Amsterdamsche Brieven. Buitenland. Laatste Berichten. Nederla n d. 0.1 0.2 0.3 100 38 2 76.4 114 6 200 76 4 152.8 229.2 300 114.6 229 2 343 8 400 152,8 305 6 458.4 500 191 482 573 1000 382 764 1146 10000 3820 7640 11460 ii. VoorbeeldAls bij het verwerken van 400 kilo melk per dag de ondermelk 0.2 °/0 vet meer bevat dan bij goed werken het geval behoeft te zijn, bedraagt bet bo- terverlies per jaar niet minder dan 305.6 Kilo. Wie 15 melkkoeien hondt, die gemiddeld 3650 kilo melk per jaar geven, lijdt in hetzelfde geval en bij een gemiddelden boterprijs van f 1.10 per kilo een schade van rnim f 126 per jaar. En toch vertegenwoordigt een tiende procent vet in 5 kilo melk slechts een halven cent aan boter. Cyfers zijn wel eens dor en droog, maar, zooals ook nit het voorgaande artikeltje blijken kan, geven zij te denken en te leeren. Hebt gij, waarde lezer, wel eens een bezoek gebracht aan de Bibliotheek der Universiteit van Amster dam op het Singel tusscheu Spni en Heiligenweg Als ik op die vraag antwoorden zon knonen krijgen, dan geloof ik, dat de meesten ontkennend zonden lniden slechts enkelen, die de wetenschap dienen, komen er toe gebruik te maken van de schatten, die bier zijn bijeen gebracht. In Amsterdam zelve zijn er honderden, die hier graag hun dorst naar„ kennis zonden willen lesschen, maar er behoort zekere moed toe de zware deur open te duwen, den enormen corridor door te wandelen en de trappen op te klimmen naar een gang, waar niemand is, die u verder den weg wijst naar de lees- en studie-zalen ot naar het bureau, waar boeken worden uitgeleend. Is men er eenmaal door een kennis geïntroduceerd; weet men waar de verschillende afdeelingen zich bevinden en tot wie men zich te wenden heeftkent men bovendien op z'n duimpje de uren, waarop de bibliotheek overdag en 's avonds geopond is dan begint men er zich lang zamerhand thuis te gevoelen en waardeert men deze kosteljjke golegenheid om boeken en tijdschriften zonder eenige betaling onder de oogen te krijgen. Misschien is er wel goede reden om het bezoek niet al te veel aan te moedigen. In de studie-zalen is de ruimte niet al te overvloedig en de stoelen zijn er gauw bezet. Er is ontzaglijk veel ruimte noodig voor al de boeken en die is gevonden ten koste van de b zoekers. Werd de Universiteits-Bibliotheek een toevluchtsoord voor weetgierigen, dan zouden de zalen beel anders verdeeld moeten worden. Intusschen mag men wel de vraag Btellen, of op deze wijze de gelden, die de stad Amsterdam aan de inrichting besteedt, tot hun recht komen. Niemand zal daarop »ja" kunnen zeggen. De enorme hoeveelheid wijsheid, die hier ligt opgestapeld komt lang niet genoeg onder de men- schen het stof vindt maar al te veel gelegenheid om z'cb in een laagje over de folianten te verspreiden. Zou van de Universiteits-Bibliotheek de weldaad uit gaan, dio zij bij machte is te bewijzen, dan zou zij haar denreu wijd moeten openzetten van den vroegen morgen tot den laten avond, dan zon zij de menscheu moeten lokken in plaats van ze af te weren dan moest eik be zoeker beschouwd worden als een nieuw bewijs voor de gezegende resultaten van de instelling. Maar dan zon er ook een splitsing moeten komen inssehen de boeken, van beteekenis voor de strenge wetenschap en de anderen, die begeerd worden voor het verhoogen der algemeene ontwikkeling. Nn zitten naast elkaar de geleerde, die bronnen-studiën maakt voor een diepgaande munogiaphie en de onderwijzer, die er Potgieter komt lezen zij beiden hebben groot nut van de Bibliotheek maar toch voelen zij zich niet