No. 49.
Honderd en derde
jaargang.
1901.
WOENSDAG
24 APRIL.
bevonden Voorwerpen.
ISen goede woning.
Buitenland.
Laatste Berichten.
Inrichtingen, welke gevaar, schade of hinder
knnnen veroorzaken.
l)e Oorlog in Zuid-Afrika.
ALKMAARSCHE
Deze Courant wordt Dinsdag-, Donderdag
en Zaterdagavond uitgegeven. Abonnementsprijs
per 3 maanden voor Alkmaar t 0,§0franco door het
geheele rjjk f 1,
3 Nummers f O,O©. Afzonderlijke nummers 3 ets.
Velcfoonnununcr 3.
COURANT.
Prijs der gewone advertentlen t
Per regel f 0,15. Groote letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de Uitgevers HERMs. COSTER
ZOON.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR
brengen, ingevolge art. 8 der Hinderwet, ter openbare
kennis, dat zij bij hun besluit van Vrijdag 19 April l.l.
aan Hk. ELFRING alhier, vergunning hebben verleend
tot het oprichten van een bakkersoven, in het per
ceel Keizerstraat, wijk C no. 23.
Burgemeester en Wethouders voornoemd
Alkmaar, G. RIPPING, Voorzitter.
19 April 1901. 0. D. DONATH, Secretaris.
Te bevragen aan het bureau van politie op werkdagen
des morgens tusschen 9 en 12 uur
Een gele hond, een rozenkrans, een rijtuigmoer, een
ceintuur, een mes, een dop van een kinderwagen, een
gouden ring, een portemonnaie met geld, een haakétui,
een le lig teervat, een lapje zwarte stof, een zilveren
pijpenrooder, een hondenhalsband met belletjes, een En-
gelsche huissleutel.
Alkmaar, De Commissaris van Politie,
19 April 1901. S. M. S. MODDERMAN Jr.
«Zoolang er niet voor gezorgd is, dat elke bnrger een
goede woning kan hebben, die niet een bron van gevaar
en ellende is voor hem zelvon en zijn omgeving, maar
hem een veilig en aangenaam tehuis waarborgt, blijft alles
wat men verder doet een halve maatregel. Maar zoodra
iedereen behuisd is zooals 't behoort, kan het einddoel,
het verkrj]gen van een krachtig en gezond geslacht, niet
onbereikbaar meer zijn.''
Blijkens het gewijzigd ontwerp-woningwet wil de regee
ring dien toestand voor de toekomst mogelijk maken.
Hulde aan haar 1 Als de wetgever niet ter hnlp komt
is er geen varbetering te wachten. Een goede woning
ook voor den werkman 't Woningvraagstuk is het hart
der sociale kwestie. Niets toch kan zoozeer strekken om
den levensstandaard des volks op te voeren als de be
hoefte te vestigen aan een gezonde, zindelijke, gerieflijke,
gezellige woning en deze overtuiging staat in verband met
de stelling »dat verreweg de meeste maatregelen op sociaal
gebied, die niet strekken om 't peil van beschaving, zelf
kennis en ontwikkeling van den arbeider als individu op
te heffen, niet doeltreffend, ja, zelfs gevaarlijk zijn".
De mensch behoeft frissche lncht om vrij te kunnen
ademhalen. Hoevelen moeten hun verblijfplaatsen, hnn
krotten en stegen ontvluchten om haar op te zoeken.
Aan dien toestand moet een einde komen. Niet één kan
buiten licht en zonneschijn. Hoevelen derven deze als zij
niet hun bedompte woningen ontloopen
Man en vrouw en kinderen vragen ieder voor zich
een zekere rnimte om te kannen werken en rusten en
spelen. Ach, 't is geen wonder, dat menigeen elders zoekt,
wat hij thuis niet vindt en alzoo den weg naar de herberg
inslaat, dat voor vele kinderen de straat hun tehuis
is, omdat zij daar alleen zich bewegen kunnen. Het zal
een onnoemelijke zegen wezen voor duizenden als vele
zoogenaamde woningeu worden gesloopt, als andere wor
den verbeterd, als nieuwe verrijzen, die voldoen aan eischen
wat aangaat, o.a.: zindelijkheid, afscheiding van slaap
plaatsen, het aantal bewoners, dat in één huis mag ver
toeven wat betreft de toevoer van lacht en licht en
drinkwater en de rnimte der vertrekken, ook als nauw
gezet de aandacht wordt gevestigd op de plaatsing der
woningen.
