Honderd en derde jaargang
1901.
T R IJ D A G
20 SEPTEMBER.
Spoed-Afkondiging.
Zitting van den Gemeenteraad
Behalve de in art- 429 van het Wet
boek van Strafrecht bedoelde vuurwa
penen en vuurwerken is het bovendien
verboden andere voorwerpen, bestemd
om geheel of gedeeltelijk met ontplof
bare stoften te worden gevuld, op den
openbaren weg of in voor bet publiek
toegankelijke lokalen en openbare mid
delen van vervoer bij zich te hebben,
neer te leggen of te doen ontploften.
Burgemeester en Wethouders zijn be
voegd ontbefting van bet bovenstaand
verbod te verleenen op 6, 7 en 8 Octo
ber, gedurende de uren en voor een
plaats of plaatsen door ben te bepalen,
doch alleen voor zoover bet betreft on
schadelijke vuurwerken.
BÜMERtJJKE STAND.
op Woensdag 18 September 1901
NO. 112. Eerste blad.
tlktlUIIMIII COURANT.
Deze Courant wordt Dinsdag-, Donder d a g-
en Zaterdagavond uitgegeven. Abonnementsprijs
per 3 maanden voor Alkmaar f O,SOfranco door het
geheele rijk f 1,
3 Nummers f O,OS. Afzonderlijke nummers 3 ets.
Prijs der gewone advertentiën
Per regel f 0,15. Groote letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de Uitgevers HERMs. COSTER
ZOONYoordam C 9.
Telefoonnummer 3.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van Alkmaar
brengen ter algemeene kennis, dat in het Gemeenteblad
van Alkmaar No, 138 is opgenomen het besluit van den
Raad dezer gemeente d.d. 18 September 1931, waarbij is
vastgesteld eene
Verordening tot wijziging der Algemeene Politie
verordening zooals die i3 vastgesteld bij raadsbe
sluit van 3 April 1889 (Gemeenteblad no. 15) en
gewijzigd bij raadsbesluiten van 6 Augustas 1890, 29
Jani 1891, 24 Mei 1893, 1 April 1896, 4 Augus
tus en 13 October 1897, 24 Augustus, 26 October
en 16 November 1898 en 16 Augustus 1899 (Ge
meentebladen Nos. 26, 31, 38a, 52, 69, 73, 88, 92
en 102,
welke wijziging luidt als volgt
Eenig artikel.
Art. 211 wordt ingetrokken en vervangen door een
nieuw art. 211, van den volvenden inhoud
Deze verordening, krachtens raadsbesluit tot bespoedi-
diging van 18 Septomber 1901, heden afgekondigd, ligt
gedurende drie maanden voor een ieder ter lezing ter
gemeente-secretarieon is aldaar tegen betaling van 5
cent in afdruk verkrijgbaar.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
Alkmaar, G. RIPPING, Voorzitter.
18 Sept. 1901. C. D. DONATH, Secretaris.
St. Pankras.
Geboren.
3 Aug. Jan, z. van Cornells Booij en Elisabeth Blom.
4 KlaBina, d. van Klaas Zuijdam en Aafje Hes.
17 Wilbelmina Grietje, d. van Klaas de Graafï en
Elisabeth Menscb.
23 Cornelis, z. van Cornelis Wagenaar en Maartje
Gootjes.
Overleden.
29 Aug. Adriana Noels, ruim 5 m.
Zuldscharwoude.
Getrouwd.
1 Aug. S. Rodenhuis en G. C. Duyvestein. P. Schoen
en P. de Wit. H. Mol en T. Kraakman.
Geboren.
31 Aug. Lourens, z. van Lonrens Bood en Pietertje Bol.
Overleden.
20 Aug. Cornelis Kostelijk, 3 j.
23 Willem Bommer, 15 w.
31 Wilhelmina Bekker, 7 j.
Oudkarnpel.
Getrouwd.
1 Aug. Germent Hart en Marijtje Dirkmaat.
Geboren.
