u april. No. 44. Honderd en vierde jaargang. 1902. "V R IJ D A G Zitting van den Gemeenteraad op Woensdag 9 April 1902 ALKMAARSCHE COURANT. Deze Courant wordt Binsdag-, «onderdag en Zaterdagavond uitgegeven. Abonnementsprijs por 3 maanden voor Alkmaar f 0.80 franco door het gebeele rijk f 1, 3 Nummers f ®,06. Afzonderlijke nummers 3 ets. mi Prys der gewone advcrteiiiii5n Per regel t' 0,16. Groote letters naar plaatsruimte. Brieven franco aan de Uitgevers HERMs. COSTER ZOON Voordam C 9. T e I c l'o o i.i 11 »n Kt er 3. TAI Al/KJIVAIl, De heer Kraakman meent, dat in elk geval <ie punten der vorige vergadering voor dienen te kmi. Alzoo wordt besloten:, 2. Voorstel tot afstand van grond en water op Klein Hargen. 's namiddags 1 uur. Tegenwoordig 15 leden. Afwezig met kennisgeving de heer de Groot wegens uitstedigheid, da heer Stoel wegens ziekte. Voorzitter: de heer G. Ripping, burgemeester. Secretaris de heer 0. D. Donath. De notulen vau de vorige vergadering worden gelezan en goedgekeurd. Mededeellngen en Ingekomen stukken. Ingekomen zijn: a. een adres van Mej. H. A. van der Sluis, onder wijzeres aan de Meisjesschool met verzoek om eervol ontslag tegen 1 Aug. a.s. Eervol verleend. b. Procesverbaal der kasverificatie ten kantore van den gemeente-ontvanger op 29 Maart jl. De inkomsten bedroegen f 538.057.93, de uitgaven f 514.517.87J, zoo dat in kas was een som van f 23.540.05J. Na een in lichting aan den beer Kraakman voor kennisgeving aangenomen. c. Provinciaal Biad No. 45, met de mededeeling, dat de rekening over 1901 moet worden ingezonden vóór 81 Aug. a.s. d. Brief van Ged. Staten ter goedkeuring van het 2e suppletoire kohier van den Hoofdelijken omslag, dienst 1901. c. Idem ter goedkeuring der le suppletoire begrooting, dienst 1901. f. Idem ter goedkeuring van het raadsbesluit in zake de rechtsvordering tegen de maatschappij tot exploitatie van waterleidingen. g. Idem van het besluit in zake de rechtsvordering tegen Timmerman, korenmolenaar te Sint Paucras, we ens aan de gemeente berokkende schade. h. Brief van Ged. Staten naar aanleiding van het bezwaarschrift tegen zijn hoofdelijken omslag van P. van de Poll. De beslissing is conform het raadsbesluit. i. Idem ter goedkeuring van het raadsbesluit in zake overname van straten van de Woningmaatschappij Alkmaar. k. Idem ter goedkeuring van het besluit omtrent de onderhandsche verhuring van den kelder onder hetaccijns- gebonw. Al deze missives worden voor kennisgeving aangenomen. I. Dankbetuiging van den heer C. A. Grootegoad voor zijn benoeming tot adjunot-directeur der gem.-reiniging Alsvoren. m. Adres van de coöperatieve Bouwvereeniging »Ken nemerland" omtrent de inrichting van een bouwterrein. Gesteld in handen van B. en W. om bericht en raad. n. Adres van den heer P. EL Groebe met verzoek den telefoonpaal voor zijn perceel te doen wegnemen De Voorzitter herinnert er aan dat deze zaak reeds werd besproken in de zitting van 10 Juli 1901. Dat toen door den heer Kraakman word opgemerkt, dat B. en W. gemachtigd zijn de plaatsen voor de tele foonpalen aan te wijzen doch dat ten allen tijde door den Raad een andere beslissing kan worden genomen. Toen echter heeft de raad gemeend de beslissing te moeten laten aan B. eu W. Deze zjjn nog steeds met den heer Pot in onderhandeling omtrent deze zaak terwijl de heer Boelmans ter Spill (wethouder) nader met den heer Pot over de plaatsing van dien paal zal confereeren men hoopt dan de zaak te beëindigen. De heer Boelmans ter Spill merkt op dat in de vergadering van B. en W. reeds mot den heer Pot een en ander