Een vriendelijk tehuis 1 Men hecht aan zijn woning,
waarin men korter of langer tijd heeft doorgebracht,
binnen welker muren men arbeidde en zich ontspande,
in wier vertrekken men genoten en geleden, gejuicht en
gepeinsd heeft, waarin men hen zag opgroeien, die ons
lief zijn. Wie na vele jaren de woning van weleer weer
eens binnentreedt en dan niets in zich voelt omgaan,
dien ontbreekt het inderdaad aan iets. Wij moeten hebben
een plekje, ons dierbaar bovenal.
Is 't wonder, dat wij hunner met deernis gedenken,
wier woning schier alles mist wat haar maken kan tot
een tehuis, 't Is zoo begrijpelijk, dat velen lichamelijk,
geestelijk en zedelijk ondergaan, omdat geen aantrekke
lijk, geen gezond, geen gezellig verblijf hun deel is. Over
deznlken moet wel komen een geest van onverschilligheid,
van onbeschaafdheid en rnwheid. Een slechte woning is
de moeder van slordigheid, van onzindelijkheid, van uit
huizigheid. Een goede woning daarentegen noodigt uit
tot netheid, tot orde. Dan, als de dagtaak is afgeloopen,
scharen zich ouders en kinderen om de tafel. Zij denken
niet meer aan uitloopen. Men geniet, men rust met elkaar
en de jeugd speelt haar spel en boeken worden goede
vrienden. Men stelle er prijs op de woonkamer zoo in te
richten dat men daar zich waarljjk thuis weet. Een
eeuwenoud woord zou men, eenigszins gewijzigd, aldus
kunnen lezen: «van uit het huis zijn's levens uitgangen".
In het gezin groeien zij op, die eenmaal onze plaatsen
zullen innemen. Wat hangt er niet oneindig veel af van
den toon, die daar aangeslagen wordt, van de gesprekken,
welke gevoerd worden, van hotgcon men dagelijks ziet en
verneemt van den geest, die er heerseht onder do leden
onderling Van hoe grooten ver strekkenüen invloed is
de omgeving waarin men verkeert, de wijze waarop men
zich ontspannen leert, van de wijze ook waarop de vrije
tjjd, de zondagen niet het minst, wordt doorgebracht.
En al deze dingen hangen zonder twijfel weer samen
met de woning zelve en haar inrichting en plaatsing.
Deze kunnen uitlokken tot vriendelijk gezellig samenzijn,
evengoed als zij knnnen verleiden tot wat uit den booze
is. Er zijn er duizenden die moeten 1 e e r e n wonen.
Heerlijk als de mogelijkheid daartoe wordt geopend.
Meer dan eenig is de kwestie van wonen een zedelijk
vraagstuk, do «alpha en de omega", begin en einde der
sociale gezondheidsleer. En daarom moeten allon, die het
wel meenen met ons volk en die een hart hebben voor
wat men wel eens noemt «de kinderen des volks'',
het onverdeeld toejuichen, dat de »Woningwet" straks
zal prijken in ons «Staatsblad". Allerlei pogingen van
talloos velen onder ons levenden znlleu schipbreuk lijden,
zoolang aan die ééne voorwaard-a een gezonde, vrien
delijke woning niet is voldaan. Verschaf volkslec
tuurwat baat het, als eigm omgeving niet uitlokt
tot lezen en elkaar voorlezen Bestrijd drankmisbruik
wat baat hatzoo men de plaatsen des ondergangs
moet stellen boven eigen bijna onbewoonbaar vertrek
Wat beteokont ijveren voor «zondagsrust", voor verkor
ting van arbeidsduur", voor «geestelijke ontwikkeling",
als de woning niet aantrekt tot huiselijk genieten, tot
verpoozen Stel hooge zedelijke eischen aan den omgang
tnsschen menschen en menschen wat beduidt het,
als de inrichting van eigen woning allerlei slechts in de
hand werkt En vraag eens aan de geneesheeren, aan
ben, die zich bezig honden niet met bedeeling
maar met armverzorging, aan hen allen, die
de stoffelijk minder bevoorrechten telkens bezoeken, hoe
al hun willen en streven jammerlijk wordt tegengewerkt
door de woning dier hulpbehoevenden Is het waar, dat
de toestanden beter zouden wezen als de menschen anders
waren, het is niet minder waar, dat de menschen beter
zouden zijn als de toestanden anders waren.
