"zondag De Dorpsapostel. Honderd en vierde jaargang. 1902. 13 JULI. Afgesloten Hij weg. Crevonden Uoor werpen. Zomer-genietingen. Burgemeester en Wethouders der gemeente Alkmaar brengen ter al- gemeene kennis dat HET VERKEER VOOR RIJ- en VOERTUIGEN langs DEN BAANSINGEL VAN 14 JULI A.S. AF tot nadere aankondiging zal zijn GESLOTEN. FEUILLETON NO» 83. Tweede blad. ALKMAARSCHE COURANT. Deze Courant wordt Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagavond uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden voor Alkmaar f O,SOfranco door bet gebeele rijk f 1, 3 Nummers f 0,00. Afzonderlijke nummers 3 ets. Pr|js der gewone advertentfën Per regel f 0,13. Groote letters naar plaatsruimte. Brieven franco aan de Uitgevers HERMs. COSTER ZOONVoordam C 9. Telefoonnummer 3. Burgemeester en Wethouders voornoemd, Alkmaar G. RIPPING, Voorzitter. 11 Juli 1902. C. D. DONATHSecretaris. Te bevragen aan het bureau van politie op werkdagen des morgens tusschen 9 en 12 uur Een vermoedelijk gouden ring, een broek van een paardentuig, een servet, een manchet met knoop, een zilveren broche (Zeeuwsche knoop), een defect gouden broche, een blauwe ceintuur, een huissleutel, een porte- monnaie inh. 41/2 cent, een kinderzak met sleutels, een zwarte ceintuur, een koperen huissleutel, een bruinbont hondje, een geel hondje. Alkmaar, De Commissaris van Politie, 11 Juli 1902.S. M. S. MODDERMAN Jr. Voordat de zomer in het land is, worden plannen ontworpen van uitgaan. Wie te beschikken heeft over een goed gevulde beurs, overlegt de vraag: waarheen van het jaar, zullen we een nieuw terrein verkennen of weleer bezochte streken] andermaal doorkruisen Wie 't wat minder breed heeft, zoekt plekjes op in eigen vaderland of in de omgeving daarvan. En een derde blijft thuis om zoo nu en dan een dagje er op uit te gaan." Deze zoekt een mooi hotel, gene stelt zich tevreden met een eenvoudig .optrekje." Anderen wederom gaan ge zamenlijk spaarpenningen verteren. .Goede reis 1" gjj die naar dan vreemde gaat om mis schien hooge bergen te beklimmen en gevaarvolle tochten te ondernemen. Geniet volopOpent wijd uw oogen en ontsluit uw hart opdat ge, met veie nieuwe indrukken verrijkt, huiswaarts keert om er veel van to vertellen aan hen, die niet het voorrecht hadden zoover van huis te gaan. Goede reisLeert opnieuw liefhebben en waar- deeren zooveel schoons, dat uw geboortegrond aanbiedt, gij die uw eisehen wat lager stellen moet. Veel plezier gij allen, die bijwijlen een enkelen dag gaat dwalen door bosch en beemd. Ook gij kunt velerlei genot sma ken als ge dat wezenlijk wilt. Haalt tezamen uw hart maar eens op gij die, ieder zijn portie met elkaar het gespaarde gaat besteden om daarvoor natuurgenot in ruil te ontvangen. ^Verstandig als ge op die wijze dat geld uitgeeft. Ge krijgt iets goeds er voor terug. Gelukkig ds mensch, wien het geluk beschoren is des zomers voor een poos den arbeid terzijde te mogen leggen om straks met nieuwen lust de taak te hervatten, leder mensch welk zjjn werk ook zij moest er nu eens op uit kunnen, 't Is edel genot in de natuur zieh te bewegen, terwijl men zich om nietï en niemand schier te bekommeren heeft, 't Verheft den arbeider, het ver- frischt den denker het is balsem voor den gewonde en vertroosting voor den bedroefde het is een geneesmidde l voor den ontevredene, den bitter gestemde. Heerlijk, dat duizenden nu in dat voorrecht kunnen deelen, die er tevoren niet aan konden denken. Wat kan men goedkooper reizen dan vroeger en hoe minder kost baar is een verblijf elders Gaat er dan op uit, gij die kunt en moogt. Geniet als dit u niet veroorloofd is in eigen omgeving als de dagtaak afgeloopen is. Geniet kinderen, nu ge uw leerboeken weg kunt leggen en moge dit geschieden in het bewustzijn, dat ge uw leertijd goed besteed hebt. Maar gij allen die u verplaatst, denkt aan de treis- belasting." Leest nog eens over de desbetreffende adver tentie in het nummer van 6 Juli dezer courant. Vergeet ook niet, dat er zijn herstellingsoorden", »va cantie-koloniesen wat dies meer zij. Deze behoeven aller steun ten bate van armen, van zwakken, van de kin deren onzes volks. Wat wordt er op onderscheiden manieren genoten Naast de .table d' hote" met haar keur van gerechten de eenvoudige