De taak die ons wacht No. 12. fierste blad. Honderd en vierde jaargang. 1902. ZONDAG 26 JANUARI. Buitenland. ALKIAARSCME COURANT. Deze Courant wordt Dinsdag-, Donderdag en Katerdagavond uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden voor AiKMüRf 0,80 j franco door het geheele rijk f 1, 3 Nummers t 0,0«. Afzonderlijke nummers 3 ets. Prijs der gewone advertentlën Per regel f 0,13. Groote letters naar plaatsruimte. Brieven franco aan de Uitgevers HERMs. COSTER ZOONVoordam 0 9. Telefoonnummer 3. Onder den bovenstaandeu titel is de toespraak in het licht verschenen, onlangs gehouden in de zevende jaar- ljjksche algemeene vergadering der Vereeniging tot op voeding van halfverweesde, verwaarloosde en verlaten kinderen in het huisgezin. Ofschoon toch die vereeniging reeds gedurende een zestal jaren heeft gewerkt, »op be scheiden schaal en onder vaak moeielijke omstandigheden zooals in de toespraak wordt gezegd, kan er inderdaad gesproken worden van een taak die haar wacht, en met haar allen vereenigingen die zich de verzorging van ver waarloosde of verlaten kinderen ten doel stellen. Er is voor deze vereenigingen een nieuw tijdperk aangebroken In de vaak moeilijke omstandigheden waaronder zij tot dusver moesten werkenzal weldra een belangrijke verbetering komen, en zij zullen tot werkzaamheden op ruimer schaal, in ruimer kring geroepen worden. Dat zal gebeuren, zoodra de in de toespraak bedoelde wet in werking zal treden. Maar om de taak die haar wacht te kunnen vervullen, zullen haar ten goede moeten komen ruime geldelijke bijdragen en persoonlijke toewijding van een groot aantal leden. De wet die voor haar een ruimer werkkring opent is die waarbij een aantal bepalingen in onze wetboeken omtrent de vaderljjke, weldra .ouderlijke" macht en de voogdij zijn gewijzigd, waarbij de mogelijkheid is geopend, niet alleen om ouderswien om bepaalde redenen de uitoefening van de ouderlijke macht niet langer mag worden toevertrouwd, daarvan te ontzetten, maar ook om ouders met hun eigen goedvinden daarvan te ontheffen, wegens ongeschiktheid of onvermogen om hun plicht tot verzorging en opvoeding hunner kinderen behoorlijk te vervullen. Ook voogden znllen om soortge lijke redenen van de voogdij ontzet of ontheven kunnen worden. Over de kinderen die aldus aan de macht hun ner ouders of aan de voogdij hunner voogden zullen wor den onttrokken zal de voogdy ook kunnen worden opgedragen aan in het Koninkrijk gevestigde, als rechtspersoon erkende vereenigingen of aldaar gevestigde stichtingen of instellingen van weldadigheid »wier sta tuten stichtingsbrieven of reglementen duurzame ver zorging van minderjarigen voorschrijven''. Deze wet waarvan het eerste ontwerp reeds den 21 Mei 1897 onder den minister van justitie van der Kaay ingediend door zijn opvolgers zoo spoedig mogelijk weer bij de Kamers in overweging werd gebracht, onder anderen met de belangrijke toevoeging eener nieuwe in stelling, de voogdgraad, zal door de tegenwoordige regeering in werking worden gebrachtzoodra de daar voor noodige maatregelen zullen zijn genomen zoodra bij algemeenen maatregel van bestuur de samenstelling van de voogdgraden waarvan er in elk arrondissement ten minste één zal moeten zijnde wijze waarop zij werkzaam zullen wezen en eenige andere punten zullen zijn geregeld. De moeilijkheden waarmee alle vereenigingen en even zeer alle bijzondere personen die zich het lot van ver waarloosde kinderen aantrokken hadden te worstelen zijn bekend. Zij waren alle afhankelijk van de toestem ming van den vaderde moeder of den voogd en als minderjarigen eenmaal aan hunne zorg waren toevertrouwd, stonden zij dagelijks bloot aan het gevaar, dat ouders of voogden het weer eens anders begrepen en de kin deren van hen terugvorderden. En daar was letterlijk niets aan te doen. De vader of de moeder ban slechts in zeer bijzondere gevallen, en dan nog maar voor een be paalden tijdals bijkomende straf van de ouderlijke macht worden ontzeten zoolang dit niet gebeurt, blijft de zorg voor de kinderen hun toevertrouwd. Zij kunnen goedvinden dat een ander die zorg van hen overneemt, maar ook den volgenden dag weer op dat besluit terug komen. Geen contract kan dit voorkomen. Het is bekend, hoe dikwijls van die bevoegdheid door ouders van ver waarloosde kinderen misbruik wordt gemaakt, nu eens uit schandelijk winstbejagom op de eene of andere wijze voordeel van hun kinderen te trekken dan weer uit loutere wispelturigheid. De vruchten van een betere opvoeding en goede verzorging, gedurende somtyds een aantal jaren, gaan daardoor weer verloren; en het is te begrijpen hoeveel volharding geloof en toewijding er vereischt worden