Bondgenootschappen Honderd en vierde jaargang. 1902. WOENSDAG Buitenland. 16 APRIL. NO. 46. Berate blad. ALKMAARSCHE COURANT. Deze Courant wordt Dinsdag-, Donderdag en Zaterdagavond uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden voor Alkmaab f 0,80franco door het rijk f 1,—. 3 Nummers f 0,00. Afzonderlijke nummers 3 ets. Prjjs der gewone advertentlën :j Per regel f' ©,16. Groote letters naar plaatsruimte. Brieven franco aan de Uitgevers HERMs. COSTER ZOON Voordam C 9. Telefoonnummer 3. Een merkwaardig verschijnsel blijft altijd het verbond tusschen Frankrijk en Rusland. Zoo iemand twee staten in Europa wilde zoeken, die zich weinig tot elkander ge trokken moesten gevoelen, maar veeleer geneigd om te genover elkander te staan, elkander in toom te houden en te bestrijden, zou hij allicht de Fransche Republiek en het Russische Keizerrijk noemen de Republiek als vertegenwoordigster van het democratische, het Keizerrijk als vertegenwoordiger van het autocratische beginsel. Hier de volksregeering, daar het eenhoofdig gezag. Hier een volk, dat zich beroemt aan het oude Europa de boodschap van vrijheid, gelijkheid en broederschap en .de leer van de rechten van den mensch gebracht te hebben, daar de vaderlijke regeering, die over de rechten en plichten en den godsdienst der onderdanen beslist. Toch zijn het juist deze staten, die elkander hebben gezocht en gevonden, en gezam' nlijk optreden zoowel in Europa als onlangs weder in Oost Azië. In de laatste aflevering van het Fransche maandblad (La Paix par te Droitwerd nog eens de vraag behandeld, wat de Fransche Republiek van dit bondgenootschap had gehoopt, en wat het haar werkelijk heeft gebracht. Begrijpelijk vindt ook dit blad, wat aanvankelijk ieder verklaarbaar vond, dat Frankrijk vroeger zoo geëerd en ontzien, zoo invloedrijk en gezaghebbend onder de mo gendheden, ook waar het internationale verhoudingen en de vraag van oorlog of vrede gold, doch sedert 1870 alleen [staande en als buiten den Europeeschen raad ge- stooten, zich verheugde over het verbreken van dien ban, over [een bondgenootschap met een zoo machtigen staat, waardoor op eenmaal aan zijn toestand van ver latenheid een eind werd gemaakt. Van nu aan zou het weer zijn stem kunnen doen hooren, weer fier het hoofd kunnen opheffen en de toekomst met vertrouwen tege moet zien. Het spreekt van zelf, dat daarbij in de eerste plaats de aandacht onwillekeurig werd getrokken naar de oos telijke grenzen, tot de zaak waarover de natie volgens den raad van Gambetta nooit moest sprekenmaar waaraan zij altijd moest denken de verloren provinciën Elzas en Lotharingen. Al spoedig vernam men echter, dat het verdrag de bestaande tractaten tot grondslag had; het moest denj vrede waarborgen en het behoud van het tegenwoordige grondgebied verzekeren. Maar was dat voor Frankrjjk een voldoende reden, vraagt een schrijver in het genoemde maandblad, om zich te ver binden met een souverein, die in zijn eigen land een afschuwelijk despoot is, een verdrukker van zijn onder danen en het hoofd der bestrijders van de verlichting in Europa Wie denkt aan de Polen en thans meer be paald aan de Finnen, aan de Joden in Rnsland en aan de werken der orthodoxe Grieksche Kerk, zal begrijpen, wat met de woorden wordt bedoeld. Toch, gaat het blad voort, welken afkeer zulk een makker aan een vrij en fier volk moest inboezemen, waren er nog redenen om tegenzin te overwinnen. Al moest men voorloopig in het verledene, in de verminking van het Fransche grondge bied berusten, al scheen men het smartelijk verdrag