De Dorpsapostel.
No. 95. Tweede blad.
Honderd en vierde jaargang.
1902.
ZONDAG
10 AUGUSTUS.
Nederland.
FEUILLETON.
ALKMAARSCHE COURANT.
Deze Courant wordt Dinsdag-, Donderdag-
en Zaterdagavond uitgegeven. Abonnementsprijs
per 3 maanden voor Alkmaar f 0,805 franco door het
sele rijk f 1,
3 Nummers f O,OS. Afzonderlijke nummers 3 ets.
291
Telefoonnummer 3.
Prys der gewone advertentiën t
Per regel f 0,15. Groote letters naar plaatsruimte.'
Brieven franco aan de Uitgevers HERMs. COSTER
ZOONYoordam C 9.
TWEEDE KAMER.
Droogmakerijen en Indijkingen.
Ingediend is een wetsontwerp, houdende bepalingen
omtrent het ondernomen van droogmakerijen en indij
kingen.
Uit de toelichting blijkt, dat het raadzaam is, nu de
wetgever krachtens art. 188 der Grondwet, de noodige
regels omtrent het waterstaatsbestuur stelt, gelijk o. a.
geschiedde bij de wet van 10 November 1900 (»Stbl."
no. 176), aan de ondernemers van droogmakerijen en in
dijkingen uitdrukkelijk de verplichting op te leggen
daarvoor de concessie aan te vragen en voorschriften te
geven omtrent het onderzoek, dat aan het verleenen eener
concessie moet voorafgaan.
Daartoe strekt het aangeboden wetsontwerp, hetwelk
op slechts enkele wijzigingen na, geljjk is aan de voor
stellen der Staats-commissie, ingesteld bij Kon, Besluit
van 21 April 1894.
De consul-generaal der Nederlanden te
kaapstad bericht, dat het onraadzaam is zich naar
Zuld-Afrtka te begeven zonder van ruime geldmid
delen voorzien te zijn of van te voren van een betrek
king te zijn verzekerd.
Nederland en Zuid-Afrika.
Naar aanleiding van Generaal De la Rey's ver
klaring, te Kaapstad dat hij niet naar Europa kwam
om roem te zoeken, maar om te trachten iets voor de
weduwen en weezen van zijn strijders te doen, vestigt
de Haagsche Pro-Boer-Vereeniging de aandacht op de
voor datzelfde doel te Scheveningen georganiseerde in
ternationale kunst tentoonstelling en verloting.
Wat zegt ze is nu logischer, wat eenvoudiger
tevens, dan op vrijgevige wijze die poging tot verlichting
der smarten in Zuid-Afrika te steunen door zelt loten te
nemen en loten aan deD man te brengen, in deze ver
loting Welk schooner huldeblijk kan men den drie be
roemden Boeren-generaals want ook De Wet komt
mee, naar 't schjjnt wat schooner welkomstgroet kan
men hun brengen, dan hen bij hun komst in Nederland
te verrassen met de mededeeling. dat er reeds een uit
gestrekt en zwaar fundament voor hun werk der barm
hartigheid op het Gevers Deynootpleiu is gelegd
Ken -gedenkpenning.
De verpleger Menieman. die. met de leden der
krijgsgevangen ambulance op Ceylon in ons land is we
dergekeerd, toonde aan de redactie van de »Zw. Ct."
een mant, gegraveerd en geslagen door een Boeren-krijgs-
gevangene op Ceylon.
Aan de eene zijde vertoont zij een boom, waaraan een
Boer is vastgebonden met het randschrift »Britsche Be
schaving 1901." 't Is de straf op eenige Boeren toege
past, die het gewaagd hadden zich buiten het kamp te
begeven en daarvoor vier unr in de brandende zon aan
een boom werden vastgebonden.
Roman naar het Duitsch van LUDW1CH GANGHOFER
DOOR
W. ZAALBERG.
Uitgave van H. J. W. BEORT te Amsterdam
verkrijgbaar f 4,50 bij de Uitgevers dezer Courant.