is besprokenen dat deze te kennen had gegeven, dat die paal uit «Telefonisch'' oogpunt zoo goed staat. De heer Kraakman zegtdat die paal niet alleen daar staat ten uadeele van den heer Groebe, maar dat ook anderen daarvan schade kunnen ondervinden. Bovendien in de Krebbest-eg is een druk verkeer, de toegang mo't zooveel mogelijk vrij blijven. Hij hoopt dat B. en W. in een volgende vergadering nadere mededeeling in deze zuilen doen. De heer Cohen Stuart viudt bij dit punt gelegen heid enkele opmerkingen te maken, ook omtrent de plaat sing van andere palen, die wezenlijk niet tot verfraaiing dienen. Nadat door den heer Kraakman met een enkel woord er op is gewezen, dat de gemeente ook zeker zoo veel mogelijk tegemoet moet komen aan de firma Pot, daar de telefoon toeh werkeljjk in het belang der gemeente is, wordt het adres gesteld in handen van B. en W. n. Adres van de afdeeling Alkmaar van den Bond van Ned. onderwijzers, betrekking hebbend op de voorstellen van B. en W. tot wijziging der verordeningen op het lager onderwijs. Te behandelen bij punt 8 der agenda. Aan de orde is thans punt l der agenda. De heer Moens stelt voor, daar hp de vergadering niet tot het eind kan bijwonen, eerst de onderwijsver ordeningen te behandelen daar hij er prijs op stolt daar bij tegenwoordig te zijn. Dit voorstel* werd in ue vergadering van AMatliu aan gehouden. De Voorzitter deelt thans mede, dat de firma D. Bosman volgens ontvangen bericht er geen bezwaar in" ziet dat de bedoelde grond wordt afgestaan aan den heer C. Bosman. In verband met dit schrijven hand haven B. en W. het vroeger door hen ingediende voorstel. De heer Kraakman zegt, dat de raad in de vorige vergadering meende niet te kunnen meegaan, daar het naar zijne meening niet aanging grond af te staan aan een ander dan den industrieel, die de grond tot nog toe in gebruik had. Nu kan de raad op het voorstel vau B. en W. ingaan doch na voorleziug van het besluit, wijst hij er °op, dat men niet kan verkoopen aan den heer Stoel, wat nog in huur is bij den heer Bosman. De raad wist in de vorige zitting niet, op welke voor waarde en onder welken term de grond aan den heer Bosman was in gebruik gegeven in huur, gebruik of recognitie. Daarop moest eeD positief antwoord door B. en W. worden gegeven ei dat heeft men nu nog niet. De heer de Wit meent, dat na de breedvoerige bespreking dezer kwestie in den raad, verondersteld mag worden, dat de heeren Bosman en Stoel elkander niet zullen 'tegenwerken en voorziet dus geen verdere moei ljjkhedeu. vrr.. De heer Kraakman is dat met den heer de Wit eens, maar toch diende de raad te weten, wat er van de zaak was en eenigszins verwijtend herhaalt hij, dat B. en W. geen voldoende inlichting hebben gegeven. De Voorzitter merkt op, dat dit verwjjt geen grond heeft, daar er in het archief over de zaak niets was te vinden, waarop da heer Kraakman aanvoert, dat toch bekend moet zijn, de quitantie van den gemeente ontvanger zon dat kunnen aanwijzen, waarvoor de jaar- lijksche som door den heer Bosman wordt betaald. Nadat ten slotte door hem is voorgesteld in het besluit in te lasschen, dat de overdracht niet zal plaats hebben dan bjj het einde van de huur, het gebruik of de recognitie- termijn, waaronder de perceelen op het oogenblik bezeten worden wordt het besluit met deze toevoeging goed gekeurd. 