maaltijd. Naast de eiken dag in mooie rijtuigen zich neervlijendendezulken die hun beenen aan 't werk zetten. Dezen 'vragen een prachtig hotel, genen een bescheiden vertrek. Wat trekt u aande schitterende badplaats met haar slentenaars, haar concerten, haar bals en onschuldige spelen, welke n in de gelegenheid stelt toiletten te be - wonderen en er om bewonderd te worden of het strand met zijn spelende kinderen, zijn eenvoudige genietingen en waar het rustig is, terwijl de zee tot u spreekt en de sterren u opwaarts doen zien Wat zoekt gij bij voorkeurde plaatsen, waar het wereldverkeer u ver moeit of de plekjes, waar gij stil kunt genieten Ba- treedt gij de drukke verkeerswegen om .menscheu te zien" of voelt g' u meer thuis in een kalme omgeving Holt gij heden hierheen en morgen daarheen of legt g' u neer in het bosch om één te worden met uw lieve lingsschrijver en dichter Moet ge geroes om u heen hebben of vindt ge het heerlijk in kleinen kring u te Roman naar het Duitsch van LUDWIOH GANGHOPER DOOR W. ZAALBERG. Uitgave van H. J. W. BEOHT te Amsterdam verkrijgbaar a f 4,50 bij de Uitgevers dezer Courant. 11) Liesbeth strekte hare handen afwerend uit alsof zij wou verhinderen wat haar moeder deed. Maar vermoeid vielen hare armen neer en in den haard begon het herlevende vnur reeds te knisteren. Bewegingloos met strakken blik, keek Liesbeth in den aanwakkerenden vuurgloeddie uit het deurtje scheen. En toen haar moeder op haar toetrad, zuchtte zij, langzaam en benauwd, alsof er een zware steen op haar borst lag. .Maar kindlief, kom haar moeder streek haar met beide handen over het haar en wangen, .heb je dan de spraak heelemaal verloren Er is je ommers niks geen kwaad overkommen wèl Zoo zeg dan toch een woordje 1 Wat heb je toch Spreek dan toch .Dat doet de schrik,'' oordeelde Hanspeter, »as die een maal in 't bloed zit mo 'j weten dan is die 'r zoo gauw niet meer uit. Ik merk 't an me zelf, ja Kom plaag 'r niet 't lieve kind »'t Verstandigst was, dat ze dadelijk wat ging liggen 1 Dan heeft ze rust, en morgen is alles verslapen. Is't niet zoo, hé Liesbeth knikte. .Ja, moeder »Of Hanspeter hief de lompe hand op en stotterde »of zou je niet denken dat 't beter was, as ze nog een beetje zitten bleef... bij ons... en babbelde wat, ja, en liet zich een beetje opvroolijken nou de kamer lekker warm wordt, hè?" Maar Liesbeth schudde het hoofd en ging naar de dear. .Goeien nacht, moeder Haastig draaide zij zich om ten einde de tranen te verbergen die hare oogleden ont gleden. .Godsgoeiennacht kindje zei Hanspeter heel zacht en lei de handen achter op zjjn rug. De oude vrouw zag haar dochtertje na en schuddj het hoofd. .Die mot de schrik erg te pakken hebben Maar de slaap doet veel En God zij dank, morgen zal alles weer goed wezen 1 Zij kreeg de lijmpot, schoof die in den oven en zette zich aan de tafel om haar werk weer op te vatten. Hanspeter stond nog steeds als vastgeworteld midden in het vertrek en keek de kamerdeur aan met oogen, waarmee men een heiligenbeeld beschouwt. .Kom zet je bij mij neer 1" zei moeder Nannemie. .Ik mot je toch nog hartelyk bedanken »Mij?"... As 't voor Roman is, dan, ja!" »'t Hout hè'jjj me klaar gemaakt. Anders ha'k niet kunnen stoken. .Dat beetje, bedoel je 1 Da's 't praten niet waard Met slependen tred ging Hanspeter naar de tafel. .Scheelt je iets an je voet .Och nee Hij mot me een beetje ingeslapen wezen 't Is alles al weer in orde." Zij zaten aan tafel en babbelden met gedempten stem, terwjjl de brandende klossen in den haard al luider be gonnen te knapperen. Na een poosje kreeg Nannemie de lijmpot en lijmde het dakje op het kerkje. Daarbij keek Hanspeter toe, zoo opmerkzaam alsof hij loeren moest hoe dat gedaan werd. En toen het werk gereed was, zei hij »dat kerkje bevalt mij bijzonder goed je kunt 't mij verkoopen." .Ach nee! Dat geef ik niet weg 1" antwoordde de vrouw op een toon die knorrig klinken moest. Maar ze lachte er bij»je hebt er thuis a! genoeg." »'k Heb er een aan het kindje van de buurvrouw beloofd." .Da's niet waar 1" Hanspeter werd rood. .Heel zeker is 't waar Kom, verkoop 't mij bewegen samen bewonderend wat te zien gegeven wordt P Hoe het zij dat ge inderdaad genieten moogt, zoodat uw geest verrijkt, uw blik verruimd, bovenal