Op de Waterhoeve
No. 23.
Honderd en vierde jaargang.
1902
VRIJDAG
21 FEBRUARI.
Evenwijdige levenslijnen.
feuilleton.
NV. Hei mburg\
Vertaling van HERMINA.
ALkUAARSCHE COURANT.
Deze Courant wordt Dinsdag-, Donderdag-
en Zaterdagavond uitgegeven. Abonnementsprijs
per 8 maanden voor Alkmaar f O,SOj franco door het
geheele rijk f 1,
3 Nummers 0,06. Afzonderlijke nummers 3 ets.
Prijs der gewone advertentlën ij
Per regel f 0,16. Groote letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de Uitgevers HERMs. COSTER
ZOONVoordam C 9.
Telefoonnummer 3.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS der gemeente
ALKMAAR,
Gelet op eeno aankondiging van heeren Gedeputeerde
Staten van Noord Holland, voorkomende in het Provin
ciaal blad van 12 Februari 1902, Nr. 103,
brengen ter algemeene kennis,
1°. dat de gewone Rijks-voorjaarskeuringen van tot dekking
bestemde hongsten in 1902, voor zooveel deze pro
vincie betreft, zullen gehouden worden te Haarlem on
13 Maart
2°. dat de eigenaar of houder, die een hengst ter keuring
wenscht aan te bieden, verplicht is daarvan ten minste
drie weken vóór do keuring vraohtvry eene schrifte
lijke en onderteekende aangifte te zenden aan den
secretaris der provinciale regelings-com missie den
heer W. Teengs, te Alkmaar, met opgave van
a. naam en woonplaats van den eigenaar en houder
b. naam, ouderdom, ras, kleur en bijzondere ken-
teekenen van den hengst, benevens, indien deze
in een stamboek is geschreven, stamboek en
stamboeknummer
e. zoo mogelijk afstamming van den hengst, zoowel
van vaders- als moederszijde den naam en woon-
plaats van den fokker
3°. dat een hengst na bovengemelden termijn aangegeven,
[van de keuring is uitgesloten, tenzij de commissie geen
bezwaar tegen toelating heeft en de eigenaar of honder
voor den dag der keuring eene som van tien gulden
bij voornoemden secretaris stort
4e. dat inschrjjvingsbiljetten voor de keuringen op vracht
vrije schrifteljjke en onderteekende aanvraag van
eigenaars of houders van hengsten door den secretaris
der regelingscommissie voornoemdzullen worden
verstrekt.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
AlkmaarG. RIPPING Voorzitter.
17 Febr. 1902. O. D. DONATH, Secretaris.
Kunnen wij ons iets heerljjkers en aantrekkelijkere
tienken dan een gezin, welks le.den door een innigen
band van wezenlijke vriendschap, van onderlinge waar
deering bij alle verschil in opvatting en karakter
zoodat ieder van hen een eigen persoonlijkheid is,
van vertrouwen in en liefde tot elkaar, aan elkander
zijn verbonden Welk oen samenlevenMen geniet en
men lijdt tezamen, men beraamt en overlegt, men is er
op uit elkaar tegemoet te komen nu eens een vrien
delijke verrassing bereidendstraks een teleurstelling
voorkomend of een moeiijjsheid nit den weg ruimend.
De belangen des eenen zijn die des anderen, men ver
plaatst zich in elkanders denken en lotgevallen. Woorden
prikkelen niet, kleine daden verkwikken, verschillen ver
wijderen niet. Eén in willen en bedoelen, één in het
streven elkaar het leven te veraangenamen, terwijl men
DOOR
36)
Hij ziet haar bedrukt aan, »Ja, ik dacht, 't was het
beste als gy alles zelve eens opnaamt. Ik heb 't al sinds
eenige weken opgemerktmet dat koopen van de paarden
is 't begonnen. Mevrouw van Lindner, die hier geen anderen
omgang vindt, loopt bij Hanne in en uit, en Hanne is
natuurlijk verblind door zoo'n .barones", ziet alles voor
even fijn en chique aan en volgt haar in alles na. Karei
lacht daarover en zegt, dat mevrouw Lindner een kranige
vrouw is en Hanne nog het een en ander van baar kan
leeren. Och ja, moeder, zoo iets heb ik wel zien aankomen 1''
»Ja, gij zijt altijd even verstandig, mijn jongen," ant
woordt zij bitter.
