Indische Penkrassen.
Honderd en vierde jaargang.
1902.
ZONDAG
14 DECEMBER.
INSCHRIJVING
NATIONALE MILITIE.
zoo hj op den lsten Januari van het jaar het 19de
NO. 149» Tweede blad.
ALKMAARSCHE COURANT.
Deze Courant wordt Sln§dag-, Donderdag-
en B a_l erdsgat ond uitgegeven. Abonnementsprijs
por 3 maanden voor Alkmaar f O,SO j franco door het
geheele rijk f 1,
3 Nummers f 0,0tf. Afzonderlijke nummers 3 ets.
PrJJs der gewone advertentiën
Per regel f ©,1Ö. Groote letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de N/V. Boek- en Handelsdrukkerij
v/h. HERMs. COSTER k ZOON, Voordara 0 9.
Telefoonnummer 3.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van Alkmaar
Gezien art. 17 der Militiewet 1901
Roepen bij deze op
Alle mannelijke ingezetenen, die op 1 Januari 1903
hun negentiende jaar zijn ingetreden (alzoo de mannelijke
geborenen van 1884) om zich in de maand Januari 1903
in het daartoe gereed gemaakte register voor de Natio
nale Militie te doen inschrijven.
De Inschrijving geschiedt in een der ver
trekken van het Raadhuis alhier, op Dinsdag
en Vrijdag lot 30 Januari eerstkomende, van
des middags 13 tot 2 uren en verder ter ge
meente secretarie.
Zij maken voorts de ingezetenen opmerkzaam op de
volgende bij genoemde wet gemaakte bepalingen, als
Artikel 13. Voor de militie wordt ingeschreven:
lo. ieder minderjarig mannelijk Nederlander, die binnen
het Rjk in het Duitsche Rjk of in het Koninkrijk
Belgie verbljf houdt
2o. ieder minderjarig manneljk Nederlander, wiens
vader, moeder of voogd binnen het Rjk, in het Duitsche
Rjk of in het Koninkrjk Belgie woonplaats heeft
3o. ieder meerderjarig manneljk Nederlander, die
binnen het Rjk, in het Duitsche Rjk of in het Konink-
r jk Belgie woonplaats heeft
4o. ieder manneljk ingezetene niet-Nederlander
levensjaar was ingetreden en niet verkeert in een dor
hj art. 15 omschreven gevallen.
Ingezetene is, voor de toepassing van het bepaalde
hierboven onder 4o.
A- de binnen het Rjk verbljf houdende minderjarige
niet Nederlander
a. wiens vader, moeder of voogd binnen het Rjk woon
plaats heeft en haar gedurende de voorafgaande achttien
maanden in het Rjk of de koloniën of bezittingen des
Rijks in andere werelddeelen gehad heeft
b. van wiens ouders de langstlevende bj zjnofhaar
overljden in he* hierboven onder a omschreven geval
verkeerde, al verkeert" zjn voogd niet in dat geval of
al is deze buiten 's lands gevestigd
c. die door zjn vader, moeder of voogd verlaten is,
of die ouderloos is of in wettelijken zin geen vader of
moeder heeft en van wien niet bekend is dat hj een
voogd heeft indien h j gedurende de voorafgaande acht
tien maanden in het Rjk verbljf gehouden heeft
B. de meerderjarige niet-Nederlander, die binnen het
Rjk woonplaats heeft en haa* gedurende de voorafgaande
achttien maanden in het Rj< of de koloniën of bezit
tingen des Rjks in andere werelddeelen gehad heeft.
Voor minderjarig wordt voor de toepassing van het
bepaalde hierboven onder A. gehouden hij, die minder
jarig is in den zin der Nederlandsche wet Voor meer
derjarig wordt voor de toepassing van het bepaalde hier
boven onder B, gehouden hj, die meerderjarig is in den
zin van voormelde wet.