van Frankfort te bekrachtigen, welk een verandering scheen er voor de toekomst gekomen in onze positie in Europa Enkele maanden geleden verzekerde de President der Republiek in eigen persoon »Ons bondgenootschap heeft zich met de jaren ontwikkeld, en de vraagstukken, die zich opdeden, vonden het waakzaam, beslist, eigen be langen in overeenstemming brengende met de algemeene belangen der wereld; gematigd, wijl sterk, en bij voor baat gewonnen voor alle oplossingen, die door rechtvaar digheid en menschelijkheid werden ingegeven." En wat heeft men gezien Bg het verdrag van Berlijn van 1881 heeft de Sultan zich jegens de overige groote mogendheden, en daaronder ook Frankrgk, verbonden om in de door Armeniërs be woonde provinciën de noodig gebleken hervormingen in te voeren en in de oerste plaats hun veiligheid tegenover de Circassiers en de Karden te verzekeren. Niettemin hebben wg de verhalen gehoord, hoe vreeselgk in Armenie is gebrand, geroofd en gemoord, en hoe de beloofde her vormingen zgn uitgebleven. Wg zien Zuid-Afïika ver woesten en uitmoorden, en in weerwil van zijn bond- genootschap, moet Frankrgk zwijgen, uit vrees voor een oorlog met Engeland, durft het zelfs niet een beleefden stap ten gunste van den vrede te doen, waarvoor het kleine Holland (la miniscule Hoüandeniet is terugge deinsd. Het was Leon Bourgeois, Frankrgks vertegen woordiger op] de Haagsche vredesconferentie en lid van het Hof van Arbitrage, die in de Fransche Kamer moest getuigen: Er bestaat ongelukkig een oppermachtige nood- zakelgkheid, iets als het noodlot ,bg de ouden, die op dit oogenblik in bedwang honit en vergdelt niet alleen de gevoelens en de wenscheu van de mogendheden, die aan de Haagsche Conferentie hebben deelgenomen, maar ik durf zeggen, de gevoelens en de wenschen van de ge- heele menschheid. Onmacht, aldus besloot het maandblad deze beschou wingen, onmacht alzoo gebiedt ons te zwggen ondanks het zoo hoog geroemde bezit van een machtigen bond genoot. »Of al een heldhaftig volk, voor de eerste maal onze eigen herinneringen 'aan 1793 doende verbleeken, gedurende twee en een half jaa het hoofd biedt aan twintig maal sterker krggsmacht, of het al een lg leu zonder voorbeeld in da nieuwere geschiedenis beant woordt met evenveel grootmoedigheid als standvastigheid, dat wij al de moeders hooren snikken bg de lgken harer kinderen, de natie huivert, en het Parlement zich wendt tot den .Minister, onder alles wat hg niet wil uitspreken, zal hetzelfde woord «onmacht" weerklinken en luiden als een doodklok." Het is zoo; maar hij, die zich over dergelgke bond genootschappen verbaast en zich ergert over de onbe- weeglgkheid van zoovele machtige staten bg al het brutale geweld, dat de volken met ontzetting vervult, ondanks de schoone beginselen, die de regeeringen om strgd verkondigen, moge bedenken, dat deze bondgenoot schappen alleen worden gesloten tot verzekering van eigen staatsbelangen, en geen overwegingen van hoogere orde, maar alleen deze belangen de regeeringen van re publieken en monarchiën in beweging brengen. BBIiGKD. Steeds ernstiger worden de berichten over de onlusten. Den 13 is het 's avonds te Brussel woester toegegaan dan ooit. Eigenlijk zonder aanleiding begon het ernstig verzet tegen de politie, die daarop een charge met de blanke sabel deed; eenige personen werden gewond. De woordvoerder der socialisten in de Kamer, Van der Velde, die het volk tot kalmte vermaande, werd bij vergissing als rustverstoorder opgebracht, maar spoedig weer losgelaten. Hij werd ontzet door burgemeester