Op de Waterhoeve
ZEEMILITIE.
Debet en Credit.
No. 7.
Honderd en vierde jaargang.
1902.
WOENSDAG
15 JANUARI.
INSCHRIJVING
NATIONALE MILITIE
Voor de mannelijke geborenen
van 1883 opDinsdagenV rij dag
van iedere week van 12—2 ure tot
20 Januari a.s.
FEUILLETON
VV. 11 eimburg',
Vertaling van HERMINA
ALKMAAftSCHE COÜtAYL
Deze Courant wordt D 1 n s d a g-, Donderdag
en Zaterdagavond uitgegeven. Abonnementsprijs
per 3 maanden voor Alkmaar f 0,80; franco door het
geheele rijk f 1,
3 Nnmmers f 0,06. Afzonderlijke nummers 3 ets.
Telefoonnunsmer 3.
Prijs der gewone advertentlën sj
Per regel f 0,15. Groote letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de Uitgevers HERMs. OOSTER
ZOONVoordam C 9.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van Alkmaar
Gezien de eerste zinsnede van art. 138 der militie-
wet 1901.
Brengen ter openbare kennis
dat lotelingen voor de Nationale Militie, die voor vol
ledige oefeningen bij de militie te land zouden moeten
worden ingelijfd, een der hierna te noemen beroepen
uitoefenen, en verlangen bij de Zeemilitie te dienen,
worden nitgenoodigd zich vóór 1 Februari a s. ter
gemeente-secretarie aan te melden, of te doen opgeven.
De hierboven bedoelde beroepen zijn
Stuurlieden, stuurmansleerlingen en verdere zeevarenden
op koopvaardijschepen van de groote en kleine vaart
stuurlieden, schippers en verdere opvarenden van Rijn
schepen, aken, tjalken en kleinere vaartuigen; stuurlieden
en verdere opvarenden van passagiers- en sleepbooten,
loodsvaartuigen en tonnenleggersdiepzee- en Noordzee-
kustvi8schers Zuiderzeevisschersvissebers op de Zeenw-
sehe wateren en op de groote rivieren; mossel- en oester-
visschers schuitenvoerders en veerlieden; vletterlieden
machinisten, machinist-leerlingen en stokers op schepen
en vaartuigen, bij spoor- of tramwegen en op fabrieken
of andere inrichtingen; machinedrijvers; tremmerspsmeden;
bankwerkers; werktuigmakers; ketelmakers; voorslagers;
scheepsbeechieters scheepstimmerlieden (scheepmakers)
brood-, koek- en banketbakkers; koks; koffiehuis en
hotelbedienden ziekenverplegers apothekersbedienden
barbierspersoneel van s Rijks Marinewerven.
Burgemeester en Wethouders voornoemd
G. RIPPING, Voorzitter.
C. D. DONATH, Secretaris.
Alkmaar, 14 Jan. 1902.
De jaarwisseling geeft als vanzelf aanleiding over bo
venstaand onderwerp een en ander in het midden te
brengen.
Het is niet onze bedoeling geleerde bespiegelingen te
houden of poëtische gedachten te ontboezemen, zooals
dat op Oudejaarsavond of op Nieuwjaarsdag gebruikelijk
is, al valt het niet te ontkennen, dat de menseh op die
dagen ook in het afgetrokkjne, wel eens zijn balans mag
opmaken.
DOOR
19)
Hier boven liggende, heeft zij zich al ongerust ge
maakt dat er tijdens de afwezigheid een uitbarsting kon
komen. Bendert vertrekt met Nieuwjaar, zooals 't zijn
plan is geweest, zij zijn 't niet eens geworden, en nu
komt er een nieuwe lastig, vreeselijk lastig! En
tocb aan den anderen kant weer die goedaardige trek
van haar Karei! Uien lang heeft hy toen zij ziek was
zoo stil en geduldig als een steenen beeld a-n haar bed
gezeten ze heeft hem letterlijk met geweld moeten dwin
gen, dien dag de drijfjacht by te wonen, die iu het dis
trict Jestadt door den kantonrechter Timpe wo dt ge
houden. Hanne heeft haar al dien tijd opgepastgeen
koning had beter en zorgvuldiger bediend kunnen worden.
