Honderd en derde jaargang, 1901. ZONDAG 25 AUGUSTUS. KERMIS. Ca-evonden Uoor werpen. Buitenland. NO» 101. Eerste blad. ALRMAARSCHE COURANT. Deze Courant wordt Dinsdag-, Donderdag en Katerdagavond uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden voor Alkmaar f O,SOfranco door het geheele rijk f 1, 3 Nummors f 0,06. Afzonderlijke nummers 3 ets. Prijs der gewone advertentlën Per regel f O,lö. Groote letters naar plaatsruimte. Brieven franco aan de Uitgevers HERMs. COSTER ZOONVoordam C 9. Telefoonnummer 3. De COMMISSARIS van POLITIE te ALKMAAR brengt in herinnering Artikel 208 van de Algemeene Politie-Verordening dezer gemeente, luidende «Het is verboden, zonder vergunning van den Burge meester, op den openbaren weg muziek te maken, kermis- vertooningen te maken optochten te houdon, gemaskerd of vermomd, of in maskarade-kleeding te loopen en door, als bedrijf uit te oefenen, liedjes te zingen of te hardloopen. Het is verboden, in voor het publiek toegankelijke localiteiten te werpen met confetti, serpentines of dergelijke licht brandbare voorwerpen. Het is verboden op den openbaren weg of in voor het publiek toegankelijke localiteiten iemand met pauwen- veeren, pluimen of dergeljjke voorwerpen aan te raken, of die voorwerpen te verkoopen, te koop aan te bieden, of in voorraad te hebben in lokalen, waar gelagen gezet of vertooningen gegeven worden. Het is verboden, zonder vergunning van Burgemeester en Wethouders, luidschreeuwend met geschreven, gedrukte of door druk vermenigvuldigde stukken te venten. Overtreding van een dezer bepalingen wordt gestraft met geldboete van ten hoogste f 5. Alkmaar, De Commissaris van Politie 22 Aug. 1901. S. M. S. MODDERMAN Jr. Te bevragen aan het bureau van politie op werkdagen des morgens tusschen 9 en 12 uur Een witte boezelaar, een damesstrik met speldje, een kinderbroekje, een onderstuk van een oorbelletje, een paar dameshandschoenen, een bonte boezelaar, een rood- koralen halsketting, een parapluie, een fantasie armband, een gouden ring, een zilveren horloge met ketting, een band van een sportwagen, een witte kinderzak, inh. een zakdoek, een klein zwart hondje en een zak sperzieboontjes. Alkmaar, De Commissaris van Politie, 28 Aug. 1901. S. M. S. MODDERMAN Jr. MlH.TSCmkA.flJ'O. De veroordeeling van den onder officier Marten tot den doodstraf als schuldig aan den moord van den ritmeester von Krosigk, die, zooals men zich herinneren zal, in de eerste maanden van dit jaar, neergeschoten werd terwjjl hij zich in de manége bevond, heeft blijkens de bladen, bij alle partijen ergernis en ont zetting gewekt. Bewijzen zjjn er eigenlijk niet, en men leidt Marten's schuld af uit allerlei negatieve vermoedens, waarvan het sterkste is, dat de man niet in staat is zijn alibi te bewijzen tusschen 4.15 en 4.23, het tijdstip waarop de moord zou hebben plaats gehad. De krijgsraad in eersten aanleg sprak indertjjd Marten en zijn medebeklaagde Hickel vrij, thans heeft het Militaire Gerechtshof, de vrijspraak van den laatste handhavende, eerstgenoemde ter dood veroordeeld. Algemeen is men van meening dat Marten gratie zal worden verleend, ingeval zijn revisie- aanvrage wordt afgewezen. BlïGEIiASiD. De London Gazette" bevat een lang rapport van Lord Kitchener, gedagteekend van 8 Juli, dat een overzicht geeft van de operaties gedurende de maanden Mei en Juni. Lord Kitchener schatte op 1 Juli het aantal te velde staande Boeren in de Republieken en de Kaapkolonie op 13,500 man. Zijn oordeel over de Yeo manry is te kenschetsend om onvermeld te blijven «Het is in den aanvang oumogelijk een groot deel van de nieuwe Yeomanry-recrnten in het veld te brengen, daar de meesten van hen noch rijdennoch schieten konden en de noodzakelijkheid om hen te oefenen en af