ONGEVALLENWET.
Op de Waterhoeve
No. 43. Ëerste blad.
Honderd en vierde jaargang.
1902.
WOENSDAG
9 APRIL.
Buitenland.
feuilleton.
W. Heimburg.
Vertaling van HERMINA,
ALKMAARSCHE COURANT.
Deze Courant wordt Dinsdag-, Donderdag
en Zaterdagavond uitgegeven. Abonnementsprijs
per 3 maanden voor Alkmaar f 0.80 franco door het
rijk f 1,
3 Nummers f O,«6. Afzonderlijke nummers 3 ets.
Prijs der gewone advertentlën i]
Per regel f 0,15. Groote letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de Uitgevers HERMs. COSTER
ZOON Voordam C 9.
Telefoonnummer 3.
H 1 11 (1 1* W 6 t. I 0C Dinnenwaiereu --- -
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van Alkmaar daaronder begrepen, ook als zij geregeld van het buiten-
r-, t TT- ii i 1 i r,Viof vm«r o r». ru rtn o r -
brengen, ingevolge art. 8 der Hinderwet, ter openbare
kennis, dat zij in hunne vergadering1 van April 11.
vergunning hebben verleend aan do heeren Th. VAN
SPALL en Mr.W. P. A. VERHOEPF, tot het oprichten
van eene stoomwasch- en strljkinrlchting op
een perceel weiland aan den Westeiweg, nabjj de Hoe-
vervaart, kadastraal bekend in Sectie E, no. 1932.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
Alkmaar, G. RIPPING Voorzitter.
7 April 1902. O. D. DONATH Secretaris.
(Formulier van aangifte, bedoeld
ln Art. 34 der Wet.)
Het BESTUUR der RIJKSVERZEKERINGSBANK
maakt bekend, dat allen die een of meer personen in
dienst hebben voor de uitoefening van een verzekerings-
plichtig bedrijf, daarvan aangifte behooreu te doen, bij
een formulier, dat van 10 April e.k. af kosteloos ver
krijg baar is aan alle postkantoren, bij- en hulppostkantoren,
en dat, na iu tweevoud ingevuld en onderteekend te zijn,
aldaar weder moet ingeleverd worden na 15 April en
vóór 1 Jnni e.k. tegen bewijs van ontvangst.
De kantoren zijn tot dit doel geopend op allo werk
dagen op de gewone kantoororen, doch niet na 3 uur
(Amst. tijd.)
VERZEKERINGSPLIOHTIG zijn
I. Alle bedrijven, waarin ten behoeve van het bedrijf
eenig krachtwerktnig (stoomwerktuig, gas-, petroleum-,
benzine-, heete lacht-, water-, electromotor-, wind-, water-
of door dieren gedreven molen enz.) wordt gebruikt, of
waarin toestellen gebezigd worden, die stoom of gassen
onder druk bevatten, als nader o mschreven in hetKoninklijk
Besluit van 12 December 1901 (Stbl. No. 266
Uitgezonderd zijn de bedrijven van landbouw,
veehouderij, tuinbouw en boschbonw, de schipperij en
visscherij buiten de rivieren en binnenwateren die in geen
geval verzekeringsplichtig zijn.
II. De navolgende bedrijven, ook wanneer daarin geen
krachtweiktnig wordt gebezigd
1°. de meeste bed rij ven van fabrieks- en handwesks
nijverheid, de boawbedrjjven en aanverwante vakken
daaronder begrepen.
Uitgezonderd zijn ia hoofdzaakhandweverijen,
confectiebedrijven, hoedenmakerijen, vervaardiging^ van
vrouwelijke handwerken, schoen makergen en inrichtingen
voor stroobewerking, deze beide voor zoover die alleen
met gereedschap,en en niet met werktuigen worden uit
geoefend, sigarenmakergen, kaasmakerijen, die geen stoom
ketel gebruiken en boterfabrieken, die zonder centrifuges
werken, bakkerijen, wasch- en strijkinrichtingen deze
alle slechts dan als zij ten behoeve van het bedrijf geen
krachtwerktnig bezigen
2°. de bedrijven van scbippe.s, die uitsluitend de rivieren
en binnenwateren bevaren, d Zuiderzee en de Wadden
daaronder begrepen, ook als _~-0-
land komen of naar het buitenland gaan, het veerschippers
bedrijf en de visscherij op de rivieren en binnenwateren,
de Zuiderzee en de Wadden daaronder begrepen.