Art. 14. De Inschrijving geschiedt
lo. van hem, bedoeld in art. 13, eerste zinsnede lo.
zoo hj binnen het Rjk verbljf houdt een zjn vader,
moeder of voogd aldaar woonplaats heeft, in de gemeente
der woonplaats van vader, moeder of voogd/
zoo hj binnen het Rjk ve bljf houdt en zijn vader,
moeder of voogd elders dan binnen het Rijk woonplaats
heeft, in de gemeente, waar hij verbhjf houdt
zoo hj door zjn vader moeder of voogd verlaten is,
ouderloos is of in wettel jken zin geen vader of moeder
heeft en het niet bekend is dat h j een voogd heeft, in de
gemeente, waar hj verbljf houdt
zoo hj in het Duitsche Rjk verbljf houdt, in de ge
meente Amsterdam
zoo hj in het Koninkrijk Belgie verbljf houdt, in de
gemeente Rotterdam
2o, van hem, bedoeld in art. 13, eerste zinsnede 2o.
zoo zjn vader, moeder of voogd woonplaats heeft
binnen het Rjk, in de gemeente der woonplaats van
vader, moeder of voogd
is de woonplaats van vader, moeder of voogd in het
Duitsche Rjk in de gemeente Amsterdam
is zij' in het Koninkrijk Belgie, in de gemeente Rot
terdam
3o. van hem, bedoeld in art. 13, eerste zinsnede 3o.:
zoo hij woonplaats heeft binnen het Rjk, in de ge
meente zijner woonplaats
zoo hj woonplaats heeft in het Duitsche Rijk, in de
gemeente Amsterdam
zoo hj woonplaats heeft in het Koninkrjk Belgie in
de gemeente Rotterdam
4o. A. van hem, bedoeld in art. 13, eerste zinsnede
4o., indien hj minderjarig is
zoo hj verkeert in het geval, in de tweede zinsnede
van dat artikel onder Aa. omschreven, in de gemeente,
waar zijn vader, moeder of vo gd woonplaats heelt
zoo hj verkeert in het geval in die zinsnede onder
Ab. omschreven, in de gemeente waar zjn voogd woon
plaats heeftis de woonplaats van dezen bu ten 's lands,
dan geschiedt de inschrijving in de gemeente, waar dé
minderjarige verbljf houdt
zoo hj verkeert in een der gevallen, in evenbedralde
zinsnede onder Ac. omschreven, in de gemeente, waar
hj verbljf houdt
B. van hem, bedeeld in art. 13, eerste zinsnede 4o
indien hj me rderjarig is
in de gemeente, waar hj woonplaats heeft.
De in de vorige zinsnede als plaats van inschrijving
aangewezen gemeente is uie, waar het verbljf of de
woonplaats gevestigd is of was op den 1st n Januari
van het jaar, volgende op dat, waarin de in te schr jven
persoon het 18e levensjaar volbracht, tenzij het iemand
geldt, wiens inschrjviug te Amsterdam of te Rotterdam
moet geschieden wegens verbljf of woonplaats onder
scheidenlijk in het Duitsche Rjk of in het Koninkrijk
Belgie. J J
Da
Auteursrecht uitdrukkelijk voorbehouden.
2.
schrijver stelt thans ook zijn reisgezel, secretaris
en photograaf aan 't geachte publiek voor
iets over het groote nut van kiekjes bij schrijvers
aanstaand reisverhaal in het tijdschrift
„Bintahg Hindia" zullen er geregeld zes worden
geplaatst zeer gewichtige vet gedrukte con
clusie dus voor allen, die eenig belang stellen
in schrijvers „Penkrassen" doel, strekking en
abonnementsprijs van de Bintang Hindia" wor
den nog eens duidelijk bekend gemaakt in de
sti le hoopvelen in den lande nu bewijzen
zullen, dat Nêerlands „laakbare onverschilligheid"
voor Indiëslechts in schrijvers verbeelding
bestond hij houdt verder nog een praatje
over landkaarten en belooft de volgende week
zijn reisplan bekend te zullen maken.
Heb ik de vorige keer heel netjes en in den vorm
m j z e 1 f voorgesteld, thans moet ik U ook nog bekend
maken met mjn reisgezel en secretaris Ob. v.
d. Velde.
