Op de Waterhoeve
No. 34.
Honderd en vierde jaargang.
WOENSDAG
19MAART.
TOELATING
Plaatselijke Belastingen.
Buitenland.
Laatste Berichten.
van leerlingen op de vier Gemeentescholen.
FEUILLETON.
W. 11 eimburg.
Vertaling van HERMINA.
De Oorlog in Zuid-Afrika.
ALKIAARSCHE COURANT.
Deze Courant wordt Dinsdag-, Donderdag
en Zaterdagavond uitgegeven. Abonnementsprijs
per 3 maanden voor Alkmaar f 0,80 j franco door het
geheele rijk f 1,
3 Nummers f 0,06. Afzonderlijke nummers 3 ets.
Prjjs der gewone advertentiën t
Per regel f 0,16. Gtrooto letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de Uitgevers HERMs. COSTER
ZOONVoordam C 9.
Telefoonnummer 3.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van Alkmaar
noodigen belanghebbenden, die met 1 Mei a.s. kinderen
op eene der vier Gemeentescholen toegelaten wen
schen te zienuitdaarvan vóór lft April 199#
aangifte te doen bij de hoofden dier scholen onder
overlegging van het geboortebriefje eu het inën-
tlngsbriefje der kinderen waarvan toelating ge
vraagd wordt.
Voor de aangifte aan de derde Gemeenteschool
(hoofdde heer A. P. Zeilmaker) bestaat gelegenheid
aan het schoolgebouw aan den Koningsweg, des morgens
van tot 9 uur.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
Alkmaar G. RIPPING, Voorzitter.
17 Maart 1902. O. D. DONATH Secretaris.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van Alkmaar
brengen ter algemeene kennis, dat het 3de suppletoir®
kohier der plaatselijke directe belasting
dienst. 1901 door den Gemeenteraad vastgesteld den
5 Maart 1.1. eu door de Ged. Staten goedgekeurd den
12 Maart d.a.v., beden gedurende vijf maanden op de
Secretarie in afschrift voor een ieder ter inzage is
nedergelegd.
Bezwaren tegen den aanslag kunnen op ongezegeld
papier bij don Gemeenteraad worden ingediend binnen
drie maanden na den dag der uitreiking van de aan
slagbiljetten.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
Alkmaar, G. RIPPING, Voorzitter.
17 Maart 1902. C. D. DONATH, Secretaris.
EXkBLAND. De vrijlating van lord Methuen door
De la Rey, (die de echtgenoote van den gewonden gene
raal daarvan telegrafisch in kennis detid stellen) vormt
nog steeds de hoofdschotel in de Engelsche bladen; zelfs
de Jingo-pers kan ditmaal niet ontkennen dat het ge
drag van den gehaten en steeds gesmaden vijand thans
te prijzen valt. De liberale bladen geven den edelmoe-
digen tegenstander allen lof, die hem toekomt en wijzen
er met bitteren nadruk op hoe gunstig Da la Rey's
handelwijze afsteekt bij den door niets gewettigden moord
op Scheepers en Lotter gepleegd. Het Iersche Parle
mentslid Healy stelde minister Brodrick de vraagof
De la Rey's hoeve niet indertijd doo' de Britsehe sol
daten verwoest en verbrand was. De minister gaf voor
daaromtrent geen informaties te bezitten, hoewel het een
algemeen bekend feit is dat juist deze hoeve een der
eersten was waarvan speciaal de verwoesting gelast is.
Volgens de laatste berichten vertrekt lord Wolseley
de voorganger van Roberts als opperbevelhebber van het
Engelsche leger, eerstdaags naar Kaaps ad, zoo het heet
DOOR
45)
«Dat geloot ik niet, Hanne. Integendeel Zij wilde
volstrekt dat hij je zon nareizen."
»Ja 't mocht watpruilt Hanne. Waarom is hij
dan hier gebleven En ze ziet Eva plotseling zoo strak
in het gelaat, alsof haar daarin iets heel bjjzonders treft.
«Dat weet ik niet," antwoordt het jonge meisje en voelt,
hoe een donkerroode blos haar bij dien blik naar voorhoofd
en wangen stijgt.
»Och heden neen 1" zegt Hanne, op lang gerekten toon.