Uitaezouderd is het schippersbedrgf, als het uit
geoefend wordt met één schip van niet grooter inhoud,
dan 60 M3., geen stoom- of motorboot zgnde
3°, de bedrijven van vervoe: van personen en goederen,
rijpaarden- en ballastondernewmgon daaronder begrepen,
het laden en lossen, stapelen, wegen, meten en wegbergen
van goederen, het bergen van schepen en ladingen, het
exploiteeren van droogdokken on hot bedienen van sluizen
en beweegbare bruggen
4°. De bedrijven van straat- en govelieimging, van weg
halen van asch ol vuil, van mestbereiding, het lompeu-
sorteerdersbedrijf, het lantaarnopstekers-, het schoorsteen
vegers- en het brandweerDediijf
5°. het vervenersbedrjjf, het ontginnen van mijnen en
groeven, het delven van ijzererts, grint of keien, het
exploiteeren van abattoirs en het slaehtersbedrgf, het
vischdrogers-, vischrookers en vischzontersbedrgl en het
gistpakkersbedrijf
6°. het apothekersbedrijf, het bedrijf uitgeoefend m
laboratoria, ook ten dienste van het onderwijs, en verder
alle bedrijven, waarin ontplofbare of vluchtige licht ont-
brandbare stoffen, of wel stoffen, welker dampen met
lucht vermengd ontplofbare mengsels opleveren, als opge
somd worden in het Koninklijk Besluit van 5 Februari
1902 (Stbl. N. 22), vervaardigd, bewaard, vervoerd ot
ten behoeve van het bedrgf, ewoonlijk in grooter dan
daar aangegeven hoeveelheid gebruikt of verwerkt worden,
alsmede de handel ia zoodanige stoffen, als de handelaar
ze gewoonlijk in grooter dan daar aangegeven hoeveel
heid in voorraad heeft.
Bij de bovenvermelde aangifte-formulieren wordt ver
strekt een bijlage, bevattende een meer uitgewerkte lgst
van de verzeseringsplichtige bedrijven, benevens den tekst
der Koninklijke Besluiten onder I en II No. 6 bedoeld.
Wie in onzekerheid verkeert of zijn bedrgf verzeke
ringsplichtig is, wordt in zg?" belang aangemaand toch
de formulieren ia te vullen en in te leveren, op welke
hij de gronden voor zijn twijfel kan vermelden. Het joe-
stnnr der Rijksverzekeringsbank zendt hem bericht, indien
is gebleken, dat het bedrijf inderdaad niet verzekerings
plichtig is. Wie de aangifte van een verzekeringsplichtig
oedrijl verzuimt, is strafbaar volgens de wet
Te beginnen met bet tijdstip, waarop art. 1 der Onp
vallen wet 1901 zal worden ingo oerd en das de verzeke
ring der werklieden tegen bedrijfsongevallen een aanvang
zal nemen, van welk tijdstip nader aankondiging zal ge
schieden, zijn de werkgevers verplicht loonlijsten aan te
honden en aangifte te doen van ongevallen, een en ander
volgens nader vast te stellen formulieren.
Het BESTUUR der
RIJKSVERZEKERINGSBANK
Amsterdam. 5 April 1902.
DOOR
52)
Eva heeft eensklaps een kreet geslaakt, vol ontzetting
slaat zij éen moment de oogen naar de oude dame op
dfbn verbergt ze diep beschaamd en bedroefd het hoofd in
haar schoot.
»Ga weg roept Madame met al de kracht, waartoe
zij in staat is, Hanne toe. En Hanne gaat heen.
Een lange poos blijft 't stil. De handen van de oude
vronw omvatten het hoofd van het meisje ijskond drukken
ze tegen de gloeiende wangen. »Eefje," fluistert zij ein
delijk, »kind, is dat waar Is 't waar
Het meisje slaat de armen nóg vaster om haar heen,
ze schuift op de knieën nóg dichterbij, ze drnkt het hoofd
nog stijver tegen haar aan dit is het eenige, niet
twijfelachtige antwoord.
En 'tis alsof Madame plotseling de schellen van de
oogen vallen, ze begrijpt op eens alles alles het weg
blijven van het meisje, toen Karei verloofd was, haar ziekte
haar weigering om de vrouw van Manrits te worden
en een diepe smart maakt zich van haar meester over het
jonge hart, dat door haar zoon is bedrogen in het, hoogste
en beste in het vertrouwen op de menschbeid.