Omstandigheden, omgeving en wat dies meer zij oefe
nen machtigen invloed op den mensch. 't Is een zegen,
dat telkens luider spreekt het besef van verantwoorde
lijkheid jegens ons omringenden. Scheidsmuren moeten
vallen hoe langer hoe meer. Van dat aansprakelijkheids-
gevoel getuigt het ernstig pogen om, schrede na schrede,
het woningvraagstuk tot oplossing te brengen.
Wie evenwel trachten wil beter toestanden te schep
pen beginne don bestaanden toestand te onder
zoeken. 't Is daarom een uitnemend werk, dat men
ook te Alkmaar gaat ondernemen een tonderzoek naar
den toestand der arbeiderswoningen." Moge 't vruchten
afwerpen voor de toekomst
April, 1901. J. F. TERNOOIJ APEL.
CHINA. De bij den brand te Peking omgekomen
generaal von Schwarzhoff is met militairs eer ter aarde
besteld. De «Times" spreekt met veel lof over den inder
daad zeer verdienstelijken en kundipen officier, die zoo
droevig het leven verloor. Het Engelsche blad zegt o.a.:
«De generaal schijnt den dood van een Pruisisch officier
gevonden te hebben bij de vervulling van zijn plicht. Du
moed, dien een man heeft, om een brandend gebouw wem
binnen te gaan om er koelbloedig gewichtige papieren te
redden is zeldzamer en schitterender dan die welke
hem aanspoort aan het hoofd van zija troep een batterjj
aan te vallen."
Graaf Waldersee, die slechts ieiuM,uwernood ge^ed werd,
is door de ontsteltenis zoodanig aantro"- n, dat hij
bedlegerig is.
JUUITSCHUAIUD. Het moge er dan in Engeland
slecht voorstaan met de financiën, ook in Duitschland is
de toestand niet heel fraai.
De minister van financiën von Thielmann heeft in de
vergadering der begrootingscommissie verklaard, dat da
som van 13 millioen mark die in 1902 voor het invalieden-
fonds meer noodig zullen zijn, een kleinigheid is verge
leken met wat bovendien nog zal zijn aan te vragen.
Voor dat jaar valt niet te rekenen op een batig slot van
30 millioen als voor het loopende. De ontvangsten uit
invoerrechten en accijnsen zullen vermoedelijk aanzienlijk
dalen en daartegenover staan stijgende uitgaven.
De Keizer is voornemens zijn oudsten zoon, die te
Bonn zal studeeren, zelf bij de studenten in te leiden.
In de Beethovenzaal zal Z. M. daartoe op een studenten
avond verschijnen, en (het spreekt van zelf!) een toe-
Bpraak honden. Vermoedelijk zal ook de jonge kroonprins
de studenten toespreken.