te richten laugen tijd het werk der mobiele colonnes belemmerde. Enkelen hnnner zijn vol komen ongeschikt gebleken voor het werk dat van hen verwacht werd, maar zij zijn goed vooruit gegaan en gaan nog voornit en krijgen langzamerhand ervaring in het veld." Van de South African Constabulary meldde lord Kit chener ongeveer hetzelfde. EKAHTKRIJH. Algemeen wordt de houding der Regeeriug ten opzichte van Turkije (zie de telegrammen in ons laatste nummer) goedgekeurd. Reeds eenigen tijd was men in onderhandeling met den Sultan over den terugkoop die deze wenschte van aan Pransche kapitalisten verleende concessie ter exploitatie van de kaden te Kon- stantinopel. De concessionarissen hadden de hulp der Pransche Regeering ingeroepen en de gezant, Constans, was het met den Saltan over den koopprijs, 41 millioen francs, eens geworden. Toen dus naar ieders meening de zaak beëindigd was, bleek het plotseling dat de Sultan niet van zin was den koopprijs te betalenhetzij dan dat hij daartoe de noodige gelden miste, hetzij om andere reden, in ieder geval werd het duidelijk dat hij Frankiijk met een kluitje in 't riet wilde sturen. De Regeering besloot krachtig op te treden, riep den gezant terug, en volgens bericht uit Tonlon, maakt men aanstalten de tweede maritieme divisie zoo spoedig mogelijk naar de Turksche wateren te zenden. Vermoedelijk zal de Sultan wel tot andere gedachten komen en den storm bezweren door zijne verplichtingen na te komen. President Loubet is ij'*11?8 naar Parijs vertrokken tot bijwoning van een ministerraadwaarin het bezoek van den Keizer van Rusland aan Frankrijk in onderdeelen zal worden vastgesteld. Vorvolgens vertrekt de President naar Montélimar, waar hij tot 1 September blijft. KUUD-AFRIKA. Het volgend telegram vau den 20 uit Qneenstown doet duideljjk zien hoe hachelijk de toestand in de Kaapkolonie is Een order van het legerbestuur gelast dat alle maga zijnen in het district Qneenstown gesloten moeten worden en dat alle goederen die den vijand van nut kunnen zijn, naar bepaaldeaangewezen steden moeten worden ge zonden. Een andere order verbiedt het verzenden per spoor van levensmiddelen door burgers naar de stations van de oosteljjke spoorweglijn, met uitzondering ook weer van enkele aangewezen plaatsen. De plattelandsbewoners mogen niet meer voorraden in huis hebben dan voor één week. De »Standard" deelt nog de volgende bijzonderheden mede omtrent het gevecht bij Bronkhorstspruit Een commando van 600 of 700 Boereu was genaderd tot 20 mijlen ten oosten van Springs en had een lager betrokken aan den bovenloop van de Bronkhorstspruit. Op 17 Augustus werd het vernist door de Britsche strijd macht, 120 man konstabels en verkenners, die het lager aan drie zijden had ingesloten voordat de Boeren iets van de nadering der Engelschen hadden bemerkt. Voordat echter de vierde zydo gesloten was werden de Boeren het gevaar gewaarzij sprongen op hun paarden en galoppeerden weg. Da Boeren kregen er geducht van langszij lieten 23 lijken achter. Korten tijd later herstelde de vijand zich en volgde het Britsche detachement tieu mijlen ver totdat een tweede Boerenmacht verscheen die onzen terugtocht nog meer bemoeilijkte. Wij waren ten slotte genoodzaakt 10 van de 11 gevangenen in vrijheid te stellen en 14 man achter te laten wier paarden doodgeschoten of uitgepat waren door den langen rit. De Boeren stonden onder beral van Tnchordf Den 21 is de hertog van Cornwallna benoemd te zijn tot doctor honoris causa" in de rechten, plechtig geïnstalleerd als kanselier van de Kaïpsoha hoogeschool, Des middags trok een geschiedkundige optocht dooi de straten, die de wederwaardigheden der kolonie moest uitbeelden. Aan het hoofd der processie reed «Long Cecil", het kanon dat te Kimberley