4 Aug. Maria, d. van C. Blokker en E. Boerman.
7 Hermanns Wilhelm, z. van Karl Wilhelm Möller
en Justine Wilhelmine Wiemann.
25 Jan, z. van P. Kramer en M. Rol.
Overleden.
12 Aug. Arien Duijs, echtgen. van E. Trompetter, 54 j.
Warmenhulzen.
131 Ang.
Ondertrouwd.
Cornelis Pastoor en Elizabeth Pastoor.
Geboren.
Brigitha Elisabeth, d. van K. Ligthart en Petronella
Dekker. Thijs, z. van W. Grin en Neeltje Jonker.
Willem, z. van Pieter Koorn en Rensje Snip.
Overleden.
Levenloos geboren kind van Simon Goudsblom en Marijtje
Wester.
YAM ALKlüAlB,
's namiddags 1 uur.
Voorzitter: de heer G. Ripping, burgemeester.
Tegenwoordig 14 leden. 1 Vacature.
Secretaris de heer C. D. Donath.
De Voorzitter opent de vergadering, waarna
wordt overgegaan tob de installatie der nieuwbenoemde
leden, de heeren Kool en Liiting die na aflegging van
belofte en eed zitting nomen.
Tegenwoordig zijn dus nu 16 leden.
De notulen der vorige vergadering worden gelezen en
goedgekeurd.
Benoesiiagen.
De Voorziter zegtdat tot hem h8t verzoek is
gericht vooraf de benoemingen te doen plaats hebben en
stelt voor daartoe thans over te gaanwaartegen de
vergadering geen bezwaar maakt.
Mededeel Ingen en Ingekomen stukken.
Ingekomen zijn
a. Brief van Ged. Staten ten geleide van het goedge
keurde raadsbesluit in zake de ruiling van grond met
den heer Spruijt.
b. Idem ten geleide van het goedgekeurde raadsbesluit in
zake de overname van het gedeelte der Snaarmanslaan
en de Verlengde StuartstraJt.
a. en b. voor kennisgeving aangenomen.
c. Adres van P. Kolles en andere fabrikauten met ver
zoek om den prjjs van gas, dat als beweegkracht wordt
gebruikt, per M3. mot 1 ct te verlagen.
Gesteld in handen van B, en W.
d. Adres van den heer Nev suhuis en andere bewoners
der Kanaalkade, met het verzoek om over te gaan tot
bestrating dier kade.
Zal worden behandeld bij de begrooting voor 1902.
e. Adres der heeren Bijleveld en Van der Ploeg, onder
wijzers aan de Burgerschool, met verzoek, om hun een
verhooging van salaris toe te kennen voor het bezit
der akte wiskunde.
Gestold in handen van B. ou W.
Brief van Ged. Staten, waarin wordt medegedeeld, dat
het raadsbesluit inzake de goedkeuring der geloofs
brieven van den heer Vonk voor kennisgeving is aan
genomen.
Voor kennisgeviug aangenomen.
De Voorzitter deelt mede, de heer Vonk buitens
lands vertoeft, waarom hij in deze zitting niet kan wor
den beëedigd.
Op voorstel van den heer Kraakman wordt de
behandeling van de verordeningen op hit heffen en invor
deren vau een hoofdelijken omslag naar het inkomen,
uitgosteld tot aan het eind van den agenda en worden
eerst de overige punten aan de orde gesteld.
Senoemlng van een lid der commissie voor
liet abattoir.
2. De Voorzitter deelt mede, dat de heer Boel
mans ter Spillwegens zijne benoeming tot wethouder
als lid der commissie meent te moeten bedanken en stelt
voor over te gaan tot aanvulling der commissie.
De heer Kraakman acht het wenscheljjk dat de
heer Boelmans ter Spill lid der oommissie blijftomdat
hij het gewenscht achtdat de commissie voeling heeft
met het college van B. en W. Hij kan ook niet be
grijpen, welk bezwaar de wethouder heeft om langer als
lid der commissie te fungeeren.