De Mot, die hem verontschuldigingen deed aanbieden en hem naar 't Volks huis vergezelde. Bij het afscheid gaven de heeren elkander de hand. Later op den avond ontstond opnieuw een nog heviger gevecht, waarbg op de gendarmes geschoten werd on men hen met vitriool wierp. Twee personen werden bij dit gevecht gedood en velen gewond, enkelen ernstig. De Zondag is vrij kalm voorbijgegaan, maar tegen den avond herhaalden zich de tooneelen van den vorigon dag. De gendarmes lieten in do huizen alle vensters sluiten ten einde het werpen met projectielen te voorkomen. Vijf betoogers werden gewond onder wie een doodelgk. In een proclamatie noodigt de burgemeester de vrede lievende burgers uit zich niet te mengen onder de benden boosdoeners die sedert enkele dagen persoonlijke eigen dommen vernielen en de persoonlijke veiligheid bedreigen. Het herstel van de openbare orde eiseht het uiteen drgven, desnoods met geweldvan de troepen rustverstoorders. De burgers zullen met de overheid medewerken door zich niet uit nieuwsgierigheid te mengen onder de kwaad- W1De8eg'edelegeerden van de Brusselsche werklieden-syn dicaten besloten met algemeene stemmen tegen den 14 de algemeene werkstaking af te kondigen. Het is zeker dat bij tal van bedrgven de werkstaking zal geschieden met goedvinden van de patroons. Ten einde deze week ongeregeldheden des avonds te voorkomen, besloten de socialistische afgevaardigden het Volkshuis alle avonden om zeven uur te sluiten en de avond-agitatie om te zetten in een dag-agitatie. Een manifest der socialistische afgevaardigden is ver schenen waarbg de bevolking wordt uitgenoodigd niet de minste aanleiding te geven tot gewelddadige ordemaat regelen daar eene oproerige houding aan de zaak slechts schaden kan. Van de gevechten in de provincie is het ersrste ge weest den 18 te Bergen, waarheen een troep stakers uit het Centre was gekomen om de mgnwerkers van Obourg tot staken over te halen. Er had een botsing met de gen- darmen plaats waarbij vele slachtoffers vielen; men spreekt van een veertigtal, waarbg zeer ernstig gewonden, en dan nog twee dooden een agent werden beide beenen verbrijzeld. Te Charleroi zgn door de liberalen en socialisten be- toogingen en optochten gehondeu. Te Gent en op vele plaatsen in de Borinage werden bijeenkomsten gehouden. Het Brusselsche raadslid Max Hallet, socialistisch advocaat is wegens het weigaren patronen ma te nemen als burgerwacht tot veertien dagen opsluiting in de cellulaire gevangenis, 50 en 100 frs. boete en uitsluiting van de burgerwacht voor den tgd van één jaar veroordeeld. KffiGEIiASD. Omtrent de vermeende vrederonder- handelingen is men nog in 't onzekere. In weerwil van de verklaring der regeering, dat de geruchten dienaan gaande ongegrond zgn, en het weerspreken van de vredes- berichten door Renter's agentschap, dat eerst had mee geholpen ze te verspreiden, blijft men gelooven dat er iets broeit. Verschillende bladen bevatten mededeelingen, waaruit blijkt, dat de Boerenleiders, als gevolg van hun besprekingen, aan lord Kitchener vredesvoorstellen zonden hebben onderworpen, die door Kitchener aan het depar tement van oorlog zonden zgn overgeseind. Hiermede wordt in verband gebracht dat Chamberlain den 13 eene langdurige audiëntie bij den Koning had en dat dien zelfden dag een niet-officiëele bgeenkomst der ministers werd gehouden. Uit dit alles blgkt wel hoezeer het Engeische volk reikhalzend naar vrede uitziet, en dit verlangen wordt uitgesproken in de Daily News'die o.a. zegt «Het vurig verlangen, waarmede het volk uitziet