is gemaakt tijdens het beleg. Koloniale troepen, bewapend en verschanst, modellen van Engelsche en Hollaadsche oorlogschepen en andere niet minder toepasselijke voorstellingen vormden een langen stoet die werd voltooid door een kolossaal beeld van Cecil Rhodes mot een gonden zuil Dc bijbel als telegraaf bode. Uiii Pretoria is te 's-Gravenhage dd. 6 Jnli een particulier bericht ontvangen van den volgenden inhoud «Zondag begroeven wij Tante Sannie. Op Maandag werd geseind Oomme Paul wat met zijn hnis moet ge beuren. Hij kabelde terug lees Spreuken 7 vrs. 19 en 20 »»Want de man is niet in huis, hij is eeu verren weg getogen, hij heeft een bundel geld in zijn hand genomen, ten bestemden dag zal hij naar zijn huis komen"." Naar aanleiding van dit bericht brengt de heer Joh. Boersma, oud-hoofd eoner school in de Z.-A. Rep., in de «Leenw. Ct." in herinnering de witseling van depêches e! oor middel van den heliograaf kort voor de overgave van generaal Cronjó, waarbij ook de bijbel als code dienst heeft gedaan. Den 25 Februari 1900 liet President Kruger aan gene raal de Wet telegrapheeren »Verwittig Cronjé, dat groote versterkingen op weg zijn en hij bevrijd zal worden. Psalm 2222". (Verlos mij uit den muil van den leeuw en verhoor mij van den hoorn der eenhoornen). De Wet heliografeerde dienzeifden dag, nam. 11.20 unr, aan Cronjé: «President telegrapheertVolhouden, groote versterkingen naderen. Zoo spoedig zij komen, vallen wij in den vroegen morgen in hot noorden aan. Psalm 648". Maar God zal hen haastig met eenen pijl schietenhunne plagen ziju er). Cronjé aan de Wet, 25 Febr., nam. 4.15 unr «Mjjn voedsel wordt schaarsch, overigens twijfel ik niet met Gods hulp den vijand aan de noordzjjde te kunnen door breken. Psalm 20 8". (Deze vermelden van wagens en die van paardenmaar wij zullen vermelden van den naam des Heeren onzes Gods). De Wet aan Cronjé, 26 Fe r. v.m. 7.20«Verster king vandaag verwacht. Hond nit tot morgenavond. Zend voorraad zoo spoedig mogelijk. Psalm 5916." (Laat ben zelfs omzwerven om spijs laat hen vernachten al zijn zij niet verzadigd.) Cronjé aan de Wet, 26 Febr., v.m. 9.30: «De vijand heeft groote versterkingen gekregen, ik word zeer in 't nauw gebracht. Psalm 32." (O Heerhoe zijn mijn tegen party ders vermenigvuldigd, velen staan tegen mij op.) De Wet aan Cronjé, 26 Febr., v.m, 11.40: «Verster kingen reeds in de verte zichtbaar, maar ik word zelf door overmacht aangevallen. Psalm 60, vrs. 3." (O God Gij hadt ons verstooten, Gij hadt ons gescheurd, Gij zijt toornig geweestkeer weder tot ons Cronjé aan de Wet, 26 Febr. n.m. 4.10: «Bombar dement verschrikkelijk, groote verliezen. Meerderheid der burgers eischte overgave. Psalm 60 vrs. 13." (Geef Gy ons hulp uit de benauwdheid, want 's menschen heil is ijdelheid.) Dit heliogram W9rd door de Engelschen opgevangen, die nu aan de beide Boerengeneraals hiliografeerden «Iedere verdere tegenstand van Cronje is nutteloos bloedvergieten hij is omsingeld door 7000 man met 120 kanonnen. Geen zijner mannen zal ontkomen als de over gave niet direct plaats heeft. Psalm 63, vrs. 11". (Men zal hen storten door het geweld des zwaardszij znllen den vossen ten deel worden). Kuld-Afrlka. Van welwillende zijde werd aan «Het Vaderland" de volgende «algemeene kennisgeving" pas in afdruk uit Zuid-Afrika ontvangen, ter inzage gegeven. Het blad neemt het stuk alsnog op, omdat het op officieele wijze logenstraft de voorstolling, die van Britsche zjjde van de stemming in Zuid-Afrika wordt gegeven. Bij de gevangenneming van eenige voormannen van den Vrijstaat, te Reitz, op of omtrent 15 Juli jl., heetten ook twee brieven van Reitz en Steyn te zijn gevonden, waaruit men meende te kunnen opmaken, dat de geheele overgaaf van de Boeren aanstaande