Laatste Berichten.
Lie Oorlog in Znid-Afrika.
lie Souvereln der straten.
(S 1 o t.)
Zoo'n tuchtschool zij als volgt ingericht.
In een provinciestadje, niet te klein, maar ook geen
centrum van verkeer, waarvan de bevolking bekend staat
als ordelijk, wordt, omgeven door een stevig hek, een net
gebouwtje neergezet, plaats biedend voor ongeveer zestig
tnchtleerlingen. Het personeel bestaat nit een directeur
met zes onderwijzers en eenige veldwachters, die, evenals
enkele huisbedienden, allen intern zijn.
Het onderwijs wordt gegeven als op de Lagere School
en de tnchtleerlingen, gekleed in de uniform der Inrich
ting, volgen dat onderwijs in de klasse, waar zij volgens
hun reeds verworven kennis in behooren.
Omdat muziek een veredelenden invloed heet te hebben,
wordt er veel aan gedaan, kan 't zijn, men geve viool-
onderricht, opdat de leerling na het verlaten der school,
een niet te duur en toch mooi muziek-instrument kan
bespelen.
De rechter, gehoord het Hoofd der school en de klasse-
onderwijzer, kan slechts een knaap tot de Tuchtschool
veroordeelen tot het achttiende jaar deugt hij dan nog
niet, dan is hij rijp voor de gevangenis.
Geeft een leerling blijk van goeden wille te zijn, dan
mag hij in de ülaats, waar de Tuchtschool gevestigd is,
zich in een vak bekwamen. Het onderricht wordt dan
des avonds gegeven.
Alle leerlingen verzamelen zich na afloop der werkzaam
heden in een zaal, waar verteld, voorgelezen, gezongen of
muziek gemaakt wordt, daarna gemeenschappelijke maal
tijd en naar bed, gestraften in hun aparte cel, de overigen
onder toezicht van onderwijzers. Hierdoor wordt voor
het begrip «huisgezin" de kiem gelegd of dat begrip
uitgebreid.
De veldwachters vertegenwoordigen de openbare orde,
waartegen gezondigd is, ze dienen om leerlingen te ge
leiden naar of van de Tuchtschool, en, als zoo'n jonkman
al te brutaal optreedt, daar flinke kracht tegenover te
kunnen stellen.
Natuurlijk is met het uitspreken der wenschelijkheid
van oprichting en het aangeven van een schets, de Tucht
school er nog niet. Doch dat zij eeDmaal de Opvoedings
gestichten vervangen zal, is bijna zeker, omdat zij in zich
vereenigt paedagogie en de macht om te straffen, welk
laatste element de lagere school mist, terwijl het eerste
grootendeels ontbreekt in de gestichten.
Waar de jeugd is brutaal, ruw on teugelloos, moeten
er oorzaken zijn, die dat bewerkt hebben, indien men niet
de leer is toegedaan, dat de mensch van nature een boos
gemoed heelt.
Laat men herediteit en geneigdheid tot het kwade
buiten bespreking, dan kunnen er drie plaatsen zjjn, die
goeden voedingsbodem bieden aan bacillen, namelijk het
huisgezin, de straat en de school.
De school is boven verdenking verheven, bijzonder of
openbaar, nergens worden slechte manieren geleerd. Of
het huisgezin niet meewerkt, of vader zelf niet ruw is
in zijn gezin Knische stipjes mogen dezen zin vol
eindigen.
Maar de straat, dat is de plaats der handeling. Daar
speelt het kind, daar heerscht bet, daar voelt het niemand
boven zich, daar laat de teugel los, en trekt de eene
knaap den ander mee, dat is de gevaarlijke plek voor
zwakke zieltjes. De hebzucht van den een doodt de reine
eerlijkheid van den ander, door hem op te wekken tot
diefstal van een appel of een peer.
Of de jonge menschen elkaar geen deugden leeren
Voorzeker, ze leeren elkaar edelmoedigheid en vriendschap,
flink te zijn en kracht te oefenen. Maar ook leeren ze er
ruiten in te gooien, politie sarren en met vuil te werpen.
Ze zijn te weinig thuis en te weinig op school.
