No. 89. derate blad. Honderd en derde jaargang. im ZONDAG 28 J U LI. VERKIEZING. STËlfiON G. Gemeenteraad van Alkmaar. Amsterdamsche Brieven. B n i t e n 1 a n d. Laatste Berichten. l)e Oorlog in Zuid-Afrika. HKMAARSCHE COURANT. Deze Oourant wordt Blasd« g-, Honderd a ti en Zaterdagavond uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden voor Alkmaar 1 0,80 franco door het gehoele rijk f 1, 3 Nummers f O,O0. Afzonderlijke nummers S ets. Pr(]s der gewone advertentlen Per regel f O, IA. Groote letters naar plaatsruimte. Brieven franco aan de Uitgevers HERMs. COSTER en ZOON. lelcfoonnuucmer3. Kiesdistrict III. De BURGEMEESTER van ALKMAAR, Gelet op art. 53 der Kieswetmaakt bekenddat de bij hem op den 25 Juli 1901 ingeleverde oogaven van candidaten voor het lidmaatschap van den Gemeenteraad (vacature J. H. BLUM) ter Secretarie der gemeente van af heden voor een ieder ter inzage zijn nedergelegd, terwijl afschriften dier opgaven tegen betaling der kosten, algemeen verkrijgbaar zijn gesteld. Afschrift der ingeleverde opgaven 1. KOLLESP. Houttihtraat. 2. VONKH. J. Oudegracht. Alkmaar, De Burgemeester voornoemd, 25 Juli 1901. G. RIPPING. De BURGEMEESTER van ALKMAAR maakt bekend, dat op Dinsdag, den 0 Augustus a.s., eene stem ming zal plaats hebben ter benoeming van één lid van den Gemeenteraad voor het Ille kiesdistrict dier gemeente en wel uit de volgende candidaten 1. KOLLESP. Houttilstraat. 2. VONKH. J. Oudegracht. De stemming vangt aan des morgens 8 uur en duurt tot des namiddags vijf uur. Het stembureau zal zitting honden in de Nieuwe Doelenin de zoogenaamde Ondeiofficierskamer, in de Doelenstraat, van des voormiddags acht tot des namid dags vijf uur. De inhoud van art. 128 van het Wetboek van Straf recht lnidt aldns Hij die opzettelijk zich voor een ander uitgevende, aan eene krachtens wettelijk voorschrift uitgeschreven verkie zing deelneemt, wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste één jaar. Alkmaar De Burgemeester voornoemd 25 Juli 1901. G. RIPPING. De BURGEMEESTER van ALKMAAR roept de leden van den Gemeenteraad op tot bijwoning eener verga dering op Woensdag, 31 Joli 1901, des namiddags te één uur, ter behandeling van de hieronder vermelde punten 1. Lezing en vaststelling der notulen van de vorige vergadering. Mededeelingen. Ingekomen stukken. 2. Benoeming van een stembureau voor de op 6 Aug. a.s. plaats hebbende stemming, ter verkiezing van een lid voor den Gemeenteraad. 3. Benoeming van eene commissie tot onderzoek der gemeenterekening, dienst 1900. De Burgemeester G. RIPPING. X. Wij zijn nu volop in de periode der volksverhuizing. Juli en Augustus zijn de maanden waarin de Amster- dammers als zij maar even kunnen hun stad den rug toekeeren maar waarin tevens de vreemdelingen onze hotels komen bezoeken, 't Is nu weer de tijd, dat, als men twee menscben tegenkomt't niet van zelf spreekt, dat zij Hollanders zijn. Vooral zijn er veel Engelschen die er de wel wat flauwe liefhebberij op na honden om zich ter vermijding van onaangename incidenten voor Amerikanen uit te geven. Zij schijnen te denken dat de Amsterdammers nog even verontwaardigd over den oor log in Zuid-Afrika zijn als verleden jaar, toen in derdaad de Engelschen met een boos oog werden aange keken maar of er gegronde reden bestaat voor die vrees valt sterk te betwijfelen. De alles-afslijtende tijddie ook de beste neigingen der volkeren niet onaangetast laat beeft in de hoofdstad een soort lijdzaamheid doen ont staan wat dan een mooie naam is voor onverschilligheid. De oorlog is niet meer het onderwerp der gesprekken en wanneer daarover geredeneerd wordt is 't