Zij sehndt het hoofd en begrijpt dien jongen niet. Zou
hij misschien o >k verliefd zijn? In haar angst, of hij en
Manrits soms hun zinnen op betzelfde voorwerp gezet
hadden heeft ze zoo eens lai gs haar neus weg tegen Karei
gezeod Dat t efje is toch een allerlief t meisje 1" Maar
toen heeft hij gegeeuwd en geantwoord: «Ja, als geteha-
pen voor Maarits.''
't Is ontzettend, zoolang boven in bed te moeten liggen
Zelfs de dienstboden zijn dan anders dan anders Eea wig
fluisteren en de hoofden bij elkander steken snibbige
woorden en roodgehuilde oogen. En vraagt men naar de
reden dan krijgt men enkel ontwijkende antwoorden 1
Alleen Hanne is boven alles verheveD. Zij praat mei
niemand gaat altijd stil en ordelijk haar gang en doet
haar werk met zedig neergeslagen oogen. Slechts'een
paar malen heeft Madame ten blik van haar opgevangen,
als zij zich op eens omkeerdeeen wonderlijken bijnj,
Neen, wij willen laag bij den grond blijven en het
over een zeer prozaïsch onderwerp hebben.
Met het debet en het credit staat het bij den land
bouwer-veehouder meestal treurig gesteldd. w. z.
meestal weet hij bij het einde van het jaar, laat staan
op eenigen anderen dag 7an het jaar, niet, hoe zich zijn
credit tegenover zijn debet verhoudt. Hiermede bodoelen
wij niet, dat de boer niet zou weten, of hij gedurende
het afgeloopen jaar met voordeel of mot schade geboerd
heeft. Hij meent dit in ieder geval wel te weten,
want dikwijls redeneert hij aldus: «Bij het begin van
het jaar had ik zooveel geld en bij het eind zooveel,
das ben zooveel voor- of achteruit gegaan."
Dit is natuurlijk klinkklare onzin. Het ere lit wordt
gevormd door de gebouwde en ongebouwde eigendommen,
den inventaris, het vee, de uitsta inde gelden, het geld,
dat de boer van anderen voor reeds geleverde artikelen
te goed heeft en het geld in kas het debet door hypo
theken onbetaalde pachten, en andere schulden.
Het verschil hiertusschen heet het bezit of actief.
Bedraagt dit bij bet eind vaa het jaar minder dan bij
het begin of is het sedert dien tijd in een passief ver
anderd, dan is hij achterait-, bedraagt het meer, dan is
hij vooruitgegaan.
Is het actief in het verloopen jaar verminderd, dan is
dit nog volstrekt geen bewijs, dat hij met schade ge
boerd beeft. Te dezen opzichte hoort men soms vreemde
beweringen. Er zijn nl. boereu, die als winst beschouwen
dat bedrag, hetwelk ze bij het eind van het jaar meer
bezitten dan bij don aanvang. Als zij dan maar heel
weinig meer hebben, zeggen zij onvoordeelig geboerd
te hebben. Zij vergeten dan als winst in rekening te
brengen, hetgeen zij met hun gezin in het verloopen
jaar «verleefd" hebben. D e lout kan vermeden worden
door geregeld op te schrijven de bedragen die voor de
huishouding worden uitgegeven. Daartegenover staat, dat
voor den door den boer en do leden van zijn gozin ge-
preBteerden arbeid eveneens een zeker bedrag als ver
diensten geboekt moet worden.
Als een boer_»op de flesch" gaat, is dit volstrekt niet
altyd het bewijs, dat bij een slecht boer was. O neon,
hot kan even goed bewijzen, dat hij te veel geleefd heeft-
als «grand seigneur,"
Dat komt hij dan dikwijls eerst te weten, als het te
laat is, en het is veelal een gevolg van de omstandigheid,
dat spek, vleescb, boter, kaas, aardappels, booueu en
erwten, melk, enz. enz, van eigen productie genomen
worden zonder meer, terwijl een verstandig bo r dat
alles als 't ware bij zichzell moet koopen.
Een en ander is stellig reeds voldoende om aan te
tooneu, dat boekhouden, ook voor den landbouvver-vee-
bonder, van her mee-te belang, van de grootste bet-eekenis is.
Hij heeft daardoor niet alleen geregeld een overzicht
van den stand der zaken in het algemeen, maar ook van
de onderdooien van het bedrijf in het bijzonder.