24)
»Maar zie je, beer pastoor achterna zeg 'k altoos
weer tegen mezelf, as de lui nou maar 's eeu beetje
wou-en 't was toch niet eens zoo heel moeilijk. Juist
maar een eenig ding behoefden ze te doen en alles was
goed op de wereld Dat heeft de Heiland d'r toch ook
gezegd I" Hanspeter's stem werd zenuwachtig en zijne
oogen zwommen in smeltenden glans»Zoo goed en zoo
mooi hèt ie 't hun gezeid «kinderen, hèt ie gezeid,
kinderen, bemint mekaerWaarom doen ze 't dan
niet? Dat was toch ommers geen kunststuk 1 Ik doe 't
toch ooken ben een van de domsten. Dan konden
de verstandigen alle toch ook een beetje nadoen
Zeg nou zelf, heer Pastoorhe'k geen gelijk
Lachend plaatste de heer Pelicianus Horadam de dom-
pende studentenpijp in den sofahoek, pakte Hanspeters
lompe hand, trok ze half over de tafel naar zich toe en
overdekte ze streelend met zijn zachte, kalme handen.
»Heelemaal gelijk heb je, Peterman, heelemaal gelijk 1
Maar e?n beetje ongelijk heb je ook. Want eerstens
«kinderen, bemint elkaer!"... dat heeft onze Heer Jezus
Cbristus in bet geheel niet gezegd."
Voor Hanspeter was dat woord een slag tegen zijn hoofd.
»Ja, Peterman, dat heeft de heilige Johannes eens
geschreven."
Hanspeter herademde weer. »Nou ben ik 'r toch niet
ver van af geweest. En as de heilige Johannes 't ge
schreven fcèt, dan zal ie 't wel van den Heiland gehoord
hebben. Dat maakt geen groot onderscheid. Wij hebben
g"t woord en dat woord is goed 1"
Aan de ommezijde staat »scum of the scum" met het
randschrift «Herinnering Ramaga-kamp."
De Boeren werden voor «acum" schuim, gescholden
en zij maakten daar, evenals de onde «geuzen" een eere
naam vanvandaar op de koperen panning de typische
woorden «schuim van het schuim."
Veehandel In Friesland.
In den aanvoer van melk- en kalfkoeien was eenige
vermeerdering te bemerken, de handel daarin was tame
lijk ving en de prijzen, die gevraagd werden, waren voor
de Belgische kooplieden te hoog, zoodat deze van dit
soort vee geen inkoopen deden. In stieren kon de handel
druk genoemd worden, eveneens in vette kalveren, die
hoofdzakelijk door de Belgen werden gekocht. In vette
koeien, met tamelijken aanvoer, was minder opgewektheid
dan de vorige week, ze werden vooral voor de Hollandsche
en Friesche slachtbank gekochtnaar nuchtere kalveren
goede vraag met ietwat stijgende prijzen in vette var
kens was het iets beter dan op de vorige markten, zoodat
de prys een weinig naar boven gingook Londenscbe
biggen konden iets meer opbrengen magere varkens vrij
wel in één doen; jonge biggen gingen tegen bevredigende
prijzen vlug "van de hand. In vette schapen, met vrij
grooten aanvoer, stadig, daar de vraag voor Engeland
niet groot wasin melkschapen en lammeren weinig ver
andering.
De aanvoer was250 stieren, 600 melk- en kalf
koeien, 185 vette koeien, 500 vette kalveren, 315 nuch
tere kalveren, 1725 schapen en lammeren, 115 vette
varkens, 450 vette biggen, 145 magere varkens, en 480
kleine biggen.
De prijzen waren melk- en kalfkoeien f 140 a 225,
pinken f 55 a 65, vette kalveren f 28 a 58, nuchtere
Kalveren f 7V2 10, vette schapen f 25 a 28, weide-
schapen f 19 a 100, magere 91/2 a 12, vette varkens f 90
a. 100. magere varkens f 38 a 42, vette biggon f 20 A
36, magere biggen f 5]/2 7.
(N. v. d. D.)
Brand.
Te Oudedijk bij Eokhuizen is in den nacht van den
6 de hofstede van J. Roelofs door onbekende oorzaak een
prooi der vlammen geworden. De 18-jarige knecht H.
Yerwoert bekwam zulke ernstige brandwonden, dat hij
in hoogst zorgelijken toestand moest worden opgenomen.
Twee paarden kwamen in de vlammen om.
Furnerend. Ten raadbuize alhier werd een hu
welijk voltrokken, hetgeen door den pastoor van de R.
0. kerk reeds kerkelijk bleek te zijn ingezegend. De
ambtenaar van den Burgelijken Stand vond deze han
deling in strijd met de bepalingen van het Burgerlijk
Wetboek en maakte procesverbaal op.
Overreden.