«Eefje, wanneer was dat dan vraagt zij met bijna
onhoorbare stem. «Was 't kort voor zijn verloving met
Hanne
Het meisje knikt toestemmend.
Kreunend laat de onde vrouw zich achterover in haar
stoel vallen. «Trek 't je maar niet aan, kind Hij is
't niet waard 1" prevelt zij.
»Zeg dat niet! Zeg dat niet!" roept Eva opgewonden.
Hij is niet slecht, nen, dat is hij niet Als gjj hem
niet gedwongen hadt om Hanne te te Zij is
opgesprongen en staat nu voor de oude dame als een
vrouwelijke rechter. De jarenlang onderdrukte smart doet
haar thans alles vergeten en alle slagboomen omver
werpen.
«Gij ook, Eva Maar weet ge dan niet doch neen,
hoe zoudt ge 't knnnen weten, waarom ik
»Ik wil ook niets weten, ik weet genoeg, ik weet
dat gij
»Ge weet er niets van I" zegt Madame, en opstaande
gaat zjj met den wankeleoden stap van een herstellende de
kamer door naar het schelkoord, en als Amalie haastig
binnenkomt, beveelt zij»St,uur een bode naar mijn zoon
te Hohenbnrg, hij moet mij terstond het rijtuig staren, mijn
lichte kalesen help mij dan mijn koffer te pakken 1"
Als het meisje vertrokken is, neemt zij E va bij de hand
en voert haar naar de sofa.
«Ga zitten, kind Ik neem 't je niet kwalijk, ik ben
niet boos op je, ik heb te veel medelijden met je."
Schroomvallig streelt zij Eva s wang en gaat daarop weer
stil in baar stoel zitten
Na een korte poos komt Amalie terug. Ze had een
bode gestuurd en of ze na kon pakken
Terwijl zij Eva voorbijgaat om in de slaapkamer aan
het werk te gaanziet Madame dat zs een briefje naast
Eva op bet sofaknssen legt eu het jonge meisje even aan
raakt om haar hierop attent te maken.
Eva let hierop nauwelijks, doch Madame zegt»Geef
mij dien brief, kind
«Maar hij is voor de juffrouw," antwoordt Amalie, het
convert weer opnemend. Nn strekt Eva echter de hand
daarnaar nit en als zij den inhoud gelezen heeft, reikt zij
't de onde dame toe. Maar deze zegt»Lees t mij voor,
kind En Eva leest
«Eva, ik smeek je, doe alles wat ge kunt om mij mot
mijne moeder te verzoenen. Zij houdt zooveel van je en
zal 't jou niet weigeren, als gij haar verzoekt of ik haar
vergiffenis mag vragen eer ze dit huis verlaat. Ik ben
CHINA. Volgens het »Berl. Tageblatt" zonden de
berichten omtrent den opstand in Znïd-Ohina zeer over
dreven zijn.
Hoewel eenige overeenkomst hebbende met den laiping-
opstand, mist de tegenwoordige beweging de kracht en de
uitbreiding vau dien opstand. Haar doel schijnt meer
tegen de dynastie dan tegen de vreemdelingen gericht te
zijn. En de omvang der beweging maakt vooralsnog het
ingrijpen der internationale troepen in China onnoodig.
Da belastingheffing voor de delging dei schulden, die
eeu g 'volg zijn van de onlusten van 1900 en 1901,
moesten juist in het gebied ten zuiden van de Yangtsó-
kiang, dat aan die. onlnsten in het geheel niet had mede
gedaan, verontwaardiging en ontstemming wekken. En
die ontstemming werd nog meer aangewakkerd door den
ontzettendan hongersnood, die in dit sterk bevolkte deel
des lands heerscht.
De Regeering te Peking beweert over een voldoende
troepenmacht ter plaatse te beschikken, om den opstand
te dempen.
BSIOEIiAND. Den 7 verklaarde minister Balfonr
in het Lagerhuis, dat hij omtrent de vredesonderhande
lingen geen inlichtingen kon geven. Dit is auders wel
noodigl de Engelsche pers weet werkelijk niet meer,
waaraan zich vast te houden. Terwijl eenerzijds geseind
wordt, dat Steyn, Burger, de la Rey en de Wet te zamen
vergader©», meldt Kitchener nit Pretoria, dat de la Rey
bij Driekuil een flinke «nederlaag" leed. Dat deze «neder
laag" den Engelschen 27 dooden en 152 gewonden gekost
heeft, blijkt achteraf nit de verlioslijsten.