niet meer op den onverzoenlijken toon jegens den indringer. In de berekenende school van het dagelijkscbe leven zijn wij te practiseh geworden om diep te kunnen gevoelen dien ontzaglijken moed van dat handjevol mannen die elke minuut hun leven bedreigd zien maar hardnekkig wei geren zich te onderwerpen. Wjj leeren op onze kantoren, dat wij ons maar moeten zien te schikken in de omstan digheden en als wij Steyn, De Wet, Botha en De la Rey met hunne heldenschaar den stoeren nek zagen buigen zouden wij beter daarbij kunnen. O als die mannen ten slotte zegevieren als de optimisten onder de Boeren- vrienden op stuk van zaken in het gelijk worden gesteld, dan willen wij de hardnekkige verdedigers der vrijheid roemen en bewierrookenmaar die lof zal de intensieve kracht missenwant wij hebben niet meegevoeid al het leed dat daaraan is voorafgegaan wij hebben niet zelf kunnen besefien, boe 't beter kan zijn te sterven dan zich door overgave aan een schijnbaar hopelooze worste ling te onttrekken. Wij zullen alleen oog hebben voor den uitslag, maar wij zijn te veel verbasterd om met de hand op het hart te verklaren, dat wij niet anders zouden gedaan hebben. Wat da kern van de Afrikaner natie nu sinds de laatste maanden doet, gaat boven de bevatting van onze kooptna sstad en het enthousiasme voor de Boeren-zaak kan daardoor niet gevoed worden. Wij zijn nu op het standpunt j.,angeland, dat wij meer kunnen voelen voor den Eugelschman die maar voort gaat het volkenrecht te vertrappen, die door vrouwen en kinderen-verhongering wil klaarspelen wat buiten het bereik van kanon en geweer blijkt te liggen, die als rebellen vermoordt de Kaapk onisten, voor wie 't toch een eeuwige schande zou zijn als zij maar werkeloos bleven, waar hun stamverwanten met alle middelen van den aardbodem worden verdelgd. De Engelsche toeristen hebben op het oogenblik abso luut niets van de Amsterdammers te vreezeumisschien kunnen zij zelfs beklag in ontvangst nemen, dat hunne natie meer en meer wordt geruïneerd. Soms wanneer een vreemdeling als Steadnog wel een Engelschman, het Nederlandsche volk komt opschrikken met dnaraau voor de voeten te werpen, wat 't kan doen en wat 't stelsel matig verzuimt, zijn er enkeleu, die zich de oogen nit- wrjjven en zich schamen voor de ellendige lakschheid, die in de harten is gevaren, maar geven zij daaraan uiting, dan gaat er van alle kanten een »sstsst" op zwijgen moeten wijde Boeren vergeten moeten wij van onze eigen onmacht overtuigd zijn moeten wijden oorlog beschouwen als ging hij ons heelemaal niet aau, ja dat moeten wij. De arme historieschrijver, die Nederland lief heeft en eenmaal aan het nageslacht de waarheid zal hebben te verkondigen over de houding van Amsterdam in de held haftigste periode van den Afrikaanschen worstelstrijd zijn taak zal een zeer droevige zijn. Hij zal zyn volk moeten schetsen zóó, dat 't hem leed doet, daartoe te behooren hij zal den Afrikaner der toekomst dingen te lezen geven, die aan zijn gevoel van verwantschap een duebtigen knak znilen toebrengen, hij zal Maar wij moeten een A m s terda m schen brief schrijven ec. kannen das cao voortgaan. Wat blijft ons dan al anders over dan een boutade over de warmteO, daarop zijn wij wonderlijk slecht ingericht. In de nieuwe wijken is men in de laatste jaren begonnen, huizen met balcons te bonwen, maar wie wat dichter bij het centrum van de stad moet wonen en op een bovenhuis zit, kent die weelde niet. Hy zit in een steenen vierkant, dat 's morgens van voren door de zon wordt geblakerd en 's middags van achteren, terwijl den ganschen dag door van beneden de warme dampen op stijgen. Wie een tuin heeft, verkeert in wel wat gunstiger omstandigheden, maar zoo'n Amsterdamsch tuintje, aan alle kanten door muren ingesloten, geeft op hitte-dagen zoo bitter weinig verfrissehing. Waarbij dan nog komt, dat de gebruikelijke periode van waterscbaarschte weer is aangebroken, 's Morgens sijpelt er nog wel wat door het kraantje, maar o, dat gaat zoo langzaam en er is geen sprake van, dat men genoeg water kan vergaren voor het verdere, droge gedeelte van den dag. 