3. Voorstel tot verleenen van eervol ontslag en pensioen aan den opzichter der plantsoenen A. van Kleef. Over een voorstel van de heereu Glinderman, Kraak man en de Wit om het pensioen te verhoogen en van Kleef nog enkele diensten te doen presteereu staakten de stemmen. De Voorzitter doet thans mededeeling van een schrijveD van den heer van Kleef, waarbij hij zijn in genomenheid betuigt met het voorstel van B. en W., zonder eenige toevoeging. De heer Kraakman zou gaarne zien, dat B. en W nog moeite daden om van Kleef voor sommige diensten te behouden, een opdracht die naar de V oorzi tter zegt, B. en W. niet kannen aanvaarden Van Kleef be dankt er voor. De heer Boelmans tar Spill acht het het beste, dat het voorstel wordt ingetrokken. De heer Kraakman acht het voor den vorm beter, dat het met algemeene stemmen wordt verworpen. Alzoo geschiedt, waarop het voorstel van B. en W. om van Kleef een pensioen toe te kennen van f 468 per jaar wordt goedgekeurd. 4. Wijziging en opnieuw vaststelling van ver ordeningen op het lager onderwijs. In verband met art. 34 der leerplichtwet en art. 17 der wet op het lager onderwijs, stellen B. en W. voor in de verordening, regelende het openbaar onderwijs enkele artikels op te nemen tot regeling van het her- halingsonderwijs en het artikel betreffende de klasse- indeming der onderwijzers te doen vervallen. De voorstellen in zake het herhalingsonderwijs werden reads in hoofdzaak medegedeeld in de Alkm. Ct. van 2 April j.l. In zake de regeling der jaarwedden stellen zij voor te besluiten als volgt Art. 1. De jaarwedden van de hoofden der openbare lagere scholen bedragen voor: Het hoofd der Eerste gemeenteschool f 1200,— Tweede 1200, Derde 1200, Vierde 1200,— Burgerschool 1500, Meisjesschool 1500. Deze jaarwedden worden, tenzij daartegen overwegende bezwaren bestaan na tienjarigen dieast als hoofd aan een der scholen in de gemeente met f 100,— en na twintigjarigen dienst nogmaals met f 100,door B. en W. verhoogd den arrondissements-schoilopziener en de commissie °van toezicht op het lager onderwijs gehoord De hoofden der scholen genieten vrjje woning. Ingeval hun geen vrije woning kan verschaft worden, ontvangen zij eene vergoeding voor huishuur ten bedrage van f 400,— 's jaars. Art. 2 (door B. en W. gewijzigd). De jaarwedden van de onderwijzers, die de hoofden der scholen bijstaan, bedragen t 700. Deze jaarwedden worden, tenzij daar tegen overwegende bezwaren bestaan, na vjjf, tien, vijf tien eu twintigjarigen dienst aan een der gemeente scholen door B. en W. met f 50,— verhoogd den arrondi8sements-schoolopziener en de commissie van toe zicht op het lager onderwijs geboord. Hij die de akte van hoofdonderwijzer verkrijgt of verkreeg heeft aan spraak op eene verhooging zijner jaarwedde met f 100,— Aan de onderwijzers met verplichte hoofdakte die als zoodanig door den Raad zijn benoemd of bevorderd wordt bovendien eene verhooging hunner jaarwedden met f 100,— toegekend. De onderwijzer met verplichte hoofdaktedie buiten het geval van ongesteldheid van het hoofd der school met de waarneming zijner betrekking gedurende meer dan een maand onafgebroken is belast geweestheeft voor dien tijd aanspraak op eene belooning berekend naar f 200 's jaars. De verhooging der jaarweddon gaat m met den eersten dag van de maand, volgende op die, waarin de verhooging is "toegekend of waarin men daarop aanspraak heeft ge kregen. De tegemoetkoming in de kosten voor womnghunr aan gehuwde mannelijke onderwijzers, die den acht en-twin- tig-jarigen leeftijd hebben bereikt, bedraagt f 100 per jaar, terwijl die tegemoetkoming ook wordt uitgekeerd aan' weduwnaars (van denzalfden leeftijd) die een eigen huishouding hebben. Art. 3. De onderwijzers aan de Burgerschool en aau de Meisjesschool hebben voor het door hen te geven ^on derwijs