bij hen die zich het lot dezer kin deren aantrekken om den moed niet geheel op te geven en weer een nieuwe poging met een ander kind te wagen, in de onzekerheid hoe lang die zou kunnen duren en hoe wellicht aan alle goede zorg weer eensklaps een einde zou worden gemaakt. Aan dien toestand zal nulaat ons hopen zeer spoe dig door de inwerkingtreding der nieuwe wet een einde komen. Wegeus slecht levensgedrag, misbruik van de ouderlijke machtof grove verwaarloozing van hun verplichting om hun kindaren te onderhouden en op te voeden of bij veroordeeling wegens sommige misdrijven zullen ouders van de ouderlijke macht, hetzij over één of meer hunner kinderen, hetzij over alle o n t z e t kunnen worden, indien de rechter dit in het belang der kin deren noodzakelijk acht. Grooter bevoegdheid wordt daarenboven den rechter verleend om ouders van de ouderlijke macht te o nt h e f f e n. Hij zal dat kunnen doen, wanneer zij ongeschikt oi onmachtig geacht moeten worden om hun plicht jegens één of meer hunner kin deren of jegens alle te vervullenen dat niet alleen, indien de rechter dit in het be'ang der kinderen nood— z a k e 1 ij k oordeelt, maar indien het belang der kin deren zich niet om eenige andere redenen daartegen verzet, doch aan den anderen kant ook nooit, wanneer de vader of moeder, die de ouderlijke macht uitoefent, zich daartegen verzet. Deze ontheffing zal dus geschieden in onderling overleg met de ouders en met hun toestemming. Een ruim veld opent zich hier voor de werkzaamheid der voogdijraden, op wier verzoek zoowel als op de vor dering van den officier van justitie de ontheffing of ont zetting door de rechtbank zal kunnen worden uitge sproken. Bij ontzetting zal ook diegene der ouders, die de ouderlijke macht niet uitoefent, of één der bloedver wanten of aaugehuwden het re zoek kunnen doen. Aan den voogdij iaad zal zoo noodig voorloopig de zorg voor de kinderen kunnen worden opgedragen, totdat in de be noeming van een voogd zal zijn voorzien. Ook voor de verlaten kinderen zullen de voogdijraden voorloopig de zorg op zich nemen, totdat over hen een voogd zal zijn benoemd. Zij zullen den rechter voorlichten, naast de bloedverwanten en aaugehuwden der minderjarigen, en daarom zullen zy benoemd worden uit ingezetenen van verschillende richting op godsdienstig en politiek gebied Maar inzonderheid zullen het de vereenigingen, stich tingen en instellingen van weldadigheid wezen, waaraan in de meeste van al die gevallen de voogdij zal worden opgedragen, en wier taak het alzoo zal zijn voor de ver pleging, de geheele opvoeding en de opleiding tot een of ander beroep van dezo verwaarloosde kinderen te zorgen. Het doel der toespraakwaarin »de taak die ons wacht" werd ontvouwd bestond uit den aard der zaak zoowel in een heldere mededeeling van de bepalingen der nieuwe wet als in een aansporing tot algemeene mede werking om haar aan haar doel te doen beantwoorden Op uitnemende wijze is dit door den heer Cnr. Nuys gescüied. Een enkele vergissing moeten wij vermelden. De ontheffing of ontzetting van de ouderlijke macht of de voogdij zal niet het werk zijn van den kantonrechter, maar van de arrondissements-rechtbank. Wat de financiëele zijde van de zaak -betreft, wijst de heer Nuys er op, dat wel voor vereenigingen die aan zekere door den Staat te stellen eischen voldoenhet uitzicht op subsidie is geopendmaar terecht merkt hij opdat die Staats subsidie slechts een gering deel van de kosten zal kunnen dekken. In het eerste ontwerp werd nog geen uitzicht op subsidie gegeven en geheel vertrouwd op de toe wij ding der natie doch ook thans zal, ondanks de mogelijk heid van subsidie, de goede werking der wet van die toewijding afhangen en daarom mag herinnerd worden aan de volgende woorden uit de Memorie van Toelich ting van het eerste ontwerp »Waar ouderplieht te kort schiet, behooren naasten liefde en burgerzin de taak over te nemen. Er is geen grond tot twijfel dat ons volk deze plichten niet met lust en ijver zou vervullen. Weezenverplegiug, onderwijs en opvoeding hebben hier te lande van oudsher warme belangstelling gewekt. >De toewijding waarvan vele particulieren en veree nigingen blijk geven, waar bet geldt de jeugd te beschermen en op te leiden, laat geen plaats voor de vrees dat het particulier initiatief zal te kort schieten in eene zaak die niet alleen door bekwaamheid en plichtsbetrachting, maar bovenal door belanglooze menschenliefde tot een goed einde is te voeren. Inderdaad is de aanleiding voor de indiening van dit ontwerp vooral te vinden in talrijke klachten, dat onze wetgeving hoofdzakelijk oorzaak is van het mislukken der pogingen van verschillende zijden