thuis in elkanders gezelschap. Onder de getrouwen in het gebouw aaa het Singel zoo beperkt is het getal, dat, wanneer men er veel komt, men elkaar van gezicht leert kennen en alleen opkijkt, wanneer zich een vreemde eend in de bijt waagt zullen er zeer weinigen zijn, die vorenstaande opmerkingen niet beameD. Zij zullen dan ook met het grootste genoegen gezien hebben, dat dezer dagen door een achttal Raads leden een voorstel is ingediend om in deze richting een hervorming tot stand te brengen. De aanleiding daartoe is een voorstel van B. en W. om door aantrekking van een paar gebouwen in de Handboogstraat over te gaan tot verbouwing en vergro ting van de Bibliotheek. De bewuste Raadsleden willen nog een Hinken stap verder gaan. Zij willen het gebouw nog meer uitbreiden door er ook nog aan toe te voegen de Militiezaal en de Koninklijke stallen, die aan het Singel daaraan grenzen. Voor deze beide doeleinden zeggen zij behoeft men nn juist niet een dor beste punten van de stad te nemen. Voor de Militiezaal kan grond dienen, die tien percent der waarde van deu thans gebruikt wordenden grond vertegenwoordigt en de Konink lijke stallen voldoen al sinds lang met meer aan de behoeften, zoodat die ter eeniger tjjd toch e geus anders zullen moeten worden ondergebracht. Wauneer men op deze wijze over eea prachtige ruimte de beschikking zou krijgen, dan zou ver wezenlij kt kunnen worden het idee der voorstellers, dat de b.blio heea, naast hare roeping als Uuiversiteits boekerij, vooral ook moet strekken ter verspreiding vau kennis en beschaving. Derhalve ook zij wenschen een splitsing. En zy stellen zich die zóó voor, dat toch wetenschap en volksontwik keling onder hetzelfde dak huizen eu elkaar de hand reiken en steunen. De boeken der wetenschap zouden zij geborgen willon zien en gebruikt worden in de thans bestaande zalen, vermeerderd met de roimte in de Hand boogstraat. Naast het hoofdgebouw zouden zij echter willen zien verrijzen een gebouw voor volksbibliotheek, den ganschen dag en avond geopend, gevuld metl.ctuur voor iedereen, juist in de vacant e-tijden, wanneer de Univeisiteits-bibliotheek voireweg het grootste deel van den dag gesloten is, drakker bezocht dan anders. Naar deze afdeeling zonden zy overgebracot willen zien alias, wat thans eigenlijk de wetenschappelijke afdeeling in den weg staat en bederft. Laat daarby zoo zeggen zij langzaam maar zeker, en naar een vast plan gewerkt worden aan vervolmaking der beide afdeelingen. Het aantal strekkende meters boekenplank is van onderge schikt belangde vraag is meer, of hetgeen erop staat bruikbaar is voor hen, wien het dienen moet. En dan is voorloopig »weinig maar goed'' verkieslijk boven een grooten chaos. De mannen, die zoo redeneeren, hebben blijkbaar zelf meermalen van de Universiteits-Bibliotheek gebruik ge maakt. En een nuttig gebruik ook, want zij zonden dat alles niet zeggen, wanneer er niet veel van de wijsheid nit de boeken in hun hoofd gevaren was. Wat zullen B. en W. echter tot deze dingen zeggen Tk geloof, dat men zich daarover niet al te ongerust behoeft te maken. In de dagen, dat de wehouderlijke beslommeringen de heeren Gerritsen, van Hall en Heems kerk nog niet aan het Stadhuis kluisterden, heb ik dik wijls met hen in de Bibliotheekzalen gezeten en -.ij weten dus ook uit eigen ervaring, wat de inrichting het meest van noode heeft. Mr. van Leeuwen en Dr. Blooker trof ik er nooit aan, wat nog nkt wil zeggen, dat zij er van nooit hebben geprofiteerd. Doch al was dat zoo, dan heb ben zij maar naar links en rechts te informeeren