»Zie, moeder, ik zal 't n niet verwijten, maar gij hebt
meestal een te goede opinie van de mensehen Iemand als
Hanne houdt z;ch niet op den achtergrond, gaat niet dank
baar en bescheiden baars weegs, maar wil van haar stand
verheffing genieten."
»Wie de meeste schuld heeft Karei of Hanne
dat weet ik nog niet, maar ik zal die domme kinderen wel
kleinkrijgen," antwoordt Madame vastberaden, de kamer
op en neer gaande. »Gij moet dan hier maar alleen huis
honden, ik ga naar Charlottenhof, en 't zal mij verwonde
ren als ik daar niet iets goeds kan uitrichten I Zeg maar
aan alle menschen, dat er hier gebouwd wordt, begrijpt
ge, al wordt er zelfs geen pan van het dak genomen. En
als ze daar ginds merken, waarom ik eigenlijk kom, dan
moeten zij 't maar merken dat kan mij ook al niets
schelen 1 Morgen rijdt ge er heen en zorgt, dat de boven
kamers voor mij in orde worden gebracht."
elkaar radend, waarschuwend, berispend en aanvurend
leidt en vormt. Zulke gezinnen bestaan er gelukkig vele
De woonkamer binnentredend komt over ons een stem
ming van warmte, van hartelijkheid. Men voelt er zich
zoo vrij en zoo thuis. Eu menigeen verliet zulk eeu ver
trek beter danj hij bet betrad. Te midden van zulk 'n
omgeving, b.v. op een feestdag, een zondag, een heiligen
gedenkdag, te vertoeven welk een voorrecht.
Maar helaas 1 Er zijn ook menschen, die aan elkaar
gehecht zich moesten gevoelen, doch, tnsschen wie een
diepe klove gaapt, een klove, plotseling ontstaan of al
lengs geworden. E? ontstond een veete een misverstand
werd geboren of wel door anderen werd o gruwel
wantrouwen gezaaid tnsschen wie tezamen gingen
Tusschen hooggeplaatsten en ondergeschikten, tnsschen
patroons en arbeiders kan een scheuring in het leven
treden. Er zijn bloedverwanten, die van elkaar verwijderd
werden, soms door een kleinigheid; er zijn, die najaren
lang vrienden te zijn geweest, ieder huns weegs gaan
er zijn droeve verhoudingen tusschen ouders en kinderen
tnsschen broeders en zusters. Echte weldoeners zijn zij
die pogen deznlien weer tot elkaar te brengen, wien
het aan tact en kieschbeid, aan voorzichtigheid en gadul d
aan kracht en fierheid, aan zachtmoedigheid en teeder-
heid, aan zedelijk overwicht zonder zich in dit opzicht
opzettelijk te doen gelden niet ontbreekt om door een
woord, een brief of waardoor ook dezulken weer met
elkaar in aanraking te brengen, elkaar te doen ontmoeten
Zij zoeken een aanleiding, zij leggen een brug en wijzen
van weerszijden den weg. Zij weten te heelen, te verzoe
nen zonder dat iemand der partyen het .eerste woord'
behoeft te spreken. Gelukkig hjj, die zulk een bemidde
laar, een vredestichtende tusschanpersoon mocht wezen,
die den storm doet bedaren en de scheidsmuren soms
heele kleino muurtjesopheft, 't Wordt dan weer
samenleven. Nevens een samenwonen, dat in den vollen
rijken zin des woords een samenleven is, zulk een,
dat den meest verharde van hart moet treffen en wezenljjk
goed doen, nevens een verhouding van menschen tot men
schen, die één moesten wezen, maar tusschen wie gednrig
strijd, tweespalt en botsing is, zoodat elke ontmoeting dreigt
de voorbode te wezen van een hevigen storm, die, óf voor
goed doet uiteengaan óf voor 'n wijle gaat liggen, als
de hartstochten ietwat tot kalmte zijn gekomen om straks
andermaal op te steken bestaat een derde verhouding
tusschen hen, die het leven samenbracht, zulk oene welke
men zou kunnen noemen een betrekking als van even
wijdig loopende lijnen. M. a. w. veler samengaan is niet
Manrits knikt toestemmend met het hoofd en neemt
vervolgens een courant op, zonder daarin te lezen. .Hebt
ge al gehoord," zegt hij eindelijk zeer langzaam en half
binnensmonds, .dat Eva's moeder zooveel erger is Robert
Abrens vertelde 't mij. Hij heeft weinig hoop meer."