naar vredesberichten, is esn der gunstigste verschgnselen van den toestand. Wg twgfelen niet, of de Regeering zal daarmede rekening houden. »Wij zien wel hier en daar nog sporen van den ouden geest; maar pogingen om de oorlogskoorts weder op te wekken en tegenover de Boeren den eisch van onvoor- waardelgke onderwerping vol te houden willen blgkbaar niet meer gelukken. «Wij gelooven dat de waarheid doordringt m het hart des volks en dat men gaat beseffen, dat de staatkunde van onderwerping tot hopelooze mislukking is gedoemd. »En als de geest des volks is gewonnen voor een schik king met wederzijdseh goedvinden, een schikking welke een dapper en onafhankelgk volk kan aannemen zonder de achting voor ziehzelven te verliezen, dan is dit voor namelijk daaraan te danken, dat de harten geroerd zijn door het heldhaftig gedrag onzer tegenstanders. »Geen land en allerminst een met de tradities van Engeland, kan onbewogen blgven door den strijd, welken de Boeren hebben gevoerd voor een zaak welkp zg hooger achten dan alles wat het leven bieden kan. «Engeland is sterk genoeg om rechtvaardig te kunnen zgn. Laat het zgn kracht toonen door aan te dringen op het verleenon van znlke voorwaarden aan de Boeren, als wg zeiven zonder schande konden aanvaarden als de vgand binnen onze poorten was." VMRKKSh-STATJKIÏ. Het onderzoek door het Amerikaanscbe Congres bevolen naar de beweerde wreed heden van Amerikaaneche officieren op de Philippgnen heeft eenige tot dusver onbekende officieele berichten algemeen eigendom gemaakt, die zeer de aandacht trek ken. Zoo is bekend geworden een rapport van den civielen gouverneur van de provincie Tabayasmajoor Gardener gedagteekend van 16 December 1901, waarin deze een onmiddellgke concentratie van de troepen in een of twee garnizoenen voor noodzakelgk verklaart. De honding der troepen zegt de majoor is barbaarsch «De verwoesting van het landhet martelen van inlanders door de z.g. waterkuur het tergend optreden van de jonge olfieieren die eiken inlander behandelen als oproerling of bandiet, heeft de vroegere gunstige ge zindheid doen omslaan tot een diepen haat. «Verbetering is slechts te verwachten van een zacht civiel bestuur Nog erger dingen vermeldt het rapport van den plaatsvervaugenden civielen gouverneur van Batangas waarin te lezen staat dat sedert den intocht van de Amerikaansche troepen het aantal inwoners van 300,000 door doodslagziekte ellende en honger tot 200,000 is verminderd. 2UID-AFRIKA. Kitchener seint uit Pretoria van den 13: Overste Colenbrander deed den 8 April een aanval op het laager van Beyerswaarbg de overste Murray zwaar gewond een luitenant der Lincolnshires gedood een luitenant en vgf man gewond werden. De Boeren verliezen aan dooden gewonden en gevan genen bedioeg 106. De colonne van overste Ferman werd in de nabgheid van Bultfon'ein door een numeriek sterkere vgandelgke afdeeling aangevallen1 officier en 2 man werden ge dood, 14 man gewond en een gedeelte van een patrouille gevangen genomen. In westelgk Transvaalin de nabgheid van Rooiwal vielen de Bo ren den 11 April kolonel Kekewich aan; een hevig gevecht ontstond waarin de Boeren werden teruggeslagen, met achterlating van 44 dooden en ge wonden waaronder commandant Polgieter dio gesneu veld was; bovendien werden 34 gewonde en 20 ongedeerde Boeren gevangen genomen. De Engeische verliezen be droegen 1 officier en 5 man gedood 52 man gewond bij de vervolging der Boeren maakte Kekewich twee kanonnen en een pompon buit.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1902 | | pagina 1