Waagt oen onderwijzer het nog eens buiten de school
op te treden, bij haalt zich een beschuldiging op den bals.
Als politieagent fungeert hij niet graag, omdat hij geen
bevoegdheid en geen macht heeft. Moreele macht, ja,
over zijn eigen leerlingen, maar niet over straatbengels.
Schoolmeesters zijn buiten de school doodgewone menschen,
die er ook niet van honden zich de vingers te branden
ze op haar metgezel met de verlegen bewondering van
een meisje.
Hij was een oud mannetje, met ren glad geschoren
en rood gelaat, een korten, opgewipten neus en schit
terende oogen achter een gouden bril, volstrekt geen
figuur om bewondering te wekken, hoewel Mrs. Fleming
hem die ruimschoots verleende. Een rank van een braam
bezie was aan haar japon blijven hangen en belemmerde
haar, toen ze door het hek zou gaan.
Kolonel Jacob bukte zich en bevrijdde haar, met oen
breeden glimlach om zijn breeüen mond.
«Ge hebt een vrjjer, zooals ge ziet," hijgde hij, terwijl
hij zich oprichtte.
8 De kolonel was al over de zestig, en zeer gezet. Deze
kleine dienst was voor hem een offer geweest.
Een zwak kleurtje, de geest van een blos, vertoonde
zich op hare wangen.
«Zoo noemde u de braam altijd, herinner ik mij wel,"
zeide ze met een glimlach.
«Omdat het zijn aard is te blijven hangen aan de
vrouw, aan wie hij zich gehecht heeft." Hij lachte met
jongensachtige vroolijkheid om zijn eigen durf.
«Ik denk, dat het was, omdat zijn doorns zoo steken,"
antwoordde zij met trillende lippen.
«Nu, Jessica, nu lieve," zeide hij haar hand vattend
en die zachtjes streelend. Zoo liepen ze voort, hand in
hand, een minnend paar in hun herfsttijd, curieus om
aan te zien zij lang en bevallig en lenig, de man kort
en dik en stevig.
Hij schuifelde even om met haar in den pas te komen,
en zijn golaat droeg een verrukkelijke uitdrukking van
gewicht en eigendomsrecht. Zijn oogen straalden achter
zijn bril Verlegen keek hij naar haar, ze weende
Het air van gewicht werd vervangen door meegevoel.
Hij bleef staan. «Nu, lieve Jessica, nu, nu."
Met bevende naast tastte hij naar zijn zakdoek, een
flinke grooten, gelen foulard, en ging op de toonen staan
om haar tranen af te wissehen. Hij deed het eenigszins
ruw in zijn zenuwachtigheidtoen trok hij baar gelaat
.naar beneden en kuste het
Elfi ging op een paar el afstands staan
Wordt vervolgd.
De kinderen behooren tegenwoordig niet meer op de
straat. Die is uitsluitend voor wagens, trams, fietsen,
omnibussen en soms ook nog voor personen, die hun
beenen gebruiken, mits zi) dat met mate en voorzichtig doen.
Speeltuinen hebben de kinderen noodig, half met gras en
half met steenen, om haasje-over te springen en te rollen,
een speeltuin, waar geen automobiel, al is die op hol,
doorheen kan vliegen; waar geen politie-dienaar de heer
lijke sannieplak kan inrekenen of een geniepige telefoon
draad den vlieger vangt.
Indien er gelegenheid voor spel geboden wordt is er
geen of weinig straatschenderij, de jeugd zal geen verzet
voeren, waar leiding is.
Speeltuinen, meneeren, en voor den verharden deug
niet tuchtscholen, dat zijn de eischen van den jongsten
tijd en een panacee voor alle ziekten van den Souverein
der straten.
Rotterdam. G. J. HANEGRAAFF.
(Overgenomen uit het Onderwijsblad «De Vacature."')
Het gedcnkteeken te Bergen.