uw gemoed gelouterd worde. Reizen is een kunst. Echt genot smaken kan niet ieder. Natunrgenietingen eisehen eenige ont wikkeling en ontvankelijkheid des harten. Tijd hebben en geld zijn onmisbaar, maar wie beide bezit, kan daarom nog niet vruchtbaar genieten, zoo dat .genot deugd is." Naast bet gezelschap, dat 's avonds in opgewekte dank bare stemming huiswaarts keert- en dat zeggen kan .wat hebben we veel moois gezienmerken we een ander op. De leden arm aan arm nemen een breede laan in beslag en de lengte van bet troepje doet voor de breedte niet onder. Daar gaan ze: zingend, schreeuwend ergernis vaak verwekkend etend en drinkend, 't Is hetzelfde, waar zij loopen en zwaaien, want ze wenden hun blik noch naar rechts, noch naar links. Werktuigelijk kruipen zij voort en thuisgekomen, kunnen zij verklaren .veel geld verteerd, maar niets hoegenaamd gezien." Aldus gaat het met velen. Hen ontbreken opmerkings gave, fijn gevoel, aandoenlijkheid des gemoeds. Zij moeten nog leeren zien, in zieh opnemen en de indrukken, als zij deze ontvangen, leeren verwerken, in tegenstelling van hen wien niets ontgaat en wie zoowel het eenvoudigst als het meest trotsehe natuurtafereel treft. Hoe boeiend weten dezen ons het aanschouwde weer te geven zoodat we als aan hun lippen hangen. De zoodanigen keeren van bun uitstapje niet ledig weer. Wie de kunst verstaan natuurschoon te bewonderen dat zij er anderen de oogen en harten voor openen. Gaat er ouders dan op uit met de uwen. Wat kunt ge een wereld van schoonheid, van rijkdom en onuitputte lijke verscheidenheid hen binnenleiden. Welk een vor mende, veredelende invloed gaat er dan van u uit en hoe zullen zij u later daarvoor danbaar wezen, t Is zoo goed, dat het aantal der schoolwandelingen en schoolreisjes gedurig vermeerdert. Wie aan het hoofd hiervan staan, treden dan niet op als onderwijzers, doch al wandelend en spelend met do jeugd vinden zij telkens gelegenheid en aanleiding te over om haar te doen luisteren naar der vogelen lied, hen te doen bewonderen der bloemen pracht, hen opmerkzaam te maken op een mooi ver gezicht en de kinderen ontvangen met de ouderen in drukken, welke nawerken. Mogen dan velen jeugd en ouderdom, zwakken en sterken, stoffelijk meer en minder bevoorrechten het ook dezen zomer weer ervaren, dat van natuurgenot een blijvend goed uitgaat 1 J. F. T. A. .NeeEn ik geef 't niet weg 't Is nog niet klaar, kijk De vensters ontbreken en het dak is niet beschil derd en de vloer heeft geen gras Juist, zoo, as 't is, bevalt 't me 1Nou, ik krijg 't Ze wist bij ondervinding, dat hij haar niet losliet, eer hij het kerkje had. »Non wat mij betreft hou't plaag geest 1" Hanspeters oogen straalden. .Wat mot 't kosten .Niks 1" .Nee nee 1" Heel verschrikt schoof hij het kerkje weer terug. .Gegeven neem ik 't niet Zijn onderlip zonk diep neer, als een beleedigd kind. »En 't had me zooveel pleizier gedaan dat kerkje Zoo deed hij altoos en moeder Nannemie moest toegeven. .Non alzooas je hart 'r aan hangttien pen ningen hoor Glimlachend scharrelde Hanspeter in z(jn zakken om, tot hij het leeren tasje vond, dat ergens beneden bij zijn knieën hing. Met veel omhaal trok hij het koord los, dat een half dozijn keeren om het magere tasje ge wonden was. Eerst maakte hij nog zijn daim nat aan zijn tong, alsof hij banknoten had te tellen, en nadat het hem gelukt was met de plompe vingers een mark op te vissehen, schoof hij dat muntstuk langzaam over de tafel. .Tien penningendat was al te goedkoop voor zooveel fijn werk, weet je. Dat markje, moeder, neem je maar Ilsabeth mot mjj 't kerkje nog schil deren en moet mij het dakje nog verguldenAnders doe ik 't niet. En morgen in den avond, dan kom ik en haal 't Is 't goed ja Het klonk wel ais een vraag. Maar hij scheen de oude eenzame vrouw het antwoord te willen besparen. Want zoo flink, als het zware gewicht van zijn drie centenaars het Blechts veroorloofden, scboof hij zich van achter de tafel weg en hinkte naar de deur. .Tot morgen, is 't niet?... En Godsgoejenacht, moe der Nannemie! Groet Ilsabeth van mei'' Daarop trok hij de deur reeis achter zich dicht. En de maren der kleine hut dreunden nog van zijn stap buiten de denr.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1902 | | pagina 5