En waarom zon de boer niet boek houden F Doet hy
niet zaken, evengoed als een winkelier of een koopman f
loerenden blik watrmeo het meisje haar scheen aan te
kijkeD.
«Wat is 't F Wilt ge iets?" had zij gevraagd. De don
kere oogharen waren alweer neergeslagen.
«Neen Madam niets 1"
Ja en eens, nu omstreeks een week geleden, toen zij
den tweeden dag ziek en koortsig te bed lag, Karei naast
haar zat en Hanne haar telkens nieuwe konde kompres
sen op het gloeiende voorhoofd legde, toen had zij, plot
seling de oogen opslaandebij het schijnsel van het
uachli'Cbt Kaïel eu Hanne fluisterend naast elkaar mid
den in de kamer zi n staan, zyn hoofd dicht Dij bet hare
zóó dient, alsof hij haar juist op Ue wang ot oogen
gezoeud had; en de woorden: «Straks, als zy slaapt
meende ze ook nideijjk verstaan te hebben.
Met inspanning had zij zich halverwege opgericht.
«Wat zal er strazs gebeuren F Wie moet er slapen
Ze herinnert zich, hoe beiden eerst stokstijf zijn bljjveu
staan en hoe Hanne toen op haar bed is toegesneld en
gezegd heeft
«De jonge mijnheer zegt, dat als Madam straks slaapt,
hij ook misschien een uur of wat zal gaan liggen
maar Madam is heel heeseh Madam moet onder de
dekens blyven eu niet spreken
En Madame vroeg niets meer, het koortsige bloed deed
haar alles voor de oogen dwarielen. Half bewusteloos,
uieis dan een geweldige loowneid in al hare leden voe
lend had de klank van Hanne's stem haar gekalmeerd
eu dis verklaring haar. gerustgesteld, eu toeu was zij in
dien wonderlijken toestand tnsschen slapen eu waken
gekomen waarin iautaisie eu werkelykneid zich zoo
nanw ve.eemgeu. Spoedig daarop was ook Karei heen
gegaan en toen zy een oogeublis tot helder bewustzijn
kwam had zij Hanne achterover in den leunstoel by
haar bed zien zitten de oogen bezorgd op haar gevestigd.
Toen zy den volgenden morgen wakker werd en zien
wat beter gevoelde had zij wederom gevraagd«Wat
moest er eigenlijk gebeuren, Hanne, als ik sliep F Mijn
zouu was van uaebt toch niet ziek, omdat hij naar bed
wilde gaan F"
Maar Hanne had verwonderd het hoofd geschud en
alles ontkend. Ze wist van niets Madam had den
Het boekhouden is vooral voor den boer nitoist leer
zaam. Bemerkt een koopman, dat een of ander artikel
niet meer met winst verkocht kan worden, dan moet
hij zich vaak bij het feit neêrleggen. Niet alzoo de boer.
Een goede boekhouding leert hem niet alleen, dat hij
met schade of wel dat hij met voordeel boert, maar zij
leert hem ook, op welk onderdeel van het bedrijf verlies
geleden en op welk onderdeel winst behaald is. En dat
is voor hem zeer noodig te weten, want de winst met
een bepaald onderdeel verkregen, kan tot niets geredu
ceerd worden dan een schadepost van een ander bedrijfs
onderdeel.
Er is misschien geen bedrijf, waarbij de boekhouding
meer ingewikkeld is dan bij het landbouwbedrijf en
desniettegenstaande wordt er in geen enkel soort be dry f
minder boek gehouden.
De boer, die goed boekhoudt, die weet, waaraan hij
de schadeposten te wijten eu waaraan hij die winstposten
te danken hoeft,, leert kennen de beteekenis en de waarde
van het spreekwoord: «Zelfs een ezel stoot zich geen
twee malen aan denzellden steen."
Tegen de moeite van hot boekhouden behoeft de land
bouwer niet op te zien. Als de boel geregeld wordt bij -
gehouden, is 't waarlijk g-.en reuzenwerk en de 'ijd, aan
het boekhouden besteed, wordt goed be'aald.
Eu het boekhouden èa het maken van een begrooting
vóór man tot het pachten van een boerderij overgaat,
kannen veel teleurstellingen voorkomen.