Moet men nit deze tegenstrijdige berichten opmaken,
2oo vragen verscheidene Engelsche bladen zich af,
dat de Boerenleiders niet of althans niet allen bijeenge
komen zijn, doch tnsschen eenigen huneer slechts brief
wisseling over do vrede plaats vindt In dat geval is
zeker de toch reods kleine kans op een spoedig einde van
den krijg, voorgoed verkeken.
FftAIUSUK. De sympathie van het geheels
Fransche volk voor de Boeren neemt, zoo mogelijk, met
den dag toe; de voortdurende offervaardigheid bewijst
dit. Thans is te Parijs een tentoonstelling geopend van
700 kunstwerken, door Fransche kunstenaars vervaardigd
en aangeboden tan einde ten bate van de vrouwen en
kinderen in de concentratie-kampen verloot te worden.
Qp zpa aanbod een ambulance naar Znid-Afrika t©
zenden, ontving graaf do Viilebois-Mareuil het volgende
antwoord van de Bntsche Regeering:
«Da minister van Oor og twijfelt geen oogenblik aan uwe
goede trouw in deze zaak, maar het is onmogelijk vol
doende waarborgen te erlangen ten aanzieD van t door
onzijdigen naar hot oorlogstooneel gezonden ambulance
personeel, waarborgen, welke men ongelukkig niet missen
kan, na de ondervinding door Z. M's. Regeering gedurende
den' veldtocht opgedaan, daar eene dergelijke ambulance
van de gelegenheden, welke zij zal aantreffen, misbruik
wanhopig er hangt zooveel van af of ik mij al dan niet
met haar verzoen Help mij, Eva 1'
Ik wil hem niet zien," verklaart Madame onverbid
delijk. Eva verroert zich niet, ze doet geen goed woord
meer voor hem.
«Als gij je wat beter voelt, pak dan je^ dingen bijeen,
't Wordt tijd dat gij ook naar huis gaat."
Als Eva de kamer heeft verlaten, komt Amalie haar op
den overloop te gemoet. «Wat is het antwoord voor mijn
heer
«Zeg hem dat madame Baldauf vandaag nog niet wel
genoeg is om mijuheer te spreken en dat ik hem laat ver
zoeken, geen verdere moeite daarvoor te doen. t Komt
vandaag niet gelegen."
Amalie gaat heen. Met bevende handen brengt Eva haar
boeltje bijeen; zij, die anders zoo netjes is, werpt nn alles
door elkander in de reismand. Ze voelt zich uiep terneer
geslagen op haar vreeselijke opgewondenheid is ontspan
ning,0 is volslagen afmatting gevolgd; ze verlangt niets
anders dan om maar dood te gaan. Ze zit in een hoek van
de sofa gedoken en houdt haar hoofd met beide handen
vast als onstuimige golven stormen de gedachten op
haar aan, totdat ééne zich eindelijk verheft en al de anderen
tot zwijgen brengt, alsof daarop olie is uitgegoten Iets
vreeselijks, iets stuitends heeft haar getroffen, iets, waarvan
zij eerst op dit oogenblik tot volle bewustzijn komt, en dat
op het beeld van den man, dien zij zoo liefgehad, zoo innig
betreurd en zoo diep beklaagd heeft, een afschuwelijk ge
meen licht werpt. Hoe weet Hanne, dat Karei haar gekast
heeft Dat moet h ij haar gezegd hebben 1 Hij heeft haar
verraden aan die vronw, die hij niet eens liefheeftHoe
zal Hanne gelachen eu daarin gejuicht hebben
Met groote, ontzette oogen zit zij voor zich nit te sta
ren ze huivert, 't is alsof iets binnenin haar is gestorven,
zoo stil word. 't daar alleen de walging blijft, Zoo zit
zij lang, totdat de huishoudster na een paar uren bij haar
komt.
«Jnffronw, het rijtuig nit Hohenbnrg is voor, maar de
onde Madam moet eerst wat eten om krachten op te doen
voer de reis. Zeg haar dat en eet zelve ook iets!"