om te Weten te komen, dat het voorstel der acht heeren is gebaseerd op wat de practijk als behoeften heeit doen kennen. Ook hier zal natuurlyk de geldqnaestie weer een woord meespreken. Zij mag echter niet te zwaar wegen. Amster dam is wel niet rijk, maar toch ook nog niet zoo arm, dat het schatten van kennis onontgonnen moet laten blij ven, omdat met het verbouwen en bet salarieeren van bibliothecarissen en assistenten eenige duizeuden guldens ziju gemoeid. Wat op deze wijze wordt uitgegeven is zeker geen weggeworpen geld. De eerste onderteekenaars van het voorstel zijn de heeren P. W. Sutorins en J. A. Wormser, zoodat waarschijnlijk van hen het initiatie! is uitgegaan, dat gereedelijk steun vond bij de heeren Spakler, IJzerman, de Sanvage Nolting, Blankenberg, Josephus Jitta en Roelvink. Als bun poging slaagt zal bet huidige en het toekomstige geslacht hnu daarvoor grooten dank verschuldigd ziju. Nn h.ngtopde Bibliotheek het, portret van de Afrika-reizigster Freule Tiune, die z ch te midden van alle wetenschap ietwat vreemd moet gevoelen komt de hervorming tot stand, dan zullen de beweldudigden met meer eerbied opzien naar de portretten van h3n, die de kennis en de bescha ving onder ieders bereik brachten. Als de handelsstad Amsterdam een aantrekkelijkheid te meer krijgt door haar zorg voor de ontwikkeling niet alleen van de Amster dammers, maar van alle Nederlanders, dan is't te hopen, dat de namen der acht Raadsieden, die hieraan den stoot gaven, niet aan do vergetelheid worden prijs gegeven. KUUULAXO. In antwoord op hetgeen in den Duit schen Ryksdag over zijne beruchte redevoering is ge sproken, zeide Chamberlain den 11 op een meeting te Birmingham onder meer «Ik trek niets terng, ik qualificeer niets, ik verdedig niets, maar geen Engelsch minister heeft ooit zijn land trouw gediend eD te gelijker tijd populariteit genoten op het vasteland. Daarom neem ik de critiek van het bui tenland niet zoo heel kwalijk, maar ik zal niet het my gegeven voorbeeld volgen en geen lessen uitdeelen aan een buitenland ch minister. Ik zal er ook geen uit zijn handen aannemen, daar ik alleen verantwoordelijk ben aan mijn vorst en mijn landgenooten. «Er is iets dat vau meer belang is dan de goedkeu ring van buitenlandsche volkeren hoewel ik de be teekenis daarvan geenszins wil onderschatten en dat is do toegenegenheid en het vertrouwen van onze stam verwanten over de zee, ondanks zware verhezen. Daar is gebleken dat, indien we ooit weder moeten s' rij den tegen de geheele gewapende wereld om ons bestaan, wij niet alleen znllen zijn. Voor zulk een resultaat is schier geen opoffering te groot." De Jingo-pers vat do zaak niet zoo philosophisch op: vooral de Times' is zeer veiontwaardigd over ven Bülow's woorden. «Zeiden, zoo ooit, fchrijlt dit blad, is een vreemde natie in een vreemd parlement zoo grof beleedigd ge worden, en nooit, voor zoover onze heiiauoring reikt, heeft de beleediger van den officieelen vertegenwoordiger eoner bevriende mogendheid znlk een zachtaardige terecht wijzing ontvangen, a:s die welke Billow Liebermann toe diende. «Alles wat de Rijkskanselier als vertegenwoordiger van zijn monarch, die zeit veldmaarschalk in het Engelsche leger is, en die aan den oppei bevelhebber van het Engel sche leger de hoogste Piuisische onderscheiding schonk, over dat leger zeggen kon, was dat in dat leger dat nit dieven en roovers zou bestaan mannen te vindon zijudie weten te sterven. «Wat wij van den minister van een bavrienden Staat gerechtigd ziju te verwachten, is de beslist) t genspraak