De kransen neergelegd bij het monument aldaar
na de onthulling, 15 in getal, zijn thans ondergebracht
ten huize der familie Van Reenen waar zij bewaard
zullen worden. Vier daarvan zijn van de vertegenwoor
digers der vier nationaliteitenRusland, Frankrijk, En
geland en Nederland, bij deze huidebetrokken. Prachtig
is vooral de groote lauwerkrans der Russische legatie
met witte Aaronskelken en rozen en rood-blauw-witte
linten. Uit naam van het Nederlaudsche leger werd een
krans van palmtakken nedergelegd, met de Nederlandsche
kleuren versierd. De krans van het Fransche leger
onderscheidt zich van alle andere door rouwfloersdat
aan de linten met de nationale kleuren is gehecht.
Van de andere huldeblijken is wel een der mooiste een
zilveren krans van eiken- en lauwerbladen gelegen op een
zwart fluweelen kussen met zilver omboord. Deze is af
komstig van het 6e regiment grenadiers te Moskou van
den grootvorst Michaelowitsj. Eigenaardig is de lauwer
krans van het Poolsche Garderegiment Paolovsky, dat
aan het gevecht van 1799 deelnam. Zij bevat een nage
maakt profiel van bloemen, voorstellende den eigenaardigen
pyramidevormigen helm der officieren en manschappen.
Een bijzonderheid van dit in Rusland hoog aangeschreven
regiment is, zoo zegt men dat de soldaten uitslui
tend gerecruteerd worden uit mannen met een wip
neus. En wel omdat de grootvorst die het stichtte aldus
door de natuur begiftigd was.
Duidelijkshalve verdient het misschien aanbeveling te
horinnerendat met de onderscheidingaan den heer
J. van Reenen burgemeester der gemeente Bergen van
de zijde der Russische regeering ten deel gevallen en
in het vorig nummer vermeld, het O f f i c i e r skruis van
de Orde van St. Anna is bedoeld.
Nederlandsche Export.
De Vereeniging tot bevordering van den Neder-
landschen Export te 's-Gravenhage heeft besloten voor
alsnog niet over te gaan tot de samenstelling van een
nieuw bestuur wegens het vertrouwelijke karakter, dat
den dienst van het Centraal-Bureau steeds gekenmerkt
heeft en waaraan een groot deel der in de Vereeniging
vroeger voorgekomen moeilijkheden toegeschreven werden.
De verhouding der Vereeniging tot de diplomatieke
en consulaire ambtenaren en tot die instellingen en licha
men, welke bij het internationale handelsverkeer betrok-
kon zijn, doch voornamelijk de uitgebreide en zeer ver
trouwelijke correspondentie met de leden zelf, maakt het
onmogelijk om leden van een bestuur, dat gevormd is
uit concurreendo elementen, van de gewisselde stukken
kennis te laten nemen.
De heer van der Chjjs, aan wion na het overlijden van
mr. Mulder, oprichter der Vereeniging, onbeperkte vol
macht werd verleend tot reorganisatie en die zich sedert
dien tijd menigmaal in het beheer onderscheiden heelt,
zal als voorzitter-directeur aan het hoofd der Vereeniging
blijven en de werkzaamheden leidon van haar Centraal-
Bureau, welke voornamelijk bestaan uit: 1. het, door
toezending van algemeene zoowel als van bijzoidere
berichten, zooveel mogelijk geregeld op de hoogte houden
harer leden van de voor hunnen export belangrijke gegevens;
2. het op verzoek van een of meer harer leden instellen
van onderzoekingen naar de mogelijkheid tot plaatsing
van een bepaald artikel op buitenlandsche markten, be
nevens het inwinnen en verstrekken van alle daarmede
verband houdende inlichtingen 3. den leden behulpzaam
te zijn bij het vestigen van agentschappen in den vreemde
4. het zoo mogelijk bijeenbrengen en buitenslands ten
toonstellen van collecties monsters van voortbrengselen
herkomstig van Nederland en de koloniën alsmede het
tentoonstellen van monstercollecties van buitenlandsche
nijverheid hier te lande; 5. het aanleggen van een ver
zameling bescheidenop den exporthandel betrekking
hebbende (handelaarsarchief)6. het bevorderen van de
stichting van correspondentschappen en correspondeeronde
comité's ter bevordering van den exporthandel7. hot ver-
leenen van bemiddeling bij geschillen tusschen leden der
Vereeniging en hunne handelsbetrekkingen.