was. Blijkbaar had men den iohoud van die brieven ter wille van het eigen belang aldus verdraaid, om de Engelschen thuis gerust te stellen en gnnstig op de publieke opinie te werken. Vrij wel is dat doel ook bereikt, nu de bedoelde voor stellingen eene maand lang zonder officieele tegenspraak konden blijven maar het stuk, dat hieronder volgt, stelt den jnisten stand der zaken vrij duidelijk in 't licht en toont, in tegenstelling met den beweerden geest der brie ven van Reitz en Steyn, duidelijk aan, dat de Boeren aan geen onderwerping denkon. De algemeene kennisgeving is gedateerd van Waterval, district Standerton, 30 Juni 1901 en luidt aldus «Daar zijn H. E. Staatspresident Kruger eu de depu tatie in Europa niets direct van onze Regeering vernomen had sedert du conferentie tusschen comm.-generaal L. Botüa en van Lioia Suieneuer, gbuouuen te ivnuaeiuurg, en de Regeering der Z. A. R. en O. V. S. het raadzaam achttendat zij in kennis gesteld en op de hoogte ge bracht werden van den toestand van zaken alhier, zoo is op verzoek van den comm.-generaal met welwillende toestemming Lord Kitchener een geheim telegram naar hem verzonden, waarin de geheele toestand onzer zaak volledig werd uiteengezet en opzettelijk in het donkerste licht werd gesteld, ten einde het advies van zijn H. E. en de deputatie van des te meer gewicht te doen zijn. Hierop deelde Z. H. E. mede, dat hij en de deputatie nog volle hoop op een goed gewenschten uitslag van onzen strijd koesteren, dat na de gedane en persoonlijke opofferingen wjj den strijd moeten blijven voortzetten en dat van hnn kant alle maatregelen reeds genomen waren en nog zonden worden genomen voor de goede verzorging der gevangen vrouwen en kinderen en de krijgsgevan genen in de vreemde. Ter bespreking en overweging van dit antwoord van ziju H.E. werd een conferentie van de regeeringen der beide Republieken bepaald, waarbij ook aanwezig waren hoofdcommandant de Wet, comm.-gen. L. Botha en ads.-comm.-gen. J. H. de la Rey. - Na eeno volledige uiteenzetting van den toestand in de krijgaafdeelingen, vertegenwoordigd door deze hoofd officieren en een grondige bespreking onzer geheele zaak door beide regeeringen, werd met advies der gemelde hoofdofficieren het volgende besluit door de beide regee ringen genomen De regeeringen der Zuidafr. Rep. en O. Y. S. met advies van gemelde hoofdofficieren, in aanmerking ne mende het gnnstig rapport van Z. H. E. S. P. Krnger en de deputatie in het buitenland. Lattende verder op den goeden vooruitgang onzer zaak in de koloniën, alwaar onze broeders zich meer en meer ver zetten tegen het gruwelijk onrecht, dat den Republieken wordt aangedaan in het ontnemen hnnner onafhankelijk heid. Lettende verder op de onschatbare persoonlijke en stoffelijke opofferingen, reeds gedaan voor onze zaak, welke alle waardeloos en ydel zouden gemaakt worden door een vrede, waarbij de onafhankelijkheid der Repablieken wordt prijs gegeven. Lettende verder op de zekerheid dat het verlies onzer onafhan kelijkheid na de reeds verrichte verwoestingen en geleden verliezen den nationalen en stoffelijken ondergang van ons geheele volk met zich zon sleepen. Lettende vooral ook op den geest van onwrikbare volharding, waardoor nog de overgroote meerderheid van ons volk, zoowel vrouwenkinderen als mannen bezield is en waarin wij met dankbare herinnering de band van den Almachtigen Beschermer zien. BESLDITEN dat er geen vrede zal gemaakt worden en geen vredes voorwaarden aangenomen zullen wordenwaarbjj onze onafhankelijkheid en zelfstandig volksbestaan ol do belan gen onzer koloniale broeders zouden worden prijsgegeven en dat de oorlog krachtig zal worden voortgezet met

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1901 | | pagina 1