Ook hj beeft de eervolle wapenrok gedragen en diende
tot voor korten tjd als korporaal bij het 4e Regiment
Infanterie.
Hj is, wat men noemt, 'n echt Indische jongen"hier
te lande opgevoed en thans zeer verlangend om zjn zon
nig vaderland terug te zien. Het denkbeeld om mj op
de groote reis te vergezellen, werd dan ook met ware
geestdrift begroet.
Hj is niet alleen zeer vaardig met de pen, wat in zjn
nienwe betrekking als secretaris goed te pas komt
dooh tevens een handig photograaf. Ik zal daarom
een der beste toestellen medenemen om overal de noodige
opnamen te doen.
Vriend van de Velde is in het Leger geschoold en ge
vormd tot een ving schermer, een gespierd gymnaBt en
een uitstekend schutter. Hj is dns juist iemand, zooals
ik ginds op mjn zwerftochten noodig heb.
Onze kiekjes zullen natuurlijk veelal betrokking hebben
op t geen men in deze tPenkrasssn" te lezen krijgt!
Jammer ia het daarom, dat ze onmogeljk tnsschen den
tekst mijner artikelen knnnen worden opgenomen, Het
geschreven woord, aanschouweljk nader toegelicht, zon
dan zeker meer en beter tot de verbeeldingskracht spre
ken. Mijn duel, Indië in Nederland bekend
te maken, zon er gemakkelijker door worden baieikt.
Voor belangstellenden in den lande, meen ik
er iets op gevondtn te hebben.
Waarschijnljk hebt ge in de bladen reeds een en ander
gelezen, over een nuraw Maleisch Tijdschrift, de Bintang
Hindia (Ster van Iudië).
Dit rjk geïllustreerde blad, eene uitgave van
den bekenden Heer N. J. Boon, staat onder hoofdre-
n dun 0Qd dokter djawa (Inlandsch genees
heer) Abdul Rivai te Amsterdam en mjn persoontje,
terwijl nog tal van Javanen, Amboineezen, Maleiers en
Ohiueezen, ons hunnë zeer gewaardeerde medewerking
verJeenen.
Opd tt de niot-Enropeesche lezers van genoemd Maleisch
igaschntt hnnne kennis omtrent geheel Indie zul
len knnnen verrijken, zal een doorloopend Ma
leisch reisverhaal worden opgenomen, in i e d e r
nummer verduidelijkt door minstens zes kiekjes,
die tevens correspondeeren met de Indische Penkrassen
Evenals onder a 11 e i 11 n s t r a t i e s van de Bintang
Hindia zullen naast de M a 1 e i s c h e bjschriften, ook
üoliandscbe worden geplaatst.
Er zal in mijne Penkrassen natnnrljk dikwijls sprake
wezen ra Indische Autoriteiten, van Sul
tans, Bij ksgrooten, Chineescheen Arabi
s c b e officieren enz., welnn de portretten van al die per-
■onen worden in de Bintang Hindiaopgenomen. Ook
zuilen kiekjes uit het volksleven, heerlijke na-
tnnrtalereelen, gezichten in kampong en
Art. 15.
Voor de Militie wordt niet ingeschreven
1°. de ingezetene niet-Nederlander, die bewijst te be-
hooren tot een Staat, waar de Nederlanders niet aan den
verplichten kr jgsdienst zjn onderwo'pen of waar ten aan
zien van den dienstplicht het beginsel van wederkeerig-
heid is aangenomen
2°. hj die bewijst in de koloniën of bezittingen de»
Rjks in andere werelddeelen verbljf'e houden of woon
plaats te hebben al heeft zjn vader, moeder, voogd of
curator woonplaats binnen het Rjk.
Art. 16. Hj, die volgens art. 13 behoort te worden
ingeschreven, is verplicht zich daartoe bj Burgemeester
en Wethouders der gemeente, waar volgens art. 14 de
iu schr j ving moet geschieden, aan te geven tusschen den
1 en den 31 Januari van het jaar. volgende op dat, waarin
hj het achttiende levensjaar volbracht.
