No. 98. Eerste blad.
Honderd en vierde jaargang.
1902.
ZONDAG
17 AUGUSTUS.
Onderwijzer
Hinderwet.
Buitenland.
ALMHAIISCIIF COURANT.
Deze Courant wordt RMnsdag-, Uonderd ag-
sn Zaterdagavond uitgegeven. Abonnementsprijs
per 3 maanden voor Alkmaar f 0,80franco door het
geheele rijk f 1»
3 Nummers f Afzonderlijke nummers 3 ets.
der gewone advertentlën
Per regel f ©,15. Groote letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de Uitgevers HBRMs. COSTER
ZOONVoordam O 9.
Telefoonnummer 3.
Aan de BURGERSCHOOL te ALKMAAR
(hoofdde heer F, J. AUKES) wordt ge-
vraagd een
tevens bevoegd tot het geven van onderwijs in vak j.
De jaarwedde bedraagt f TOO, die aa 5, 10, 15
en 20 dienstjaren in de gemeente telkens met f 5© kan
worden verhoogd, terwijl het bezit der hoofdakte aan
spraak geeft op eene verhooging met f ÏOO.
Stukken (adres op zegel) iD te zsnden aan het Ge
meentebestuur vóór 1 September a.s.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALK
MAAR brengen, ingevolge art. 8 der Hinderwet, ter
algemeene kennis, dat zij in hunne vergadering van 14
Augustus 1.1. aan den heer J. ASJES Ez. alhier vergun
ning hebben verleend tot het oprichten van een ex p o r t-
slaehterjj in een te bouwen perceel aan de zoogenaamde
Houtstraatin wijk P, kadastraal bekend in Sectie B.
nr. 2406 en 3479.
Burgemeester en Wethouders voornoemd.
AlkmaarG. RIPPING, Voorzitter.
16 Aug. 1902. L. v. d. VECHT, 1°. Secretaris.
Be heer F. W. Reitz over den vrede.
Met spanning ziet ieder Hollander de aankomst
hier te lande tegemoet van de leiders der Trans-
vaalsche en Vrijstaatsche Boeren, van de voormannen
wier namen zoowel gedurende den oorlog als bij het
sluiten van den vrede op aller lippen waren, en die ons
eindelijk betrouwbare berichten zullen kunnen geven
omtrent de omstandigheden, die er hen toe geleid hebben
de wapens neer te leggen, op een tijdstip, waarop het
volgens informaties nit goeden 'bron met hunne zaak
zoo gunstig stond, ten einde de harde voorwaarden aan
te nemen, door Kitchener gesteld.
President Steyn is reeds teruggekeerd, maar zijn ge
schokte gezondheid, die hem in Zuid-Afrika reeds belette
het hem toekomend deel aan de onderhandelingen te
nemen, verhindert hem ook thans onze vurige belang
stelling op dit punt te bevredigen.
De heer Reitz evenwel, gewezen Staatssecretaris van
de Zuid-Afrikaansche Republiek, dezer dagen via Napels
in ons land aangekomen, heeft een verslaggever van het
Handelsblad" een onderhoud toegestaan, dat wij aan
dat blad ontleenen, niet twijfelende of onze lezers zullen
daarvan met belangstelling kennis nemen.
♦Uiterst minzaam, zoo verhaalt de verslaggever)
verklaarde de heer Reitz zich bereid op mijn vragen te
antwoorden, onder voorbehoud, dat ik mij zou onthouden
van vragen, waarop de antwoorden misschien zijn land
genooten in moeilijkheden zouden brengen.
Het sprak van zelf, dat deze voorwaarde geen bezwaar
opleverde.
Voordat ik echter met vragen kon beginnen, diende
ik den heer Reitz te vertellen, dat het bericht van den
vrede geheel Nederland had overrompeld. Kort voor den
vrede toch waren van de commando's met name bijv.
door het rapport van generaal Smuts nog zeer gun
stige berichten ontvangen, mannen, die kort geleden nog
Zuid-Afrika hadden verlaten, spraken de vaste overtuiging
uit, dat de Boeren den strijd nog jaren konden volhouden
en daar kwam opeens het bericht dat de Boeren de
Britsche vredesvoorwaarden hadden aangenomen.
