagen en affuitbenevens 1 Hotchkiss-kanon, Totaal dus 7 kanonnen. Het totale aantal Boeren dat bekend is als buiten gevecht te zijn gesteld sinds de operatie in het Oosten bedraagt 979. French maakte voorts nog buit169 geweren, 24,970 rounds ammunitie, 188 paarden, 1240 trekossen, 3920 stuks hoornvee, 13580 schapen, 100 wagens en karren en een groote hoeveelheid voer. Er weiden geen verliezen geleden. Bovendien wordt uit Pretoria geseind, dat aldaar eene meer hoopvolle stemming heerseht wat betreft de ver wachting op een spoedig einde der vijandelijkheden. Men verwacht, dat de Boeren het initiatief zullen nemen om vredesvoorwaarden te bedingen. In weerwil van deze berichten geven de Boeren nog blijken van groote activiteit. Bij eene tijdelijke bezetting van Peartston maakten de Boeren 60 geweren en tusschen 15.000 en 20.000 rounds ammunitie buit. Lord Kitchener seinde den 7 Lichtenburg wordt aangevallen door de troepen van Delarey. Het gevecht duurde den geheelen dag voort. Twee Engelsche officieren werden gedood. Het garnizoen van Lichtenburg bestaat uit 500 man met 2 kanonnen. Onderhoud tusschen Kitchener en Botha. LONDEN, 8 Maart. (R. O.) De avondbladen behelzen een telegram uit Pretoria, van heden, luidende Hedenmorgen had een bespreking plaats tusschen Kitchener en Botha. Het onderhoud duurde nogal eenigen tijd. Het resultaat is niet bekend. De Utrechtsche correspondent van het Handelsblad seint Naar aanleiding van d« hedenavond nit Pretoria ontvangen telegrammen in zake samenkomst Botha en Kitchener had ik een onderhoud met. den heer Van Boeschoten, hoofd van dienst, die mij mededeelde, dat er in de omgeving van den President niets van deze berichten bekend is. PEKING, 7 Maart. De antwoorden der verschillende mogendheden op Caina's beroep betreffende de Russisch- Chineesche conventie zijn ontvangen. Allen raden China aan, nog wat te wachten met de onderteekening, om tijd te geven voor discussie, ten einde tot een beslissing te komen over de te volgen gedragslijn. Naar men verneemt hebben verschillende regeeringen de kennisgeving gekregen, dat de Chineezen besloten hebben, het antwoord aan Rusland een paar weken uit te stellen. Amaj u ha- collecte. Bij gravin van Bijlaudt, penningmeesteres van het hoofdcomité voor de Amajnba-collecte, is tot nu toe van 112 gemeenten en eenige particulieren de som van f' 15.416.20 ingekomen. Te 's-ttravenhage is de bleekersknecht P., die nog steeds in voorloopige bewaring was, als verdacht met betrekking tot de verdwijning van het knaapje van Wezel welks lijkje inderdaad in de duinen werd ont dekt thans door de rechtbank buiten vervolging en op vrije voeten gesteld. Aanbesteding. Door het provinciaal bestuur van Noordholland is den 7 bij enkele inschrijving aanbesteed het voortzetten der verbetering van den weg op de kruin van den Zee dijk op het Onde Schild op Texel, behoorende bij de Rijks-zeewerken in Noordholland. Raming f 3000. Minste inschrijver J. Spruit te Den Helder voor f 2594. Blnnenwijzend. Door een zestal veehouders alhier is besloten tot het oprichten van een kaasfabriek tegen over »De Zeven Groene Boomen". Waarschijnlijk zal de melk aldaar tweemaal per dag geleverd worden en zal alsdan aan de fabriek ook boter bereid worden. Hierdoor zal dus deze fabriek geheel afwijken van de bestaande fabrieken in Noordholland. Oasontplof'ling. Te de Rijp heeft in de Roomsch Katholieke pasto rie een gasontploffing plaats gehad, waardoor de pastoor nog al ernstig in het gelaat gewond werd. De ruiten in het vertrek werden alle verbrijzeld. Be vermiste Wlerlngers. In weerwil van de vele nasporingen, die er met de ingetreden dooi aan de Friesche knsten werden ge daan, is er tot heden niets omtrent het vinden der vier Wieringers bekend geworden. Van deze treurige zaak valt nog mede te deelen, dat j.l. Zaterdag de weduwe P. J. Wigbout overleden is, vermoedelijk uit hartzeer over het ongelukkig uiteinde harei' verwanten. Het Koninklijk echtpaar te Amsterdam. Den 7 is ten paleize gelegenheid gegeven tot aan bieding van de verschillende geschenken. Door alle dames en heeren der hofhoudingen omringd namen de Koningin en de Prins-Gemaal, naast wie de Koningin-Moeder en de Hertog-Regent hadden plaats ge nomen, de geschenken en huldeblijken in ontvangst. Successievelijk werden de deputatiën in de Troonzaal binnengelaten en aan de Vorstelijke familie voorgesteld. Het eerst was het comité voor het nationaal geschenk aan de beurt, uit welks naam de burgemeester der hoofd stad H. M. toesprak. De Koningin aanvaardde het kostbaar geschenk der natie met groote dankbaarheid. Zij verklaarde diep ge troffen te zijn door dit hernieuwd