»Dat arme meiejo 1" prevelt Madame. .Wat zal haar
toekomst zijn, als ze haar moeder moet verliezen en gij
beiden, zij en gij, zoo halsstarrig op je stuk bljjft staan
Dit laatste heeft haar zoon niet meer gehoord hij is
schielijk de kamer uitgegaan.
Wat zai haar toekomst zijnDat heeft Eva ook in de
laatste maanden menigmaal gevraagd, maar nu alles voor
bij is nu het leven van de arme vrouw als een kaars
is uitgegaan na vraagt Eva niets meer. Ze heeft slechts
het gevoeldat ze tot dusver nog het recht niet had
om bedroefd te zijn om zich ongelukkig te voelen, want
het vreeseljjke, het eind van het beetje geluk, is nu
eerst aangebroken nu zjj geheel alleen achterblijft.
Madame Baldauf is bij baar gebleven toen al de an
deren naar het kerkhof reden, en Djra is er ook weer;
zij heeft 't druk in de keuken en zorgt voor do koffie.
Iu de kamer spreekt Madame Eva toe, zeer liefderijk
en verstandig, en Eva zit zeer bedaard en met droge oogen
naar haar te luisteren. »Ge nuet de school voorloopig
aanhouden, kind, want ge moogt Diet stilzitten. Bij je
broer kunt, ge niet inwonen, en of dit huis leegstaat of
dat gij 't bewoont, doet er niets toe ik verhaar 'c
toch niet weer Dora met haar man geef ik hier ook
vrij kwartier, daarvoor doet zij dan de huishouding voor je,
mijn kleine Eefje! Waar ge altijd raad kunt komen vragen,
als ge dien noodig hebt, weet ge ook, dat wil zeggen
dan moet gij mij maar schrijven; ik ga namelyk de volgende
week voor een paar maanden naar Charlottenhof er
moet wat verbouwd worden, weet ge en als ge schrijft:
.Tante Baldauf, ik heb u noodig," dan kom ik dadelijk.
Ik zou wel zeggen Kom voor goed bij mij, maar dat doet
ge niet, dat kunt ge nietik begrijp dit wel, ook zonder
je hoofdschudden. Nu, om 't even, verlaten zyt ge niet,
als gij 't niet zijn wilt, mijn Eefje! Ik vind 't een troost
dat Dora hier is!" besluit zij.
een innig verbonden zijn, een gedurig elkaar ont
moeten tot wederkeerigen zegen, noch een telkens tegen
over elkaar staan als op voet van oorlog,
doch een ...„naast elkaar loopen, zonder elkaar
aan te raken, zonder een met elkander in contact komen.
De levenswegen loopen evenwijdig en kruisen elkaar dus
nooit.
Droevige toestandEen naast elkaar, geea met
elkaar leven.
De huwelijken zijn niet zeldzaam waar de echtgenooten
neen niet aan elkaar ontrouw zijn, niet met elkander twisten,
niet het vreesolijk schouwspel leveren van met elkaar kij ven
den zoodat soms daar buiten staanden er in gemengd
worden wat dikworf olie in het vuur is tenzij het
dezen gelukt verzoening te weeg te brengen maar die
eenvoudig hun levenslijnen evenwijdig laten loopen. Er
wordt dan tusschen hen niet meer gesproken dan noodig
is en dat spreken is kond, afgemeten, met zoo weinig
mogeljjk woorden men vraagt en men antwoordt, men
besluit en voert uit; men legt elkaar niets in den weg,
doch rnimt voor elkander ook niets uit den weg, de
verhouding is lauw en koel. Men kent alleen den buiten
kant van eikaars bestaan maar van het innerlijk, verbor
gen leven, van wat er omgaat in hoofd en hart weet
men niet af. Van lezen in eikaars ziel geen sprake.