De heer Boelmans ter Spill verklaart van een
ander gevoelen te zijn dan de vorige spreker. Bij de
benoeming der commissie word het wenschelijk geacht
dat het dagelijksch bestunr daarin niet was vertegen
woordigd. Het is beter voor de zelfstandigheid der
commissie, terwijl B. en W., wanneer zij niet in de
commissie zijn vertegenwoordigdeen beter standpunt
innemen bij de beoordeeling der van de commissie te
verwachten voorstellen.
De heer Kraakman meentdat het onderhavige
geval wel wat exceptioneel isdoch wil gaarne aan de
bezwaren van den hoer Boelmans ter Spill tegemoet
komen. De Raad dient echter eerst het ontslag te aan
vaarden.
Op voorstel van den V oorzitter wordt daarna
het ontslag aan den heer Boelmans ter Spill verleend
cn overgegaan tot de benoeming van een nieuw lid
terwijl nog bepaald wordtdat de commissie zelf een
voorzitter zal aanwijzen.
De heer de Groot vindt nog gelegenheid aan te
dringen op een spoedig advies der commissie.
Bij eerste stemming verkreeg do heer Luiting 7 stem
men de heeren Bosman^Cohen Stuart en de Lange
ieder 2 stemmen de heer de Groot bekwam 1 stem,
terwijl 2 stemmen van onwaarde waren.
Bij de tweede stemming werd de heer Luiting benoemd
met 9 stemmen terwjjl 4 op den heer Bosman 1 op
den heer de Lange en 2 op den heer de Groot waren
uitgebracht.
Voorlooplg plan van Indeeling van een
bouwterrein.
3. De heer W. P. Stoeldirecteur der Woningmaat-
scbappij Alkmaar'', heeft zich bij adres d.d. 24 Juli 1.1.
tot den raad gewend met het verzoek hem vergunning
te verleenen om de perceelen land gelegen tussohen het
station en de Geestersingelgrachtte mogen indeelen als
bouwterrein volgens een daarbij overgelegde situatie-
teekening. Het is zijne bedoeling dat de Raad aan dat
plan vau indeeling zijne voorloopige goedkeuring hecht,
«zullende latere voorstellen tot rioleeren beharden enz.
don raad bereiken.'' Het is voorts de bedoeling van den
adressintdat de aangegeven wegsgedeelten eerst dan
aan de gemeente zullen worden overgedragen als er tus
sohen hem en de eigenaars van aangrenzende perceelen
overeenstemming zal zijn verkregen omtrent het bedrag
dat aan hem moet worden betaald voor het verkrijgen
van recht van uitgang op de door hem aan te leggen
straten.
In overeenstemming met het advies der commissie van
bijstand hebban B. en W. geen bezwaar tegen de inwil
liging van het verzoek, al meenen zij dat van een voor
waarde als de commissie bedoelt ten opzichte van het
bedragdat de heer Stoel van de eigenaren van aan
grenzende perceelen mag vorderen voor het recht van
uitgang geen sprake kan zijn bij een voorloopige goed
keuring.
Nog merken B. en W. op, dat van den heer Stoel als
lid van den raad wel een weinig meer deferentie voor
den gemeenteraad had mogen worden verwachten ware
het meer in overeenstemming geweest met de verordening,
indien hij begonnen ware met de indiening va» eert
gedetailleerd plan voordat hij een aanvang r ad gemaafeb
met de daadwerkelijke indeeling van het terrein. Daar»
door is hij op de beslissing van den raad vooruitgeloopen.
Daarom wordt voorgesteld de richting der ontworpen
straten voorloopig goed te keuren doch den adressant
tevens uit te noodigen ten spoedigste een gedetailleerd
plan vau bebouwing in te zenden.