Doordat een brandend petroleumtoestel omviel ge
raakte te Amsterdam eene mevrouw 6n hare dienstbode
in brand. Dra werd hulp verleend en werden de vlammen
gedoold. De toestand van het dienstmeisje is niet buiten
gevaar.
Te Bergen op Xoom werden de perziken ver
kocht 3 voor één cent.
Een aardige vondst.
Te Schot, in de gemeente Staphorst, ontdekte
dezer dagen de landbouwer J. v. S., dat in een ouden
boom een bijenzwerm een plaatsje voor een nest gevon
den had. Zij hadden er blijkbaar reeds eenigen tijd ge
zeten. want bij onderzoek bleek het nest ongeveer 10
pond honig te bevatten.
In een boelhuis te Ter Aar werd dezer dagen
voor een schotel, die jaren lang voor drinkbak in 't
kippenhok gediend had, f 275 geboden.
Te Nijmegen verlieten twee leerlingen aan eene
bekende inlichting van onderwijs aldaar, 14 en 16 jaren
oud, Zondagnamiddag heimelijk de ouderlijke woning,
een briefje achterlatende waarin zij mededeelden naar
Parijs te znllen gaan.
Dinsdag kwam de te Hatert gestationneerde veldwachter
Wiersma hen op het spoor, vervolgde hen per fiets en
in een bosch nabij Groesbeek kreeg hjj hen in handen.
Den nacht van Zondag op Maandag hadden zij in een
hotel te Cleve gelogeerd waarna zij besloten waren in
een bosch te overwinteren waarvoor zij bereids met het
maken van een houten hnt waren aangevangen. Een bijl
en ander gereedschap hadden zij voor dat doel aange
kocht. (Prov. Geld. en Nijm. Ct.)
Oraft. De heer J. Slot, candidaat te Twisk, be
roepen predikant bij de ned. herv. gemeente alhier, hoopt
den 20 Oct. e.k. zijne betrekking te aanvaarden.
Oterleek. Door den heer J. Kok is ontslag ge
vraagd als lid en voorzitter van den Oterleeker polder.
Den 1 werd in zijn plaats als lid van het bestuur ge
kozen de heer C. Stammes, notaris te Den Helder.
Ktoinpetoren. Den 20, des namiddags half 2,
zal de heer ds. Werner alhier zjjne intreerede houden,
na des voormiddags door ds. Brinkerink van Bovenkarspel
bevestigd te zijn. Deze vacature is dus na 5 maanden
weder vervuld.
Staatspcnsloneerlng.
Barsingerhorn. Den 11 zal eene openbare ver
gadering worden gehouden te Kolhorn van de af-
deeling alhier van den Bond voor Staatspensioneering.
Als spreker zal optreden de heer P. A. Vis, doopsge
zind predikant, te Beemster.
Aar gezien deze afdeeling vele leden telt, welk getal,
bij den aanvang van het nieuwe vereenigingsjaar, 1 Oct.,
nog dagelijks toeneemt, verwacht men voor de bespreking
van een zoo groot maatschappelijk vraagstuk, eene zaak
van zoo groote sociale beteekenis, zeer groote belang
stelling.
IJlt de Kampen.
Dr. J. S. Haldane, een bekend man van gezag op
het gebied der gezondheidsleer en herhaaldelijk lid van
Rijkscommissiën, dringt in de «Westminster Gazette"
aan op maatregelen tot verbetering van den toestand in
de Zuid-Afrikaansche vrouwen- en kinderkampen.
«Het sterftecijfer der Boerenkinderen in die kampen,
hetwelk in Jnni daalde tot zevenmaal het normale, is in
Augustus gerezen tot dertien maal het gemiddelde sterf
tecijfer."
«Ik moet ten sterkste er op aandringen, dat men toch
zonder tijd verliezen iets doen zal in deze zeer ernstige zaak."
Ook «the Manchester Guardian" dringt daarop aan,
met de opmerking «dat het sterftecijfer in de kampen
gelijk staat met dat van de ergste week tijdens de pest
epidemie te Bombay."
Verdronken.