ondernomen om ten behoeve van minder jarigen helpend tusschen beiden te treden, waar de krachten der uatuur- lijke beschermers ontbreken of misbruikt worden Die verwachting zal niet worden beschaamd als aan het opwekkend wo rd van den heer Nnys gevolg wordt gegeven. Laboremus et amemuslaat ons werkeu en lief hebben riep hij zyn hoorders toe. »Laat ons werken met liefde en uit liefde. Wij willen ons wijden aan de opvoeding van het jonge geslachtwij willen kinderen die een leven van ongelukken van verdriet en rampen te gemoet zouden gaan of gegaan zijn pogen te redden van den ondergang en hen opvoeden tot gelukkige krachtige mensehendie in arbeid het heil huns le vens zien". Inderdaad dit is een liefdewerk bij uitnemendheid. DUKTSCHI.AIVD. Uit Borlijn wordt aan de „Daily Mail" gemeld, dat de Duitsche Regeering van plin zou zijn een opmerking tot Engeland te richten naar aanlei ding van het schenden in Kaapstad van het briefgeheim van brieven gericht aan Duitsche kooplieden, die in de Duitsche kolonie van Zuid-West-Afrika wonen. fiMfifiKiAIVD. Terwijl verschillende bladen pertinent vol honden, dat er wel degelijk ernstig sprake is van vredesonderhandelingen, welke geruchten even beslist weder werden tegengesproken worden de meest tegenstrijdige berichten omtrent den feitelijken toestand op het oorlogs- tooneel gepubliceerd. Zoo weet de correspondent van de .Morning rost te vertellen, dat het blokhuizen-stelsel de Boeren demorali seert, zoodat zij, onafhankelijk van hun leiders, de quaestie van overgave algemeen beginnen te bespreken. De Wet, die bij Reitz moet zijn, zou volgens dezen cor respondent binnen niet te langen tijd zijn ingesloten, wanneer ook de stukken voltooid zijn van Vrede naar Botha-pas aan de Natalgrens, en dat van Lindley en Kroonstade blokhuizen langs den spoorweg naar Heil bron, sluiten hem dan ook aan dien kant af. Er zon dan een val zijn gemaakt, den vorm hebbende van een paralel- logram, zestig mijl diep en 150 mijl breed. Minder bemoedigend daarentegen zegt Hely-Hutchiuson, de gouverneur der Kaapkolonie in zijn officieel rapport van 3 December, dat reeds meer dan de helft van het land voor de Britsche kroon verloren is. De Engelschen moeten zich opsluiten in de steden en groote dorpen, hunne opereerende colonnes trekken op goed geluk her en derwaarts, het platteland hangt feitelijk af van de ge nade der opstandelingen. Een groot deel der kolonie is in een wildernis verkeerd'en duizenden lieden die inden beginne aan Engeland trouw bleven, zijn de een na den ander tot verzet en opstand geprikkeld door de onzinnige ruwheden van het Britsche militaire schrikbewind. De Daily News" gevoelt zich heden gedwongen tot de uitspraak, dat de toestand in de kolonie zeer ernstig was, maar dat hij sinds de executie van Scheepers bepaald wan hopig is geworden. In het Lagerhuis werd den kanselier der schatkist, sir Michael Hicks Beach, den 21 gevraagd de kosten van dei oorlog te willen opgeven. Hij antwoordde dat van April tot December 46 millioen pond sterling was uitge- gegeven (ongeveer l1^ millioen per week) en heeft nu nog twaalf millioen beschikbaar, die, op denzelfden grond slag berekend, ongeveer znllen strekken tot het eind van Februari. Op de vraag wat het tekort zou zijn aan het eind van het financieele jaar, weigerde sir Michael te antwoorden. Echter zal binnenkort de heer Brodrick, staatssecretaris van oorlog een mededeeling doen omtrent de kosten van den krijg. VfillfifiMIGDfi STA.TEW. Senator Teller heeft zich den 22 in den senaat zeer scherp uitgelaten over Engelands oorlogstactiek speciaal in verband met het geval Scheepers. Indien Scheeperszooals beweerd wordtgevangen werd genomen, terwijl hij in het hospitaal lag, is Enge land schuldig aan een lagen moord. Teller las de artikelen der conventie voor en zeide, dat deze oorlogsgebruiken door den Tsaar, de halfbeschaafde Turken en de half- barbaarsche Perzen zouden worden geëerbiedigd. Het was de zaak der regeering van de Vereenigde Staten de feiten te onderzoeken en te protesteeren tegen de terecht stelling. Teller vroeg: Zijn wij zoo kleinmoedig, zoo bevreesd om Engeland's gevoeligheid te kwetsen dat wij ons moeten onthouden onzen plicht te doen, waar de wetten der menschelijkheid worden geschonden? Teller wees op, wat hij noemde, Engeland's poging om de twee strijdende Republieken te vernietigen ou zeide dat, wanneer de waaiheid gezegd wordt in de officiëele Brit sche medeiieelingen, er in het afgeloopen jaar meer Boeren gedood zijn dan Engeland ooif erkend heeft, dat onder do wapenen zijn geweest in geheel Zuid-Afrika.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1902 | | pagina 1