ElNHHIzANID. Ongetwijfeld zal men zich de ongenade
van generaal Oolvile herinneren, die er niettegenstaande
zijn krachtige verdediging, niet in slaagde zich in de oogen
van den minister schoon te wasschen van de Lindley-
nederlaag, waarbij het zoogenaamde millioennairs-regi-
ment in handen der Boeren viel. De vrienden van den
generaal hebben het er niet bij laten zitten en nadat
het parlementslid Douglas de regeering in een openbare
vergadering van verduistering van bescheiden beticht had,
komt thans de minister verklaren dat het bericht van
Robert's hoofdkwartier, waarop generaal Oolvile zijn ver
dediging had opgebouwd, een bericht waarvan hij eerst
bij hoog en bij laag het bestaan had ontkend, toch wel
bestoud. Het was gevonden onder in een doos met andere
berichten.
Het bleek nit die ministers verklaring dat hij eerst niet
had laten zoeken, maar ondanks de pertinente verklaring
van generaal Oolvile de tegenovergestelde bewering van
lord Roberts geloofd had.
De oppositie zal hieruit zeker munt weten te slaan.
FRANKRIJK. De minister van buitenlandsche
zaken, Delcassé, is van Parijs naar Petersburg vertrokken.
Niemand weet het ware doel van deze reis, die in binnen-
en buitenland zoor de aandacht trekt en alle pennen in
beweging brengt.
ZUID-AFRIKA. Uit East-London wordt door
Renter van den 19 geseind
Een trein met vee steenkolen en fourages is gister
nacht in da nabijheid van Molteno door de Boeren ge
nomen. De machinist wist de loeomotief aan het hoofd
los te maken en snelde daarmede naar Sternberg van
waar hij met troepen terugkeerde, doch deze vonden bjj
aankomst den trein reeds in brand staan.
Kitchener vond d t bericht blijkbaar niet belangrijk
genoeg om over te seinen en vermaakt de Regeering te
Londen met nieuwe praatjes over de moedeloosheid der
Boeren welgeslaagde scboonvegerijen en hernieuwde
pogingen van den vijand om vrede te sluiten.
Een Transvaler, die tot half Maart te Standerton
krijgsgevangen der Engelsehen was, geeft in een Belgisch
blad een anderen kijk op de zaken. Volgens hem werd
den 15 Pebrnari bij Steenkoolspruit een Engelsch regi
ment vernietigd. Drie- tot vierhonderd man sneuvelden
en 500 werden gevangen genomen. Twee dagen later
kwamen generaal Rundie mot een cocvooi te Standerton
aan. Hij was onderweg onophoudelijk aangevallen en
bracht dientengevolge 200 gekwetsten mede. Den 27
Februari vertrok des morgens een detachement van 400
Engolschen naar Kliprivier met de opdracht de Boeren
nit hun stelling te verjagen. Des avonds kwamen sleehts
een dertigtal van deze mannen terng; de anderen waren
gesneuveld, verspreid of gevangen genomen.
Tijdens de twee maanden van zijn gevangenschap wer
den onder het bereik van het geschut der bezetting van
3000 man vijf treinen door de Boereu vernield. De
gezondheidstoestand van het Britsche leger was daarbij
nilerst slechthet hospitaal te Standerton had nooit
minder dan 600 zieken en dagelijks stierven gemiddeld
16 soldaten. Toen do verhaler vertrokwas hot leger
van French moreel totaal op en waren de Boeren
actiever dan ooit.
LONDEN 22 April. In het Lagerhuis deelde de
ond -minister van oorlog, de heer John Brodrick, mede,
(lit, -n gemiddelde wekelijKSche oorlogskosten in de
hitste 'tien weken 1,500,000 hebben bedragen. (Iro-
n>--:he cheats op de Iersehe banken).
BRUSSEL, 22 April. De «Petit Bleu" zegt uit de
stelligste bron te wetendat bedenMaandagavond
aan het departement vau bnitenlandsche znkon te Berlijn
eeD formeel protest is ontvangen van dr. Leyds gezant
der Znid-Afrikaansci e Republiek tegen de leveranties
van wapenen en kanonnen door Duiiscbe fabrieken aan
Engelandten behoeve van den oorlog in Zuid-Afrika.
PRETORIA22 April. Het Boksburg-commando
sterk 106 man met wagens en goederen, heeft zich bij
Middelburg overgegeven.