in vreemde talen en in de wiskunde aanspraak op eene verhooging met f 75 voor ieder dezer vakken, waarin zij, krachtens hunne aanstelling ot eene andere opdracht van burgemeester eu wethouders ouderwijs geven. Voor het bezit eener akte M. O. in deze vakken wordt f 50 meer toegekend. De onderwijzeressen aan de Meisjesschool en aan de Burgerschool, die krachtens hare aanstelling of eene na dere" opdracht van burgemeester eu wethouders worden belast met bet geven van onderwijs in de nuttige en fraaie handwerken buiten de gewone schooltijden, hebben daarvoor aanspraak op eene verhooging harer jaarwedden met f50. Verder wordt voorgesteld voor de herhalingsscholen vast ta stellen een schoolgeld van 1,50 per kwartaal voor I kind voor twoe kinderen f 1 per kind en voor elk kind meer f0.50. De Voorzitter geeft vooraf gelegenheid tot het maken van algemeene beschouwingen. Da heer D e W i t zegt met veel belangstelling kennis te hebben genomen vau de voorstellen. Het is hem daar uit gebleken, dat B en W getracht hebben het financieele lot der onderwijzers te brengen op een standpunt waarop het behoort. Reeds dikwijls is er over gesproken en ge zegd, dat de onderwijzers niet worden beloond naar de diensten, die zij prestoeren. Door deze voorstellen geven B en W blijk dat zij aan deze zaak de noodige aandacht hebben geschonken. Het doet hem genoegen, dat de hoofd zaak van de wijziging is de verbetering der salarissen van het onderwijzend personeel en hij hoopt van harte dat deze poging van B. eu W. mag slagen. De heer Kraakman herinnert, dat deze voorstellen te danken zijn aan de wet op de leerplicht. Daarin is sprake van het herhalingsonderwijs dat in tegenstelling met vroeger imperatief wordt voorgeschreven. Dat danken we aan de wet op de leerplicht. Voor zich zelf is hij altjjd dankbaar geweestdat die wet is aangenomen. Bjj het bestudeeren der stukken heeft hij Kennis ge nomen van den staat, door B. en W. daaraan toegevoegd, waaruit de vermoedelijke gevolgen blijken van de aan neming van het aanhangige voorstel. Da uitgaven voor het onderwijzend personeel zullen daardoor reeds in het loopende dienstjaar stijgen metj f 4250 en de huishuur inbegrepen tot f 6350. Noodwendig zal die meerdere uitgaaf in de volgende jaren nog hooger worden. B. en W. zeggen zei ven, dat, indien ieder tot zijn maximum komt, de uitgaven zelfs met f 12400 zullen stijgen. Dat geval zal zich echter, dit geeft hjj gaarne toe, nooit voordoen verschillende mutatien zullen er altijd blijven. Tegenover die niet onbelangrijke stijging van kosten staat een slechts geringe vermeerdering van subsidie van het rjjk, pl.m. f 2000. Onder die kosten zijn nog niet begrepen de uitgaven voor het berhahngsonderwijs, die noodzakelijk zijn ten gevolge van de wet. Omtrent die kosten vindt hij niets medegedeeld, daarom zou hij B. en W. willen vragen, ot het niet mogelijk is te dien opzichte nadere inlich tingen to verschaften. De heer Boelmans ter Spill meent, dat B. en W. moeilijk daarop een antwoord kannen geven. Alles hangt af van den omvang, dien het herhalingsonderwijs zal nemen. Wat is aangegeven is de bydrage van het rjjk, maar voor het overige is niets te bepalen. De heer Moens betreurt het, dat het herhalingson derwijs niet kosteloos kan worden gegeven en zal bij het desbetreffende artikel een verlaging der schoolgelden voorstellen. Hjj is niet zoo bang dat dat ouderwijs zoo duur zal worden. Naarmate er behoelte is, zal de ge- meente er voor moeten zorgen dat het geld er is. Hy

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1902 | | pagina 1