Nabij de Loosduiusche brug te 's-Gravenhage werd
den 7 een vrouw door een wagen, zwaar beladen met
hont, overreden D® wielen gingen haar over de borst,
zoodat de dood bijna onmiddellijk volgde.
Texel. Stierven in voorgaande jaren veel varkens
aan vlekziekte, die gevallen worden steeds minder, sedert
«Ja, Peterman, een van de besten, die wij hebben En
dat van den heiligen Johannes heb ik je ook enkel maar
gezegd, om een beetje orde in je dikke kopje te brengen."
«Ja, ja, begrijp 'c, jaGod loone 't u, heer pastoor
Non heb ik weer wat geleerd."
«Non, kijk, alzoo!" Mynheer Felieianus streelde de
grove knuist van den hontknecht. «En tweed-ens mot
ik je zeggen, dat de menschenliefde geen klein, maar
een heel groot kunststuk is, dat onder duizenden nau
welijks een heel en al klaar Krijgt. Zij is niet een kunst-
stak, men kan ze niet leeren, maar men mot ze hebben
als een heilig levensbezit, zooas de dag z'n licht heeft
zooas jij je goeje hart hebt en je blauwe oogen."
Deze blauwe oogen waren, onderwijl mynheer Feli
eianus sprak, in stomme verbazing al grooter en grooter
geworden. Thans schudde Hanspeter snuivend het «dikke
kopje" en de woorden braken uit hem los, de golven
uit de afgedamde Molenbeek als de sluis wordt open
gezet«nee, nee, heer pastoor! Dat men de liefde niet
leeren kan dat laa'k me niet wijsmaken. Zie n mij
an heb ik de liefde niet juist zelf geleerd?"
«Neen, Peterman, je heb ze altoos gehad
s-'t Is niet waar, heer pastoor Toe 'k eens een jongen
was, he'k een leelijken haat tegen de menschen gehad
omdat bijna niet een me lijen mochtto'k mezelt 's
gezeid heb hoe durf je dan zelf liefde verlangen als je
zeivers geen liefde hebt f En toen ben ik angevangen
'snaebts Ea bepaald licht is 't me gevallen da'k nou
geleerd heb, de liefde Eu 'n ander exemplivoorbeeld
Kijk 's naar mijn Roman 1 Die he'k zich gezeggen laten.
Die heb ik goed gemaakt. Die hèt de liefde geleerd
en
Hanspeter stokte en wischte zich met de mouw het
zweet van het voorhoofd.
«Nou evenwel... non is ie me weer een beetje om
geslagen. Maar toch ben ik niet bang. Nee nee. Bij
Roman breng 'k de liefde wel weer in 't gelijk. Die is
mijn exemplivoorbeeld En as de een de liefde te pakken
krijgtwaarom zon'en de anderen ze niet te pakken krij
gen Alle en alle Eerder geef ik me geen rust. Zoo
as 't nou is kan men gauw niet eens meer ademhalen
de boeren en anderen, die dieren laten inenten. Onze
rijksveearts, de heer Roelofsen, heeft reeds tal van var
kens met het beste gevolg ingeëntte Ondeschild 20
25 stuks, terwijl een grooter aantal deze kunstbewerking
wacht.
Men spreekt van nieuwe plannen nl. van een stoom-
bootdienst tusschen Amsterdam en Texel. Uit de hoofdstad
worden hier allerlei artikelen aangevoerddat geschiedt
met 3 beurtschepen. Twee der schippers zijn door Amster
dam en de derde is door Texel aangesteld. Het schijnt
de eisck des tijds te zijn, dat iederen dag goederen kunnen
worden aangevoerd, en zoo schijnen zelfs van twee zijden
plannen ontstaan te zijn tot het in de vaart brengen
eener stoomboot.
Tentoonstelling Tuinbouw.
Yan de op 13, 14 en 15 Augustus a.s. te bonden
tentoonstelling van bloemen, planten, vruchten, etc. v.d.
Afd. Zeist en Omstreken, der Ned. Mij. voor Tuinb. en
Plantk. op het landgoed Kersbergen te Zeist kunnen we
het volgende nog mededeelen.
Ten 2 unr namiddags op den I3en zal de voorz. v.b.
HoofdbestuurG. Baron de Senarelens de Grancyda
tentoonstelling openen.
Dienzelfden middag zal de tentoonstelling vereerd
worden door het hooge bezoek van H. M. de Koningin-
Moeder.