»Nu, 't kan mij ook niets schelen, hartkloppingen zal ik
er niet van krijgen. Ook zonder hem hebben we ons best
kunnen schikken 1 Ulla Lindner kent Berlijn op een prikje
en de anderen ook jammer dat ik al weg moest, ik reis
niet graag alleen. Gelukkig dat Finbendorp ook terug
Zij zwijgt eensklaps, alsof ze al te veel gezegd heeft,
en vraagt haastig«Gij blijft toch zeker bij moeder totdat
zij beter is
»Neen I"
»Wel, en wie moet haar dan oppassen roept Hanne
driftig.
«Ik dacht, dat gij dit op je zoudt nemen, Hanne,"
«Ik Ik heb zoo ontzettend veel in de huishouding te
doen! Neen, hoor eens. Eva, gij moogt niet heengaan, ik
kan niet dag eu nacht daar boven blijven. En Karei zal
't bij moeder nu wel voor goed verkorven hebban, dus
moet gjj wel blijven en laat zij er onbeschoft op
volgen, terwijl ze haar bord van zich afschuift, mes en
vork kruiselings daarop legt en met de armen over elkaar
«voor particuliere belangen en voor zijn genoegen." Het
is echter bij den huidigen stand van zaken kwalijk aan
te nemen, dat de reeds bejaarde generaal »voor zijn
genoegen" naar Zuid-Afrika zoude gaan. Men verdiept
zich derhalve in velerlei gissingeneen der bladen
beweert, dat lord Wolseley met een vredeszending belast
zoude zijn.
Sedert het uitbreken van de pokken-épidemie te Londen
in Augustus van het vorig jaar zijn aan deze ziekte
766 lijders be .weken. Verleden week alleen stierven 80
lijdersvan wie 52 boven 20 jaar. Tot dasver is dit
weekcijfer het hoogste dat tijdens de epidemie vermeld
moest worden.
ITAIiIE. Den 15 verklaarde minister Privetti in
antwoord op een vraag betreffende mogelijke interventie
in den Zuid-Afrikaanschen oorlog, dat er geen hoop be
staat, dat Engeland daarop zoude ingaan.
De minister verklaarde zich eeusgezind met de afge
vaardigden, die een vraag stelden over het eind van den
oorlog, die aan beide zijden zooveel edel en grootmoedig
bloed doet vloeien, maar hij kan zich niet veroorloven
een initiatief te nemen zonder kans van slagen. Deze
verklaring, zeide hij, is geen bewijs van een ver
koeling in de betrekkingen met Eugelandhet herstel
van de goede betrekkingen met Frankrijk üeeft ook niet
de traditioneele Britsoh-Italiaansche vriendschap verstoord.
De jongste uitlatingen van den heer Chamberlain, toen
hij een voorschrift wijzigde, dat ons gevoel kwetste, ba-
wjjzen, dat de betrekkingen tossehen Italië en Engeland
nooit hartelijker waren.
De afgevaardigde Engel sprak tegenover de jongste
edelmoedige daad van de Boeren de hoop uit, dat de
Italiaansche regeeringop de wijze die haar het best
donkt, een woord van verzoening zal spreken. Hij voegde
daarbij te hopen, dat de rechten der humaniteit spontaan
zullen worden erkend door het groote Britsehe volk.
ZUID-AFKMt 4. Na de nederlaag van Methuen
(waaromtrent nog steeds meer nauwkeurige gegevens ont
breken of achtergehouden word m), zwijgt Kitchener over
ai wat belangrijk is te weten,'inet name over de vraag
wat er van da kolonnes van Kekewich en Grentell, die
met Methuen te zamen zouden opereeren en zich iu dezelfde
streek bevonden, geschied is. Zijn zij, op het bericht van
de ramp, teruggetrokken, en zoo j i, waarheen, of zijn zij
wellicht op hunne beurt door de la Rey aangevallen, en
wat was daarvan de uitslag
Het eanige nieuws, dat sedert doorgelaten is, doet
zien, dat de jongste «omsingeling" van Steyn en de Wet
weder mislukt is. Het" telegram, waaruit dit blijkt, is te
typisch Eugelsch en te duidelijk besnoeid om het nier
niet als curiositeit in zijn geheel te geven. Het luidt
als volgt
Heden den II beëindigde Kitchener zijn groote drijf
jacht. De operaties hadden weer plaats binnen de blok-
huizenlinie Heilbron, Frankfort, Lindley Bethlehem,
Harrismith. De beweging in deze jacht was dezelfde als
voor de vorige.