't Gevolg is, dat 's middags de toevlncht moet worden genomen tot de benedenkraan helaas, zjjn onze moderne dienst boden er zoo moeilijk toe te brengen om een emmer water naar boven te sjouwen. Zij mopperen daarover tegen mevrouw, mevrouw moppert tegen haar man en meneer moppert, dat hij betalen moet voor water, dat hij niet krijgt. Dat watergebrek maakt zoo ontelbare booze hameuren. Intusschen verliest onder dat alles de gemeenteraad zijn stoïcijnsche kalmte niet. Onlangs verscheen er een heel dik boek over de watervoorziening van Amsterdam met lange rapporten, tabellen en aan het slot een aantal voorstellen men meende er nn te zijn. Maar jawel, er is nog niet genoeg onderzocht en nog niet genoeg ge studeerd. In de jongste zitting van den gemeenteraad van Amsterdam kwam het woord watervoorziening" wel op de agenda, maar alleen met het doel een nienw crediet aan te vragen voor verdere onderzoekingen. Zoozeer zitten de Raadsleden met die water-quaestie in hun maag, dat niemand 't waagde naar aanleiding van het voorstel een woord te zeggen: men begreep, dat elk debat een nieuwe teleurstelling voor de burgerij moest zijn. Tegen den aanstaanden winter wordt de vraag, of het Stadhuis verplaatst zal worden naar het Paleis op den Dam een mooi onderwerp van disenssie. Er is daarover al dikwijls geredekaveld, maar nu B. en W. een belangrijk bedrag hebben aangevraagd om het oude Prinsenhof meer met de eischen van den dienst in overeenstemming te brengen zal 't tot een decisie komen. De meerderheid der Amsterdammers is wel voor de verplaatsing, misschien ook in de stille hoop, dat het tweede deel der illusie een mooi, nieuw Paleis in het Vondelpark dan ook verwezenlijkt zal worden. Toch zou 't bij een Koninklijk bezoek erg tegenvallen, wanneer het Vorstelijk Echtpaar zoo ver van het centrum van de stad legeerde en waar vindt men een plein ais den Drm, dat nooit mooier is dan wanneer de ramen van het Paleis helder zijn verlicht. Van de kles-drukte zijn wij nog maar altijd niet geheel verlost. Nn is weer district IV aan de benrt, waar mr. Goeman Borgssius met groote meerderheid werd gekozen, doch waarvoor hij heeft moeten bedanken, omdat hij voor Zntphen heeft geopteerd. Men had gedacht dezen zetel aan te bieden aan den heet Heldt, voor wien 't wel een heel hard geval zou zijn, wanneer hij buiten de Kamer bleef, maar een andere groep kiezers is met minister Cremer voor den dag gekomen, die veel meer populair is eu wiens kansen dan ook stellig zeer goed stam, Is 't uiet moedig om voor deze verkiezing ver gaderingen uit te schrijven en wat te zeggen van mr. Levy, die daarvoor een avond van zijn verblijf buiten de stad heeft opgeofferd. OUITSCMEAVM. De Berlijnsche Kreuzzeitung meldt dat het tarief-ontwerp een dezer dagen zal worden gepubliceerd. De strijd, die thans nu men den inhoud nog steeds gist door de bladen der voor- en tegenstanders vrijwel in het wilde gevoerd, zal dan eerst recht los branden. EHTGEIjAWD. Baden Powell, de welbekende ver dediger van Mafeking kan ieder oogenblik in Engeland aankomen. De regeeringsbladen herinneren nog eens, dat hij niet terugkeert wegens zij ongenade, maar