van de thans geuit wordende lasterpraatjes over Eugel- sche soldaten. «Engelands geduld en lankmoedigheid zullen uitgeput raken, wanneer graaf Bülow zich verbeeldt, dat hij, ter wijl hij om Engelaud's vriendschap vleit, te gelïjker tijd de uniform des konings, de uuifoi m waarin onze vrienden en verwanten thans eervol strijden in Zuid-Afnka, mag gebruiken om er zijn parlementaire voeten op af te vegen." ZUIB-AFBIHA. Het oorlogsnieuws is de laatste dagen wederom schaarsch. De gewone berichten van nachtolyko tochten waarbjj Boerenkampen met veel ammunitie en vee zya overrompeld, outbrekeu natuurlijk ook thans niet en worden zonderling onderbroken door een telegram aan de «Standard", dat er, niettegenstaande die voortdurende gevangennemingen nog 13000 Boeren te volde zijn en door een bericht van Kitchner dat de vyaud steeds zeer grooGn toevoer van allerlei voorraad ontvangtdie van over de zee wordt aaugavoerd en tersluiks uaar 't binnenland getransporteerd. Op die wijze is het einde van den oorlog blijkbaar nog zeer verre. De verliezeiilijst geelt de gesneuvelden en gewonden ia het gevecht bij Onverwacht (district Etmelo) op 4 Januari. Gesneuveld zyu majoor Vailentin, de bevelhebber van de Britsche colonne en luitenant Johastone, zwaar of gevaarlijk gewond vier officieren en 30 man, van wie een aan zya verwondingen is bezweken. Verder zijn op verschillende plaatsen nog zes man gewond en 17 man aan ziekte gestorven. Postwissels naar Transvaal en Vrijstaat. De gelegenheid tot verzending van postwissels uit Nederland naar de navolgende plaatsen in de Zuid-Afri- kaansche Republiek (Transvaal) Barberton, BokBburg, Cleveland, Germiston, Heidelburg, Johannesburg, Krugersdorp, Machadodorp, Middelburg, Modderfontein, Potchefstroom Pretoria, Roodepoort Springs, Standerton en Volksrust, zoowei als naar den Oranje-Vrijstaat, is, blijkens mededeeling der Engelsche administratie, weder opengesteld. Te Petersburg is den 12 's nachts het asyl voor dakloozen afgebrand. Het vnnr verrastte de slapenden, van wie twaalf verbrandden en zes zwaar gewond wer den bij den sprong nit de vensters. Men vreest dat het aantal slachtifiers grooter is, daar het vnnr zoo snel om zich heen had gegrepen dat bij de komst der brand weer het tiet meer mogelijk was aan redden tedenken. Be Ungelsche liberalen. LONDEN 13 Jan. Sir Henry Campell Bannerman presideerde heden avond alhier een vergadering van de Liberal Federation. Er was een schrijven ingekomen van lord Rosebery dat hij door afwezigheid nit Londen verhinderd was te komen en waarin bij de hoop uitsprak dat de vergade ring zich als doel zon stellen de eenheid en bet gezond verstand van het liberalisme, waartoe zijn rede van Chesterfield had bijgedragen. Sir Henry Binnerman zeide zich hartelijk te verhengen over lord Rosebery's terugkeer tot het politieke leven hij had herhaaldelijk zoowel in 't openbaar als onder vier oogen er bij Rosebery op aangedrongen zich weer aan te sluiten bij de liberale partijdie hem hartelijk we kom zon heeten en hij had geineend dat uit de Ches- terfidd-rede den wensch tot terugkeeren bleek. Bannerman verklaarde verder dat de oorlog slechts k u eindigen door verzoening niet door onderwerping van de Boeren. Hij zag geen verschil van eenig belang tnsschen zijn eigen meening en die van lord Rosebery omtrent den vrede, maar hij keurde Rosebeiy's wensch om een onafhankelijka positie te behouden af. Oudcarspel. Den 13 des namiddags, ontstond op den zolder van het perceel van Jan van Exter alhier brand, die zoo sterk toenam, dat de geheele kap van