En welke voorwaarden 1
De onafhankelijkheid opgegeven en de Kaapsche re
bellen overgeleverd aan Britsche grootmoedigheid
Men kon niet gelooven, dat deze voorwaarden alles
bevatten men dacht aan een geheime overeenkomst,
aan een verminking van het vredestelegram door de cen
suur enz.
Zelfs de motie te Vereeniging door de Boerengedele-
geerden aangenomen en eerst later hier bekend gemaakt,
helderde den onverwaebten omslag niet op. .Er bleven
nog altijd duistere punten
En nit deze uiteenzetting kwam de vraag voort door
mij tot den heer Reitz gedaan
Kunt u mij ophelderen, waarom de Boeren vrede
hebben gesloten
»Ik begrijp dat men hier verbaasd is geweest" aldus
ving de heer Reitz zijn antwoord aan, »waut het rap
port van Smuts was, wat den stand van de oorlogvoering
betreft, volkomen juist. De commando's verkeerden nog
in vrij gunstigen toestand. Er waren geen kleeren, maar
we wisten ons te helpen, op vele plekken was geen kost,
maar elders was overvloed en allen hadden daarheen
kunnen trekken. Munitie was er ook nog.
»En toch moesten we besluiten tot den vrede en wel
voornamelijk om den treurigen toestand van de vrouwen
en kinderen buiten de kampen. Er waren er een
7000-tal, die hun mans en vaders op commando aan be
paalde plekken bonden. Zij waren midden tnsschen de
Kaffers en liepen gevaar door dezen mishandeld te wor
den, dns konden de mans hen niet onbeschermd in het
veld laten. Te gelijkertijd konden de mannen niet op
zekere plekken blijven, omdat daar geen voldoende kost
was. Op andere plekken bijv. in Zoutpansberg en
Waterberg was kost genoeg voor alle commando's in
het veld, niets belette den commando's daarheen te trek^
ken, maar ze mochten de vrouwen en de kinderen niet
achterlaten. En ze medenemen ging ook niet, de laatste
wagen was verbrand, zoodat ze te voet tnsschen de En-
gelsche blokhuizen hadden moeten doorgaan.
Konden deze vrouwen en kinderen niet in de kam
pen komen? Deze waren wel geen gezochte plaatsen,
maar ze hadden het er allicht beter gehad dan in het veld
»De Engelschen hebben geweigerd deze vrouwen en
kinderen op te nemen. Ik denk dit was een slinksche
streek hun ingegeven door een verradar, die hun onze
moeilijkheid had gezegd. Het gevaar dat deze vrouwen
liepen, was wel de voornaamste beweegreden, die onze
officieren drong de vredesvoorwaarden aan te nemen.
»Had dit gevaar niet bestaan dan hadden we den strijd
nog lang kunnen volhouden. Er is gezegd dat de kost
weinig wasdit was alleen waar voor zekere plekken
ik zelf heb gezien maïs, door de Kaffers gezaaid, waarvan
genoeg was om wel honderdduizend man maanden lang
te voeden.
Op de samenkomst te VereeDÏging opperden sommige
sprekers het denkbeeld dat de commando's die er zeer
slecht aan toe warenzich zouden overgeven met de
vrouwen en kinderen, en dan de andere commando s den
strijd zouden volhouden. Daarop werd echter geantwooru
dat zulk een besluit verdeeldheid moest brongen onder
ons volk".
Zoo werd dus tot den vrede besloten om de vrouwen
en de andere in de motie duidelijk genoeg aangegeven
redenen.
Zou niet reeds bet gedrag van de .hands-uppers"
verdeeldheid habben gebracht onder uw volk
»Och merkte de hear Reitz ongeveer op er zijn
zoovele redenen, die een man er toe kunnen brengen zich
te onderwerpen en wie zai het den man en vader kwalijk
nemen wanneer hij uit bezorgdheid voor het levenhet
welzijn van vrouw eu kinderen de wapens neerlegt. Maar
en hier kreeg des heeren Reitz stem een ietwat scherpen
klank en blonk een harde glans in zijn zachtmoedig
blinkende oogen de zich noemende .National Seouts",
de Judas Iskarioth's, die tegen .eigen volk de wapens
hebben gevoerd, met die zal het nooit recht komen."