blijk van de aanhan kelijkheid en liefde van het volk, de waarde van het schitterend cadeau werd voor haar niet weinig verhoogd door het feit, dat men met onbekrompen hartelijkheid uit alle standen er toe had bijgedragen. Het schitterend huldeblijk zou H.M. gansch haar leven een dierbaar aan denken blijven aan de schoonste dagen van haar leven. Zij verzocht den burgemeester en het hoofdcomité, ook uit naam van den Prins der Nederlauden, diep gevoelden dank te uiten aan alle commissies die tot het nationaal huldeblijk hadden meegewerkt en hoopte, dat door deze commissiën die dank ook het gansche Nederlandsche volk zon bereiken. Toen volgden de deputatiën van leger, marine, schut terij en daarna die van de stad Amsterdam vervolgens ai de overige commissiën. Onvermoeid dankte de Koningin op hartelijke wijze en reikte de hand aan allen, die geschenken en hulde blijken kwamen aanbieden. De Prins volgde dit voor beeld, terwijl hij steeds buigend zijn instemming toonde met de vriendeljjke dankbetuigingen zijner Gemalin. In den namiddag reden H.M. de Koningin-Weduwe en de Hertog-Regent nit ter bezichtiging van de Indische tentoonstelling in het Gemeentelijk Museam. Daarna werd het Suasso-Museum bezocht, gevolgd door een groote rijtoer, nu gelukkig begunstigd door droog weder. Het cadeau der gemeente Amsterdam aan het koninkljjk echtpaar, bestaat uit een zeer fraai bewerkt tafelgarni tuur één groot en twee kleine middenstukken, bloem schalen, zes groote kandelabres, 24 kleine kandelaars vau verschillend model, acht groote vrnchtscbalen, ook ver schillend model, vier en twintig bonbonschaaltjes met lepels, ook weer van verschillende vormen. De versiering is van émail in verschillende kleuren en op de meeste voorwerpen zijn aangebracht half edelge steenten (topazen, amethysteen). Het geheele garnituur is van matzilver vervaardigd. Het huldebljjk der Zuldafrlkaansche ballingen is een adres, gevat in een vergulde lijst. Het adres luidt »Wij, bannelingen in Nederland, het Vaderland der Vrijheid onder de bescherming van den scepter van Uwe Majesteit, stammuliuge uit het Huis van den grooten Zwijger, den Vader des Vaderlands en eersten Kampioen voor de vrijheid der consciëntie wij uit Zuid-Afrika, dat nog vrij worden moet brengen Uwer Majesteit en Zijn Doorluchtige Hoogheid Hertog Hendrik van Mecklenburg-Schwerin onze hartelijkste gelukwenschen toe op dezen voor U beiden zoo blijden dag. «Moge da God Uwer Vaderen U beiden zegenen in Uw Huis, in Uw Regeering en in het Land, waarover Gjj regeert, in lange dagen van voorspoed en vrijheid. «Amsterdam, 7 Februari 1901". Hieronder volgen de handteekeningen van de op 7 Febr. in het Tehuis verblijvende Afrikaners. Onder de vele prachtige geschenken trok ook de aan dacht, het geschenk der Ned. kolonie te Moscou, die getrouw aan de Russische gebruiken aan het Vorstelijk echtpaar brood en zout aanboden. Op een vergald zilveren schotel met fraaien rand in Russisch email is nedergelegd een koek in den vorm van een brood, en daar bovenop is geplaatst een vaatje zout. De schotel werd gedragen op een handdoek van Rus sisch kantwerk. Den 7 's avonds had het gala-concert in het concert gebouw plaats. De menschenmassa was zoo mogelijk nog grootar dan de voorafgaande dagen. Het feit toch dat de Koningin en Prins Hendrik zich naar het concertgebouw zouden begeven in de nu elec- trisch verlichte gouden koets, had eene overgroote menigte doen samen8troomen. En inderdaad was het een schit terend schouwspel. De koets was bespannen met zes paarden, vier daarvan werden van den bok gereden, op een der beide voorste paarden zat een piqaeur. De koets werd voorafgegaan door een voorrijder. Toen koningin Wilhelmina instapte, barstte de geestdrift van het volk los, dat aldus zijne voldoening uitte over dit nieuw bewijs van waardeeriug van zijn geschenk door de vorstin gegeven. Met een prachtige versiering van planten en rijke draperiën, wachtte het Concertgebouw het hooge bezoek af. Een van de nummers van het programma was een feestzang van dr. Schaepman getoonzet door den heer Mengelberg. Inmiddels schitterde een groot deel van Amsterdam in een zea van licht, de illuminatie Blaagde, daük zij het gunstig weer, bizonder goed, vooral de verlichting der grachten, waar de weerspiegeling in het water een dubbel kunstgenot dééd smaken, was eenig mooi. Den 8 word door het vorstelijk echtpaar de Marine werf bezichtigd, waar het nieuwe pantserschip wachtte om door koningin Wilhelmina gedoopt te worden. Na een korte toespraak van den minister van Marine had deze plechtigheid plaats.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1901 | | pagina 1