op de tafel leunt, om te toonen, dat zij genoeg gegeten
heeft «mij dunkt, dat gij 't waarlijk ook verplicht zijt
voor al de weldaden, die moeder je levenslang heeft bewezen 1"
«Daaraan behoeft g ij mij niet te herinner n I antwoordt
Eva uiterst bedaard. «Als ik desondanks niet hier blijf, heb
ik daarvoor mijn goede redenen." Zij staat op, inne lijk
diep verontwaardigd.
Op dit oogenblik komt Amalie haastig binnen en roept:
«Juffrouw, Madam heeft naar u gevraagd, goed bij haar
verstand, alleen met wat zwakke stem 1"
Eva snelt onmiddelljjk naar boven. Als zij zich over de
zieke heenbuigt, zoeken de ingezonken oogen van de oude
vrouw met ontwakend bewustzijn de haren en ziet zij een
zeer zwakke hand naar zich uitgestoken. «Eefje, bij mij
blijven Alsjeblielt bij mij blijven mompelt zij. En het
jonge meisje antwoordt, zonder zich te bedenken «Ja, mjjn
beste tantetje, zeker blijf ik bij u, houdt u maar kalm!"
Daarop zinkt de zieke in haar half bewusteloozen toestand
terug.
Eva begrijpt thans, dat ze niet mag en niet kan heen
gaan, eu ais Karei BUdauf 's avonds laat in de zieken
kamer komt, onder het voorwendsel van te vragen of 't waar
is dat zijne moeder haar herkend heeft, zegt Eva «Ja
En dan laat zij er op volgen: «Ge hebt straks gevraagd
oi ik hier wil blijven om haar verdor te verplegen
«En gij hebt toen geantwoordNeen 1"
«Ik kom daarop terug. Ik zal bljjven totdat tante weer
in staat is naar Hohenburg te gaan."
Hij buigt zich tot haar over en ziet haar in de oogen,
alsof bij zich wil overtuigen, dat zij 't werkelijk meent
Om zija mondhoeken speelt een glimlach, die haar be
vreemdt, een zegevierend glimlachje, dat haar pijnlijk
aandoet.
Den volgenden morgen zitten dokter Ahrens, Manrits
en Karei in de eetkamer aan het ontbijt. Zij zijn juist van
de zieke gekomen en hebben haar goed by kennis aan
getroffen.
«Maar nu breekt de moeilijkste tijd aan," zegt de jonge
geneesheer. «Elke emotie, van welken aard ook, moet de
patiënt bespaard blijven, dat kan ik je niet genoeg op het
Verschillende naoeielijkheden deden zieh echter voor bij
deze operaties daar da Boeren door de vorige tochten
onrustig waren.
In den nacht van den 9eu was er etn linie geformeerd
tusschen Lindley en Franfort, meest langs de Lieben-
bergvlei. Volgens de beste informaties waren de Wet en
Steyn ingesloten.
In de nachten van den 6en en 8en trachtten de Boeren
te vergee's door de Britsehe linie te breken. Zij moesten
onder een hevig vuur van de infanterie terug trekken.
Den 9en Maart moest de helft van Rimington's macht
voorwaarts naar het vereenigingspunt aan de Rhenoster
rivier en de Elandspruit, met het doel om de Boeren te
verhinderen een geconcentreerde aanval te doen.
De geheele linie trok den lOen vooruit. Vele Boeren
kropen door de westelijke hoofdlijn en nog vóórdat de
kolonnes werkelijk in de linie waren opgerukt voor deze
vervolging, brak do Wet, alle gevaar trotseerende, door
de hoefdlinie voor dat deze versterkt was.
LONDEN17 Maart. In het Lagerhuis diende Sir
Henry Catnpbell Biunermau een motie in, waarin wordt
gevraagd een onderzoek in te stellen naar alle contracten,
door het departement van oorlog aangegaan voor de
leveringen ten behoeve van het leger in Zuid-Afrika.