omdat hij drie maanden veriof krijgt wegen ziekte. Daarna zal hij naar Znid-Afrika terugkeeren. Al moet zijn oneenigheid met lord,Kitchener zeer hoog hebben geloopen, toch denkt de regeering bem tot knightte verheffen. Te Southampton zullen de burgemeester en de gemeenteraad ter ontvangst aanwezig zijn. Aan een der redactie toegezonden schrijven ontleent het «Handelsblad" het volgende: Mevr. D, N. bezocht verleden week het kamp te Irene en zegt, dat het moeilijk is zich een denkbeeld te vormen van de ellende in vele gezinnen geleden. Tengevolge van het gewelddadig verdrijven van vrouwen en kinderen door Britsche troepen of Kaffers hebben een aantal gezinnen geen dekking en bijna geen kleediag. In drie tenten o.a. zag zij dat alle kinderen ziek lagen aan mazelen of long ontsteking en slechts door vnile lompen en zakken waren gedekt. Aan kleine kinderen onder de zes jaar werd niets anders verstrekt dan J pond (Eng.) meel per dagmelk (gecondenseerd) krijgen zij slechts als zij ziek en niet zonder certificaat van den dokter. De sterfte onder de kinderen is dan ook buitengewoon groot. Als hoofdoorzaak kan besehonwd worden de onvoldoende voeding en het gebrek aan warme kleeding. FDAJïrii.RI«IK. De onderzeesche boot »Morse" heeft weer met gunstig gevolg een proefvaart volbracht. Zij vertrok van Cherbourg naar Havre en bereikte de laatste haven in elf nar, na voortdurend aan de oppervlakte gestoomd te hebben. Acht mijl buiten de haven dook het schip onder om niet in het zoeklicht van het oorlogsschip de vCocyte" gezien te worden en naderde onder water, om van dichtbij een torpedo op het schip af te schieten Toen kwam de »Morse" weer boven. VER. STATES. Aan de groote hangende brug van Brooklijn zijn 7 der stennkabeis aan de zijde van Brooklijn gebroken. Dientengevolge is het einde der brng niet onbe langrijk verzakt on moest het verkeer daarover gestaakt worden. Met het aanbrengen van nieuwe kabels zijn tien dagen gemoeid. Voorloopig wordt slechts een beperk aantal voetgangers over de brng gelaten het rijtnigver keer blijft gestaakt tot de brug weer gobeel iu orde is ZUID-AFRIKA. Van bet oorlogsterrein absoluut geen nieuws, benalve het onbeduidende telegram, waarin Kitchener den 25 meldt, dat door een klein Boerencouvooi (eenige wagenswerd buitgemaakt. De correspondent van de Standard" zegt in een langen brief, gedateerd van den 28 Jnni, dat de oorlog nog zeer lang kan duren, wanneer de Boeren niet vóór den zomer (September) de wapens nederleggen. Op het oogenblik, zoo schrijft hij, ziju de Boerenpaarden in heel slechte conditiede Boeren berijden soms oude merries en te jonge paarden of hebben er ook wel heelemaal geen. Wanneer zjj het uithouden tot September wanneer het gras weer begint te groeien, dan kannen de vijandelijkheden nog weer een jaar langer worden voortgezet. De verliezenlijst bevat de namen der gesneuvelden en gewonden in den treinoverval bij Beaufort West aan de lijn Kaapstad-De Aar. Daaruit blijkt, dat drie man sneuvelden twee officieren en 23 man werden gewond van wie twee later stierven. Verder werden elder« nog 2 officieren gewond, vijf man gedood en acht gewond. Vreemde stijl. De opfrissching van het weder in Engeland werd door een der bladen aldaar op de volgende onhandige wijze aangekondigd »Het weder. Aangename verandering. Zes menschen door den bliksem getroffen, twee dood." Re titel van Koning Edward. LONDEN 26 Jnli. In het Hoogerhnis diende Lord Salisbury een wetsontwerp in strekkende dat de Koning ter erkenning van Z. M.'s gebied over zee in zijn titel

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1901 | | pagina 1