KFiFIMUilFUHX.
«Elke halve cent is er één", zegt het spreekwoord,
doch op het gebied der zuivelbereiding kan men wel
zeggen, dat elke halve cent onder bepaalde omstandig
heden tot een gouden tientje aangroeit.
Op zuivelboerderijen, waar men boter maakt, vinden
de centrifuges meer en meer ingang. Het is echter niet
voldoende een centrifuge te bezitten, maar men moet er
ook goed mede werken. Door de gewei schte snelheid
van beweging, door verwarming der melk op de ver-
eischte temperatuur, door een oordeelkundige regeling
van den melktoevoer ar het juist stollen van do room-
schroef, alsmede door pynlijke zindelijkheid, w-iar het 't
reinigen van het werktuig betreft, moet meu de scherpte
va ontrooming tot het maximum trachten op te voeren.
Elk tiende deeltje van een procent vet, meer in de on-
dermelk achterblijvende dan het te bereiken minimum,
komt den botermaker op groot geldelijk verlies te staan.
Het hier beneden gegeven staatje geelt een overzicht van
de verliezen, welk- de veehouder kan lijden door slordig
met de centrifuge om te gaan.
De getallen in de eerste kolom (aan de linkerhand)
geven van boven naar bene 'en de hoeveelheid per dag
verwerkte melk in kilogrammen (103 Kilo 100 L.
De breukcjjfers in de bovenste ry van links naar rechts
geven de percenten vet, die rmer dan noodig is, in de
ondermelk zijn achter gebleven. Do andere getallen geven
het verlies, dat per jaar geleden wordt bij verschillende
hoeveelheden per dag verwerkte melk, uitgedrukt in Ki
logrammen boter.
vorigeu nacht erge koorts gehad en voortdurend gepraat,
mijnheer Karei en zij hadden zich geducht aagstig ge
maakt en bijna den dokter gehaald
Madame had gezwegen een bewijs van het tegendeel
kon zij niet aanvoerenen zij gelooft zoo graag het
beste van alle menschen. Maar zij peinst en peinst en
meent dat zij krankzinnig zal worden als ze nog langer
hier zoo werkeloos moet liggen. Zij smacht er letterlijk
naar weer iets om handen te hebben wat haar op an
dere gedachten zal brengen die nacht heeft zoo'n
akeiigen indruk by baar achtergelaten.
Nu verheugt zij zich weer op het bezoek van Eva, die
haar moet helpen om de tafel met de Keistgescheuken
voor de dienstboden in de groote zaal in orde te maken.
Al sinds den vorigeu dag brandt de groote, wit porcelei-
nan kachel, zoodat Madame daar niet opuieuw kon kan
vatten. Zood a zij heeft ontbeten Hanne zai wei aan
stonds met de bouillon komen zal zij opstaan zich
kleeden en naar beneden gaan. Hanne kan haar gemak
kelijke fauteuil op relletjes in da zaal brengen en Eolje
moet 's middags bij haar blijven ze znllen samen beven
eten en bij die gelegenheid zal zy met het meisje eens over
Maunts spreken. Een verloving met Kerstmis is altijd zoo
aardig I En tegen den avond, ais haar twee jongens van
de jacht terugzjju, zai zij Maurits verzoeken. Eva met het
versieren v»o den Kerstboom te helpen, terwijl hy zoo n
beetje zie te dutten in haar leunstoel wie weet mis
schien geeft de boom hem moed en vraagt hij Eeije dan
wel F Ze zou dien zieken man, den dokter, eu zijn viouw,
die eeuwigdurende tobster, dat pleiziertje zoo hartelijk gun
nen Dat Eefje in zoolang niet bij haar is geweest, be-
kojjmert baar niet; zij schrijft a-t veeleer aan meisjes
achtige beschroomdheid toe en zou 'l met eens aardig
hebben gevonden, als het meisje, nu ze gauw negentien
wordt en terwijl er twee volwassen zoons aan huis ziju,
nog even dikwyls en vrij bij haar in en uit was gegaan.
Terwijl de patiënt dit alles overlegt, brengt Ue jonge
dokter Madame's boodschap aan moeder en zuster thais over.
«Ik heb geen tyd, mama," beweert het jonge meisje.
Wordt vervolgd.