Een koude adem bevangt u als ge de woning der znlken
binnentreedtde kilheid overvalt u en ge voelt u ver
licht als ge haar verlaten hebt. En de kinderen Och
wat missen zjj eindeloos veel, deernis met hen vervult
u en ge huivert bij de gedachte: .wat zal er van hen
worden, van ben, die opgroeien in een kring van waar
niet uitgaat warmte, leven, poëzie
.Evenwijdige levenslijnen". Is in dit woord niet vaak juist
uitgedrnkt de verhouding tusschen de kinderen onderling
die, wel verre van elkaar 't leven gezellig, vriendelyk en
vrooljjk te maken, naast elkaar gaan 1 Ieder met zijn
eigen belangen, z'n eigen vreugd, z'n eigen verdriet en
strijd. Elk van hen zijn eigen weg gaande in plaats van
te dealen in elkanders blijdschap en teleurstelling. Straks
gaan zij uiteen en volkomen sterft uit de zwakke band
die hen nog eenigszins omdat ze vertoefden onder
één dak en daarom alleen verbond boe flauw dan ook.
Geeft dat zelfde beeld niet vaak goed weer de verhou
ding tusschen de leden des gezins en de dienstboden
Daar komen hoe langer hoe meer kringen waarin ook
dezen niet meer als .bijwonenden" maar als .inwonenden"
worden beschouwd en bejegend gelijk het wazen moet
Dora, die juist met twee kopjes koffie binnenkomt om
Eva met nokkende stem over te halen toch iets te ge-
bruikeu, barst bij deze woorden opnieuw in snikken uit
en betuigt bij boog en laag, dat zij voor juffrouw Eva
als voor haar oogappel zal zorgen. Om haar tevreden
te stellen, drinkt Eva haar kopje uit en zitten zij weer
zwijgend naast elkander, totdat Madame op haar horloge
ziet en zegt
»Ik wil de anderen liever niet ontmoeten, ik kan dat
gepraat niet hooren, ik heb zooveel aan het hoofd. En
ik heb je toch alles gezegd, Eva handel nu ook daar
naar Hoe eerder ge de schoolkinderen weer bij je laat
komen, des te beter voor jezelve! Toen mijn beste man
stierf, had ik niets liever gedaan dan hem in den dood
te volgeD, maar zie, toen riepen allerlei plichten mij
en moest ik wel voorwaarts. Geloof mij, kindlief, niets
is beter dan drnk werk. En als ge knnt, schrei dan ook
eens nit.
Eva drukt haar de hand en doet haar uitgeleide tot
aan de kamerdeur. Daarop zit zij weer een poosje alleen,
maar dan is het gehoele vertrek op eens vol menschen,
die allen naar haar toekomenhet een of ander mom
pelen en haar de handen drukken. De vrouwen schreien
en kussen haar. Zy ziet niet op, totdat eensklaps een
stem haar in de ooren dringt, die zij in lang niet ge
hoord heeft en die haar het bloed van schrik naar de,(
wangen drijft: .Wees overtuigd, dat ik hartelijk deel in
uw verlies, juffrouw Eval"
Ze kan ook thans niet antwoorden, ze slaat slechts de
oogleden op en een half verwijtende blik treft Karei
Baldnnf, die naast Robert vóór haar staat.
»Wat doet g ij bier vraagt haar sombere blik.
Achter Karei staat Hanne Hanne in een elegant
rouwtoilet en met al de airs, die zij zich in den laalsten
tijd heeft aangewend. »'t Spijt mij, Eva, dat die harde
slag je moet treffen", zegt zij, terwijl zij de helderblauwe
oogen vorschend op het bleeke, bedroefde mei=je vestigt,
dat haar werktuigelijk de hand toesteekt, zonder haar
aan te zien.
Word vervolgd.