het pel ceel is afgebrand en veel waterschade is ontstaan. Alles is verzekerd. Prof. C. P. Tide, t In den ouderdom van 71 jaren is den 11 plotseling overleden prof. dr. Ooinelis Petrns Tiele, hoogleeraar in de godgeleerdheid aan de Leidsche Universiteit. Hij werd op 10 Dee. 1830 te Leiden geboren. Na de voltooiing zijner studiën aan het Athenaeum en het Remonstrantsch Seminarium ie Amsterdam, werd hij achtereenvolgens predikant te Moordrecht en Rotterdam. In 1873 werd hij tot hoogleeraar benoemd aan het Remonstraut-ch Se minarium en in 1877 tot hoogleeraar aan de Universiteit te Leiden. Tiele's arbeid, zoowel zijn groote werken als zijn tal- ijke vei handelingen in velschillende tij schriften is gewijd aan geschiedkundige bronnenstudie. Hij is de man geweest, die de godsdienstwetenschap in velband heeft gebracht met het algemeen historisch on ethnographisch onderzoek en die dit groote samenvallende plan heeft opgevoerd tot wijsgeerige beschonwingeu. (Haarl. Ct.) Overreden. Gisteren namiddag is de brugwachtersknecht E. van de Hembiug door een van Amsterdam k menden trein aangereden met het eevolg, dat de ongelukkige terstond gedood werd. Hij laat een weduwe na met 9 kinderen. Stompctoren. Uit het jaarverslag van het Scher mer Veelonds over 1901 blijkt, dat er in dat jaar zijn afgekeurd 28 ruudereu waarvoor aan vergoeding werd uitbetaald f 3439, t5). Voor de afgekaurde dieren werd ontvangen f 930,64J, zoodat. er een schadepost was van f 2568.51 of 1.75 per rund. Per kwartaal waren gemid deld 1439 stuks vee verzekerd. Slijp. Op 31 D-c. 1901 telda deze gemeente 1517 inwoners, waaronder~762 m. en 755 v. In den loop van het jaar 1901 werd de bevolking vermeerderd door ge boorte met 30 en door vestiging met 95 personen. Door sterfte verminderde de bevolking met 26 en door vertrek naar elders met 128 peisouen, zoodat de bevolking in dat jaar in 't geheel verminderd werd met 29 personen. In het jaar 1901 werden tusscheu Stavoren eu Knlihuir.cn met de stoompont «Stavoren" vervoerd 20 locomotieven eu ruim 10650 ledige en bevrachte wagens, Te Jloerbeke, naby de Zeeuwsche grens, hield een drie-jarig meisje onder het spelen een knikker in haar mond. Op eens schoot, den knikker haar in de luchtpijp en het kind was weldra aan de gevolgen be zweken Stamboekvce. Vanwege het bestuur van het «Friesch Rundvee- Stamboek" is verscheuen het «Kalverenboek over 1901'', bevattende de namen enz. van de tot 15 Nov. in dat jaar geboren kalveren afstammelingen vin stambookvee, met vermelding van het stamboeknummer den datum en plaats van geboortenaam en woonplaats van den eigenaar de stamboiknamoaers van de ou iers enz. Van enkele kalveren zijn de vooroa Iers zoowel van vaders- als van moederszijde, tot in acht geslachten be kend en in de registers der vereeuiging ingeschreven. In Friesland zijn thans 22 veehouders wiet' geheele beslag uitsluitend bestaat uit stamboekvee of volbloed afstammelingen daar va". Hoorn. Alhier hebben burg. eu weth. bij don ge meenteraad een voorstel ingedieud tot het vaststellen van een pensioenverordening voor de aste werklieden en beambten in dienst der gemeentelijke gasfabriek. Voor de oveiige gemeente-ambtenaren bestaat reeds eene zoodanige regeling. D helfiag van wik- en weogloonen tot een bedrag van 60 cents per 50 K.G. is bij Kon. Besluit goedgekeurd. Hier ter stede is een kostelooze on: sus opgericht voor melkonderzoek, teneiode zich te bekwamen in de bepaling van vetgehalte, soortelijk gewicht, stremproef.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1902 | | pagina 2