Nadat de heer Kraakman, die geen bezwaar hoeft
tegen de goedkeuring aan de hand van de overgelegde
kaart eenige opmerkingen heeft gemaakt o.a. ook heeft
gewezen op de wenschelijkheid van het nomen van maat
regelen mat het oog op brandgevaar in dit bezochte
stadsgedeelte, acht bij het aanbevelenswaardig hier er op
te wijzen, hoe goed het zou zijn, dat ia deze wijk werd
georganiseerd een vrijwillige brandspuitdieust. Hij geeft
dat denkbeeld aan de hand, opdat het door de belang
hebbenden zal worden overwogeu, en indien in overleg
met B. en W. een college of een vereeniging van bijv.
5 hoofdpersonon werd aangewezen om bij brand de
eerste hulp te verleenen, zou daardoor zeker de wijk een
goede dienst worden bewezen.
De heer Uitenbosch is, evenmin als de heer
Kraakman in beginsel er tegen om de goedkeuring te
verleenen. Het komt hem echter wel wat vreemd voor,
dat de heer Stoel thans reeds een weg heeft gemaakt op
het bedoelde terrein, wat in strijd is met de verordening,
waarin is bepaald, dat daarvoor vergunning nooaig is.
Verder zegt hjj bang te zijn voor do goedkeuring van
voorloopige plannen en meent, dat de raad beter doet.
eerst een definitief plan van den heer Stoel af te wach
ten, opdat men niet de kans loope, een tweede Tuin
straat-geschiedenis te krijgen. Men moet in gevallen als
dit weten welken weg men uitgaat.
De heer Kraakman verheugt er zich over, dat ook
de heer Uitenbosch tegen het plan zelf geen bezwaar
heeft. Wat de geschiedenis van de Tuinstraat aangaat,
dat is eon heel ander goval. Daar had men te doen met
verschillende eigenaars, hier slechts met één. Voor de
font die bij het stratenplan in zake de Tuinstraat in
1888 werd begaan, zal men zich niet ongerust behoeven
te maken.
De heer Uitenbosch blijft toch beworon, dat men
eerst een gedetailleerd plan moet hebben, dat wordt van
iederen bouwondernemer verlangd en hij zou in dezen
geen uitzondering willen maken.
De heer Bosman is het met den heer Kraakman
niet eensook in dit geval heeft men toch te maken
met de belangens, van andere eigenaars. Hjj voegt er
verder bij dat hij volkomen meegaat met den heer
Uitenbosch. Ook hij is niet voor voorloopige goedkeuring. -
Is de raad aan zoo'n goedkeuring niet gebonden, dan is
zjj voor den aanvrager vrij nutteloos zoo ja, dan kan
zij zelfs hinderlijk zijn. Hjj zon daarom willen, dat
adressant werd uitgenoodigd, eerst een definitief plan in
te dienen. De raad kan eerst goedkeuring veileenen, wan
neer voldaan is aan alle voorschriften omtrent ophooging,
rioleering enz.
De Voorzitter merkt op, dat een zoodanige goed
keuring hier niet bedoeld wordt er wordt, alleen gezegd,
dat de Raad geen overwegende bezwaren heeft tegen de
richting dor straten, terwijl de adressant wordt uitge
noodigd een gedetailleerd plan in te dienen.
De heer Bosman meent dat adressant daaraan al
weinig heeftdeze vraagt dat ook niet, maar goedkeu
ring van het plan. Spr. zal tegen stemmen.
De heer Kraakman meent nog den heer Uitenbosch
gerust te moeten Btellen, dat de Raad niet met twee
maten zal meten, dat is nooit gedaan, en hij wijst er
verder op, dat het zelfs hoogst wenschelijk is, dat der
gelijke plannen vooraf aan den raad worden overgelegd.
Den V oorzitter komt het voor, dat door den heer
Uitenbosch niet ten onrechte er op is gewezen dat de
heer Stoel gehandeld heeft in strijd met de verordening,
waarop de heer van den Bosch opmerkt, dat de
heer Stoel toch vrij was, dat werk te laten verrichten
op eigen torrein.
De Voorzitter bestrijdt deze meening op grond
van het desbetreffend artikel der verordeningde be
wering van den he6r Uitenbosch is volkomen correct, de
heer Stoel is vooruitgeloopen op het boslnit van den
raad.