De minister Brodrick zeide dat de regeering geen
onderzoek kan toestaan gedurende den oorlog, want znlk
een onderzoek zou de geheele administratie verlammen.
Het Departement van Oorlog beschnldigde Sir Henry
Campbell Binnerman de artillerie in 1895 in zoo onvol
doenden staat te hebben gelatendat wanneer toen
complicaties in Zuid-Afrika waren uitgebroken, Engeland
het land in drie maanden had moeten verlaten.
De la Rey en Metliaen.
LONDEN 17 Maart. De Daily Mail" vernoemt van
haren correspondent uit Klerksdorp van 13 dezer de
volgende bijzonderheden
Na Methuen's overgaaf behandelde De Ia Rey hem
met alle onderscheiding en voorkomendheid en gaf bevel
hem naar Klerksdorp te zenden ouder geleide van zijn
eigen neef en met den lsten officier van gezondheid.
Vele Boeren waren daar sterk tegen en organiseerden
zelfs een troep die lord Methuen naar het Boerenkamp
terugbrachtmaar Da la Rey bleef bij zijn bevel en
stelde trots de tegenwerpingen zijner lieden twee van
zijn eigen wagens ter beschikking van den gewonden
generaaldie hier dezen ochtend aankwam.
De la Rey gedroeg zich in deze geheele zaak met de
grootste menschlievendneid als een aanvoerder, die, hoe
schitterend ook in den strijd geen rassenhaat kent en
alle buitensporigheden zijner manschappen streng weet
te weren.
Hij vergunde lord Methuen aan zijne vrouw te seinen
en deed door zijne ouderwetsche ridderlijkheid denken
aan zijne voorvaderen de Hugenoten.
r
hart drukken. Begin nu niet weerom vergiffenis te vragen
of zoo, Karei. Het best is die zaak te laten doodbloeden."
«Ik deuk er niet aan," mompelt Karei.
«Da allexbedaardste oppassing en behandeling," gaat
Robert voort. »'t Spijt mij, nat Eva Hjj ziet Manrits aan
en haalt meegaand de schouders op.
«Eva heeft gezegd dat ze hier wil blijven," valt Kaïel
in, terwjjl hij het overschot van een flesch in zijn glas
nitschenkt.
«Ik dacht, datza met ons naar Hohenburg wilde gaan,"
zegt Manrits. «Gisteren ten minste had ze tot mijn spijt
daarop plan gemaakt!"
«Mij heeft ze ronduit geweigerd om hier te blijven,"
verklaart mevrouw Hanne, die zich juist bij het gezelschap
voegt en een afkeurenden blik werpt op de drie wijnflesschen
waarvan er twee al leeg zijn, terwijl de derde juist
door Karei wordt geopend «maar toen Karei 't haar
vroeg," gaat Hanne voort, den blik steeds op diens handen
gevestigd, die de kurk juist met behulp van een sierljjk
stalen instrnment uit den hals van de flesch ophalen, «maar
toen h ij 't haar vroeg," zegt zij nog eens, «toen hielp 't
Is 't met zoo, Karei
«Onzin 1" antwoordt hij, het voorhoofd fronsend, terwijl
hij de flesch op tafel zet en de vingertoppen aan zijn servet
afveegt. «Maar dat's zeker, Eva's besluit doet mij kolossaai
veel pleizier, want moeder kan aan geen beter handen worden
overgelaten, en 'bij alles wat mijn vrouw te doen heeft
en het echtpaar ziet elkander even in de oogen, een
dreigende blik gaat heen en weer «en bij al haar
maatschappelijke verplichtingen," laat hij er langzaam en
stekelig op volgen, «zou ze zeker niet de noodige kalmte
bezitten om een zenuwachtige patiënt te verplegen."
«Moeder merkt daar boveu niets van ons klein partijtje,"
zegt Hanne kool, «en ook in d&t opzicht heeft men pliehten
te vervollen. Wij nemen uitnoodigingen aan en moeten dns
op onze beurt ook gasten verzoeken. En we dansen toch
ook niet
«Bij gebrek aan dames!" merkt Karei spottend aan.
«Neen, omdat 't een heerendiuer is," valt Hanne schielijk
iu. »Wij wachten je stellig ook, Manrits."