B j ongesteldheid of afwezigheid van hem, die zich ter
inschrijving moet aangeven, alsmede in een der gevallen
hierna in de vierde zin nede omschreven, rust de ver
plichting tot hrt doen der aangifte:
indien het een minderjarige betreft, op zjn vader,
moeder of voogd
indien hot een meerderjarige betreft die onder curateele
gesteld is op zjn curato'. De verplichting van vader,
moeder of voogd, geldt evenwel slechts zoo hj of zj bin
nen het Rjk, in het Duitsche Rijk of pn het Koninkrijk
België woonplaats heeft.
Behoudens de uitzonderingen b j de volgende zinsnede
gemaakt, rust de zorg voor het doen der aangifte uit
sluitend op den in te schrijven minderjarige
indien zijn vader, moeder of voogd niet binnen het
Rijk, in het Duitsche Rjk of in het Koninkrjk Belgie
woonplaats heeft.
indien zjn vader of moeder of beiden de ouderljke
macht missen;
indien hj door zjn vader, moeder of voogd verlaten
is of
indien h j ouderloos is of in wettelijken zin geen vader
of moeder heeft en het niet bekend is, dat hij een voogd
heeft.
Hj, die door de bestuurders, in art. 22 vermeld, ter
inschrijving moet worden opgegeven of die in dienst is
bj de zeemacht, de marine-reserve en het korps mariniers
hieronder begrepen, hj hot leger hier te lande ofbjde
koloniale troepen, is tot het doen van de aangifte niet
verplicht.
Voor hem of haar die tot het doen der aangifte ver
plicht is, kan de aangifte geschieden door een ander
daartoe schrifteljk gemachtigd. De volmacht blijft onder
Burgemeester en Wethouders berusten.
De wjze waarop van de gedane aangifte moet hijken,
wordt door Ons bepaald.
Art. 18.
Voor de Militie wordt ook ingeschreven of
wordt opnieuw Ingeschreven
1°. ieder minderjarig manneljk Nederl nder, die na
den 1 Januari van het jaar, volgende opdat,waarin hj
stad en f o t o's van het oorlogsterrein op Atjeh
en Djambi, hun plaats in ons tijdschrift vinden.
Ik geloof dus zeker wel aan Ieder belang
stellende te mogen raden zich op de bedoelde
Blntang Hindia te abonnecren.
Doel ea strekking van het nieuwe Maleische
blad moeten door ieder oprecht vaderlander
ten zee et* worden toegejuicht.
Hoewel reeas bijna alle bladen den volke hebben me
degedeeld, wat of we met de uitgave van de *Bintang
Hindia beoogen, zoo vind ik het toch niet, kwa.d, per-
soonijk hier thans nog even ons standpunt uiteen te
zetten
Wj willen dan onze Inlandsche en andere Oosterscho
medeburgers veel vertellen van het Mo e d e r-
r j k in Enropa en daardoor hnnne belangstelling
wekken voor verschillende zaken, totnogtoe buiten
veler gedachten kring gelegen
Wj willen trouw aan Vlag en Koningin ver»
sterken, duch die tronw niet doen gronden op domme
"chuwe vrees, maar op waarachtige over-
n i g i n g, op liefde.
Wj willen op populaire wjze natunrverschjn-
elen verklaren en daardoor het b j g e 1 o o f en fa
natisme helpen bestrjden.
Wij willen schr jven over gezondheidsleer en
andere nuttige zaken.
Door woord en beeld zullen wj spreken tot het
voor indrukken zoo vatbare kinderljue gemoed
van onzen bruinen broeder.
De Bin'aug Hindiavoorziet in een lang gevoelde
behoefte. Er bestaan wel reeds in Indie velschillende
laatselijke Maleische bladen, doch een tijdschrift
van bepaald opvoedende strekking bestond er
nog niet.
Dit jaar nu zag de tBintang Hindiahet licht en
ier proefnummers werden over geheelj Indie
verspreid, terwjl 1 Januari a. s. de e e r s t e j a a r-