Iederen middag zijn er muziekuitvoeringen op het
terrein, respectievelijk van het Zeister Harmonie-Muziek
gezelschap de kapel v.h. 2e Regt. Infanterie uit den
Bosch, en de kapel v.h. Ie Regt. Hnzaren nit Deventer.
Het tentoonstellingsterrein (de bestnurstent) ïb van af
Maandag telephoniseh aangeslotenwat natnurljjk zeer
ten gerieve der inzenders komt.
Het bloemencorso heeft plaats op den 3en dag des
namiddags ten 21l1 ure.
De entréeprijzen op de verschillende dagen zijn als
volgt13 Aug. van 2 uur n.m. tot na het vertrek van
H. M. de Koningin-Moeder f 2.Vanaf dat oogenblik
tot 71/2 uur n.m. f 1.
14 Aug. van v.m. 10 uurn.m. 7*/2 uur f 0.50.
15 Aag. van v.m. 10 uur—n.m. 1 uur f 0.25van
12 uur gesloten van n.m. 2 uurna afloop van het
Bloemencorso f 1.Vanaf den afloop v.h. Bloemencorso
tot de sluiting der tentoonstelling 7 uur n.m. f 0.L0.
De tentoonstelling belooft zeer schitterend te zullen
worden, daar niet minder dan 347 inschrijvingen bij den
secretaris zijn ingekomen, waaronder de meeste zeer
belangrijk zijn.
Inzenders op de nummers 85, 86, 87 en 88 v.h. pro
gramma worden en nog op attent gemaakt, dat zij evenals
de inzenders op no. 60 tot en met 84 gerechtigd zijn
hunne inzendingen op den 13en tot 10 nur v.m. te
rangschikken.
Nog geen varkens naar Dultschland.
In de dezer dagen gehouden zitting der Kamer
van Koophandel te Aken, deelde de voorzitter mede, dat
de Pruisische minister van landbouw andermaal afwijzend
beschikt had op het verzoek der Kamer, om den invoer
in de wereld. Zonder liefde geen leven heer pastoor...
dan mot alles te gronde gaan, dan mot alles vernielen.
Kijk 's an: juist as ze 'n beetje liefdegevoel hadden, de
menschen dan bad m'n moedertje niet..."
Hanspeter slokte.
«Nee nee heer pastoor van mijn zaken neen
daar wi'k niet van spreken de oogen van den
«bocheligen apostel" begonnen alwear te tranen «maar
zie nou 's, wat de lui nou weer uithalen met die arme
vrouw, met die Nannemie beneden! Heks en ouwe heks
en strompelheks hebben z'er allemaal al genoemd en
en den schoorsteen hebben z'r dicht gestopten en
nou praten ze onder mekaar in de heele buurt, dat ze 't
met den duivel houdt. Hebt u Liesbeth gezien heer
pastoor wat voor oogen dat lieve kind hèt opgezet
en 'r gezichtje Hanspeter kón onder de tranen
beken, uit zijn oogen stroomend ter nanwernood met
spreken voortgaan. Slechts met moeite, stootsgewijze
bracht hy er nit«de geschiedenis van het christelijke
vaam hont van Roman en van zijn eigen arbeid in den
nacht. En daar zeggen ze non de duivel het 'r het vaam
hout gebracht en hèt er de blokken klein gemaakt 1"
Door ergernis aangegrepen was de heer Felieianus Ho
radam opgestaan. Met de handen wier viDgors zenuw
achtig speelden op ziju rug trappelde hij de kamer op
en neer, zoo krachtig, dat de panden van zijn kamer
japon en de lange kwasten achter hem aanwoeien. Van
de pantoffels had hij er een bij de sofa verloren zonder
dat hij 't merkte. Rood van toorn in zijn gelaat, bleef
hij bij de tafel staan en sloeg met de vuist op het tafel
blad dat de kopjes er van dansten. «De duivel moet
ze toch allen met mekaar halen, die godvergete lui!"
Hanspeter schrok van dat woord veel minder dan mijn
heer Felieianus zelf.
Buiten in den gang werd laid gehoest. En de hoog
eerwaarde half nog in toorn en half verlegen, stotterde,
de deftige spreektaal heelemaal vergetend «nou ja, 't
is zoo, men weet gauw heelemaal niet meer hoe men 't
anleggen mot. An onzen lieven Hesr willen ze niet ge-
looven as men hun niet nou en dan 't helsche vuur
onder d'r stool aanstookt En zegt men een woordje over