Belangwekkend kwam het mij voor den heer Reitz
die naar ik reden heb te gelooven, persoonlijk niet instemt
met het besluit te Vereeniging genomen te vragen
naar den indruk dien dit besluit op de strijders heeft
gemaakt. Deze vraag werd welwillend doch diplomatiek
alsdus beantwoord
.Over het algemeen waren onze menschen zeer terneer
geslagen over de vredesvoorwaarden, maar ik heb nog
nooit iemand zelf hooren zeggen dat hij ontevreden was
over het gevallen besluit. Wel hebben anderen dat van
sommigen gezegd maar ik heb het nooit door iemand
zelf hooren zeggen. En toen de mensehen den uitleg
hoorden waarom het besluit was genomenberustten
zij daarin".
Beslist weigerde de heer Reitz zich uit te laten over.
de toekomst van zijn volk.
»Ik zou zelf niet terug willen naar Zuid-Afrika, maar
ik zou evenmin willen ook maar de mogelijkheid te
openen dat mijn landgenooten in Zuid-Afrika zouden
.benadeeld kunnen worden door mijn denkbeelden. Hun
plicht is zich te gedragen als trouwe onderdanen van
het nieuwe gezag. Als ik zelf in Zuid-Afrika ging wonen,
zou ik het ook mijn plicht achten om niets te ondernemen
dat in de verste verte ook maar zou lijken op Bamen
spannen tegen Engeland.
»lk zelf ben niet voornemens terug te gaan en mij of
mije kinderen te stellen onder Engelsch gezag. Ik meen
echter en dat is ook de meening van comm.-gener.
Bothadat ons volk als geheel in Zuid-Afrika
behoort te blijven. Ook onze voormannen in het
algemeen moeten daar blijven'
Ea gij zelf, gij behoort toch ook tot de voormannen
van uw volk
»Ik ga niet terug. Maar neen, dat kan ik niet zeggen.
Ik ben als ieder mensch in Gods hand en ik kan niet
zeggen wat ik zal doen. Maar het ligt niet in mijn
voornemen om terug te gaan. Ik heb daarvoor private
en publieke redenen. Ik ben ambtenaar geweest en bezit
geen plaats waar ik kan wonen, zooals andere voormannen.
Ik beschouw dat die moeten blijven om ons volk te helpen,
niet om de Engelschen te heipen ons volk te regeeren
want ik meen dat dit door Engeland verlangd en beproefd
zal worden. Ik hoop en vertrouw dat zij daarin niet
zullen slagen. Zij zouden graag onze voormannen maken
tot medeplichtigen aan hnn misdaad, nu deze eenmaal
gepleegd is".
Hiermede was mijn gesprek met den heer Reitz geëindigd.
Het blijkt wederom uit wat de heer Reitz mededeelde
dat er geen sprake van kan zijn dat de Engelschen de
Boeren hebben overwonnen. Slechts omdat zij ook in
strijd met het volkeren-gebruik, tegen vrouwen en kin
deren oorlog voerden, zijn de Boeren genoodzaakt geweest
den strijd op te geven. Ook van andere zijde werd mij
dit bevestigd en er werd een staaltje bij verteld dat de
oneerlijke oorlogvoering van Engeland nog in een scherper
licht stelt, 't Werd mij ook gegeven als een mededeeling
van den heer Reitzhij sprak er echter zelfbij ons
gesprek niet van.
Doordat de Engelsche Regeering maar steeds bleef
weigeren ambulancen en geneesmiddelen door te laten,
waren de Boeren in den laatsten tijd van geneeskundige
hulp dikwerf verstoken. Herhaaldelijk hebbes de Boeren
generaals den Engelschen bevelhebbers gevraagd om genees
middelen doch kregen dan steeds ten antwoord, dat zij
zelf daaraan gebrek hadden. Wel wilden de Britsche
bevelhebbers gewonde of zieke Boeren doorlaten naar de
Britsche hospitalen doch ze zouden dan na herstel
beschouwd worden als krijgsgevangenen. Op deze
wijze hoopte Engeland spoediger den tegenstand der com
mando's te breken".
Tot zoover het interview van den verslaggever enden
indruk, dien dit op dezen maakte.
Van elders wordt het gerucht verspreid, dat de heer
Reitz voornemens zoude zijn met de Fransche Regeering
te onderhandelen over de vestiging van vele Boerengezinnen
op Madagascar. Zijn besluit om in geen geval naar Zuid-
Afrika terug te keeren is helaas begrijpelijk genoeg, al
..„ft 't te betreuren in het belang van de zaak der
Boeren, die dergelijke even kundige als energieke menschen
noode zullen missen in de donkere toekomst, die zij
tegemoet gaan.