Een droevig ongelnk, waarbij een Nederlandsch
officier, luitenant De Brouwer, het leven verloor, heeft
dezer dagen plaats gehad op 't meer* van Killarney
(Schotland).
Luitenant De Brouwer, onlangs getrouwd met mej.
Goddard, nam deel aan een door de bekende excursies-
firma Cook georganiseerd tochtje per boot naar Dunloe-
Kaap. Bij het verlaten van het Lower-meer langs een
snellen stroom, kwam het bootje in aanraking met de
rotsen, waardoor het omsloeg. Ondanks alle pogingen
zijn slechts negen personen gered kunnen worden. Mevr.
De Brouwer is in het Pleasons-Hotel te Killarney ter
verpleging opgenomen.
Het lijk van luitenant De Brouwer zal hier te lande
worden begraven.
Te Haarlem gaf dozer dagen een jacht op eene
koe een heele drukte. Een slager liep kalm met eene
koe bij het Kennemerplein. Daar komt de electrische
tram aanschuiven met veel lawaai en geklingelde
koe schriktloopt het bolwerk in, springt in het water
en zoekt veilige schuilplaats op het eilandje. Mannen
roeien er heen, denken do koe te pakken, tot ze eens
klaps weer in het water springt en naar den Scboter-
singel zwemt. De mannen springen in het water en
zwemmen ae koe na. Deze komt bedaard op den Scho
tersingel aan land en zet 't op een loopen. Honderden
schooljongens en meisjes 't was vier nnr - de koe
na. Ook de zwemmers. De koe valt verder op in een
sloot, een der achtervolgers in een mestvaalt. Eindelijk
wordt de koe voor goed gepakt en de man nit de mest
vaalt gehaald, die onmiddellijk weler te water springt
om zich te reinigen en te ontdoen van de sterk riskende
geuren.Hiermede nam dit stierengevecht een einde.
(N. v. d. D
De Bocrenkainpen.
Bij den uitgever S. L. van Looy, te Amsterdam,
is de hollandsche uitgave verschenen van de 22 platen
betreffende Engeland's optreden in Zuid-Afrika, van den
franschen teekenaar Jean Veber, die, reeds oenigen tijd
geleden aangekondigd, tegelijk in verschillende landen,
met de taal van het land, thans algemeen zijn verkrijg
baar gesteld. De hollandsche nitgave heeft niet de zoo
terecht aanstoot gevende plaat op de achterzijde van den
omslag van de fransche nitgave, die depropagandische kracht
van dezen bundel slechts schaden kan. De niet fraaie,
doch verbazend scherpe en uitdrukkingsvolle teekeningen
geven eene vernietigende critiek op Engelands handelen
in Zuid-Afrika. De nederlandsche nitgave draagt den
titel van De Boeren kampen en kost vijftig cents. Zij
zal ongetwijfeld de algemeene aandacht trekken. De fran
sche editie werd in Parijs in beslag genomen en werd
er tegen uitgever en teekenaar procesverbaal opgemaakt
te Amsterdam werd door den hoofdcommissaris aan een
boekhandelaar, die deze editie in zijn uitstalraam had,
gelast baar daaruit te verwijderen.
Delarey's gevecht tegen Hckevich.
LONDEN, 2 Oct. Lord Kitchener seinde nit Pretoria
v an heden
«De nachtelijke aanval door Delaiey op het kamp van
kolonel Kekevich op 30 September werd door den vijand,
die duizend man sterk was, met groote kracht doorgezet.
Na een verwoed gehecht van meer dan twee nren werden
de Boeren met zware verliezen algeslagen.
«Onze verliezen waren ernstig; van da officieren zijn
2 gesneuveld, 11 zwaar en 3 licht gewond, van de man
nen 31 gesneuveld, 48 zwaar en 26 licht gewond. Alle
gewonden worden naar Rustenburg overgebracht. Boven
deze worden nog 40 gekwetsten naar Rustenburg over
gebracht, omtrent wie ik niets naders weet.
«Kolonel Kekevich, die op twee plaatsen lichte ver
wondingen bekwam, meldt dat alle rangen zich bijzonder
goed hielden.