BUBTSCHIjASr». Keizer Wilhelm bezocht den 15
de tentoonstelling te Dusseldorf. Reeds in Juni was de
Keizer van plan geweest de tentoonstelling te bezoeken,
maar het plotseling overlijden van den Koning van Saksen
dwong hem toen daarvan af te zien.
ElVCtEIiAlVD. Onder levendige toejuichingen hebben
Koning Edward en Koningin Alexandra den 14 Bucking
ham Palace en Londen verlaten voor Portsmouth. De
Majesteiten zullen in het zuiden van Engeland blijven
tot het bezoek van den Sjah van Perzië, dat op den
volgenden Woensdag valt, daarna gaan zij naar Schotland.
Voor Februari is het Koninklijk bezoek aan Ierland
officieel aangekondigd.
De thans afgeloopen Koloniale Conferentie te Londen
heeft niet beantwoord aan ue groote verwachtingen van
minister Chamberlain, omtrent »vernauwing van de banden
met de Koloniën, een tolvereeniging, verplichte deelname
aan de Rijksverdediging enz.
»De Koloniale Conferentie van 1902," zegt de »Daily
News", .is e e n nederlaag geweest voor het impe
rialisme.
»De Koloniën hebben te kennen gegeven, dat zij daar
mede niet te doen willen hebben. Wat zij willen is een
gezonde, practische Britsche Statenbond, vrienden zijn,
maar geen onderdanen, gelijken, geen schatplichtigen."
De beraadslagingen zelve worden niet openbaar ge
maakt alleen de uitkomsten.
Herhaaldelijk komen klachten in Engelsche bladen
voor over de wijze waarop de zoogenaamde Kaapsche
rebellen worden behandeld. De »Manchester Guardian"
die eenige brieven van den predikant Dewdney Drew
publiceerde, waarin de staaltjes van slechte behandeling
der rebellen worden medegedeeld, vraagt, of dit wel de
juiste manier is, om tot bevrediging en verzoening te
komen. Het zou rechtvaardig zijn, dat aan beide zijden
dezelfde regels werden toegepast, en nu aan de rebellen
amnestie beloofd is, moeten zij niet vervolgd worden
voor kleine overtredingen van de oorlogsgebruiken, die
niet gestraft werden toen zij aan Eugelsehe zijde werden
bedreven.
De Marine is weder ongelukkig geweest. Twee
torpedovernielers zjjn in aanvaring geweest, de een met
een visschersvaartuig en de andere met een kolenboot,
beide torpedo-booten zijn zwaar beschadigd.
FBAHMBIJk. In de den 14 onder voorzitterschap
van president Loubet gehouden ministerraad deelde mi
nister Combes mede dat de opperste congregatie van
de Pilles du Saint Esprit in Pinistère den president van
den ministerraad verwittigd had in twee achtereenvol
gende brieven dat zij tot twee malen toe de religieusen
van deze ordedie particuliere scholen hadden in Pinis
tère, gelast had deze inrichtingen te verlaten.
Deze pogingen bleven evenwel vruchteloosten ge
volge van den weerstand geboden door de eigenaren der
lokaliteiten en de bevolking.
De voorzitter voegde er bij dat uit de officieele rap
porten blijkt dat de tegenstand niet het gevolg is van
het catholicisme doch van een zuivere heftige royali-
tische beweging. Deze beweging is vergezeld gegaan
van ernstige feiten die aanleiding zullen geven tot ge
rechtelijke vervolgingen.
XUIO-AFRKHA. Uit Johannesburg wordt gemeld,
dat men daar zeer ontevreden is over de keuze van
regeeringsambtenaren waarvoor veelal jonge mannen
worden genomen die wel met lol een Britsche univer
siteit hebben doorloopen maar, niet de minste adminis
tratieve kennis bezitten. Zij kennen het land niet, waar
zij thans in verantwoordelijke ambten worden geplaatst
en het zal jareu duren voordat zij geleerd hebben dat
ze niets begrijpen van Zuidafrikaansche zaken. Zjj leveren
dus hinderpalen op vqor een gestadige ontwikkeling.
De .Morning Post" verneemt uit Johannesburg van
12 dezer datin verband met lord Milners bezoek aan
Delagoabaaihet gerucht looptdat de Engelschen daar